Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Brunssum

Verordening Winkeltijden Gemeente Brunssum 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBrunssum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Winkeltijden Gemeente Brunssum 2012
CiteertitelVerordening Winkeltijden Gemeente Brunssum 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpGeen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Winkeltijdenwet
  2. Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-12-201319-12-2013intrekking

10-12-2013

www.brunssum.nl, 18-12-2013

424108
21-04-201219-12-2013Nieuwe regeling

18-04-2012

gemeentepagina, www.brunssum.nl, d.d. 20 april 2012

307028

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Winkeltijden Gemeente Brunssum 2012

De Raad van de gemeente Brunssum;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 januari 2011 en 20 maart 2012, dienst/afdeling Beleid en strategie;

gelet op het bepaalde in de Winkeltijdenwet;

Besluit:

  • -

    In te stemmen, na afweging van de betrokken belangen, met het opnemen van de vrijstelling op grond van artikel 3 lid 3 sub a van de Winkeltijdenwet (toerismebepaling) in de verordening winkeltijden gemeente Brunssum 2012

  • -

    Vast te stellen de Verordening Winkeltijden gemeente Brunssum 2012

  • -

    Vast te stellen de toelichting bij de Verordening Winkeltijden gemeente Brunssum 2012

 

VERORDENING WINKELTIJDEN GEMEENTE BRUNSSUM 2012

 

Raadsbesluit

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • c.

    feestdag: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Beslistermijn

  • 1.

    Het college beslist op een aanvraag om een ontheffing binnen 4 weken.

  • 2.

    Het college kan de beslissing voor ten hoogste 4 weken verdagen.

Artikel 3. Overdracht van de ontheffing

  • 1.

    Een ontheffing op grond van deze verordening is overdraagbaar na verkregen toestemming van het college.

  • 2.

    In geval van een voorgenomen overdracht doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 4. Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten dit noodzakelijk maken in verband met het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder dit aanvraagt.

Artikel 5. Zon- en feestdagenregeling (koopzondagen)

  • 1.

    De verboden genoemd in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college aan te wijzen, zondagen of feestdagen per kalenderjaar.

  • 2.

    Deze bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

Artikel 6. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

  • 1.

    Het college kan voor wat betreft zondagen of feestdagen ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet genoemde verboden, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galeries

  • 2.

    De ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen of beurzen.

Artikel 7. Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen

De vrijstelling, bedoeld in artikel 12, eerste lid van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet, geldt niet op plaatsen waar de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de verkoopactiviteiten op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed.

Artikel 8. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur (nachtwinkels)

  • 1.

    Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder c, van de wet.

  • 2.

    De ontheffing kan worden geweigerd indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel dan wel op basis van economische, maatschappelijke en/of bestuurlijke gronden.

  • 3.

    Aan de ontheffing kunnen voorschriften of beperkingen worden verbonden.

Artikel 9. Toerisme

De verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, om reden van op de gemeente gericht toerisme, voor zover zij betrekking hebben op de zondagen en de feestdagen, niet voor het grondgebied van de gemeente Brunssum, tussen 01 januari en 31 december op zondagen tussen 09.00 uur en 20.00 uur.

Aan deze vrijstelling zijn de volgende voorwaarden en beperkingen verbonden:

  • -

    De leefbaarheid, openbare orde en veiligheid mag niet op ontoelaatbare wijze worden beïnvloed als gevolg van de openstelling.

  • -

    Openstelling van winkels is niet toegestaan op Goede Vrijdag na 19.00 uur, op 4 mei na 19.00 uur, op 24 december na 19.00 uur alsmede op Eerste Paasdag, Eerste Pinksterdag en Eerste Kerstdag.

  • -

    Ten aanzien van werken op zondag dienen werkgevers de regels gesteld in de Arbeidstijdenwet en de sector-CAO's te respecteren.

Artikel 10. Intrekking voorgaande regeling

De Winkeltijdenverordening gemeente Brunssum wordt ingetrokken.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na datum publicatie.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Winkeltijden Gemeente Brunssum 2012

Artikel 13. Overgangsrecht

Reeds verleende ontheffingen voor zondagavond openstelling op grond van de oude verordening worden, vanaf het moment van inwerkingtreding van onderhavige verordening, aangemerkt als (algemene) vrijstelling op grond van het bepaalde in artikel 9.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 17 april 2012.

De Raad voornoemd,

voorzitter

griffier

ALGEMENE EN ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

De Winkeltijdenwet

Op 1 juni 1996 is de Winkeltijdenwet tezamen met het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet in werking getreden. Deze wet stelt ruimere regels voor de openingstijden van winkels dan zijn voorganger, de Winkelsluitingswet 1976.

De tekst van de Winkeltijdenwet en het bijbehorende Vrijstellingenbesluit zijn gepubliceerd in het Staatsblad van 28 maart 1996, onder nummer 182 en 183. Op dit moment is een wijziging van de Winkeltijdenwet bij de Eerste Kamer in behandeling (EK 2009-2010; 31728). Deze wijziging heeft tot doel een inkadering te geven van de bevoegdheid om toeristische gebieden aan te wijzen, waar de winkels op alle zon- en feestdagen open mogen zijn. Het gaat om een aantal extra eisen aan de besluitvorming en een aanscherping van de bevoegdheid op grond van artikel 3, derde lid, onder a, van de wet. Verder worden door deze wetswijziging de vrijstellingen die de raad op basis van dit artikel bij verordening kan geven, vatbaar voor bezwaar en beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Uitgangspunten Winkeltijdenwet

In concreto komen deze uitgangspunten neer op het volgende.

  • a.

    Op maandag t/m zaterdag, de werkdagen, is openstelling van winkels toegestaan tussen 06.00 en 22.00 uur. Gemeenten mogen tijdens deze uren geen beperkingen opleggen aan de openstelling van winkels.

  • b.

    Aan het aantal openingsuren per winkel per week is geen maximum verbonden.

  • c.

    Tijdens de nachturen van 22.00 tot 06.00 uur is winkelopening op werkdagen niet toegestaan. Gemeenten kunnen echter vrijstellingen of ontheffingen van deze verplichte winkelsluiting verlenen. Op Goede Vrijdag, Kerstavond (24 december) en. Dodenherdenking (4 mei) moeten de winkels vanaf 19.00 uur dicht zijn.

  • d.

    Op zon- en feestdagen is winkelopening niet toegestaan. Voor maximaal 12 zon- en feestdagen per kalenderjaar kan de gemeente vrijstelling of ontheffing van deze verplichte sluiting verlenen. De Winkeltijdenwet merkt in dit verband als feestdagen aan: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag.

  • e.

    Winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk levensmiddelen worden verkocht (in de praktijk gaat het vaak om supermarkten) kunnen ontheffing krijgen om op zon- en feestdagen vanaf 16.00 uur open te zijn. Ze moeten dan wel op alle zon- en feestdagen voor 16.00 uur dicht zijn, ook als die als koopzondag zijn aangewezen. Belangrijk is ook dat er in een gemeente maar één ontheffing per 15.000 inwoners mag worden verleend.

  • f.

    De raden kunnen bij verordening vrijstelling verlenen van de verplichte winkelsluiting op zon- en feestdagen in verband met op de gemeente of een deel daarvan gericht autonoom toerisme. Zoals hiervoor vermeld wordt deze bevoegdheid door het wetsvoorstel 31728 nader ingekaderd.

De Winkeltijdenwet is niet alleen van toepassing op winkels: het is op de in artikel 2, eerste lid, van de wet bedoelde dagen en tijden ook verboden om in de uitoefening van een bedrijf (anders dan in een winkel) goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan particulieren. Dit volgt uit artikel 2, tweede lid.

Gemeentelijke bevoegdheden

Als algemene regel geldt dat op zon- en feestdagen de winkels gesloten zijn. Hierop bestaat een aantal uitzonderingen in de vorm van vrijstellings- en ontheffingsmogelijkheden. Hiermee kan het gemeentebestuur ook buiten de wettelijk geregelde sluitingstijden winkelopening toestaan. Deze bevoegdheden kunnen worden ingedeeld in de volgende vier categorieën.

1. Bevoegdheden op werkdagen

De gemeentelijke bevoegdheden op werkdagen behelzen feitelijk de mogelijkheid om ook na 22.00 uur winkelopening toe te staan (art. 7 van de Winkeltijdenwet). De winkeltijdenverordening moet in een grondslag voorzien om de detailhandelsactiviteiten mogelijk te maken die na 22.00 uur op werkdagen plaatsvinden. Dat is gebeurd in artikel 9 van de verordening.

2. Bevoegdheden op zon- en feestdagen en 19-uurdagen

De gemeenteraad heeft op grond van artikel 3, eerste lid, Winkeltijdenwet de bevoegdheid om per kalenderjaar maximaal twaalf zondagen of feestdagen als koopzondag aan te wijzen. Deze bevoegdheid geldt per deel van de gemeente afzonderlijk en kan worden overgedragen aan het college van burgemeester en wethouders. Ook kan de raad het college van burgemeester en wethouders een ontheffingsbevoegdheid toekennen.

Artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a, Winkeltijdenwet bepaalt dat de winkels op zondag gesloten moeten zijn. In het eerste lid, onder b, wordt een aantal andere dagen genoemd waarop de winkels gesloten moeten zijn, namelijk Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag. Deze dagen zijn in artikel 1 van de modelverordening gedefinieerd als feestdagen. Daarnaast noemt artikel 2, eerste lid onder b, van de Winkeltijdenwet nog drie dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn vanaf 19.00 uur: Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december. Deze dagen vallen dus niet onder het begrip feestdagen. In deze toelichting worden ze verder aangeduid als “19-uurdagen”.

Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag zijn ook in artikel 1 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet gedefinieerd als feestdagen.

Artikel 3, eerste lid, van de Winkeltijdenwet noemt als dagen die als koopzondag kunnen worden aangewezen naast de zondagen alleen de hiervoor vermelde feestdagen Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag. Daaruit volgt dat de 19uurdagen niet als koopzondag kunnen worden aangewezen indien zij op een zondag vallen.

3. Bevoegdheden voor specifieke situaties

De gemeente heeft de bevoegdheid om bij verordening een vrijstelling te verlenen van het verbod om op zon- en feestdagen open te zijn vanwege op de gemeente of een deel daarvan gericht autonoom toerisme (artikel 3, derde lid, onder a). Deze vrijstelling kan worden verleend voor de gehele gemeente of een deel daarvan. Hierbij geldt de wettelijke voorwaarde dat de lokale aantrekkingskracht voor toeristen niet wordt bepaald door de (vrijgestelde) winkelopening. Deze bevoegdheid is uitgewerkt in artikel 10 van de verordening. Zie voor meer informatie en jurisprudentie de artikelgewijze toelichting bij artikel 10 van deze modelverordening.

De wet voorziet in artikel 3, vierde lid, in een bevoegdheid van de gemeenteraad om in een verordening een bevoegdheid aan het college van burgemeester en wethouders toe te kennen om aan winkels die uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren verkopen een ontheffing te verlenen voor opening op zon- en feestdagen vanaf 16.00 uur. Per 15.000 inwoners van de gemeente mag slechts één winkel worden aangewezen. In gemeenten met minder dan 15.000 inwoners mag aan één winkel een dergelijke ontheffing worden verleend. Deze bepaling komt in plaats van de avondwinkelbepaling in de Winkelsluitingswet 1976. Net als onder de Winkelsluitingswet 1976 moeten deze winkels zich uitsluitend of hoofdzakelijk richten op de verkoop van eet- en drinkwaren, met uitzondering van sterke drank in de zin van artikel 1 van de Drank en Horecawet. Het gaat in de praktijk vaak om supermarkten. Doordat artikel 3, vierde lid van de Winkeltijdenwet verwijst naar artikel 2, tweede lid onder a en b, kan een dergelijke supermarkt dus op zondagen, feestdagen en op 19uur dagen geopend zijn. Zie verder de toelichting bij artikel 6 van deze verordening.

Winkels die een ontheffing op grond van artikel 3, vierde lid, hebben mogen op werkdagen ook op de reguliere winkeltijden, dus tussen 06.00 uur en 22.00 uur, onbeperkt geopend zijn. Daarnaast kan nog vrijstelling of ontheffing worden verleend voor de uren tussen 22.00 uur en 06.00 uur (artikel 7 Winkeltijdenwet). De betrokken winkels moeten echter wel op alle zon- en feestdagen gesloten zijn tot 16.00 uur. Dit geldt dus ook voor die zon- en feestdagen die als koopzondag zijn aangewezen.

Daarnaast heeft de gemeente de mogelijkheid om voor grensoverschrijdend verkeer een vrijstelling te verlenen aan winkels in de nabijheid van grensovergangen langs daarop aansluitende doorgaande wegen.

Het college heeft op grond van artikel 4, eerste lid, van de wet de bevoegdheid om bij plotseling opkomende bijzondere omstandigheden een vrijstelling van de verplichte winkelsluiting te verlenen. Daarnaast kan de raad het college in bij de verordening aangewezen gevallen de bevoegdheid toe kennen op verzoek een ontheffing verlenen bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard en voor het uitstallen van goederen. Zie daarover ook de toelichting bij artikel 7.

Het college kan op grond van artikel 6 van de Winkeltijdenwet op verzoek een ontheffing verlenen voor de openstelling van de winkel op zondag aan winkeliers die tot een kerkgenootschap behoren dat de wekelijkse religieuze rustdag op een andere dag dan de zondag houdt. Deze winkeliers moeten dan wel op hun eigen religieuze rustdag hun winkel gesloten houden

4. Algemeen

Alle op grond van de wet en de verordening te verlenen vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend; ook kunnen er voorschriften aan worden gebonden. Aan de ontheffingen op grond van artikel 3, vierde lid, en op grond van artikel 7 van de Winkeltijdenwet (avondopenstelling op zondag respectievelijk op werkdagen) kan bijvoorbeeld de beperking worden verbonden dat er na een bepaald tijdstip geen alcoholhoudende drank mag worden verkocht (CBB 18-03-2009, AWB 08/802 S2, Zaanstad)

Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

In het Vrijstellingenbesluit worden aan enkele vormen van detailhandel landelijke vrijstellingen verleend van de openingsverboden uit de Winkeltijdenwet. Hierbij worden landelijke vrijstellingen voor de gehele week en landelijke vrijstellingen voor de zondagen en de feestdagen onderscheiden. Voor de detailhandelsactiviteiten van de laatste categorie kunnen voor de werkdagen op lokaal niveau vrijstellingen en ontheffingen worden verleend. De twee categorieën zijn hieronder nader uitgewerkt.

Aan dit onderscheid ligt de keuze ten grondslag om het zwaartepunt bij de mogelijkheid voor het verlenen van vrijstellingen bij de gemeenten te leggen. Voor een beperkt aantal detailhandelsactiviteiten wordt de vrijstelling gedurende de gehele week echter van zo groot landelijk belang geacht, dat hiervoor landelijke vrijstellingen zijn opgenomen. Het gaat om de detailhandel in instellingen voor de volksgezondheid, verkeer en vervoer en de verkoop van nieuwsbladen en tijdschriften. Omdat de bevoegdheid van gemeenten om detailhandel op zon- en feestdagen toe te staan beperkt blijft tot twaalf dagen per jaar, geeft het besluit ook landelijke vrijstellingen voor enkele soorten detailhandel die van oudsher op zon- en feestdagen plaatsvindt. Het gaat deels om winkels die gewoonlijk ook op werkdagen na 22.00 uur geopend zijn. Om de openstelling van deze winkels dan mogelijk te maken, kan in de verordening een vrijstelling of mogelijkheid voor het verlenen van een ontheffing worden opgenomen.

1. Vrijstellingen voor zon- en feestdagen en werkdagen

De vrijstellingen die voor de hele week gelden zijn alleen van toepassing op:

  • a.

    Instellingen van volksgezondheid (apotheken en winkels in en op het terrein van ziekenhuizen en verpleeghuizen). Het college krijgt daarbij de bevoegdheid om op verzoek een ontheffing te verlenen voor verkooppunten van uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften, alsmede bloemen en planten, op ten hoogste 250 meter afstand van de publieksingang van een ziekenhuis of verpleeghuis. Deze ontheffing mag gelden vanaf een half uur voor de aanvang van de bezoektijden tot het einde daarvan.

  • b.

    Instellingen van verkeer en vervoer (winkels in NS-stationsgebouwen, luchtvaartterreinen voor intercontinentaal verkeer, shops in benzinestations en wegrestaurants en verkoop ten behoeve van de beroepsscheepvaart). Het college krijgt daarbij de bevoegdheid op verzoek een ontheffing te verlenen aan winkels gericht op reizigers in een gebouw voor een knooppunt van openbaar vervoer of voor het verkopen van bloemen en planten op een afstand van ten hoogste 100 meter daarvan.

  • c.

    Instellingen voor de verkoop van nieuwsbladen en tijdschriften.

2. Vrijstellingen uitsluitend voor zon- en feestdagen

Vrijstellingen voor uitsluitend de zon- en feestdagen worden in dit besluit verleend voor:

  • a.

    Bepaalde winkels (musea; winkels waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, via een automaat, tabak en tabaksproducten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband worden verkocht; videotheken, mits geen andere goederen te koop worden aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment).

  • b.

    Openstelling van winkels anders dan voor verkoop, indien noodzakelijk voor het betreden van een restaurant of lunchroom en voor fietsenwinkels voor zover noodzakelijk voor het huren van fietsen en bromfietsen.

  • c.

    Straatverkoop van eetwaren voor directe consumptie en alcoholvrije dranken. Indien de plaatselijke omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan de raad bij verordening bepalen dat deze vrijstelling niet geldt voor de betrokken gemeente of een of meer delen daarvan. Daarin is voorzien in artikel 8 van de modelverordening.

