Organisatie | Halderberge |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Havenverordening Gemeente Halderberge |
Citeertitel | Havenverordening Gemeente Halderberge |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | N.V.T. |
Geen
Artikel 149 Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-01-1999 | Nieuwe Regeling | 21-12-1998 Halderbergse Bode 13-01-1999 | N.V.T. |
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod voor het gedeelte gelegen buiten de jachthaven, ten behoeve van de eigenaren van de percelen die direct aan de haven zijn gelegen tot het innemen naast hun perceel van een ligplaats voor maximaal één pleziervaartuig.
Het innemen, hebben, of beschikbaar stellen van ligplaats in de haven met een vaartuig, hetwelk uitsluitend of hoofdzakelijk gebruikt wordt voor bewoning of tot woning is bestemd, is verboden op de hiervoor door de burgemeester en wethouders aangewezen plaatsen, welke aanwijzing op de gebruikelijke wijze ter openbare kennis is gebracht.
De schipper van een vaartuig is verplicht bij het binnenkomen in de havengeul en de haven de motor langzaam te doen draaien met dichte regulator, de zeilen te strijken, de boegsprieten op of in te halen, de ankers binnen boord te halen of zodanig op de boeg te leggen, dat de armen daarvan niet buiten boord steken en zoveel mogelijk rechts uit te wijken bij het passeren van andere vaartuigen. De schipper mag niet met meer vaart door de haven varen dan nodig is om te sturen.
Het verbod in het vorig lid genoemd is niet van toepassing op kleine vaartuigen met een verplaatsing van minder dan 15 M3, als bedoeld in artikel 2, onder h, van het Vaarreglement. Deze kleine vaartuigen zijn verplicht bij het varen in de havengeul geen hinder op te leveren voor andere vaartuigen, noch voor de afgemeerd liggende vaartuigen.
Een schipper van een vaartuig, niet zijnde een pleziervaartuig, is verplicht zodra hij de haven binnenkomt, zich te melden bij de havenmeester.
Het is zonder voorafgaande toestemming van de havenmeester verboden met een vaartuig van meer dan 500 ton laadvermogen in de haven te komen.
De schipper is verplicht aan de havenmeester op diens verzoek inzage te verstrekken van de meetbrief, de ladingpapieren en andere van belang zijnde documenten.
Het is de schipper van een vaartuig verboden zodanige handelingen te verrichten, dat schade of hinder kan worden veroorzaakt aan kaden en andere havenwerken, aangemeerd liggende vaartuigen of aan daarin aanwezige personen en/of goederen, of dat de vrijheid of veiligheid van het verkeer te water kan worden belemmerd of in gevaar gebracht.
Het is de schipper verboden met een vaartuig te varen wanneer het onvoldoende bemand of getuigd is.
Het is de schipper verboden te varen met zodanige snelheid, dat door golfslag of zuiging schade kan worden toegebracht aan havenwerken, derden of eigendommen van derden.
De schipper van een vaartuig, dat door de wijze van laden of lossen, door onvoldoende bemanning of uitrusting, dan wel om andere reden, gevaar loopt te zinken of te kantelen, is verplicht:
De schipper van een vaartuig, dat aan de grond is geraakt, is verplicht daarvan onmiddellijk kennis te geven aan de havenmeester en op diens eerste aanzegging zoveel van de lading te lossen of te doen lossen als nodig is om het vaartuig vlot te maken en te doen blijven, dan wel het vaartuig op andere wijze te doen lichten.
De schipper, of bij diens ontstentenis, de eigenaar of gebruiker van een gezonken vaartuig, is verplicht onmiddellijk na het zinken daarvan kennis te geven aan de havenmeester en zowel bij dag als bij nacht zodanige bakens op of boven het gezonken vaartuig te plaatsen als de havenmeester nodig zal oordelen. De schipper, of bij diens ontstentenis de eigenaar of gebruiker, moet ervoor zorgdragen dat het gezonken vaartuig binnen de door de havenmeester te bepalen tijd geborgen is.
De schipper is verplicht, wanneer met zijn vaartuig schade is veroorzaakt aan een ander vaartuig, aan kaden of aan andere havenwerken, hiervan direct kennis te geven aan de havenmeester.
Zonder toestemming van de havenmeester is het de schipper verboden met een vaartuig geladen met licht ontvlambare, ontplofbare of giftige stoffen de haven binnen te varen of een ligplaats in te nemen. Bij het laden of lossen van licht ontvlambare, ontplofbare of giftige stoffen is het de schipper, onverminderd zijn verplichtingen tot naleving der omtrent het vervoer bestaande wetten en besluiten, gehouden de bijzondere voorzorgsmaatregelen te treffen, die hem door de havenmeester worden voorgeschreven.
