Organisatie | Nederweert |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats |
Citeertitel | Beheersverordening begraafplaats Nederweert |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de bestaande verordening van 14 juni 1994.
Deze regeling is vervangen door de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Kreijel 2012.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-02-1995 | 26-10-2012 | nieuwe regeling | 20-12-1994 Weekblad, 09-02-1995 | 94-181 |
De raad der gemeente Nederweert;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 december 1994;
overwegende dat het gewenst is om regels vast te stellen voor het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats;
gelet op artikel 36, tweede lid van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de gemeentewet;
VERORDENING op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats.
Titeldeel 1 INLEIDENDE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen.
Deze verordening verstaat onder:
Begraafplaats : de gemeentelijke begraafplaats te Kreijel;
Eigen graf : een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- het doen begraven en begraven houden van lijken;
- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
- het doen verstrooien van as;
Algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer tot het doen begraven van lijken;
Kindergraf : een graf op dat gedeelte van de begraafplaats waar uitsluitend kinderen worden begraven;
Eigen urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
Urn : een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
Asbus : een bus ter berging van as van een overledene;
Grafbedekking : gedenkteken, gedenkplaat en/of grafbeplanting op een graf, een gedenkplaats, of voor een urnennis;
Eigen gedenkplaats : een plaats ingericht om overledenen te gedenken; (ingericht als een eigen graf of eigen urnennis)
Beheerder : de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt;
Het is verboden op de begraafplaats:
a. dieren te laten lopen of mee te voeren;
c. op de graven te lopen of te zitten;
d. waren of diensten te koop aan te bieden;
e. vlugschriften te verspreiden;
f. vuil te deponeren buiten de hiervoor geplaatste afvalbakken of anderszins verontreinigingen te veroorzaken.
g. de grafbedekking, de beplanting, de banken, de waterbekkens, de afrastering en de gebouwen te beschadigen of te vervuilen.
a Het is verboden met rijwielen, bromfietsen, motorvoertuigen of bespannen voertuigen op de begraafplaats, met uitzondering van de parkeerplaats, te rijden: elders dan op de daartoe aangewezen rijweg;
b. met een grotere snelheid dan 10 km per uur;
c. anders dan voor de uitvoering van een begrafenis of tot het vervoeren van materialen.
Het bepaalde onder c is niet van toepassing op houders van een invalidenparkeerkaart.
Titeldeel 3 VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING
Artikel 9 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf.
Degene, die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Artikel 10 Over te leggen stukken
Begraving in een eigen graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode, dat de alsdan resterende uitgiftetermijn tenminste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door een van de andere personen, genoemd in artikel 16, tweede lid.
Artikel 16 Overschrijving van verleende rechten.
Het recht op een eigen graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner danwel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op aanvraag van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemde personen is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Na het overlijden van de rechthebbende kan het eigen graf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot of levenspartner danwel een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen één jaar na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Artikel 17 Afstand doen van graven.
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het eigen graf. De ontvangst van zodanige verklaring bevestigen burgemeester en wethouders schriftelijk aan de rechthebbende.
De rechthebbende is verplicht:
a. op een graf een staand gedenkteken te laten aanbrengen, waarvan de afmetingen en modellen door burgemeester en wethouders worden vastgesteld;
b. op een kindergraf een staand gedenkteken aan te brengen waarvan de afmetingen door burgemeester en wethouders worden vastgesteld;
c. voor een urnennis een gedenkplaat te laten aanbrengen, waarvan het model door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld;
d. te gedogen, dat in het onder a bedoelde gedenkteken en in de onder b bedoelde gedenkplaat een gravure wordt aangebracht, vermeldende de gegevens van de overledene.
Artikel 23 Verwijdering grafbedekking.
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd op een op het te ruimen graf te plaatsen bordje door burgemeester en wethouders bekend gemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende bij burgemeester en wethouders bekend is. In dat geval maken zij aan hem uiterlijk een jaar vóór het genoemd tijdstip per brief hun voornemen bekend.
Titeldeel 6 RUIMING VAN GRAVEN EN URNENNISSEN
Artikel 24 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as.
Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden op een bij het te ruimen graf te plaatsen bordje bekendgemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende op het graf aan hen bekend is. In dat geval maken zij uiterlijk een jaar vóór het genoemde tijdstip per brief hun voornemen bekend.
De rechthebbende op een eigen graf, kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weer in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze elders opnieuw te doen begraven.
De rechthebbende op een eigen urnennis kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
Titeldeel 7 INRICHTING REGISTER.
Op een plattegrond wordt aangetekend welke graven bezet zijn. Daarnaast wordt een register bijgehouden waarin aantekening wordt gehouden van:
a. naam, voornamen, geboortedatum, datum van overlijden en begraven;
b. het recht dat op een graf is verleend, alsmede de naam, voornamen en adres van de rechthebbende;
c. het einde van de termijn waarvoor het graf is uitgegeven.