  • d.

    Verkoop van bloemen en planten gedurende de openingstijden op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang van een begraafplaats.

  • e.

    Verkoop van rechtstreeks verband houdende goederen bij voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard vanaf een uur voor aanvang tot een uur na afloop.

  • f.

    Verkoop van rechtstreeks verband houdende goederen in of op het terrein van sportcomplexen gedurende de openingstijden van die sportcomplexen.

  • g.

    Winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften, alsmede bloemen en planten worden verkocht.

  • h.

    Winkels in fotoartikelen, indien betreden noodzakelijk is voor het maken van portretfoto's ter gelegenheid van de Eerste Heilige Communie.

  • i.

    Verkoop van bloemen en planten op dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

  • j.

    Verkoop van brood en gebak dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, en wel tussen twee uur vóór zonsondergang tot zonsondergang gedurende de Ramadan, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan.

  • k.

    Verkoop van eetwaren voor directe consumptie en alcoholvrije dranken, religieuze artikelen en souvenirs, alsmede bloemen en planten, in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht.

  • l.

    Verkoop van feestartikelen op zondag waarop carnaval wordt gevierd, vanaf 12.00 uur en op zon- en feestdagen waarop in de gemeente een kermis wordt gehouden, gedurende de openingstijden van die kermis.

Handhaving

De controle op de naleving van de regels is in eerste instantie een taak van de plaatselijk bevoegde politie in overleg met de gemeente. De Belastingdienst/FIOD-ECD wordt daarbij ingeschakeld als er een landelijke coördinatie vereist is.

Uiteraard is ook bestuursrechtelijke handhaving mogelijk. Over de handhaving van de Winkeltijdenwet heeft de Minister van Economische Zaken op 22 december 2006 een brief naar alle gemeenten gestuurd. Over de samenloop van strafrechtelijke en bestuursrechtelijke handhaving heeft de VNG nadere informatie gegeven. Deze is te vinden op de website van de VNG, http://www.vng.nl/eCache/DEF/62/907.html.

ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1. Begripsbepalingen

Voor de definitie van winkel wordt verwezen naar artikel 1 van de Winkeltijdenwet. Daarin is een winkel gedefinieerd als: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht.

Voor de omschrijving van het begrip feestdag is aansluiting gezocht bij artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet. In de wet is geen definitie opgenomen van feestdag, maar worden de volgende dagen genoemd als dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn (naast de zondag): Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag. Deze dagen zijn in artikel 1 van de modelverordening gedefinieerd als feestdag. Daarnaast noemt artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet nog drie dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn vanaf 19.00 uur: Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december. Deze dagen vallen dus niet onder het begrip feestdag in de modelverordening.

Door in de verordening het begrip feestdag te definiëren, kan waar nodig worden volstaan met het woord “feestdag” of “feestdagen” en hoeven niet steeds alle dagen bij naam genoemd te worden. Koninginnedag en Bevrijdingsdag (5 mei) zijn, voor zover deze dagen niet op zondag vallen, in de wet niet aangemerkt als een dag waarop de winkels gesloten moeten zijn.

Artikel 3. Overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van het college. De ontheffing kan aan een (rechts)persoon worden verleend als het gaat om straatverkoop als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Winkeltijdenwet. Als het om een winkel gaat, heeft de ontheffing naar zijn aard betrekking op het pand waarin het winkelbedrijf wordt uitgeoefend. Als het om een ontheffing voor straatverkoop gaat biedt de tussenkomst het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de handel en wandel van de opvolger. Als het gaat om overdracht van het winkelpand aan een ander rechthebbende, moet het college kunnen toetsen of de ontheffing in stand kan blijven of dat er eventueel andere voorschriften aan moeten worden verbonden. Er kan immers sprake zijn van een heel ander soort winkel dan voorheen.

Artikel 5. Zon- en feestdagenregeling (koopzondagen)

Dit artikel is een uitwerking van artikel 3, tweede lid, Winkeltijdenwet, dat de raad de mogelijkheid geeft de bevoegdheid die in het eerste lid aan de raad wordt gegeven, te delegeren aan het college. Dit is wel een beperkte delegatie: de raad zelf verleent vrijstelling, B&W bepalen wanneer die precies geldt door het aanwijzen van maximaal 12 koopzondagen per jaar. De eerste twee leden van artikel 3 Winkeltijdenwet luiden:

  • 1.

    De gemeenteraad kan voor ten hoogste twaalf door hem aan te wijzen dagen per kalenderjaar vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag. De beperking tot twaalf dagen per kalenderjaar geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

  • 2.

    De gemeenteraad kan, al dan niet onder het stellen van regels, de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid delegeren aan burgemeester en wethouders.

De gemeenteraad kan ook zelf de twaalf koopzondagen/feestdagen aanwijzen. In dat geval hoeft dit artikel niet in de verordening te worden opgenomen. De vrijstelling wordt dan in de verordening zelf opgenomen, terwijl de aangewezen dagen bijvoorbeeld in een bijlage bij de verordening worden opgenomen. Deze bijlage kan desgewenst jaarlijks door de raad worden vastgesteld.

Oude Artikel 6. Openstelling van levensmiddelenwinkels op zon- en feestdagen

Deze ontheffing is geschrapt, daar de raad in de Verordening winkeltijden gemeente Brunssum 2012 de gemeente Brunssum heeft aangewezen als toeristische gemeente en aldus elke zondag de winkels geopend kunnen zijn.

Nieuwe Artikel 6. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

Dit artikel steunt op artikel 4, tweede lid, Winkeltijdenwet. Artikel 4 luidt:

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling van de in artikel 2 vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag, verlenen op grond van plotseling opkomende bijzondere omstandigheden.

  • 2.

    Zij kunnen in door de gemeenteraad bij verordening aangewezen gevallen ontheffing verlenen van de in het eerste lid bedoelde verboden ten behoeve van bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard en ten behoeve van het uitstallen van goederen.

  • 3.

    De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

Aangezien de Winkeltijdenwet in artikel 7, eerste lid een directe bevoegdheid verleent aan het college om vrijstelling te verlenen op grond van plotseling opkomende bijzondere omstandigheden hoeft deze mogelijkheid niet afzonderlijk te worden genoemd in de verordening. Wel worden hier op grond van het tweede lid van artikel 4 van de Winkeltijdenwet de gevallen aangewezen waarin ontheffing kan worden verleend ten behoeve van bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard.

Uit de bewoordingen van artikel 4, eerste lid, van de Winkeltijdenwet in relatie tot die van 3, vierde lid volgt dat deze ontheffing zowel op aanvraag als ambtshalve kan worden verleend.

In artikel 7, eerste lid onder c worden tentoonstellingen in kunstateliers en galeries genoemd. De reden daarvan is het volgende. Kunstateliers en galeries zijn winkels, maar hebben in de Winkeltijdenwet een speciale status, die voortkomt uit de oude Winkelsluitingswet en het daarop berustende Besluit gemeentelijke ontheffingen Winkelsluitingswet. In artikel 4 van dat landelijk geldende besluit was een afzonderlijke regeling opgenomen voor kunstateliers en galeries. Deze bepaling hield in dat burgemeester en wethouders ontheffing konden verlenen ten behoeve van het uitstallen van niet fabrieksmatig vervaardigde kunstvoorwerpen door of voor rekening van de vervaardiger daarvan, voor de zon- en feestdagen en de sluitingsuren op werkdagen. Bij het opstellen van de Winkeltijdenwet in 1996 is deze ontheffingsmogelijkheid niet meer expliciet overgenomen in het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet. Daar kwamen direct veel vragen over. In overleg met het ministerie van Economische Zaken zijn de kunstateliers en de galeries in artikel 7, tweede lid, van de toenmalige en nu het eerste lid van de huidige modelverordening Winkeltijdenwet opgenomen. Op grond van artikel 4, tweede lid, van de wet, zoals uitgewerkt in artikel 7, eerste lid van de modelverordening, kunnen burgemeester en wethouders ontheffing verlenen voor de zon- en feestdagen voor bijzondere situaties. De wet laat hierin de gemeenten beleidsvrijheid. Met gebruikmaking van deze beleidsvrijheid kan de ontheffing verleend worden voor tentoonstellingen in kunstateliers en galeries. De achtergrond van deze bijzondere status voor kunstateliers en galeries is dat de mogelijkheden voor kunstenaars aan hun werk bekendheid te geven door middel van (verkoop)tentoonstellingen niet te zeer aan banden gelegd mag worden. Bovendien spelen concurrentieoverwegingen hier nauwelijks een rol, gezien het individuele karakter van de betrokken voorwerpen.

