Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Maassluis

2012-08 Nadere regels subsidies 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Maassluis
Officiële naam regeling2012-08 Nadere regels subsidies 2012
Citeertitel2012-08 Nadere regels subsidies 2012
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 156

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Algemene Subsidieverordening Maassluis 2011, artikel 3, derde lid

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-05-201223-07-2013Wijzigingen betreffen consequenties van gerealiseerde bezuinigingen en verduidelijkingen op basis van praktijkervaringen

17-04-2012

De Schakel

ADV-12-00746
04-05-201223-07-2013Wijzigingen betreffen consequenties van gerealiseerde bezuinigingen en verduidelijkingen op basis van praktijkervaringen

17-04-2012

De Schakel

ADV-12-00746
04-05-201224-07-2013Wijzigingen betreffen consequenties van gerealiseerde bezuinigingen en verduidelijkingen op basis van praktijkervaringen

17-04-2012

De Schakel

ADV-12-00746
04-05-201229-07-2013Wijzigingen betreffen consequenties van gerealiseerde bezuinigingen en verduidelijkingen op basis van praktijkervaringen

17-04-2012

De Schakel

ADV-12-00746
04-05-201223-03-2018Wijzigingen betreffen consequenties van gerealiseerde bezuinigingen en verduidelijkingen op basis van praktijkervaringen

17-04-2012

De Schakel

ADV-12-00746

Tekst van de regeling

Nadere regels subsidies 2012

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Maassluis,

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan de beleidsdoelen van de gemeente Maassluis,

gelet op artikel 3, derde lid van de Algemene Subsidieverordening Maassluis 2011 en artikel 156 van de Gemeentewet

besluiten

vast te stellen de

“Nadere regels subsidies 2012”

De “Nadere regels subsidies 2012” zijn door het college vastgesteld op grond van artikel 3, derde lid van de Algemene Subsidieverordening Maassluis 2011 en artikel 156 van de Gemeentewet. Deze nadere regels zijn algemeen verbindende voorschriften.

In deze nadere regels worden per beleidsterrein de beleidsdoelstelling, de soort subsidie, de specifieke subsidiecriteria, de hoogte van de subsidie en de verdeelregels beschreven. De specifieke subsidiecriteria zijn aanvullend op de weigeringsgronden zoals beschreven in artikel 9 van de Algemene Subsidieverordening Maassluis 2011.

Subsidie wordt verstrekt voor de uitvoering van activiteiten, waarmee een bijdrage wordt geleverd aan de gemeentelijke beleidsdoelstellingen. Een organisatie geeft in haar subsidieaanvraag aan welke gemeentelijke beleidsdoelstelling zij met haar activiteiten een bijdrage levert. Voor dezelfde activiteiten kan maar één keer subsidie worden aangevraagd.

Het is mogelijk om ook op terreinen waarvoor geen nadere regels zijn vastgesteld subsidies te verlenen.

Het college stelt jaarlijks subsidieplafonds vast in een apart besluit.

Nadere afspraken over de uit te voeren activiteiten en tarieven tussen de subsidieaanvrager en de gemeente kunnen worden vastgelegd in de (meerjaren) beschikking tot subsidieverlening, eventueel uitgewerkt in een uitvoeringsovereenkomst.

 

INHOUDSOPGAVE NADERE REGELS SUBSIDIES 2012

1. Zelfstandig functioneren en wonen

1.1 Ondersteuning aan kwetsbare inwoners

1.2 Algemeen maatschappelijk werk

2. Ontmoeting, participatie en leefbaarheid

2.1 Participatie van kwetsbare inwoners

2.2 Participatie van jeugdigen

2.3 Participatie mensen in achterstandsposities

2.4 Meld- en adviespunt discriminatie

3. Educatie en ontwikkeling

3.1 Verminderen van taal- en ontwikkelingsachterstanden door middel van

Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

3.2 Stimuleren ontwikkeling door middel van peuterspeelzaalwerk

3.3 Ondersteuning van jeugdigen en hun ouders (maatwerkdeel

jeugdgezondheidszorg)

3.4 Preventieprojecten jeugd

3.5 Begeleiding nieuwkomers

3.6 Brede school activiteiten

4. Sport en spel

4.1 Subsidies sportverenigingen

4.2 Scouting en Zeekadettenwerk

5. Kunst en cultuur

5.1 Creativiteitsontwikkeling

5.2 Amateurkunst

5.3 Lokale kunstevenementen

6. Volksfeesten, promotie en toerisme

6.1 Volksfeesten

6.2 Promotie en toerisme

7. Overig

7.1 Jubileumsubsidie

7.2 Investeringssubsidie

 

Hoofdstuk 1 ZELFSTANDIG FUNCTIONEREN EN WONEN

De subsidies die worden verstrekt in het kader van ‘Zelfstandig functioneren en wonen’ leveren een bijdrage aan de volgende maatschappelijke effecten:

- Inwoners van Maassluis blijven zo lang mogelijk zelfstandig functioneren en meedoen (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3 Samenlevingszaken, maatschappelijk effect 1) en

- Inwoners van Maassluis zijn gezond (programma 3 Samenlevingszaken, maatschappelijk effect 3).

Doelstelling:

Er aan bijdragen dat de Maassluise inwoner bewust bezig kan zijn met een gezonde levensstijl zodat men zo lang mogelijk gezond blijft en zelfstandig kan functioneren.

Toelichting:

Hieronder vallen activiteiten, waarbij ondersteuning, voorzieningen en informatie en advies worden geboden die erop gericht zijn beperkingen te compenseren of belemmeringen weg te nemen, waardoor zelfstandig wonen / functioneren mogelijk blijft.

 

 

Paragraaf 1.1 ONDERSTEUNING AAN KWETSBARE INWONERS

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het zo lang mogelijk zelfstandig wonen en functioneren van kwetsbare inwoners door middel van het bieden van ondersteuning, informatie en advies, voorzieningen en praktische diensten, niet zijnde maatschappelijk werk en sociaal raadslieden werk (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 1). Daarnaast wordt subsidie verstrekt voor activiteiten die er aan bijdragen inwoners uit een sociaal isolement te halen (trede 1 van participatieladder). Onder kwetsbare inwoners verstaan wij mensen met beperkingen (lichamelijk en/of verstandelijk), mensen met een chronisch psychisch probleem en mensen met een psychosociaal probleem. Daarnaast behoren hiertoe de mantelzorgers.