De schipper, op wiens vaartuig brand is ontstaan, moet terstond alarm maken en zijn vaartuig uit de nabijheid van andere vaartuigen verhalen en verhaald houden.
De havenmeester is bevoegd onbeheerde objecten, welke in de haven worden aangetroffen, alsmede niet gemeerd zijnde los drijvende objecten, te meren, te verhalen en op een hem passende wijze in bewaring te nemen voor rekening en risico van de belanghebbenden.
Onverminderd het bepaalde in de Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren is het verboden in het water van de haven stoffen of voorwerpen, olie, brandbare vloeistoffen of vloeistoffen die het water kunnen verontreinigen, te brengen, te laten vallen, te laten afvloeien, te plaatsen of te laten, daaronder begrepen het lozen uit onderwatertoiletten, of stoffen of voorwerpen zodanig op de steigers, de kaden en andere havenwerken te plaatsen, dat gevaar bestaat dat deze stoffen of voorwerpen geheel of gedeeltelijk in de haven komen.
Het is verboden zonder toestemming van de schipper of eigenaar, dan wel zonder toestemming en anders dan volgens de aanwijzingen van de havenmeester een in de haven gemeerd vaartuig los te maken of te verhalen of zich op het vaartuig te bevinden.
Het is verboden zonder vergunning door of vanwege burgemeester en wethouders in de haven vaartuigen te water te laten of uit het water te halen met behulp van kranen en/of andere mechanische hulpmiddelen, kanteltrailers daaronder begrepen.
Het is verboden een voor het redden van drenkelingen bestemd en daartoe bij de haven aangebracht voorwerp te gebruiken voor een ander doel, dan wel voor dadelijk gebruik ongeschikt te maken.
Een ieder is gehouden elk mondeling of schriftelijk bevel van de havenmeester tot handhaving van de openbare orde en veiligheid, ter regeling van het scheepvaartverkeer, ter voorkoming van brand, aanvaring of ander onheil of ter uitvoering dezer verordening daaronder begrepen het verhalen en veranderen van ligplaatsen naar bevind van zaken door hem gegeven, behoorlijk na te komen.
De havenmeester is bevoegd schippers de toegang met hun vaartuigen tot de haven te weigeren, indien dit naar zijn oordeel:
Het gebruik van de haven geschiedt voor eigen risico. De gemeente sluit iedere aansprakelijkheid voor schade tengevolge van gebruikmaking van de haven uit.
Het is verboden een vaartuig te laden of te lossen op een wijze, die naar het oordeel van de havenmeester gevaarlijk kan zijn voor het scheepvaartverkeer, voor kaden en andere havenwerken of voor de veiligheid van personen.
Het is verboden een vaartuig te laden of te lossen zonder voldoende maatregelen te hebben genomen ter voorkoming van verontreiniging van de haven, kaden en andere havenwerken, alsmede van roerende en onroerende zaken, onverschillig wie krachtens een zakelijk of persoonlijk recht de beschikking of het beheer daarover heeft.
Indien bij laden of lossen dan wel transporteren van zaken, voorwerpen of stoffen of bij andere werkzaamheden de havens, kaden en andere havenwerken, alsmede roerende en onroerende zaken - onverschillig wie krachtens een zakelijk of persoonlijk recht de beschikking of het beheer daarover heeft - worden verontreinigd, is degene, door wie of op wiens last de werkzaamheden worden verricht, verplicht te zorgen, dat deze kaden, andere havenwerken en zaken behoorlijk, ter beoordeling van de havenmeester, worden gereinigd.
De los- en laadplaats zal zoveel mogelijk ledig moeten blijven. Alle geloste goederen moeten dadelijk worden weggehaald en alle ter lading aangebrachte goederen onverwijld worden ingeladen. De goederen moeten ten minste drie meter van de kant worden gelegd, zodanig dat meerringen en andere bevestigingspunten vrij blijven. Indien men goederen op de kade, dam of wal wenst op te slaan, wordt een plaats daartoe, voor bepaalde, eventueel te verlengen termijn, door de havenmeester aangewezen. Wanneer de havenmeester zulks nodig oordeelt moet de eigenaar of rechthebbende zijn goederen op eerste aanzegging verplaatsen of van de opslagplaats verwijderen.
Goederen, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders gevaar opleveren moeten worden gelost en geladen onder toezicht en op aanwijzing van de havenmeester. Deze goederen mogen niet op de kade worden opgeslagen. De ontvangst en verzending der goederen moet tijdig aan de havenmeester worden bericht.
De schipper is verplicht bij het laden en lossen van zijn vaartuig zodanig voorzieningen te treffen, dat schade of overlast door stof, tank of anderszins jegens personen, dieren, goederen of vaartuigen wordt voorkomen.