Onder bijzondere omstandigheden van tijdelijke aard kunnen feestelijkheden worden verstaan. In een uitspraak van 28 oktober 2008, LJN: BG2147 (Amsterdam Noord), heeft het CBB het begrip “feestelijkheden” ingevuld. Het ging in deze zaak onder meer om de vraag of allerlei buitenlandse en nogal buitenissige feestdagen zoals de Chinese dag van het kind, de Amerikaanse "doe vriendelijk dag" en dergelijke konden worden aangemerkt als "feestelijkheden" zoals bedoeld in de Winkeltijdenverordening van het desbetreffende stadsdeel. Uit de uitspraak blijkt "….dat het moet gaan om feestelijkheden die bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard zijn. Bij het hanteren van het begrip "bijzondere gelegenheid van tijdelijke aard" moet er een verband kunnen worden aangewezen met een gebeurtenis dan wel met het beleven of uiten van opvattingen of gevoelens, waaraan blijkens een breed gedragen mening van de bevolking of een bevolkingsgroep op landelijk dan wel op lokaal niveau, een feestelijke, gedenkwaardige betekenis moet worden gehecht."

In een uitspraak van 18 december 2009 bepaalde de voorzieningenrechter dat het verlenen van ontheffing om op zondag 20 december open te zijn in verband met het plaatsvinden van een feestelijkheid (de laatste zondag voor Kerstmis), niet mogelijk was. In deze mondelinge uitspraak overwoog de rechter: “Er is echter niet gebleken welke feestelijkheid op die dag plaats zal vinden en tevens niet of de genoemde feestelijke activiteiten ten tijde van het verlenen van de ontheffing reeds gepland waren. Doordat de ontheffing is verleend aan alle winkeliers in de gemeente Lisse, komt de ontheffing eigenlijk overeen met het aanwijzen van een extra algemene koopzondag. De voorzieningenrechter merkt daarbij op dat de gemeenteraad de mogelijkheid heeft om burgemeester en wethouders de bevoegdheid te geven twaalf koopzondagen aan te wijzen. De gemeenteraad heeft deze bevoegdheid echter beperkt tot zes zon- en feestdagen, van welke bevoegdheid ook gebruik is gemaakt. Door het aanwijzen van deze extra koopzondag, hebben burgemeester en wethouders in strijd met de verordening gehandeld.” (LJN BK 7097, Lisse).

Artikel 7. Verbod straatverkoop van bepaalde goederen op zon- en feestdagen

De vrijstelling die hier wordt bedoeld betreft het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken. In de vorige versie van de modelverordening was deze bevoegdheid gedelegeerd aan het college. De bevoegdheidgrondslag ontbreekt hiervoor echter in het Vrijstellingenbesluit en ook in de Winkeltijdenwet. Op grond van art 10.15 van de Algemene wet bestuursrecht is delegatie alleen mogelijk als daartoe bij wettelijk voorschrift is voorzien. De raad zal dus, indien gewenst, zelf gebieden moeten aanwijzen waar straatverkoop op zon- en feestdagen niet is toegestaan.

Artikel 8. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Dit artikel steunt op artikel 7, tweede lid, van de Winkeltijdenwet. Artikel 7 luidt:

  • 1.

    De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.

  • 2.

    De gemeenteraad kan bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om, met inachtneming van de in die verordening te stellen regels, vrijstelling en op een daartoe strekkende aanvraag ontheffing van de in het eerste lid bedoelde verboden te verlenen.

  • 3.

    De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

Het verbod van artikel 2 van de wet voor de werkdagen staat in het eerste lid, onder c en houdt in dat de winkels niet tussen 22 en 6 uur open mogen zijn. Hetzelfde geldt voor straatverkoop (art 2, tweede lid van de Winkeltijdenwet). Er kunnen dus gebieden worden aangewezen waar de winkels door de week wel tussen 22 en 6 uur open mogen zijn en waar straatverkoop mag plaatsvinden. Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid gebieden of vormen van detailhandel aan te wijzen waarvoor het verbod niet geldt. De gemeenteraad kan dit rechtstreeks in de verordening doen. Ook kan in afzonderlijke gevallen ontheffing worden verleend.

De modelverordening gaat ervan uit dat voor de nachtelijke openstelling de ontheffing het belangrijkste instrument is. Per geval is dan een afweging te maken of de gewenste openstelling zich verhoudt met belangen van de woon- en leefomgeving, de veiligheid en de openbare orde.

De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen en voorschriften worden verleend. Aan de ontheffing kan bijvoorbeeld de beperking worden verbonden dat er na een bepaald tijdstip geen alcoholhoudende drank mag worden verkocht (CBB 18-03-2009, AWB 08/802 S2, Zaanstad) .

In het Vrijstellingenbesluit is voor een aantal overige vormen van detailhandel alleen de openstelling op zon- en feestdagen geregeld. De openstelling van deze vormen van detailhandel op de uren tussen 22.00 en 06.00 uur op werkdagen wordt door de verordening geregeld.

Artikel 9. Toerisme

De grondslag van het artikel in de modelverordening is artikel 3, derde lid, onder a van de Winkeltijdenwet. De wet laat de keuze tussen het verlenen van vrijstelling door de raad of het op basis van de verordening verlenen van ontheffing door burgemeester en wethouders. Artikel 3, derde lid, aanhef en onder a van de wet luidt:

  • 3.

    De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in het eerste lid bedoelde verboden of aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in die verordening aan te wijzen, en met inachtneming van de daarin gestelde regels op een daartoe strekkende aanvraag ontheffing van die verboden te verlenen ten behoeve van:

    • a.

      op de betrokken gemeente of een deel daarvan gericht toerisme, mits de aantrekkingskracht voor dat toerisme geheel of nagenoeg geheel is gelegen buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling of ontheffing mogelijk worden gemaakt; (…....)

Door het wetsvoorstel 31728 wordt dit artikellid uit de Winkeltijdenwet aangescherpt in die zin dat er sprake moet zijn van substantieel toerisme in de gemeente en dat de raad dan wel het college bij zijn besluit nadrukkelijk de volgende belangen moet meewegen:

  • a.

    werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente, waaronder mede wordt begrepen het belang van winkeliers met weinig of geen personeel en van winkelpersoneel,

  • b.

    de zondagsrust in de gemeente, en

  • c.

    de leefbaarheid, veiligheid en de openbare orde in de gemeente.

Verder bepaalt het wetsvoorstel dat bij de verordening een toelichting moet worden gevoegd waarin wordt gemotiveerd dat er sprake is van toeristische aantrekkingskracht van de gemeente of het gebied in kwestie. De toelichting moet verder expliciet de belangen beschrijven die bij de besluitvorming zijn betrokken, in elk geval die belangen die hiervoor onder a, b en c zijn genoemd.

In de Memorie van Toelichting wordt nog met nadruk op de volgende aspecten gewezen. Van belang is allereerst dat de bepaling alleen mag worden toegepast als er sprake is van toerisme van een substantiële omvang in de gemeente of een deel daarvan. Daarnaast moet het gemeentebestuur aangeven dat de aantrekkingskracht van de gemeente of het desbetreffende deel ervan geheel of nagenoeg geheel is gelegen buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling of de bevoegdheid om ontheffing te verlenen mogelijk worden gemaakt. De toeristische aantrekkingskracht van de gemeente moet met andere woorden autonoom zijn. Verder is van belang dat de winkelopening moet dienen ter ondersteuning van het toerisme. De raad heeft bij dat alles een zekere beoordelingsvrijheid. (TK 2009-2009, 31728, nr. 3, pag. 4-5 en pag.11).

In alternatief 1 van artikel 10 van de modelverordening blijft de bevoegdheid tot het verlenen van vrijstelling in verband met toerisme bij de raad zelf. In dat geval moet er op grond van de gewijzigde Winkeltijdenwet een toelichting bij de verordening worden gevoegd, waarin de belangen zijn beschreven die bij de besluitvorming zijn betrokken. Het verdient aanbeveling deze toelichting tegelijk met de verordening als bijlage te publiceren. Via een wijziging van artikel 10 van de Winkeltijdenwet zal na inwerkingtreding van de wetswijziging bezwaar en beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven openstaan tegen het verlenen van de vrijstelling bij de verordening.

In het tweede alternatief voor artikel 10 van de verordening wordt de bevoegdheid tot het verlenen van ontheffing geattribueerd aan het college. In dat geval wordt de beschrijving van de belangen die bij de besluitvorming zijn betrokken uiteraard bij het collegebesluit gevoegd.

Een verschil met de vorige modelverordening is dat het vierde lid van het alternatieve artikel 10 niet meer is opgenomen. Daarin stond dat de ontheffing wordt geweigerd als er, kort gezegd, geen sprake is van toeristische doeleinden. Wij menen thans, ook met het oog op de jurisprudentie, dat deze bepaling overbodig is omdat de raad bij verordening moet aanwijzen in welke gebieden er sprake is van toeristische aantrekkingskracht. Dit is verwerkt in het eerste lid van beide alternatieven.