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager werkt samen met andere lokale organisaties om te komen tot een afgestemd en samenhangend aanbod dat tegemoet komt aan de vraag van de inwoners van Maassluis.

  • 2 In overleg met de gemeente wordt voor de activiteiten een eigen bijdrage van deelnemers of bezoekers gevraagd.

  • 3 De subsidieaanvrager richt zich op een of meer van de volgende activiteiten:

    a. Stimuleren van een gezonde leefstijl.

    b. Vroegtijdig signaleren van (gezondheids)problemen en toeleiden naar regulier aanbod.

    c. Het ondersteunen van mantelzorgers en kwetsbare inwoners in Maassluis door middel van informatie, advies en begeleiding op individueel niveau, lotgenotencontact, cursussen en voorlichting.

    d. Het bieden van praktische hulp en ondersteuning aan kwetsbare inwoners en mantelzorgers.

    e. Het geven van psychische begeleiding aan slachtoffers van een misdrijf.

     

  • 4 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 5 De subsidieaanvrager zet waar mogelijk vrijwilligers in voor de activiteiten.

  • 6 De activiteiten van de subsidieaanvrager zijn toegankelijk en bereikbaar.

  • 7 De activiteiten van de subsidieaanvrager zijn aantoonbaar afgestemd op de vraag van de inwoners van Maassluis in het algemeen of op één van de drie gebieden in het bijzonder (vraaggericht en gebiedsgericht)

  • 8 Vrijwilligersvacatures van de subsidieaanvrager worden aangemeld bij het Steunpunt Vrijwilligers van de gemeente Maassluis.

  • 9 Vacatures van de subsidieaanvrager worden aangemeld bij Dukdalf Talent.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, geeft het college de voorkeur aan de organisaties die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) hebben ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 1.2 ALGEMEEN MAATSCHAPPELIJK WERK

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan

- het oplossen van en omgaan met problemen en verstoringen in het functioneren van inwoners van Maassluis in wisselwerking met hun sociale omgeving (school en gezin) en/of

- het oplossen van problemen die inwoners van Maassluis hebben met regels en instanties

door het aanbieden van algemeen maatschappelijk werk en advies (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 1 en 3). De maatschappelijk werker beoogt met zijn hulpverlening het sociaal functioneren en participeren van personen of de wisselwerking tussen personen en hun sociale omgeving te verbeteren. De realisering van dit doel vormt een gezamenlijke activiteit van de maatschappelijk werker en de betrokken(en).

 

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De activiteiten van de subsidieaanvrager komen ten goede aan de inwoners van de gemeente Maassluis en zijn openbaar toegankelijk;

  • 2 De subsidieaanvrager werkt samen met andere lokale en regionale organisaties om te komen tot een afgestemd en samenhangend aanbod voor de inwoners van Maassluis.

  • 3 De organisatie spant zich in om overlap van activiteiten met andere organisaties in kaart te brengen en te voorkomen.

  • 4 De subsidieaanvrager maakt duidelijk hoe het aanbod aansluit op de gesignaleerde behoeften.

  • 5 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 6 De subsidieaanvrager heeft een kwaliteitskeurmerk.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, geeft het college de voorkeur aan de organisatie(s) die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) heeft / hebben ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft / hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Hoofdstuk 2 ONTMOETING, PARTICIPATIE EN LEEFBAARHEID

Onder participatie wordt verstaan: deelname aan het maatschappelijk leven. De deelname aan het maatschappelijk leven kan betrekking hebben op verschillende levensgebieden en verschillende vlakken, zoals: arbeidsparticipatie, het volgen van scholing of een opleiding, het hebben van een eigen inkomen, bekendheid met (lokale) mogelijkheden op het terrein van sport, cultuur, welzijn, zorg en educatie, het doen van vrijwilligerswerk, betrokken bij de opleiding en/ of vrijetijdsbesteding van kinderen, toegang tot de gezondheidszorg en het beheersen van de Nederlandse taal.

Te bereiken maatschappelijk effecten:

- Sociale samenhang en leefbaarheid zijn in Maassluis optimaal (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 2)

- Inwoners van Maassluis voelen zich veilig (programma 1, maatschappelijk effect 4)

- Inwoners van Maassluis voelen zich betrokken bij en verantwoordelijk voor hun woonomgeving (programma 1, maatschappelijk effect 5)

Doelstellingen:

• Verminderen overlast en ervaren overlast

o Verminderen overlast jongeren (straatcoaches, activiteiten jeugd)

• Bevorderen dat iedere inwoner kan deelnemen aan een vrijetijdsbeoefening

• Bevorderen van maatschappelijke participatie

o Recreatieve activiteiten kwetsbare bewoners

o Jeugdigen participeren (jeugdwerk)

Paragraaf 2.1 Participatie van kwetsbare inwoners

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de participatie van kwetsbare inwoners door middel van het aanbieden van sociaal-culturele en recreatieve activiteiten (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 1). Onder kwetsbare inwoners verstaan wij mensen met beperkingen (lichamelijk en/of verstandelijk), mensen met een chronisch psychisch probleem en mensen met een psychosociaal probleem. Daarnaast behoren hiertoe de mantelzorgers.

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager werkt samen met andere lokale organisaties om te komen tot een afgestemd en samenhangend aanbod voor de kwetsbare inwoners van Maassluis;

  • 2 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 3 De subsidieaanvrager heeft activiteiten ondernomen om andere inkomsten te werven.

  • 4 In overleg met de gemeente wordt voor de activiteiten een eigen bijdrage van deelnemers of bezoekers gevraagd.

  • 5 De activiteiten worden bij voorkeur uitgevoerd door vrijwilligers.

  • 6 Vrijwilligersvacatures van de subsidieaanvrager worden aangemeld bij het Steunpunt Vrijwilligers van de gemeente Maassluis.

