Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Elburg

Kermisverordening gemeente Elburg 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieElburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingKermisverordening gemeente Elburg 2012
CiteertitelKermisverordening Elburg 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpKermis

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 147 en 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-06-2012Nieuwe regeling

26-03-2012

Huis aan huis Elburg, 05-06-2012

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Kermisverordening gemeente Elburg 2012

De raad der gemeente Elburg;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 februari 2012;

gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen :

Kermisverordening gemeente Elburg 2012

Paragraaf 1 Algemene Bepalingen

Artikel 1 Algemene bepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    kermis: het door de gemeente georganiseerde evenement waarbij bezoekers door verschillende kermisinrichtingen worden geamuseerd.

  • b.

    kermisinrichtingen: vermakelijkheden, kinder- en familiezaken, oefeningspelen en verkoopzaken, bestemd tot vermaak en vertier op kermissen;

  • c.

    consumptiezaken: inrichtingen waarin artikelen voor consumptie worden verkocht;

  • d.

    standplaats: de locatie van een kermisinrichting en consumptiezaak op de kermis.

  • e.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Elburg.

Artikel 2 Kermis

  • 1.

    In de gemeente Elburg worden jaarlijks twee kermissen gehouden, te weten:

    • -

      de Voorjaarskermis in ’t Harde;

    • -

      de Zomerkermis in Elburg.

Artikel 3 Locaties van de kermissen

  • 1.

    Het college wijst de locaties aan voor het houden van de kermissen.

  • 2.

    De kermissen worden gehouden op door het college vast te stellen voorwaarden.

Artikel 4 Periodes waarin kermissen plaatsvinden

  • 1.

    Het college wijst de periodes aan waarin de kermissen plaatsvinden.

Paragraaf 2 Vergunningen

Artikel 5 Standplaats

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het college een standplaats op de kermis in te nemen.

  • 2.

    De standplaats moet worden ingenomen door degene aan wie de plaats is gegund en alleen voor de in de vergunning vermelde kermisinrichting of consumptiezaak.

  • 3.

    Degene aan wie een standplaats is toegewezen, mag de standplaats niet eerder innemen dan op de maandag voorafgaande aan het begin van de kermis. Dit houdt in dat slechts 2 volle dagen beschikbaar zijn voor de opbouw met een eventuele uitloop naar de ochtend voor de aanvang van de kermis.

  • 4.

    Degene aan wie een standplaats is toegewezen, is verplicht deze uiterlijk op de dinsdag na afloop van de kermis te ontruimen, tenzij het college, bij wijze van uitzondering, verlenging van de termijn hebben toegestaan. Het is niet toegestaan op de zondag na afloop van de kermis de kermisattractie af te breken en de standplaats te verlaten.

Paragraaf 3 Bepalingen over het gebruik van de standplaats

Artikel 6 Aanvangs- en sluitingstijden

  • 1.

    Kermisinrichtingen mogen niet vroeger geopend worden dan om 13.00 uur.

  • 2.

    Kermisinrichtingen moeten gesloten worden om 23.30 uur.

Artikel 7 Tijden

Het is verboden kermisinrichtingen voor het publiek geopend te hebben buiten de tijden gedurende welke de kermissen worden gehouden.

Artikel 8 Verzorging standplaats

  • 1.

    De vergunningshouder is verplicht er zorg voor te dragen dat zijn standplaats een goed verzorgd aanzien biedt, zulks ter beoordeling van het college.

  • 2.

    Tijdens de kermis dient hij zijn afval, verpakkingsmaterialen e.d. zelf in te zamelen.

  • 3.

    Alvorens hij het kermisterrein verlaat, dient hij zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren.

Artikel 9 Voertuigen plaatsen

  • 1.

    Het is verboden tijdens de kermissen en gedurende een door een college te bepalen periode daarvoor, alsmede daarna, op de in artikelen 3 en 4 van deze verordening bedoelde terreinen rij- en voertuigen te plaatsen en te hebben zonder toestemming van de politie en op een andere wijze dan bij die toestemming is bepaald.