Na inwerkingtreding van het wetsvoorstel krijgen de gemeentebesturen nog één jaar om hun eerder genomen besluiten tot aanwijzing van toeristisch gebied opnieuw te overwegen, te onderbouwen en in overeenstemming te brengen met het gewijzigde artikel 3, derde lid, onder a van de Winkeltijdenwet. Zie hiervoor art II van het wetsvoorstel.

Over de uitleg van het begrip “toerisme” overwoog de voorzieningenrechter CBB op 11 maart 2009 (stadsdeel Amsterdam-Noord, LJN: BH5474): “…….dat de woorden "toerisme" en "aantrekkingskracht voor dat toerisme" strikt dienen te worden geïnterpreteerd, aangezien bij een andere benadering het verbod tot zondagsopenstelling zoals vervat in artikel 2, eerste lid, van de Wet, feitelijk illusoir zou worden gemaakt. Dat betekent dat wanneer natuur- of stedeschoon, toeristische recreatiecentra en toeristische evenementen zich niet in betekenende mate onderscheiden van datgene wat ter zake bij vele andere gemeenten voorhanden is, deze omstandigheden op zichzelf noch tezamen de toeristische aantrekkingskracht kunnen vormen waarop artikel 3, derdelid, aanhef en onder a, van de Wet (….) het oog heeft, zulks omdat bij een andere interpretatie het uitzonderingskarakter van de desbetreffende bepaling teloor zou gaan. Het zal, zoals van regeringswege bij de behandeling van de Winkelsluitingswet 1976 en de Wet ook is aangegeven, moeten gaan om toeristische trekpleisters die, los van de gelegenheid tot winkelen, zelf in een in aanmerking te nemen mate ("publieksstroom"; memorie van toelichting bij de wijziging van de Winkelsluitingswet 1976, p.8) toeristen naar de desbetreffende gemeente of de(e)l(en) van de gemeente trekken. Voor recente rechterlijke uitspraken wordt verwezen naar de uitspraak van de voorzienignenrechter van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven in de zaak tussen gemeente Rheden/Jumbo en de tichting tegen Verruiming Winkeltijden.

De gestelde voorwaarden en beperkingen vloeien voort uit de Winkeltijdenwet, het gestelde in de Arbeidstijdenwet met betrekking tot het recht van een individuele werknemer om werken op zondag te weigeren, overeenstemming met ondernemingsraad en/of personeelsvertegenwoordiging en/of belanghebbenden en de sector-COA’s met betrekking tot de salariëring en toeslagen op zondag.

Er is voor gekozen om ten aanzien van de begintijd van de openstelling een beperking op te leggen aan de begintijd, te weten vanaf 09.00 uur. Dit vanwege het feit dat sommige ambachten, zoals aan bakker, in de praktijk graag vroeg geopend zijn als gevolg van enerzijds het productieproces en anderzijds het tijdstip op de dag waarop de consument behoefte heeft aan vers brood.

Aan de eindtijd zijn wel beperkingen opgelegd, in verband met de openbare orde, veiligheid en leefbaarheid in de gemeente alsmede het respect voor de zondag(avond)rust. De eindtijd is conform die van de zondagavond openstelling.

Artikel 12. Citeertitel

Om te voorkomen dat de nieuwe verordening dezelfde naam heeft als de voorganger – die via artikel 12 wordt ingetrokken op het moment van inwerkingtreding van deze nieuwe – wordt voorgesteld achter de gemeentenaam het jaartal te vermelden.

Artikel 13. Overgangsrecht

Onderhavige verordening ziet op een algemene vrijstelling voor winkels om op zondag open te zijn van 06.00 uur tot 20.00 uur. Aldus bestaan twee ontheffingen-/vrijstellingenregimes naast elkaar, die wat effect betreft elkaar grotendeels overlappen.

Dat brengt met zich dat de op grond van de oude verordening verleende ontheffingen om op zondag van 16.00u tot 20.00u open te zijn voor supermarkten, niet meer opportuun zijn. Zij zijn als het ware opgeslokt door de algemene vrijstelling en daardoor overbodig. Vandaar dat deze ontheffingsmogelijkheid uit de Winkeltijdenverordening is geschrapt.

TOELICHTING

Inzake aangescherpte motiveringsplicht toerismebepaling

(artikel 3 lid 7 / artikel 3 lid 3 onder a Winkeltijdenwet)

I. Inleiding

Een besluit van de raad tot het verlenen van vrijstelling van de verplichte winkelsluiting op zon- en feestdagen vanwege toerisme moet vergezeld gaan van een toelichting (artikel 3, zevende lid van de Winkeltijdenwet).

Uit de bewoordingen van het zesde en zevende lid van artikel 3 Wtw volgt dat de raad de toelichting vaststelt (bij de verordening).

Uit de Aanwijzingen voor de regelgeving (zowel rijks- als decentraal) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb) blijkt dat een toelichting, ofwel de uitleg van een wettelijk voorschrift, als besluit wordt beschouwd. Maar naar inhoud zijn het doorgaans beleidsregels en is geen bezwaar of beroep mogelijk (artikel 8:2 Awb). Voor de Winkeltijdenwet geldt sinds 1 januari 2011 een uitzondering op deze algemene regel uit de Awb. De uitzondering op artikel 8:2 Awb betekent dat de toelichting vatbaar is voor beroep bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.

De raad van de gemeente Brunssum;

gelet op artikel 3, zesde en zevende lid, juncto artikel 3, derde lid aanhef en onder a van de Winkeltijdenwet;

besluit vast te stellen de hierna volgende toelichting:

Toelichting bij artikel 9 van de Verordening Winkeltijden gemeente Brunssum 2012

Met deze toelichting bij de toerismebepaling uit de Winkeltijdenverordening geven wij gevolg aan de motiveringsplicht als bedoeld in artikel 3 lid 6 en 7 Winkeltijdenwet (Wtw).

De raad heeft op grond van artikel 3 lid 3 Wtw de bevoegdheid om bij verordening vrijstelling te verlenen van het verbod om winkels op zon- en feestdagen geopend te hebben. Deze bevoegdheid is aan de voorwaarden gebonden die zijn gesteld in artikel 3 lid 3 onder a van de Wtw.

Er dient binnen de gemeente sprake te zijn van 1) op de gemeente of een deel daarvan gericht toerisme met een substantiële omvang, 2) de aantrekkingskracht voor dat toerisme is geheel of nagenoeg geheel gelegen buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling mogelijk worden gemaakt (het toerisme dient autonoom te zijn).

De vaststelling of aan deze voorwaarden is voldaan, vergt een beoordeling van alle feiten en omstandigheden van het geval, die nauw verweven is met de specifieke lokale situatie van deze gemeente. De raad heeft hierbij een zekere beoordelingsvrijheid.

Deze toelichting is als volgt opgebouwd:

Om een juist perspectief te geven van het belang van de toeristische ontwikkeling in onze provincie en Stadsregio, zijn hieronder gegevens weergegeven die zijn ontleend aan de Trendrapportage Recreatie & Toerisme 2010-2011, in opdracht van de provincie Limburg uitgevoerd door adviesbureau ZKA Consultants, ten dele gebaseerd op het Continu Vakantie Onderzoek. In deze gegevens wordt specifiek ingezoomd op de regio Zuid-Limburg en de Stadsregio Parkstad-Limburg.

Vervolgens wordt ingezoomd op de toeristische en recreatieve voorzieningen in de gemeente Brunssum, bestaande uit recreatieparken en/of heides, fiets-, wandel en paardrij routes, architectuurroutes, cultuurhistorische waarden, verblijfsaccomodaties en klein- en grootschalige evenementen op het gebied van zang, dans en sport. Vervolgens wordt een overzicht van enkele gerenommeerde (internet)bronnen weergegeven, waarna wordt ingegaan op de mate van autonomiteit en het onderscheidende vermogen van de betreffende trekpleisters. Daarna slot wordt ingegaan op de correlatie tussen toerisme en winkelopenstelling. Tot slot vindt een weergave plaats van de de betrokken belangen waarna deze tegen elkaar worden afgewogen.

Provinciele/regionale context van het toerisme

In Limburg zijn in 2010 circa 2,2 miljoen binnenlandse vakanties met bijna 10 miljoen overnachtingen doorgebracht. Onze provincie komt daarmee op een tweede plaats uit qua aantal vakanties (12%). Binnen Limburg vond in 2010 circa 42% van de vakanties plaats in Zuid-Limburg.

Werkgelegenheid

De sector toerisme en recreatie (incl. cultuur en sport) was goed voor circa 38.330 banen in Limburg, hetgeen 7,3% van de totale werkgelegenheid betreft. Hiermee is het op dit moment na Zorg, Industrie, Dienstverlening en Detailhandel de vijfde arbeidsmarktsector naar grootte.