  • 7 Vacatures van de subsidieaanvrager worden aangemeld bij Dukdalf Talent.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Het college bepaalt de hoogte van de subsidie op basis van de door het college noodzakelijk geachte subsidiabele kosten, met inachtneming van de verdeelregels.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, geeft het college de voorkeur aan de organisaties die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) hebben ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 2.2 Participatie van jeugdigen

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de zelfontplooiing van jeugdigen, het bieden van kansen en het voorkomen van overlast en uitval (onderwijs, arbeid of sociale verbanden) door middel van het aanbieden van een zinvolle vrijetijdsbesteding aan jeugdigen van 6 tot 21 jaar (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager voert de volgende activiteiten uit:

    a. Het bieden van bijeenkomsten aan jongeren van 6 tot 18 jaar in het kader van accommodatiegebonden jongerenwerk.

    b. Het bieden van flexibele begeleiding aan jongeren van 6 tot 23 jaar en hun omgeving in het kader van ambulant jongerenwerk.

    c. Het bieden van activiteiten en bijeenkomsten aan jongeren van 6 tot 18 jaar in het kader van sport en sportbuurtwerk.

    d. Het deelnemen aan netwerken en overleggen, inclusief het georganiseerde bewonerscontact om de effectiviteit van netwerken in de keten te vergroten.

     

  • 2 De subsidieaanvrager geniet het vertrouwen van de jeugdigen zelf.

  • 3 De subsidieaanvrager betrekt jongeren, gezinnen, scholen en sportverenigingen bij het wijkgericht jongerenwerk.

  • 4 De subsidieaanvrager stimuleert jongeren tot zelforganisatie en participatie.

  • 5 De subsidieaanvrager bevordert de integratie van verschillende groepen jongeren.

  • 6 De subsidieaanvrager werkt samen met andere organisaties en instellingen die zich inzetten voor jeugdigen.

  • 7 De activiteiten van de subsidieaanvrager zijn aantoonbaar afgestemd op de vraag van de inwoners en jeugdigen van Maassluis in het algemeen of op één van de drie gebieden in het bijzonder.

  • 8 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 9 De activiteiten van de subsidieaanvrager zijn voor de jeugdige inwoners van Maassluis toegankelijk en bereikbaar.

  • 10 De subsidieaanvrager heeft activiteiten ondernomen om andere inkomsten te werven.

  • 11 In overleg met de gemeente wordt voor de activiteiten een eigen bijdrage van deelnemers of bezoekers gevraagd.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie(s) die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling heeft / hebben ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft / hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 2.3 Participatie mensen in achterstandsposities

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de deelname aan het maatschappelijk leven van mensen in achterstandsposities door middel van het verbeteren van hun positie (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4). Of mensen in een achterstandspositie verkeren wordt afgemeten aan de volgende indicatoren:

- Het niet hebben van werk of het hebben van een laag inkomen;

- het niet voltooid hebben van een opleiding;

- het onvoldoende beheersen van de Nederlandse taal;

- een slechte gezondheid hebben;

- het hebben van een lage Sociaal Economische Status (SES)

 

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager maakt duidelijk op welke groep mensen hij zich richt.

  • 2 De activiteiten van de subsidieaanvrager zijn openbaar toegankelijk voor de doelgroep.

  • 3 De subsidieaanvrager toont aan hoe zijn/haar activiteiten bijdragen aan het verbeteren van de positie van de doelgroep.

  • 4 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 5 De subsidieaanvrager bereikt een naar het oordeel van het college substantieel deel van de doelgroep.

Artikel 4 Hoogte subsidiebedrag
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

  • 3 De hoogte van de subsidie is maximaal € 5.000,= per activiteit.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie(s) die naar het oordeel van het college het meeste bijdragen aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling.

Paragraaf 2.4 Meld- en adviespunt discriminatie

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die eraan bijdragen dat de inwoners van Maassluis de gelegenheid hebben gebruik te maken van een meld- en adviespunt discriminatie en dat zij worden geadviseerd en ondersteund.

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager exploiteert een laagdrempelig meld- en adviespunt dat tijdens kantooruren bereikbaar is voor alle inwoners van Maassluis.

  • 2 De subsidieaanvrager adviseert en ondersteunt de melder en/of het slachtoffer en probeert door bemiddeling tot een oplossing te komen.

  • 3 De subsidieontvanger zorgt voor bekendheid van het meldpunt bij de inwoners, organisaties en instellingen van Maassluis bijvoorbeeld door middel van folders, affiches, internet en free publicity.

  • 4 De subsidieontvanger houdt een registratie bij van het aantal en aard van de klachten en herkomst van meldingen (onder andere inwoner, politie, openbaar ministerie, waarnemingen in de media en de publieke ruimte) en rapporteert daarover aan de gemeente.

  • 5 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 6 De subsidieontvanger werkt nauw samen met en voert overleg met de politie het openbaar ministerie en de gemeente.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college verstrekt subsidie aan één organisatie.

  • 3 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling heeft ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Hoofdstuk 3 EDUCATIE EN ONTWIKKELING

De subsidies die verstrekt worden leveren een bijdrage aan het maatschappelijk effect:

Inwoners van Maassluis beschikken over kennis en vaardigheden die ze voor hun toekomst nodig hebben (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4)

Doelstellingen:

• Bevorderen dat iedere jongere een startkwalificatie behaalt.

• Voorkomen van leerachterstanden

• Bevorderen dat iedere inwoner zich optimaal kan ontplooien

 

Paragraaf 3.1 Vermindering van taal- en ontwikkelingsachterstanden door middel van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen van 2 en 3 jaar door middel van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE), met het doel ontwikkelings- en/of leerachterstanden te voorkómen (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager biedt een VVE-programma aan dat voldoet aan de volgende criteria:

    a. Er is sprake van een gestructureerde didactische aanpak

    b. Er wordt gezorgd voor intensieve begeleiding van de kinderen

    c. Het programma wordt aangeboden door professionals

    d. Het programma wordt aangeboden op een kinderdagverblijf of een peuterspeelzaal.

    e. Het programma wordt aangeboden voor minimaal 4 dagdelen in de week.

     

  • 2 De subsidieaanvrager is een kinderdagverblijf of een peuterspeelzaal

  • 3 De opdrachtgever werkt samen met het Centrum Jeugd en Gezin (CJG), huisartsen, de kinderopvang, basisscholen en andere instellingen die zich richt kinderen van 0 tot 6 jaar.