  • 2.

    Het besluit van het college bedoeld in het eerste lid van dit artikel wordt ter openbare kennis gebracht.

Paragraaf 4 Straf en slotbepalingen

Artikel 10 Nadere regels

  • 1.

    Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening;

  • 2.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, is het college bevoegd een besluit te nemen.

Artikel 11 Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning is vereist.

  • 2.

    Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en/of beperkingen in acht te nemen.

Artikel 12 Toezicht

Naast degene, genoemd in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering zijn met het opsporen van overtredingen van deze verordening belast, ieder voor zover betreft de zaken aan zijn toezicht toevertrouwd, de last verstrekt te alle tijd elk gebouw of woning, waaronder begrepen woonwagens en woonschepen en elke andere, al dan niet afgesloten ruimte of erf ook tegen de wil van de bewoner, eigenaar of gebruiker, te betreden of binnen te treden, zo dikwijls de zorg voor de naleving van deze verordening zulks vereist, voor zoveel woningen betreft met inachtneming van de bepalingen van de wet van 31 augustus 1853, Stb. nr. 83.

Artikel 13 Verbodsbepaling

Het is verboden:

  • 1.

    Muziek te maken buiten de openingsuren van de kermis, behoudens voor afstellen of testen.

  • 2.

    Gebruik te maken van sirenes, hoorns en dergelijke instrumenten, anders dan om begin en einde van een rit aan te kondigen, alsook van andere overmatig lawaaimakende apparaten.

  • 3.

    In verkoopzaken gebruik te maken van versterkers.

  • 4.

    In vermaakzaken consumptieartikelen of andere voorwerpen te verkopen of uit te geven, of automaten te hebben.

  • 5.

    Vanuit speelgoedkramen goederen met suikerwaren of snoepgoed in welke vorm dan ook, al dan niet aangehecht of gevuld, te verkopen.

  • 6.

    In nougatkramen speelgoed in welke vorm dan ook aangehecht met snoepgoed, behalve de zogenaamde vulartikelen, te verkopen.

  • 7.

    Vóór het sluitingsuur van de kermis inrichtingen te sluiten of onverlicht te laten, behoudens in bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het college.

Artikel 14 Geluidsoverlast

  • 1.

    Op het kermisterrein mag door of vanwege de pachter geen overlast veroorzakende muziek of ander geluid ten gehore worden gebracht.

  • 2.

    De geluidsinstallaties, inclusief de luidsprekers, mogen zich uitsluitend binnen de kermisattracties bevinden, waarbij de voorzijde van de luidsprekers uitsluitend gericht mag zijn, op het centrum van de kermislocatie.

  • 3.

    De luidsprekers mogen in geen geval op de omringende woonbebouwing zijn gericht.

  • 4.

    De geluidsinstallaties moeten zodanig zijn afgesteld dat op één meter van de attractie het equivalente geluidsniveau (LAeq) de 80 db(A) en het maximale geluidsniveau (Lmax) de 95 db(A) niet overschrijdt.

  • 5.

    De gemeente Elburg behoudt zich het recht voor om daar, waar dit gewenst wordt geacht, geluidsbegrenzers in attracties te plaatsen. De exploitant aan wie een plaats is gegund dient hieraan zijn of haar medewerking te verlenen.

  • 6.

    Het gebruik van niet geluidgedempte stroomaggregaten is niet toegestaan.

Artikel 15 Nadere voorschriften

Het college is bevoegd nadere voorschriften met betrekking tot orde, veiligheid en overige zaken die van belang worden geacht bij de organisatie van de kermissen, vast te leggen in de Algemene Verpachtingsvoorwaarden.

Artikel 16 Strafbepalingen

Overtreding of niet-naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde kan gestraft worden met:

  • a.

    een hechtenis van ten hoogste 3 maanden of een geldboete van de tweede categorie;

  • b.

    en/of uitsluiting van deelname als pachter aan de kermissen in de gemeente Elburg gedurende ten hoogste 3 jaren.