Bestedingen

De totale verblijfstoeristische bestedingen in de provincie Limburg bedroegen in 2009 in totaal 750 miljoen euro. Bijna 45% van de bestedingen, oftewel €322,5 miljoen, betreft directe spin-off (bestedingen van toeristen bij bakkers, tankstations, horeca, vervoerssector, detailhandel etc.). De indirecte spin-off (bestedingen van toeristisch-recreatieve bedrijven bij groothandels, onderhoudsbedrijven, dienstverleners en toeleveranciers) wordt geraamd op ruim €129 miljoen. De totale spin-off, exclusief afgeleide effecten, van het verblijfstoerisme komt hiermee uit op ruim €450 miljoen. Ofwel van elke euro die een verblijfstoerist in Limburg uitgeeft komt meer dan 60% terecht buiten de verblijfstoeristische sector.

Circa 50% van de bezoekers van een hotel of bungalowpark winkelt als activiteit minimaal een keer tijdens zijn/haar vakantie. Ruim 70% van de bezoekers van een hotel of bungalowpark brengt daarnaast minimaal eenmaal een bezoek aan een restaurant of horecagelegenheid.

Limburg heeft in 2010 wederom de hoogste gemiddelde bestedingen per persoon per dag, van alle provincies in Nederland, namelijk afgerond € 34 per persoon per dag. Dit bedrag omvat alle uitgaven tijdens de vakantie, dus inclusief de kosten van boodschappen, dagjes uit en alle andere activiteiten die tijdens een vakantie ondernomen worden. De regio Zuid-Limburg heeft met € 42,60, de hoogste gemiddelde bestedingen per persoon per dag.

Bovenstaande gegevens over de winkelfrequentie van toeristen en de daaraan gerelateerde bestedingen van vakantiegangers tonen het verband aan tussen toerisme en de openstelling van winkels op zondag. Toeristen hebben tijdens hun verblijf graag de beschikking over vers eten en drinken, leesmateriaal, kleding, verzorgingsartikelen, vakantiebenodigdheden, souvenirs en dergelijke. Winkelen wordt daarnaast als een vorm van vrijetijdsbesteding en ontspanning gezien, het zogenamade fun shoppen of recreatief winkelen.

Vakanties en overnachtingen

De provincie Limburg heeft op jaarbasis het hoogste aantal vakanties per km2 landoppervlak en is twee keer zo hoog als het landelijk gemiddelde (525 vakanties per km2 land). Wat betreft het aantal overnachtingen per km2 land is Limburg koploper (per jaar vinden er 4.435 overnachtingen plaats per km2 landoppervlak).

Op de Nederlandse hotelmarkt neemt Limburg wat betreft het totaal aantal hotels de tweede plaats in. De provincie telt 408 hotels, die samen een aanbod van ruim 9.500 kamers vertegenwoordigen.

In 2010 werden door Nederlanders 606.000 hotelvakanties in Limburg ondernomen, 6% meer dan in 2009. De meeste binnenlandse toeristische bezoekers komen uit Zuid- en Noord-Holland, Utrecht en Gelderland en zijn kinderloze gezinnen. De gemiddelde groepsgrootte bedraagt 3,4 personen.

Parkstad Limburg is een verstedelijkt gebied in een natuurrijke omgeving met in totaal 240.000 inwoners. De regio kent een zodanige ruimtelijke structuur, dat het toerisme behalve een lokale vooral ook een regionale functie heeft. Het is een bekend verschijnsel dat toeristen combinatiebezoeken afleggen aan diverse attracties of voorzieningen binnen de regio.

In Parkstad Limburg zijn verschillende grote toeristische attracties gelegen, te weten: Wereldtuinen Mondo Verde, Kasteel Hoensbroek, Gaiapark Kerkrade Zoo, Snowworld Landgraaf, De Miljoenenlijn, Woonboulevard Heerlen en Continium (voormalig Industion) Kerkrade. Ook het Schutterspark in Brunssum, Megaland in Landgraaf, de Rodaboulevard in Kerkrade trekken veel bezoekers. Daarnaast hebben diverse delen in

Parkstad Limburg een hoge landschappelijke waarde. Landschappelijk waardevolle gebieden als de Brunssummerheide, het Geleen-beekdal, de Schinveldse bossen worden veelvuldig door dagrecreanten bezocht.

Naar schatting trekken alle attracties samen jaarlijks circa 5,3 miljoen bezoekers. Dit komt overeen met een geschatte omzet van circa 83 miljoen Euro en een toegevoegde waarde voor de economie van ongeveer 30 miljoen Euro. In de ramingen wordt verwacht dat in 2014 het aantal van 8 miljoen recreatieve bezoekers gehaald zal worden!

Niet voor niets was Parkstad Limburg in de afgelopen jaren de snelst groeiende toeristische regio van Nederland. In 2010-2011 hebben gemeenten en betrokken ondernemers plannen van aanpak opgesteld voor in totaal 19 clusters waar hoogwaardig, intensief vermaak, dan wel meer extensieve recreatie aan de orde is. Een van de meest kansrijke gebieden daarbij is de Oostflank van Parkstad, waar de Oostflank van de gemeente Brunssum deel van uitmaakt. Op dit gebied is een toekomstige uitbreiding van het toeristisch aanbod met een Heidenaturpark en een Grand Canyon attractiepark voorzien1.

Parkstad Leisure Ring

Om de nodige aantrekkingskracht te verwerven legt Parkstad de focus op de doorontwikkeling van het 'hoogwaardig vermaak' (entertainment), een segment dat in de regio al sterk aanwezig is. Het bestaande en nieuwe aanbod zal ondergebracht worden in makkelijk vindbare en toegankelijke locaties (clusters). De Parkstadring ontsluit en verbind deze locaties met elkaar. Op die wijze is er sprake van een bijzondere en karakteristieke Parkstad Leisure Ring waar zowel gedacht is aan Urban Entertainment exits - hoge bezoekersaantallen, intensieve beleving, als aan Green Escapes - de groene clusters, extensief van aard en vaak het startpunt van wandel- en fietsroutes.

Structuurvisie gemeente Brunssum

In de Structuurvisie van de gemeente Brunssum worden vier stadsparken aangewezen als basis voor de hoofd groenstructuur, waarbij een groene dooradering wordt gecreëerd tussen de parken onderling en het buitengebied (Brunssummerheide, Oostflank en agrarisch gebied). Andere beleidsambities zijn versterking van de recreatieve kwaliteiten in de Oostflank (met een goede integratie tussen natuurbeleving en nieuwe recreatieve ontwikkelingen), waarbij onder meer recreatieve verbindingen tussen het Schutterspark en de Oostflank aangebracht zullen worden en aansluiting gezocht zal worden bij (regionale) recreatieve fietsverbindingen. Ook wordt ingezet op behoud van de cultuurhistorische waarden uit de mijntijd, waarbij bijvoorbeeld het oude mijnspoor in ere hersteld zal worden.

Toeristisch/recreatieve aanbod in de gemeente Brunssum

De gemeente Brunssum beschikt over diverse toeristische attracties waar veel bezoekers op afkomen en die vanwege hun aard uniek en onderscheidend zijn.

Dit betreft allereerst het Schutterspark bestaande uit verschillende recreatieve attracties zoals:

  • -

    De Mini-haven

  • -

    Het Blote Voetenpad - genomineerd voor de VVV-innovatieprijs 2011

  • -

    De Kinderboerderij

  • -

    De Mini-rails

  • -

    Het Parelpad

  • -

    Het Schuttershüuske

  • -

    De Groenmetropool.

Het Schutterspark heeft een bijzondere en unieke historische waarde vanuit de Staatsmijnen en bestaat mede uit de onlangs gerestaureerde Filtergebouwen waar thans diverse culturele exposities plaatsvinden. Gemeente Brunssum streeft een verdure upgrading van het Schutterspark na door de exploitatie van de Filtergebouwen en horecavoorzieningen bij een partij onder te brengen. In de afgelopen jaren is het idee ontstaan om het Schutterspark uit te breiden met een zogenaamde Flight-Line attractie en een Boomkronenpad. Hiervoor is door ZKA consultants een haalbaarheidsanalyse en businessplan opgesteld. Dat dit park toeristische waarde en toekomstpotentieel heeft staat daarmee vast en blijkt ook uit de bezoekersaantallen van deze en andere attracties in de gemeente Brunssum, waarover later meer.

Momenteel vindt de 2e fase van een haalbaarheidsonderzoek plaatsvindt naar het realiseren van een Grand Canyon attractiepark, een initiatief van de exploitant van Toverland in Sevenum, door een consortium van gerenommeerde partijen en investeerders. Door gemeente, regio en provincie is hiervoor een bijdrage van €450.000 beschikbaar gesteld en ook heeft er een reservering plaatsgevonden van nog eens €350.000 in verband met toekomstige werkgelegenheidsprojecten. Het park behoort op dit moment nog niet tot het toeristisch aanbod, maar het project wordt hier vermeld omdat het toonaangevend is voor de potentie van de Oostflank van Brunssum. Ten gevolge van de geplande aanleg van de Buitenring Parkstad zal de waarde van dit gebied alleen maar toenemen.