  • 4 De subsidieaanvrager richt zich op kinderen met een indicatie voor VVE, gesteld door het bureau voor ouder- en kindzorg.

  • 5 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Artikel 4 Hoogte subsidie

De hoogte van de subsidie wordt bepaald op basis van het aantal kinderen en de kostprijs per kind zoals die zijn vastgesteld voor de kinderdagverblijven en de peuterspeelzalen. De kostprijs per kind voor de kinderdagverblijven en de peuterspeelzalen worden jaarlijks in overleg met de subsidieaanvrager vastgesteld.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie(s) die naar het oordeel van het college het meeste bijdraagt (bijdragen) aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling.

Paragraaf 3.2 Stimuleren ontwikkeling door middel van peuterspeelzaalwerk

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen van 2 en 3 jaar door middel van het aanbieden van peuterspeelzaalwerk (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager signaleert achterstandssituaties en ontplooit activiteiten die leiden tot overbrugging van die achterstanden.

  • 2 De peuterspeelzaal heeft een bezetting van minimaal 85% per groep, waarbij een groep bestaat uit maximaal 16 peuters.

  • 3 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college verstrekt subsidie aan één organisatie.

  • 3 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie die naar het oordeel van het college het meeste bijdraagt aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling.

Paragraaf 3.3 Ondersteuning van jeugdigen en hun ouders (maatwerkdeel jeugdgezondheidszorg)

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het voorkomen of wegnemen van opvoed- en opgroeiproblemen door middel van het bieden van laagdrempelige ondersteuning aan jeugdigen van 0 t/m 23 jaar en/of hun ouders (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager is een regionale aanbieder.

  • 2 De subsidieaanvrager werkt samen met andere lokale organisaties en instellingen in de keten.

  • 3 De activiteiten van de subsidieaanvrager sluiten aan bij het integraal jeugdbeleid van de gemeente Maassluis.

  • 4 De subsidieaanvrager neemt deel aan het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)

  • 5 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 6 6. De subsidieaanvrager levert een bijdrage aan de beleidsdoelstelling door het aanbieden van één of meer van de volgende activiteiten:

    a. het verzorgen van het pedagogisch spreekuur (een laagdrempelige voorziening bedoeld voor ouders van kinderen van 0 t/m 12 jaar die vragen hebben over de opvoeding van hun kinderen)

    b. het bieden van ambulante hulp,

    c. het bieden van schoolmaatschappelijk werk.

    d. het deelnemen aan netwerkoverleg.

    e. het bieden van cursussen en themabijeenkomsten.

     

Artikel 4 Hoogte subsidie

Voor het verzorgen van het pedagogisch spreekuur en het bieden van ambulante hulp geldt:

1. Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

2. Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Voor het bieden van schoolmaatschappelijk werk geldt:

3. Subsidiabel zijn de kosten voor de inzet van 36 uur schoolmaatschappelijk werk voor 10 VO-scholen.

4. Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd. 

 

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling heeft ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 3.4 Preventieprojecten jeugd

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten gericht op jeugdigen van 4 tot en met 17 jaar, gericht op het voorkomen van probleemgedrag van jeugdigen en het verhogen van de (ervaren) veiligheid van de inwoners van Maassluis (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 1, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De activiteiten richten zich op jeugdigen in het primair en voortgezet onderwijs (kinderen van 4 tot en met 17 jaar).

  • 2 De activiteiten leveren vallen onder een of meerdere van onderstaande categorieën:

    a. Informatieve activiteiten;

    b. Activiteiten die zich richten op bewustwording en gedragsverandering;

    c. Activiteiten die de jeugdigen ontwikkelingskansen bieden;

    d. Activiteiten die de (ervaren) veiligheid van jeugdigen verhogen.

     

  • 3 De activiteiten worden aangeboden in samenwerking met de scholen in het primair onderwijs en/ of de scholen in het voortgezet onderwijs.

  • 4 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie(s) die naar het oordeel van het college het meeste bijdraagt (bijdragen) aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling.

Paragraaf 3.5 Begeleiding nieuwkomers

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die eraan bijdragen dat vreemdelingen (statushouders, gezinsherenigers, inburgeringsoplichtingen en –behoeftigen) bekend zijn met de algemene voorzieningen op het gebied van onderwijs, wonen, werk/inkomen, welzijn, gezondheidszorg, sport en recreatie (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 Alle statushouders die zich willen vestigen in Maassluis worden bereikt;

  • 2 De subsidieontvanger werkt aan een lokaal draagvlak voor de opvang van statushouders;

  • 3 De subsidieontvanger ondersteunt statushouders bij hun vestiging en de integratie in de samenleving;

  • 4 De subsidieontvanger stimuleert dat vreemdelingen deelnemen aan de activiteiten op het gebied van ontspanning, ontmoeting, inburgering en integratie.

  • 5 De subsidieaanvrager werkt conform de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college verleent subsidie aan één organisatie.

  • 3 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling heeft ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 3.6 Brede school activiteiten

Artikel definitie

Een brede school is een samenhangend netwerk van toegankelijke en goede voorzieningen voor kinderen, ouders en buurt, met de school als middelpunt.

Brede scholen zijn herkenbaar aan:

- Structurele samenwerking tussen scholen en één of meerdere instellingen voor kinderopvang, welzijn, zorg, cultuur en sport;

- Eén gezamenlijke pedagogische visie en een doorgaande lijn in de werkwijze;

- Organistorische en financiële verankering van de samenwerking in het beleid en de uitvoering van de betrokken organisaties.

Artikel voorwaarden

Naast het feit dat aanvragen moeten passen binnen de definitie voor een brede school zijn er een aantal specifieke subsidievoorwaarden. Te weten:

- Aanvragen dienen altijd door minimaal twee partijen gedaan te worden (samenwerkingsverband);

- Aanvragen kunnen zich richten op sport, cultuur en wijkgerichte activiteiten;

- Aanvragen komen ten goede aan alle wijkbewoners;

- Aanvragen moeten ten doel hebben de sociale cohesie te bevorderen.

Aanvragen kunnen zowel eenjarige zijn als meerjarig.

