Organisatie | Almere |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden |
Citeertitel | Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-10-2019 | 01-01-2019 | wijziging art. 1, art 2 en art. 3 | 26-09-2019 | RV-69/2019 | |
13-01-2018 | 11-10-2019 | wijziging lijst artikel 2 | 14-12-2017 | RV-76/2017 | |
11-09-2013 | 13-01-2018 | wijziging artikelen 2 en 3 en bijlage | 04-07-2013 Gemeenteblad Almere, 03-09-2013 | RV-47/2013 | |
01-03-2001 | wijziging art.3 | 08-02-2001 Onbekend | Nr. 2-20001 | ||
18-04-1996 | artikelnummers in aanhef en artikel 1, aanhef en onder b | 18-04-1996 Onbekend | Nr. 49 | ||
22-04-1993 | toevoeging aan lijst in bijlage: de externe adviescommissie sociale zaken | 22-04-1993 Onbekend | Nr. 52 | ||
20-09-1990 | 10-05-1990 | 11-09-2013 | nieuwe regeling | 20-09-1990 Onbekend | Nr. 144 |
De leden van een commissie, genoemd onder I, in de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte lijst, die geen raadslid zijn ontvangen voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie een vergoeding als bedoeld in artikel 3.4.1 van de Algemene Maatregel van Bestuur zoals dat bedrag jaarlijks door de minister van binnenlandse zaken is of wordt vastgesteld voor de gemeenteklasse behoren bij het aantal inwoners dat de gemeente telt op 1 januari van het jaar waarvoor genoemd bedrag is vastgesteld.
Het begrip "commissie" moet ruim worden opgevat. Alle door de gemeentelijke bestuursorganen ingestelde commissies vallen hieronder.Voor alle duidelijkheid zij opgemerkt dat commissies, waarvoor bij of krachtens een bijzondere wet een eigen vergoedingsregeling geldt c.q. moet worden vastgesteld, buiten de werkingssfeer van deze verordening vallen.
Deze bepaling is een uitwerking van artikel 64g, eerste lid, van de Gemeentewet en artikel 6 van hetRechtspositiebesluit raads- en commissieleden. De maximale bedragen die de gemeenteraad mag toekennen zijn vermeld in tabel IV, behorend bij het Rechtspositiebesluit. De bedragen worden jaarlijks door de minister van binnenlandse zaken vastgesteld.
Dit lid is toegevoegd om in de Verordening een grondslag te bieden voor een vergoeding voor werkzaamheden van commissieleden zonder dat feitelijk een vergadering is bijgewoond. Aanleiding is het mee adviseren door leden van de bezwaarschriftencommissie in geval van enkelvoudig horen. Deze commissieleden bestuderen het dossier, beraadslagen over het uit te brengen advies en beoordelen het conceptadvies zonder dat hier een vergoeding tegenover stond. Een vergoeding tot maximaal het in Tabel IV van het Rechtspositiebesluit vermelde bedrag voor commissieleden wordt geacht in redelijke verhouding te staan tot de te verrichten werkzaamheden.
Zie artikel 64i van de gemeentewet.
Uit artikel 64g, vierde lid, van de gemeentewet volgt dat het niet de bedoeling van de wetgever is geweest diegenen voor een vergoeding/tegemoetkoming in aanmerking te laten komen voor wie het bijwonen van de betreffende commissievergaderingen voortvloeit uit hun functie, voor de uitoefening waarvan zij reeds een bezoldiging ontvangen. Te denken valt bijvoorbeeld aan de vakbondsvertegenwoordigers, die in de commissie voor het georganiseerd overleg zitting hebben.
Behoeft geen nadere toelichting.