In het gebied dat is gelegen tussen het Schutterspark en de Brunssummerheide ligt sinds 1985 een voor Nederlandse begrippen unieke 45-holes Golfbaan. Oude percelen met naaldbomen, afgewisseld met jonge dennen, loofbossen en vennetjes of grote waterpartijen met tees op verrassende hoogtes, geven de golfbaan met zijn prachtige greens een heel bijzonder karakter en een eigen moeilijkheidsgraad. Alle fairways zijn bovendien voorzien van sproeikoppen en daardoor steeds uitstekend bespeelbaar. Ook de fauna is nadrukkelijk vertegenwoordigd in de vorm van roofvogels en diverse soorten kleinwild. Golfliefhebbers van verschillende nationaliteiten komen dan ook naar Brunssummerheide om hier de 'uitdaging' aan te gaan.

Brunssum beschikt naast het Schutterspark over een van de twee NATO-hoofdkwartieren in Europa. Blijkens het kabinetsakkoord spant ook de landelijke overheid zich in voor het behoud van dit hoofdkwartier. De aanwezigheid van de NATO-inwoners heeft het karakter van de gemeente Brunssum als internationale en gastvrije gemeenschap mede vorm gegeven. Ook in economisch opzicht is de NATO van grote waarde. Uit onderzoek2 blijkt dat de economische waarde van de NATO in geld uitgedrukt (bestedingen, banen, afgeleide werkgelegenheid) voor de regio Parkstad Limburg circa 150 miljoen betreft. De gemeente, regio en provincie zijn zeer trots op deze huisvesting en ondernemen verschillende projecten en activiteiten in relatie tot de NATO.

Brunssum beschikt over het grootste aaneengesloten Beschermd Stads en Dorpsgezicht Mijnkoloniën. Het betreft de wijken Treebeek, Haansberg, Schuttersveld, Langeberg, De Egge en De Rozengaard die verdeeld zijn over het hele grondgebied van de gemeente Brunssum. De mijnkoloniën zijn tussen 1910-1930 gebouwd voor het personeel van de Staatsmijnen Hendrik en Emma. De ingenieurs van de Staatsmijnen ontwierpen de eerste woningen. Later werden bekende architecten zoals J. Stuyt en A. Boosten aangetrokken. Hierdoor heeft iedere kolonie zijn eigen specifieke stedenbouwkundige en architectonische uitwerking. De mijnkoloniën zijn opgezet volgens de filosofie van een tuindorp.

De mijnarchitectuur in Brunssum is in een aantal opzichten uniek en bijzonder waardevol te noemen. Er zijn andere gemeenten met oude mijnwijken, maar deze liggen als losse elementen verspreid. In Brunssum vormen de mijnwijken één geheel, met als centrale as het oude mijnspoortracé. Een dergelijk aaneengesloten gebied met bebouwing uit de mijnperiode is uniek in Nederland. Begin 2009 kregen de mijnwijken in Brunssum de status van 'beschermd gezicht' - het is daarmee het grootste aaneengesloten 'beschermd gezicht'-gebied van Nederland.

Minister Plasterk deed de aanwijzing in januari 2009 en roemde de waarde van het mijnverleden voor de economische structuur van heden. Brunssum is bijzonder trots op dit cultureel erfgoed, mede omdat de toegepaste architectuur ook nog eens bijzonder is, en op veel plaatsen gaaf bewaard.

Bijzonder aan de routes is dat op diverse plekken zogenaamde tijdvensters zijn geplaatst. De tijdvensters geven fietsers en wandelaars een impressie van de vroegere inrichting van een aantal historische locaties. In Brunssum zijn op drie plaatsen zulke tijdvensters geplaatst: in Treebeek, waar het tijdvenster 'uitzicht' geeft op het de oude staatsmijn Emma; in het Vijverpark, waar het tijdperk van de bruinkoolgroeve 'Brunahilde' opnieuw tot leven wordt gewekt; en op de Akerstraat, bij de ingang van de voormalige staatsmijn Hendrik. Verder zijn er voor de fietsers en wandelaars langs de routes op diverse plekke informatieborden aangebracht.

In de typische mijnwerkerswijk Treebeek werd in 2010 de 6-delige AVRO-serie “Tien Torens Diep” opgenomen. Het zogenaamde ‘Huis van Stef’ is hierna een bezoekerscentrum geworden.

Op Landgoed Brunssheim (een voormalig openbaar zwembad, thans onderdeel van Europarcs Vakantieparken) kunnen bezoekers terecht voor een overnachting in een luxe vakantiewoning of chalet, op een geaccidenteerd terrein tussen de natuurgebieden Brunssummerheide en Schinveldse Bossen/Tevenerheide. In 2010 werden op Landgoed Brunssheim circa 25.000 overnachtingen geboekt, exclusief de overnachtingen door NATO-ingezetenen en/of familieleden (die zijn op grond van internationale overeenkomsten vrijgesteld van toeristenbelasting). Het park beschikt o.a. over een natuurbad, fietsverhuur, volleybal, een kinderboerderij, speeltuin en restaurant.

De Brunssumerheide, eigendom van Natuurmonumenten, is een 600 hectare groot natuurgebied en mag met recht een van de mooiste stukken natuur in Nederland worden genoemd. De Brunssummerheide is sinds 1995 in beheer bij de Vereniging Natuurmonumenten. Het grootste deel bestaat uit bossen, heidevelden en het bronnengebied van de Rode Beek. De natuur- en recreatiewaarden van het gebied zijn zeer hoog. De Brunssummerheide kent vele tientallen bijzondere planten- en dierensoorten. Om die reden is het gebied in 1995 aangewezen als Beschermd Natuurmonument (NATURA 2000). Tegelijkertijd is de Brunssummerheide ook zeer populair als recreatiegebied. Jaarlijks wordt het gebied naar schatting3circa 1 miljoen keer bezocht voor ontspanning en sport (wandelen, fietsen, mountainbiken, paardrijden). Het gebied trekt ten gevolge van de euregionale ligging van Brunssum onder andere toeristen uit het aangrenzende Duitsland en België.

De heide bestaat uit een educatief bezoekerscentrum (aantal bezoekers in 2011: 137.000), een manege, een sterrenwacht en een pannekoekhuis met panorama terras. Net als het Schutterspark heeft de Brunssumerheide een historische waarde met het oog op bruinkoolwinning in de periode na de Tweede Wereldoorlog. Recreatieve mogelijkheden zijn er op het gebied van wandelen, fietsen, baden in de Rode Beek en paardrijden. Jaarlijks vinden er recreatieve hardloopwedstrijden plaats met deelnemers uit de euregio zoals de KerstCross en de StapLoop. De heide wordt doorsneden door een sterk venig en moerassig beekdal, met veel van de bijbehorende begroeiing, wat voor Nederland een grote bijzonderheid mag heten.

In de zaak “LJN: BR6494” (sept. 2011, voorzieningenrechter CBB) tussen de gemeente Rheden/Jumbo en de Stichting tegen Verruiming van de Koopzondag/diverse kleine zelfstandigen was sprake van een vergelijkbare casus betreffende een groot natuur-/recreatiegebied (De Posbank). Een kritische lezer zou kunnen betogen dat in de bewuste uitspraak sprake is van een natuurpark dat aanzienlijk meer bezoekers trekt per jaar (circa 2 mln.). Wij zijn van mening dat ook circa 1.000.000 bezoekers per jaar (meer dan 2.500 per dag) een substantieel aantal is. Het inwonertal van de gemeente Brunssum (circa 30.000) is aanmerkelijk lager dan dat van de gemeente Rheden (circa 45.000). Afgezet tegen de oppervlakte van de gemeente Rheden (17,3 km2 versus 85 km2) of de betreffende parken (6 mln. m2 versus 50 mln m2) is de relatieve bezoekersintensiteit zelfs hoger in Brunssum.

Brunssum is naast een ‘groene gemeente’ ook een activiteiten gemeente die zich kenmerkt door dans/folklore en sport. In de gemeente Brunssum vinden diverse kleine lokale, maar ook internationale evenementen met hoge bezoekersaantallen plaats. Enkele bekende voorbeelden zijn:

  • -

    De Parelloop (2e plaats Parkstad Passie Prijs Rabobank 2011, wereldrecordstatus 10 km) met circa 5.000 deelnemers en 25.000 bezoekers uit binnen- en buitenland; zie: www.parelloop.nl

  • -

    De Internationale Folkloristische Parade met circa 160.000 bezoekers uit verschillende landen uit de gehele wereld. Een tien dagen durend evenement van internationale allure sinds 1953, gericht op folklore en volksdans. Het centrale thema is de verbroedering van mensen uit verschillende culturen. In 2012 vindt opnieuw dit internationale evenement plaats. Zie: http://www.paradebrunssum.nl/

Het Vier Sterren Tennistoernooi Brunssum Open van LTC Brunssum

Brunssum Open bestaat inmiddels meer dan 40 jaar en behoort met de 4-sterren status tot de toptoernooien in Nederland. In die tijd heeft het LTC Brunssum tennistoernooi een reputatie opgebouwd als een toegankelijk, gastvrij evenement met een breed deelnemersveld waaraan zowel recreatieve als topspelers deelnemen.