Bij eenmalige aanvragen kunnen de als subsidiabel beoordeelde kosten in principe voor 100% gemeentelijk worden gefinancierd, tenzij hierdoor het beschikbare budget wordt overschreden. Dan zal naar rato worden toegekend. Na binnenkomst van de aanvragen voor 2013 zullen deze z.s.m. in behandeling worden genomen zodat er vóór aanvang van het nieuwe schooljaar 2013-2014 een besluit ligt.

Voor meerjarige aanvragen geldt dat deze het eerste jaar in principe voor 100% van de als subsidiabel beoordeelde kosten worden gehonoreerd, het eerstvolgend jaar daarop voor maximaal 75% van het totaalbedrag, het tweede volgend jaar voor maximaal 50% en het derde volgend jaar voor maximaal 25%. Uitgangspunt is dat partijen hiermee de gelegenheid krijgen structurele financiering te verwerven voor hun meerjarige project. Ook bij de beoordeling en honorering van meerjarige aanvragen geldt dat als de aanvragen het maximum budget overschrijden, de honorering naar rato zal plaatsvinden.

Aanvragen voor de eerste helft 2014 moeten voor 15 november 2013 ingediend worden, aanvragen voor de tweede helft 2014 voor 15 mei 2014.

Hoofdstuk 4 SPORT EN SPEL

Bevorderen van deelname aan sportieve activiteiten

Te bereiken maatschappelijk effecten:

- Sociale samenhang en leefbaarheid zijn in Maassluis optimaal (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 2)

- Inwoners van Maassluis zijn gezond (programma 3, maatschappelijk effect 3)

Doelstellingen:

• Bevorderen dat iedere inwoner kan deelnemen aan een vrijetijdsbeoefening

• Bevorderen van een gezonde levensstijl

o Overgewicht en bewegingsarmoede bij jongeren / kinderen tegengaan

 

Paragraaf 4.1 Subsidies sportverenigingen

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die een bijdrage leveren aan de volgende doelstellingen:

- iedere inwoner van Maassluis kan deelnemen aan een vrijetijdsbeoefening en

- bevorderen van een gezonde levensstijl en voorkomen van overgewicht en bewegingsarmoede bij jeugdigen

door het ondersteunen van sportverenigingen (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 3)

 

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag. Deze subsidie bestaat uit vier delen:

1. basissubsidie sportverenigingen

2. jeugdleden subsidie

3. aanvullende subsidies

4. OZB-subsidie

 

Artikel 3.1 Specifieke subsidiecriteria basissubsidie sportverenigingen
  • 1 Er wordt een activiteit georganiseerd, die minimaal een dagdeel duurt, die toegankelijk is voor zowel leden als niet-leden;

  • 2 De subsidieaanvrager is een sportvereniging*, die het mogelijk maakt dat inwoners van Maassluis al op jonge leeftijd kennismaakt met een vorm van sportbeoefening;

    * Een sportvereniging is een aanbieder van binnen- en/of buitensportactiviteiten, handelend zonder winstoogmerk met tenminste 50% leden (of geregistreerde deelnemers) uit Maassluis.

  • 3 Aan bovengenoemde activiteit dient bekendheid te worden gegeven door publicatie in lokale media, zodat alle inwoners van Maassluis hierover worden geïnformeerd.

  • 4 De activiteit wordt minimaal 4 weken van te voren worden aangemeld bij het sportservicepunt voor vermelding op de website van de gemeente

  • 5 De basissubsidie dient in één keer samen met eventuele subsidie jeugdleden en aanvullende subsidies te worden aangevraagd via het aanvraagformulier sportsubsidies.

  • 6 De subsidie dient aangevraagd te worden vóór 1 september van het jaar van de subsidieverlening.

Artikel 3.2 Specifieke subsidiecriteria jeugdleden sportverenigingen
  • 1 De jeugdledensubsidie is gekoppeld aan de basissubsidie. Om in aanmerking te komen voor deze jeugdledensubsidie dient de aanvrager ook in aanmerking te komen voor een basissubsidie en een activiteit in dit kader te organiseren.

  • 2 De bijdrage per jeugdlid geldt voor leden tot en met 17 jaar, die woonachtig zijn in Maassluis.

  • 3 Peildatum voor het aantal jeugdleden is 1 januari van het lopende jaar.

Artikel 3.3 Specifieke subsidiecriteria aanvullende subsidies
  • 1 De aanvullende subsidies zijn gekoppeld aan de basissubsidie. Om in aanmerking te komen voor deze aanvullende subsidies(s) dient de aanvrager ook in aanmerking te komen voor een basissubsidie en een activiteit in dit kader te organiseren.

  • 2 De subsidieaanvrager organiseert een of meer van de hieronder genoemde activiteiten, waarvoor verschillende criteria van toepassing zijn:

    a. Scholierentoernooi

    Er wordt voor maximaal 1 scholierentoernooi per jaar subsidie verleend.

    b. Opleiding/ training jeugdkader

    Er is een bijdrage per jeugdlid aangevraagd en verleend.

    c. Nevenactiviteit eigen jeugdleden

    - De subsidie is bedoeld voor vervoerskosten en/of entree

    - De activiteit is aan de eigen sport gerelateerd

    - De activiteit vindt plaats in Nederland

    d. Speciaal sportevenement

    - De activiteit, anders dan de eigen sport, heeft een openbaar karakter, is gericht op leden en niet-leden en is gericht op actieve sportdeelname

    - Aan de activiteit dient bekendheid te worden gegeven door publicatie in lokale media zodat alle inwoners van Maassluis hierover worden geïnformeerd.

    - De activiteit duurt minimaal 1 dagdeel;

    e. Anders / overig

    De subsidieaanvrager organiseert andere activiteiten die naar het oordeel van het college bijdragen aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling. Aanvragen voor deze activiteiten zullen worden voorgelegd aan de werkgroep Breedtesport, waarin ook de Maassluise Sport- en Recreatieraad (MSR) is vertegenwoordigd.

     

Artikel 3.4 Specifieke subsidiecriteria OZB-subsidie
  • 1 De aanvrager is eigenaar van de accommodatie.

