Organisatie | Zevenaar |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | nr 04.15 Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2010 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | gemeentelijke belastingen |
inwerkingtreding afvalstoffenheffing 2010 : 1-1-2010
artikel 15.33 van de Wet milieubeheer en artikel 255 van de Gemeentewet;
+ tarieventabel
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-11-2009 | 01-01-2011 | Onbekend | 04-11-2009 Zevenaar Post, 25-11-2009 | Onbekend |
Artikel 1 - Aard van de belasting en belastbaar feit
1. Onder de naam “afvalstoffenheffing” wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
a. degene die naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van een perceel;
b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
Artikel 3 – Maatstaf van heffing en belastingtarief
De afvalstoffenheffing wordt geheven naar de maatstaven en tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 6 - Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting, als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en daar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt, alwaar de geboden mogelijkheden voor inzameling van huishoudelijke afvalstoffen gelijk zijn.
5. Belastingaanslagen van minder dan € 9,- worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde belastingaanslagen aangemerkt als één belastingaanslag.
Artikel 7 - Termijnen van betaling
1. De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
2. In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 2.000,- en de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso van de betaal- rekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, dat:
a. aanslagen, zoals bedoeld in Hoofdstuk 1 (vast bedrag per jaar) van de Tarieventabel, waarvan de dagtekening ligt tussen 1 januari en 1 september van het belastingjaar waarop ze betrekking hebben, moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet tot de maand december nog maanden in het belastingjaar overblijven;
b. aanslagen, zoals bedoeld in Hoofdstuk 1 (vast bedrag per jaar) van de Tarieventabel, waarvan de dagtekening ligt na 1 september van het belastingjaar waarop ze betrekking hebben, moeten worden betaald in drie gelijke termijnen;
c. aanslagen, zoals bedoeld in Hoofdstuk 2 (variabel bedrag per lediging) van de Tarieventabel, in zes gelijke termijnen moeten worden voldaan. Bij het van toepassing zijn van het vorenstaande vervallen de incassotermijnen aan het einde van de maand, waarbij de eerste termijn ten minste tien dagen na de dagtekening van de aanslag valt.
3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
1. Bij de invordering van de afvalstoffenheffing, zoals bedoeld in de Hoofdstukken 1 en 3 van de Tarieventabel, wordt tot een maximum van € 69,60 kwijtschelding verleend. Het maximumbedrag wordt bij heffing naar tijdsgelang, zoals bedoeld in artikel 6, naar evenredigheid omgerekend.
2. Bij de invordering van de afvalstoffenheffing, zoals bedoeld in Hoofdstuk 2 van de Tarieventabel (variabel bedrag per lediging), wordt geen kwijtschelding verleend.
3. Bij de toepassing van het eerste lid wordt in afwijking van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de kosten van bestaan gesteld op 100%.
Artikel 9 – Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing geven.
Artikel 10 – Overgangsbepaling
De “Verordening afvalstoffenheffing 2009”, vastgesteld bij raadsbesluit van 29 oktober 2008 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening afvalstoffenheffing 2010”.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zevenaar, gehouden op 4 november 2009.
-----------------------------------------
Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Zevenaar van 4 november 2009,