Artikel 17 Intrekking en schorsing kermisvergunning

Het college kan een vergunning voor een standplaats op een kermis, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel schorsen, indien de vergunninghouders op een persoon die hem bijstaat:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van een vergunning overtreedt;

  • b.

    zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; of

  • c.

    niet of niet tijdig de verschuldigde pacht voldoet of heeft voldaan.

Artikel 18 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de kermis te verwijderen indien hij:

  • a.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • b.

    zich op de kermis schuldig maakt aan wangedrag of bedrog.

Artikel 19 Promotie

Het college draagt zorg voor een goede promotie van de kermissen.

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Kermisverordening Elburg 2012".

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in op de dag na publicatie.

Aldus besloten door de raad der gemeente Elburg

in zijn vergadering van 26 maart 2012

de voorzitter, de griffier,

F.A. de Lange Mr. Ir. M.C. Luiting-Kamminga.

Nota-toelichting

Algemene Toelichting

 

De gemeente Elburg houdt de exploitatie van de kermissen in eigen beheer. Voor een ieder moet duidelijk zijn welke regels er gelden rondom de exploitatie van de kermissen, daarom is ervoor gekozen om regels hiervoor vast te leggen in een verordening.

 

 

In artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet is bepaald dat gemeentelijke verordeningen door de raad worden vastgesteld voor zover de bevoegdheid daartoe niet bij wet of door de raad krachtens de wet aan het college of de burgemeester is toegekend.

In artikel 149 van de Gemeentewet staat vermeld dat de raad verordening maakt die hij in het belang van de gemeente nodig acht.

De Kermisverordening beoogt de gemeentelijke belangen te beschermen. Het gaat hier om belangen van openbare orde, zedelijkheid en gezondheid, beperking van overlast, regulering van het woon- en leefklimaat en de veiligheid binnen de gemeente. Om die reden is er dan ook voor gekozen om de exploitatie van de kermissen in handen van de gemeente zelf te laten.

 

Omdat de kermis een volksfeest is, is het wenselijk dat deze jaarlijks terugkeert in dezelfde periode en dat deze algemeen en voor iedereen toegankelijk is.

 

Artikel 1 Algemene bepalingen

 

In dit artikel wordt een aantal begrippen dat in de verordening wordt gehanteerd, dat wil zeggen begrippen die op een bepaald onderdeel van deze verordening betrekking hebben.

 

Artikel 2 Kermis

 

Dit artikel geeft de locaties van de kermissen aan.

 

Artikel 3 Locaties van de kermissen.

 

Om te voorkomen dat bij een wijziging van de locaties, steeds de verordening aangepast dient te worden, is gekozen om de locaties aan te laten wijzen door het college.

 

Artikel 4 Periodes waarin de kermissen plaatsvinden.

 

Om te voorkomen dat bij een wijziging van de periodes waarin de kermissen plaatsvinden, steeds de verordening aangepast dient te worden, is gekozen om de periodes aan te laten wijzen door het college.

 

Artikel 5 Standplaats

Men kan pas een standplaats op de algemene kermis innemen wanneer men een standplaats door het college toegewezen heeft gekregen. Hiermee wordt voorkomen dat het eenieder vrij staat om een plek op het kermisterrein in te nemen en dat daardoor de kwaliteit van de kermis en de veiligheid in gevaar komen.

Om de opbouw van de algemene kermis in goede banen te leiden, mag een standplaats pas worden ingenomen na goedkeuring van de gemeente, omdat de gemeente zicht heeft op de gang van zaken en hoe de opbouw verloopt en zo wordt voorkomen dat exploitanten bij de opbouw hinder van elkaar ondervinden.

De ontruiming van de kermisinrichting mag niet eerder plaatsvinden dan na toestemming van de gemeente. Daarnaast speelt bij de ontruiming de attractiviteit van de kermis een rol en is de kermis niet gediend wanneer verschillende kermisinrichtingen al zijn ontruimd alvorens de kermis is afgelopen.

 

Artikel 6 Aanvangs- en sluitingstijden

 

In het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast en het beschermen van het woon en leefklimaat zin de aanvangs- en sluitingstijden vastgesteld.

