Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nederweert

Brandbeveiligingsverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNederweert
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBrandbeveiligingsverordening
CiteertitelBrandbeveiligingsverordening 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp
Externe bijlageToelichting op de Brandbeveiligingsverordening 2010

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet veiligheidsregio's, art. 3, lid 2

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-11-201001-10-201001-01-2018nieuwe regeling

09-11-2010

Weekblad, 11-11-2010

2010-71; 9b

Tekst van de regeling

Intitulé

Brandbeveiligingsverordening

De raad van de gemeente Nederweert;

gelezen het voorstel van het college van 12 oktober 2010;

overwegende dat het op grond van de Wet veiligheidsregio’s (Wet VR) verplicht is een verordening vast te stellen omtrent het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt;

gelet op artikel 3 lid 2 van de Wet veiligheidsregio’s;

B e s l u i t

vast te stellen de volgende ‘Brandbeveiligingsverordening'

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. een inrichting: een voor mensen toegankelijke ruimtelijk begrensde plaats voor zover die geen bouwwerk is;

b. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.

Artikel 2 Verbodsbepalingen/Vergunningplicht

1. Het is verboden een inrichting te gebruiken in strijd met gebruikseisen enbrandveiligheidvoorzieningen bedoeld in de artikelen 5 en 6.

2. Het is verboden zonder of in afwijking van een door het college verleendegebruiksvergunning een inrichting in gebruik te hebben of te houden, voor zover daarin:

a. meer dan 100 personen tegelijk aanwezig zullen zijn of,

b. aan meer dan 10 personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft of,

c. aan meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar, of aan meer dan 10 lichamelijk of geestelijk gehandicapte personen dagverblijf zal worden verschaft.

3.Het bepaalde in de leden 1 en 2, aanhef en onder a. is niet van toepassing op inrichtingen waarop de evenementenregeling van de artikelen 2:24 en 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening Nederweert 2009 of latere wijzigingen van toepassing is.

4. Het college kan aan de gebruiksvergunning voorwaarden verbinden met inachtneming van het gestelde in de artikelen 5 en 6.

5. Het college kan aan de gebruiksvergunning nieuwe voorwaarden verbinden en gestelde voorwaarden wijzigen of intrekken, indien het belang waarvoor de gebruiksvergunning is verleend dit vereist op grond van een verandering van inzichten of verandering van de omstandigheden gelegen buiten de inrichting, opgetreden na het verlenen van de gebruiksvergunning.

6. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is van toepassing op een beschikking bedoeld in lid 2.

Artikel 3 Beslistermijn/Ontvangstbevestiging

1. Het college beslist binnen vier weken na de dag waarop de aanvraag om een gebruiksvergunning ontvangen is; de termijn kan voor ten hoogste 2 weken worden verlengd.

2. Indien de aanvrager met toepassing van artikel 4:5 Awb de gelegenheid krijgt de aanvraag binnen de gestelde termijn aan te vullen, worden tevens de gevolgen daarvan voor de beslistermijn vermeld.

3. Het college bevestigt de ontvangst van een aanvraag zo snel mogelijk. Die bevat de volgende informatie:

a. de beslistermijn en de verlengingsmogelijkheid bedoeld in de leden 1 en 2

b. de beschikbare rechtsmiddelen om tegen de te nemen beschikking op te komen

c. de vermelding dat de gevraagde beschikking is van rechtswege gegeven, indien niet tijdig op de aanvraag is beslist.

Artikel 4 Weigeringgronden

Het college weigert een gebruiksvergunning, indien de in de aanvraag vermelde wijze van gebruik van de inrichting niet brandveilig is en door het stellen van voorschriften ook niet kan worden bereikt.

Artikel 5 Gebruikseisen

De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de paragrafen 2.1, 2.2 en 2.3 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit, Stbl. 2008, 327) zijn van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.

Artikel 6 Brandveiligheidsvoorzieningen

De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de paragrafen 2.4, 2.5 2.6, 2.7 2.8 en 2.9 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit, Stbl.2008, 327) zijn van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.

Artikel 7 Melden van brand en broei

Ieder die brand of broei ontdekt of deze vermoedt, is verplicht dit onmiddellijk aan de brandweer te melden.

Artikel 8 Bossen, heidevelden, venen

De eigenaar van een aaneengesloten of vrijwel aaneengesloten opstand die voor meer dan de helft bestaat uit naaldhout, een heideveld, een veen of een ander erf of terrein dat met brandbare gewassen is begroeid, is verplicht de voorschriften op te volgen, die het college geeft tot het voorkomen en het beperken van de gevolgen van brand.

Artikel 9 Overgangsrecht

1. Vergunningen die zijn verleend onder werking van de Brandbeveiligingsverordening 2004 die van kracht zijn op het moment van inwerkingtreding van deze verordening worden aangemerkt als vergunning krachtens deze verordening.

2. Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Brandbeveiligingsverordening 2004 is ingediend waarop nog niet is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Brandbeveiligingsverordening 2010.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 12 november 2010 en werkt terug tot 1 oktober 2010.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 9 november 2010.

De griffier,        De voorzitter,

E.G. Schrier     H.F.M. Evers

Toelichting 1 Toelichting op de Brandbeveiligingsverordening 2010