Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zwartewaterland

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren jongeren gemeente Zwartewaterland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZwartewaterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren jongeren gemeente Zwartewaterland
CiteertitelVerordening cliëntenparticpatie Wwb en WIJ
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpvastgesteld 26 november 2009

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-200901-10-2009Onbekend

06-01-2010

Onbekend

Onbekend
01-10-200901-10-200901-01-2015Onbekend

06-01-2010

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren jongeren gemeente Zwartewaterland

 

 

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

De raad van de gemeente Zwartewaterland;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van … <datum>, nr. …, inzake…

Gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet artikel 47 van de Wet werk en bijstand en artikel 12, eerste lid, onderdeel d van de Wet investeren in jongeren,

Overwegende dat het noodzakelijk is de wijze waarop uitkeringsgerechtigden en andere betrokkenen bij de uitvoering van de wet worden betrokken bij verordening te regelen.

besluit:

vast te stellen

de ‘Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand, minimabeleid en Wet investeren in jongeren gemeente Zwartewaterland’.

Artikel 1. Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet werk en bijstand (WWB) en de Wet investeren in

    jongeren (WIJ).

  • b.

    cliëntenparticipatie: de gestructureerde wijze waarop de gemeente de

vertegenwoordiging van belanghebbenden betrekt in de

beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de WWB/WIJ

en het integrale gemeentelijk minimabeleid.

  • c.

    integraal gemeentelijk minimabeleid: de samenhangende wijze waarop de gemeente in al haar

    beleid en verantwoordelijkheden werkt aan de verbetering

    van de leefomstandigheden van inwoners met een

    minimuminkomen.

  • d.

    platform: de in deze gemeente actief zijnde organisatie van mensen

    met een WWB/WIJ-uitkering of een andersoortig inkomen

    op het minimumniveau.

Hoofdstuk 2: Cliëntenparticipatie

Artikel 2. Doelstelling

  • 1.

    De cliëntenparticipatie heeft als oogmerk te bewerkstelligen dat belanghebbenden bij het WWB/WIJ beleid en het integrale gemeentelijk minimabeleid door zelforganisatie vanuit onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van het (mede) voor hen gevoerde gemeentelijk beleid.

  • 2.

    Op die wijze bij te dragen aan de totstandkoming of verbetering van het integraal gemeentelijk minimabeleid gericht op het realiseren van volwaardige maatschappelijke participatie van mensen met een minimuminkomen.

Artikel 3. Beleidsterreinen

In het kader van de cliëntenparticipatie wordt het platform betrokken bij:

  • 1.

    Het gemeentelijk beleid m.b.t. de WWB

  • 2.

    Het gemeentelijk beleid m.b.t. de WIJ

  • 3.

    Het gemeentelijke minimabeleid

  • 4.

    Voor de beleidsterreinen geldt dat het platform betrokken wordt bij zowel de beleidsvoorbereiding, - uitvoering en de evaluatie;

Artikel 4. Werkwijze

  • 1.

    In het kader van cliëntenparticipatie vraagt het gemeentebestuur het platform om advies. Het platform is ook gerechtigd uit eigener beweging advies uit te brengen aan Burgemeester en Wethouders.

  • 2.

    Burgemeester en Wethouders vragen het platform in ieder geval om advies bij de onderwerpen beschreven onder “Artikel 3; beleidsterreinen”.

  • 3.

    Het advies wordt op zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Dit houdt in ieder geval in:

    • a.

      bij nieuw beleid wordt het platform in ieder geval betrokken bij het vaststellen van

      hoofdlijnen van het beleid;

    • b.

      bij evaluatie wordt het platform in ieder geval betrokken bij het vaststellen van vragen die

      ten grondslag liggen aan evaluatie.

  • 4.

    Het gemeentebestuur maakt jaarlijks in overleg afspraken met het platform over:

    • a.

      de onderwerpen waarover het platform geconsulteerd wordt;

    • b.

      de wijze en het moment waarop het platform in het beleidsvormingsproces wordt betrokken.

  • 5.

    Indien het belang van de zaak daartoe aanleiding geeft, vindt bij de aanbieding van het advies overleg met het platform door Burgemeester en Wethouders plaats.

  • 6.

    In het geval Burgemeester en Wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies van het platform, wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het advies van het platform is afgeweken.

  • 7.

    De gemeente wijst een vaste contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor communicatie met het platform.

  • 8.

    Tussen de eerst aanspreekbare wethouder en het platform vindt jaarlijks een structureel overleg plaats.

  • 9.

    Daarnaast vindt minimaal twee maal per jaar een overleg plaats tussen de contactambtenaar en vertegenwoordigers van het platform.

  • 10.

    Van overleg en afspraken met het platform doet de gemeente binnen zes weken schriftelijke rapportage aan het platform. Met beargumenteerde verantwoording over wat er met de adviezen is gedaan.

  • 11.

    Door Burgemeester en Wethouders wordt zorg gedragen dat van de zijde van de gemeente aan het platform de nodige informatie wordt verstrekt ten behoeve van het naar behoren functioneren van het platform. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid te begrijpen en om ontwikkelingen en wijzigingen te kunnen volgen.

  • 12.

    Tenminste één keer per jaar raadpleegt en/of informeert het Platform belanghebbenden over alle van belang zijnde aangelegenheden.

Artikel 5. Faciliteiten

  • 1.

    Het platform ontvangt jaarlijks een subsidie voor de bestrijding van de noodzakelijkerwijs te maken onkosten. Op deze subsidie is de algemene subsidie-verordening van toepassing.

  • 2.

    Deze middelen worden zodanig ter beschikking gesteld dat het platform redelijkerwijze in staat kan worden geacht namens een brede achterban gemeenschappelijke belangen te behartigen.

  • 3.

    Voor niet reguliere activiteiten kan een projectsubsidie worden toegekend.

Artikel 6. Klanttevredenheidsonderzoek

  • 1.

    Indien er geen platform binnen de gemeente actief is, zullen Burgemeester en Wethouders de cliëntenparticipatie vorm geven door middel van een klanttevredenheidsonderzoek.

  • 2.

    Dit klanttevredenheidsonderzoek zal minimaal één maal per twee jaar worden gehouden.

  • 3.

    De resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek zal met de doelgroep worden gecommuniceerd, waarbij wordt aangegeven op welke wijze de gemeente deze resultaten van het onderzoek in haar beleid betrekt.

Artikel 7. Samenstelling

  • 1.

    Het platform is samengesteld uit cliënten met een WWB/WIJ-uitkering en vertegenwoordigers van belangenbehartigende organisaties.

  • 2.

    In het platform kunnen deskundigen op persoonlijke titel zitting nemen.

  • 3.

    Het platform draagt zelf zorg voor het vervullen van vacatures.

Hoofdstuk 3: Slotbepalingen

Artikel 8. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, als

toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 9. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 oktober 2009.

Artikel 10. Intrekking

De verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en minimabeleid wordt ingetrokken met ingang van 1 oktober 2009.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als:

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand, Wet investeren in jongeren en minimabeleid gemeente Zwartewaterland

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Zwartewaterland in de openbare vergadering van 26 november 2009.

De voorzitter, De griffier,

A.C. Hofland A.J. Kastelein-Renkema