 

Artikel 7 Tijden

 

Betreft een verbodbepaling betreffende de aanvangs- en sluitingtijden.

 

 

Artikel 8 Verzorging standplaats

 

Dit artikel is opgenomen om te zorgen dat het kermisterrein en schoon en opgeruimd uitziet.

 

Artikel 9 Voertuigen plaatsen

 

Dit artikel zorgt ervoor dat de kermisterreinen vooraf autovrij zijn, zodat het terrein ingericht kan worden.

 

Artikel 10 Nadere regels

 

In het kader van het dualisme is het wenselijk dat de raad de hoofdlijnen vaststelt en de zaken in het kader van uitvoering laat regelen door het college. Naast de Kermisverordening zullen er nog nadere regels opgesteld worden over o.a. de pachtvoorwaarden en de inrichting van het kermisterrein.

 

Artikel 11 Voorschriften en beperkingen

 

Ofschoon in literatuur en jurisprudentie algemeen het standpunt wordt gehuldigd dat de bevoegdheid tot het verbinden van voorschriften in beginsel aanwezig is in die gevallen waarin het al dan niet verlenen van de vergunning ter vrije beslissing staat van het beschikkende orgaan, verdient het uit een oogpunt van duidelijkheid en ter uitsluiting van elke twijfel aanbeveling deze bevoegdheid uitdrukkelijk vast te leggen in de verordening.

 

Artikel 12 Toezicht

 

In artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht wordt aangegeven dat onder toezichthouder wordt verstaan: een natuurlijk persoon, die bij of krachtens een wettelijk voorschrift is belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig wettelijk voorschrift. Een persoon die aangewezen is als toezichthouder beschikt in beginsel over alle in afdeling 5.2 van de Awb opgenomen bevoegdheden. Op grond van artikel 5:14 van de Awb kunnen deze bevoegdheden bij verordening of bij besluit van het college worden beperkt. In dit verband is tevens artikel 5:16a van de Awb van belang. Hierin staat beschreven dat een toezichthouder bevoegd is van personen inzage te vorderen van een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.

 

Artikel 13 Verbodsbepaling

 

Voor de bescherming van de veiligheid en het leefklimaat zijn in dit artikel verboden opgenomen.

 

Artikel 14 Geluidsoverlast

 

Dit artikel is opgenomen om te voorkomen dat er sprake is van geluidsoverlast.

 

Artikel 15 Nadere voorschriften

 

Op grond van dit artikel kunnen er nadere voorschriften verbonden worden voor de exploitatie van kermissen.

 

Artikel 16 Strafbepalingen

 

Op grond van artikel 154 van de Gemeentewet kan de gemeenteraad op overtreding van zijn verordeningen straf stellen. Deze straf mag niet zwaarder zijn dan hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie.

 

Artikel 17 Intrekking en schorsing kermisvergunning

 

Het hangt van de omstandigheden af of tot intrekking of schorsing wordt overgegaan. Zo zal niet iedere niet-nakoming nopen tot toepassing van de administratieve sanctie van intrekking of schorsing van de vergunning.

 

Artikel 18 Onmiddellijke verwijdering

 

Bij zware overtredingen van de voorschriften die verbonden zijn aan de vergunning kan overgegaan worden tot onmiddellijk verwijdering.

 

Artikel 19 Promotie

 

Een goede promotie van de kermissen is noodzakelijk om te zorgen dat er bezoekers op de kermis afkomen. Daarom is in de verordening een bepaling opgenomen over de promotie van de kermissen.

 

Artikel 20 Citeertitel

 

De citeertitel is de naam waaronder de verordening kan worden aangehaald.

 

Artikel 21 Inwerkingtreding

 

Op grond van artikel 142 Gemeentewet treden bekendgemaakte besluiten in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking, tenzij in deze besluiten daarvoor een ander tijdstip is aangewezen. In de kermisverordening is een specifieke datum aangegeven waarop de verordening in werking treedt.