  • 2 De aanvraag voor de OZB-subsidie dient in hetzelfde jaar ingediend te worden als het jaar waarop de OZB-aanslag van toepassing is. In afwijking van de overige soorten subsidie dient de aanvraag uiterlijk 12 weken na ontvangst van de OZB-aanslag ingediend te worden. Indien bewaar is aangetekend op de aanslag dan moet dit binnen de hiervoor genoemde termijn van 12 weken schriftelijk kenbaar te worden gemaakt

Artikel 4.1 Hoogte basissubsidie sportverenigingen
  • 1 De hoogte van het basisbedrag is een vast bedrag van € 336,= per jaar.

  • 2 De basissubsidie sportverenigingen wordt maximaal één keer per jaar verleend.

Artikel 4.2 Hoogte subsidie jeugdleden sportverenigingen
  • 1 Per jeugdlid wordt een subsidiebedrag van € 6,50 per jaar verstrekt.

  • 2 De subsidie jeugdleden sportverenigingen wordt maximaal één keer per jaar verleend.

Artikel 4.3 Hoogte aanvullende subsidies sportverenigingen

Per activiteit is een vast subsidiebedrag beschikbaar:

1. Scholierentoernooi: € 116,= per dagdeel met een maximum van zes dagdelen;

2. Opleiding / training jeugdkader: het college bepaalt de hoogte van de subsidie op basis van de noodzakelijk geachte kosten, met een maximum van € 500,=.

3. Nevenactiviteit eigen jeugd: maximaal € 500,=. Per deelnemer bedraagt de subsidie maximaal € 10,= als bijdrage in vervoerskosten en/of entree.

4. Speciaal sportevenement: het college bepaalt de hoogte van de subsidie op basis van de noodzakelijk geachte kosten, met een maximum van € 250,=.

 

Artikel 4.4 Hoogte OZB-subsidie

De hoogte van de OZB is maximaal de aan de gemeente betaalde Onroerend Zaak Belasting (OZB).

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast voor de basissubsidie, de jeugdledensubsidie en de aanvullende subsidies.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, wordt het bedrag per organisatie naar rato verlaagd.

  • 3 Voor de OZB-subsidies sport wordt geen subsidieplafond vastgesteld.

Paragraaf 4.2 Scouting en Zeekadettenwerk

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die een bijdrage leveren aan de sociale en fysieke ontwikkeling van jeugdigen tot en met 17 jaar door middel van het in groepsverband organiseren van knutsel- en spelactiviteiten in een veilige speelomgeving, waarbij plezier, uitdaging en samenwerking centraal staan (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag. Deze jaarlijkse subsidie bestaat uit drie delen:

1. basissubsidie

2. jeugdledensubsidie

3. OZB-subsidie

 

Artikel 3.1 Specifieke subsidiecriteria basissubsidie
  • 1 De aanvrager is een scoutingvereniging/zeekadettenkorps en is aangesloten bij de landelijke koepelorganisatie.

  • 2 De subsidieaanvrager besteedt aantoonbaar aandacht aan het werven van allochtone en gehandicapte jeugd.

  • 3 De aanvrager biedt activiteiten gedurende het hele jaar aan.

  • 4 De jeugdigen worden ondersteund door een volwassen en vakkundig kader.

  • 5 De aanvrager heeft minimaal 25 Maassluise jeugdleden.

  • 6 De aanvrager voert minimaal een keer per jaar een activiteit uit gericht op de werving van nieuwe jeugdleden.

Artikel 3.2 Specifieke subsidiecriteria jeugdledensubsidie

Om voor de jeugdledensubsidie in aanmerking te komen dient de aanvrager tevens in aanmerking te komen voor het basisbedrag.

Artikel 3.3 Specifieke subsidiecriteria OZB-subsidie
  • 1 De aanvrager is eigenaar van de accommodatie.

  • 2 De aanvraag voor de OZB-subsidie dient in hetzelfde jaar ingediend te worden als het jaar waarop de OZB-aanslag van toepassing is. In afwijking van de overige soorten subsidie dient de aanvraag uiterlijk 12 weken na ontvangst van de OZB-aanslag ingediend te worden. Indien bewaar is aangetekend op de aanslag dan moet dit binnen de hiervoor genoemde termijn van 12 weken schriftelijk kenbaar te worden gemaakt.

Artikel 4.1 Hoogte subsidiebedrag basissubsidie

Het basisbedrag bedraagt € 1.000,= per jaar.

Artikel 4.2 Hoogte jeugdledensubsidie

1. De subsidie per jeugdlid wordt bepaald aan de hand van het door de aanvrager opgegeven aantal jeugdleden op 1 januari van het jaar voorafgaand aan de subsidieperiode.

Artikel 4.3 Hoogte OZB-subsidie

De hoogte van de OZB is maximaal de aan de gemeente betaalde Onroerend Zaak Belasting (OZB).

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks voor de basissubsidie en de ledensubsidie een subsidieplafond vast.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, wordt het bedrag per organisatie naar rato verlaagd.

  • 3 Voor de OZB-subsidies wordt geen subsidieplafond vastgesteld.

Hoofdstuk 5 KUNST EN CULTUUR

Bevorderen van actieve en passieve deelname aan cultuuruitingen (museum, amateurkunstbeoefening)

Te bereiken maatschappelijk effecten:

- Sociale samenhang en leefbaarheid zijn in Maassluis optimaal (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 2

- Inwoners beschikken over kennis en vaardigheden die ze voor hun toekomst nodig hebben (programma 3, maatschappelijk effect 1)

Doelstellingen:

- Bevorderen dat iedere inwoner maatschappelijk kan participeren en zich optimaal kan ontplooien (door middel van cultuur)

 

Paragraaf 5.1 Creativiteitsontwikkeling

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de ontwikkeling van creativiteit van de inwoners van Maassluis (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 4).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager werkt met gekwalificeerde, professionele docenten.

  • 2 De subsidieaanvrager werkt samen met lokale onderwijsinstellingen en/of lokale instellingen en verenigingen.

  • 3 Voor de activiteiten wordt een eigen bijdrage van de bezoekers, gebruikers of leden gevraagd.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisatie die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) heeft ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende heeft bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Paragraaf 5.2 Amateurkunst

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan het instandhouden en bevorderen van amateurkunst- en cultuurbeoefening (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 2).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag. Deze subsidie bestaat uit vier delen:

1. basissubsidie amateurkunstverenigingen

2. subsidie voor actieve leden

3. subsidie voor extra activiteiten

4. OZB-subsidie

 

Artikel 3.1 Specifieke subsidiecriteria basissubsidie amateurkunstverenigingen
  • 1 De subsidieaanvrager is actief op het gebied van amateurkunst en cultuurbeoefening.

  • 2 De subsidieaanvrager stelt zich ten doel om in georganiseerd verband en op amateuristische basis kunst te beoefenen.

  • 3 De subsidieaanvrager verzorgt per jaar minimaal één lokaal openbaar toegankelijk optreden, concert, presentatie of manifestatie. Met “met openbaar toegankelijk” wordt bedoeld een activiteit die voor alle inwoners van Maassluis toegankelijk is of waaraan zij kunnen deelnemen tegen een niet commerciële deelnameprijs.

  • 4 De subsidieaanvrager geeft bekendheid aan dit optreden, concert, presentatie of manifestatie door middel van publicatie in de lokale media of anderszins.

  • 5 De subsidieaanvrager werkt met inhoudelijk gekwalificeerde deskundigen, blijkend uit het CV. Hierbij valt te denken aan een dirigent en/of lesgevende.

  • 6 De subsidieaanvrager heeft minimaal 15 leden.

  • 7 Minimaal 50% van de leden is woonachtig in Maassluis.

  • 8 De subsidieaanvrager is statutair gevestigd in Maassluis.

Artikel 3.2 Specifieke subsidiecriteria subsidie extra activiteiten

Alleen subsidieaanvragers die het basisbedrag ontvangen kunnen subsidie voor extra activiteiten ontvangen. Deze extra activiteit moeten bijzonder en uniek zijn en niet tot de reguliere optredens/concerten behoren. Activiteiten waarvoor samenwerking gezocht wordt met andere verenigingen hebben de voorkeur. Aanvragen voor deze extra activiteiten zullen ter beoordeling worden voorgelegd aan de Culturele Raad Maassluis (CRM). Indien de activiteit daarna terugkeert in het programma van de vereniging dan valt dit optreden onder het optreden genoemd in artikel 3.1 lid 3.

Artikel 3.3 Specifieke subsidiecriteria OZB-subsidie
  • 1 De aanvrager is eigenaar van de accommodatie.

  • 2 De aanvraag voor de OZB-subsidie dient in hetzelfde jaar ingediend te worden als het jaar waarop de OZB-aanslag van toepassing is. In afwijking van de overige soorten subsidie dient de aanvraag uiterlijk 12 weken na ontvangst van de OZB-aanslag ingediend te worden. Indien bewaar is aangetekend op de aanslag dan moet dit binnen de hiervoor genoemde termijn van 12 weken schriftelijk kenbaar te worden gemaakt

Artikel 4.1 Hoogte subsidiebedrag basissubsidie amateurkunstverenigingen

Het basisbedrag per kunstcategorie is:

1. Voor muziekgezelschappen is de basissubsidie amateurkunstverenigingen € 500,= per jaar.

2. Voor muziekgezelschappen is de bijdrage per actief lid € 20,=

3. Voor koren is de basissubsidie amateurkunstverenigingen € 350,= per jaar

4. Voor koren is de bijdrage per actief lid is € 10,=

5. De hierboven genoemde basissubsidie en de bijdrage per actief lid wordt maximaal één keer paar jaar verleend.

 

Artikel 4.2 Hoogte subsidie extra activiteiten

De hoogte van de subsidie voor extra activiteiten is:

Extra activiteitMuziekZang
De subsidieaanvrager levert een bijdrage aan een ongesubsidieerd (niet commercieel) lokaal evenement € 250,= (is ook maximumbedrag) € 100,= (is ook maximumbedrag)
 De subsidieaanvrager geeft een extra nieuw, bijzonder en uniek openbaar toegankelijk optreden (anders dan de reguliere), waaraan via de lokale media bekendheid wordt gegeven. € 250,=, met een maximum van € 500,= € 100,=, met een maximum van € 500,=
 De subsidieaanvrager organiseert vernieuwende activiteiten met als doel jeugdleden te werven. De kwaliteit en het vernieuwende karakter van de activiteit wordt beoordeeld door het college op advies van de Culturele Raad Maassluis. € 400,= (is ook maximumbedrag) € 200,= (is ook maximumbedrag)

 

Artikel 4.3 Hoogte OZB-subsidie

De hoogte van de OZB is maximaal de aan de gemeente betaalde Onroerend Zaak Belasting (OZB).

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Indien het subsidieplafond overschreden dreigt te worden, wordt het bedrag per organisatie naar rato verlaagd.

Paragraaf 5.3 Lokale kunstevenementen

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan actieve en passieve kunstbeoefening door middel van het organiseren van lokale evenementen op het gebied van kunst in Maassluis (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 2).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 Het lokale evenement heeft een openbaar karakter en een groot publieksbereik

  • 2 De subsidieaanvrager geeft bekendheid aan de activiteit, onder andere door middel van publicatie in de lokale media.

  • 3 De subsidieaanvrager organiseert een lokaal evenement. Aanvragen voor nieuwe initiatieven zullen ter beoordeling worden voorgelegd aan de Culturele Raad Maassluis (CRM). Voorbeelden van lokale evenementen zijn de Maassluise Muziekweek, de Kunst- en Atelierroute, Weekend van de Cultuur, Doorzomer Festival, Culturele activiteiten in de Groote Kerk en het Maassluis Filmfestival.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisaties die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) of activiteit(en) heeft ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Hoofdstuk 6 VOLKSFEESTEN, PROMOTIE EN TOERISME

Paragraaf 6.1 Volksfeesten

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de maatschappelijke participatie door middel van het organiseren van activiteiten voor jeugdigen in Maassluis (kinderen tot en met 17 jaar). Onder deze “Volksfeesten” vallen over het algemeen activiteiten op en rond Koninginnedag (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 3, maatschappelijk effect 1 en 2).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De activiteiten worden georganiseerd door en met vrijwilligers;

  • 2 De subsidieaanvrager geeft bij zijn subsidieaanvraag het verwachte bereik aan;

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 De hoogte van de maximale subsidie is afhankelijk van het bereik van de activiteiten:

    a. Voor grote activiteiten voor Koninginnedag waar alle inwoners van Maassluis van kunnen profiteren: maximaal € 2.500,=

    b. Voor grote activiteiten bedoeld voor de inwoners van een bepaald deelgebied: maximaal € 1.000,=

    c. Activiteiten bedoeld voor de inwoners van een straat of buurt: maximaal € 250,=

     

  • 2 Subsidiabel zijn de kosten van de activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 3 Kosten voor consumpties behoren niet tot de subsidiabele kosten.

  • 4 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

  • 5 De subsidie dient aangevraagd te worden vóór 1 maart van het jaar van de subsidieverlening.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college verstrekt maximaal één subsidie van € 2.500,= maximaal twee subsidies van € 1.000,-. Het resterende bedrag is bestemd voor subsidies van € 250,=.

  • 3 Het college geeft de voorkeur aan de organisaties die naar het oordeel van het college het meeste bijdragen aan de realisering van de gemeentelijke doelstellingen.

Paragraaf 6.2 Promotie en toerisme

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan (het versterken van) de identiteit en aantrekkelijkheid van Maassluis door middel van een gevarieerd aanbod aan festiviteiten voor zowel inwoners als bezoekers van Maassluis (programmabegroting gemeente Maassluis, programma 2, maatschappelijk effect 1).

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college jaarlijkse en eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De subsidieaanvrager werkt met vrijwilligers;

  • 2 De subsidieaanvrager werkt aantoonbaar samen met andere lokale culturele instellingen en verenigingen.

  • 3 De subsidieaanvrager organiseert activiteiten, tijdelijke exposities, openstellingen of bijdragen aan lokale evenementen.

  • 4 De subsidieaanvrager draagt zorg voor publiciteit door middel van de lokale media.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels
  • 1 Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2 Het college geeft de voorkeur aan de organisaties die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag subsidie van de gemeente Maassluis voor de betreffende doelstelling(en) of activiteit(en) hebben ontvangen en naar het oordeel van het college voldoende hebben bijgedragen aan de beleidsdoelstelling van de gemeente.

Hoofdstuk 7 OVERIG

De subsidies in dit hoofdstuk behoren niet toe aan een specifiek beleidsterrein en zijn op voorhand niet gekoppeld aan beleidsdoelstellingen of maatschappelijke effecten.

Het doel van de subsidies in dit hoofdstuk is om verenigingen te ondersteunen en waardering uit te spreken.

 

Paragraaf 7.1 Jubileumsubsidie

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Ter gelegenheid van een jubileum organiseren instellingen vaak extra activiteiten. Ter ondersteuning hiervan én bij wijze van waardering van de vrijwilligers en de activiteiten die zij organiseren, kan een eenmalige subsidie worden verstrekt voor activiteiten in het kader van de viering van een 25-jarig jubileum - of een veelvoud van 25 - van een maatschappelijke organisatie die gevestigd is in Maassluis. Een maatschappelijke organisatie heeft geen winstoogmerk.

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 De activiteiten worden uitgevoerd door vrijwilligers.

  • 2 De activiteiten zijn openbaar toegankelijk voor de inwoners van Maassluis.

  • 3 De subsidieaanvrager geeft bekendheid aan de activiteiten door publicatie in de lokale media.

Artikel 4 Hoogte subsidie
  • 1 Subsidiabel zijn de kosten van activiteiten die het college noodzakelijk acht voor het bereiken van de doelstelling.

  • 2 Kosten voor consumpties en receptiekosten behoren niet tot de subsidiabele kosten.

  • 3 De subsidie bedraagt maximaal € 250,=

  • 4 Maximaal wordt 100% van de subsidiabele kosten gesubsidieerd.

Artikel 5 Verdeelregels

-

Paragraaf 7.2 Investeringssubsidie

Artikel 1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Om te bereiken dat de inwoners van Maassluis maatschappelijk betrokken kunnen zijn zorgt de gemeente onder andere voor een passend aanbod van accommodaties. Om vrijwilligersorganisaties te ondersteunen bij het ontwikkelen en vernieuwen van hun eigen accommodatie, die voor het in stand houden van het aanbod van de activiteiten direct noodzakelijk zijn, kan de gemeente een investeringssubsidie beschikbaar stellen.

Het gaat hier om organisaties die op non-profit basis activiteiten aanbieden op het gebied van samenlevingszaken.

 

Artikel 2 Soort subsidie

Om bovengenoemde beleidsdoelstelling te realiseren verleent het college eenmalige subsidies na ontvangst van een subsidieaanvraag.

Artikel 3 Specifieke subsidiecriteria
  • 1 Investeringssubsidies dienen te worden bestemd voor de aanschaf, bouw en/of verbouw van (nieuwe) onroerende zaken c.q. uitbreiding van bestaande onroerende zaken. Onder verbouw wordt geen renovatie verstaan. De aanvrager wordt geacht hiervoor voorzieningen te treffen

  • 2 De kosten voor commerciële bouw (bijvoorbeeld bar/keuken/sponsorruimten) zijn niet subsidiabel

  • 3 De opzet van de onroerende zaak dient gebaseerd te zijn op een niveau dat in het algemeen maatschappelijk verkeer als sober kan worden beschouwd, dit ter beoordeling van de subsidiegever

  • 4 De waarde van zelfwerkzaamheid van leden enz. wordt niet meegenomen in de subsidiabel geachte investeringssom

  • 5 De aanvrager kan maar eens in de drie jaar een subsidie voor investeringen aanvragen.

Artikel 4 Hoogte subsidie

Een investeringssubsidie kan maximaal 10% van de subsidiabel geachte investeringssom bedragen tot een maximum van € 25.000,=.

Artikel 5 Verdeelregels

Voor investeringssubsidies is in de gemeentebegroting geen expliciete ruimte beschikbaar. In voorkomende gevallen zal moeten worden geput uit de post “Onvoorzien”. Hierbij merken wij op dat subsidieverlening slechts mogelijk is indien de raad besluit dat de post “Onvoorzien” toereikend is en dat deze kan worden aangesproken.