  • -

    De Oktoberfeesten (circa 5.000 bezoekers, landelijk in top 3) , een jaarlijks terugkerend driedaags tentfeest in het laatste weekend van oktober. Het is wat bezoekersaantallen betreft na de oktoberfeesten in Sittard en in Varsseveld het derde grootste oktoberfeest van Nederland. Opvallend aan het oktoberfeest in Brunssum is de afkomst van de bezoekers. Waar vergelijkbare evenementen veelal bezoekers uit de directe omgeving trekken, komt het merendeel van de bezoekers aan de Brunssumse Oktoberfeesten uit de hele verre omtrek. Zelfs tot aan Groningen en de Belgische kust toe weten de bezoekers de weg naar Brunssum te vinden. Gezien de gunstige Euregionale ligging van Brunssum trekt het evenement veel bezoekers uit Duitsland en met name België en zelfs uit Luxemburg , Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland komen enkele bezoekers. Daarmee heeft het evenement een sterk internationaal karakter. Zie: http://nl.wikipedia.org/wiki/Brunssumse_oktoberfeesten en http://www.brunssumseoktoberfeesten.nl/

  • -

    Young Experience Voor jongeren tussen de 12 en de 20 jaar, is YoungXperience ‘the place to be’. Wat ooit in 2004 gestart is, is uitgegroeid tot hét jongeren evenement van Parkstad. YoungXperience biedt jongeren een podium om samen met andere jongeren kennis te maken met de jongerencultuur op het gebied van muziek, dans en sport. Dat dans en muziek in Brunssum deel uitmaken van de subcultuur blijkt o.a. uit het feit dat de dansgroepen No Escape, Full Beatz en Total Khaos van danscentrum Benito Deane uit Brunssum diverse prijzen hebben bemachtigd op het niveau van de wereldkampioenschappen hip-hop/street dance en bij deelname aan het populaire popprogramma So You thing you can dance. De vorige edities van Young Experience hebben honderden actieve deelnemers en vele duizenden bezoekers getrokken. Daarom wordt door de organisatie de lat ieder jaar een stukje hoger gelegd. Zie: www.youngexperience.nl

Er is sprake van verschillende recreatieve routes, zoals:

  • -

    Paardrij routes in/rondom de Brunssumerheide

  • -

    Architectuur Route

  • -

    Groenmetropool

  • -

    Beschermd Stads- en Dorpsgezicht Mijnkoloniën

  • -

    Wandel en fietsroutes

Er zijn diverse hotels of welness/sauna resorts gevestigd ten behoeve van het toerisme in de gemeente, zoals:

  • -

    Eden Park

  • -

    Rumpenerhof

  • -

    Bronsheim

  • -

    Golf Residentie Brunssummerheide

  • -

    Kerkeveld

  • -

    Landgoed Brunssheim (Europarcs)

  • -

    Bed and Breakfast Pincky

  • -

    Welness Centrum/Sauna Hoen

Brunssum kan derhalve met recht een gemeente met een rijk, gevarieerd en onderscheidend evenementen- en activiteitenaanbod worden genoemd. Zie ook: www.brunssumlaatjegenieten.nl

Naast bovenstaande trekpleisters voert de gemeente Brunssum een actief evenementenbeleid waarbij (mede) ingezet wordt op het aantrekken van toeristen. Doel van dit beleid is om naast de bestaande evenementen nieuwe evenementen te organiseren of de organisatie daarvan te stimuleren, die het in zich hebben om bezoekers van buiten onze gemeente en-of regio te trekken. Voorbeelden daarvan zijn:

De Oranjebraderie

Troote Trek

Huis voor de Kerstman

Parelfestijn

Internationaal Damtoernooi

Carnaval

Vijverpark Festival

Wielerronde

Woetsjtok Festival

Circus

Ilse Frankenthal

Promesse d’un Voyage

Vrije Markt (Euregio Bazaar)

Braderieën

Voor- en Najaarskermis

Culturele- en Kunst Exposities

Taptoe Indoor etc.

Bronvermelding

Deze trekpleisters worden onder meer, doch niet uitsluitend genoemd in:

Website VVV: www.vvvzuidlimburg.nl

Promotiefilm: www.brunssumlaatjegenieten.nl

Evenementenkalender: http://www.brunssum.nl/Vrije_Tijd/Evenementen/Evenementenkalender_2011

Cultuuragenda: http://www.zuidlimburg.nl/cultuur__vrije_tijd/cultuuragenda.html

Hotels: www.hotelspecials.nl

Dagje Weg: http://www.dagjeweg.nl/dagjeuit/brunssum/2

Reisgids: http://www.eropuitinlimburg.com/

Wandelroutes: http://www.wandelgidszuidlimburg.com/wandelroutes/247.html

Vakanties: www.vakantieparken.nl, www.belvilla.nl etc.

Natuur : http://www.natuurmonumenten.nl/bcbrunssummerheide en

http://natura2000beheerplannen.nl/pages/brunssummerheide.aspx

Sauna: http://www.saunahoen.nl/

ANWB: http://landvananwb.nl/Activiteit/Blotevoetenpark_Brunssum_36335

Bed and Breakfast: http://www.pinckybenb.nl/

Zoover: http://www.zoover.nl/nederland/limburg/brunssum

Wikipedia: http://nl.wikipedia.org/wiki/Brunssum

Vakantiewijzer: http://www.vakantiereiswijzer.nl/vakantie/activiteiten/7166/brunssum/

a. Autonomiteit

Deze toeristische trekpleisters maken achtereenvolgens vanaf circa 1950 onderdeel uit van deze gemeente en trekken momenteel jaarlijks meer dan 1.500.000 toeristen (bron: VVV Zuid-Limburg en Natuurmonumenten). Dit toerisme heeft zich ontwikkeld in een periode waarin op zondag nog geen winkelactiviteiten in Brunssum plaatsvonden waarmee vaststaat dat het toerisme autonoom is en niet wordt veroorzaakt door de openstelling van winkels.

b. Substantiële omvang

Toerisme kent vele verschijningsvormen en richt zich op velerlei typen bestemmingen en attracties.

Uit cijfers en overige hierna te beschrijven omstandigheden blijkt dat deze trekpleisters gezamenlijk meer dan 1,5 miljoen bezoekers per jaar trekken, in een gemeente met circa 30.000 inwoners. Daarmee is sprake van meer dan ‘enig’ toerisme.

Bezoekersaantallen (2010):

Attracties: 260.300 (Incl. Golfbaan, Schutterspark, Fairplay, Sauna Hoen, Zeekoelen)

Evenementen: 83.000 (Incl. Parelloop, Parelmarkt, Vijverpark festival, Oktoberfeesten, Braderieën)

Brunssummerheide: circa 1.000.000

Bezoekerscentrum: 137.000 (2011)

Hotels en overnachtingen:

Landgoed Brunssheim (Europarcs) 22413

Golf-Residentie 4097

Rumpenerhof 1110

Kerkeveld 324

Eden Park: 167

Bronsheim 29

Het aantal hotelovernachtingen is tussen 2008 en 2010 gestegen met 290% (absoluut: 18461)

De toeristenbelasting is tussen 2008 en 2010 toegenomen met € 25.204,-. Notabene: overnachtingen van Afnorth militairen en/of familieleden zijn vrijgesteld van toeristenbelasting.

Het aantal bedrijven in de sector Cultuur, Sport en Recreatie is tussen 2009-2010 absoluut met 7 toegenomen.

Derhalve is gebleken dat deze voorzieningen een substantiële aantrekkingskracht hebben op toeristen.

2. Winkelopenstelling ten behoeve van het toerisme

De toeristische trekpleisters zijn verdeeld over het gehele grondgebied van de gemeente Brunssum, het betreft de Oostflank (omg. Schutterspark/Golfbaan), Brunssum Zuid (Brunssummerheide/Landgoed Brunssheim/Manege, LTC Brunssum), het centrum van Brunssum (Parelloop, Fair Play Centers, Parade, Oktoberfeesten, NATO, Young Experience) alsmede Brunssum West (Welnesscentrum/Sauna Hoen, Mijnkoloniën Treebeek, Huis van Stef).

De openstelling van winkels is nodig ten behoeve van het bezoek van toeristen aan de toeristische trekpleisters omdat winkelen op zondag in toenemende mate onderdeel uitmaakt van de vrijetijdsbesteding van mensen. Toeristen willen keuzes kunnen maken en combinaties van recreatieve vrijetijdsbestedingen, bijvoorbeeld een hotelovernachting, gevolgd door een dagje winkelen en ’s avonds naar een welnesscentrum. Of het bezoek aan een evenement of voorziening gecombineerd met het doen van boodschappen of recreatief winkelen (fun shopping).

Toeristen hebben tijdens hun verblijf graag de beschikking over vers eten en drinken, leesmateriaal, kleding, verzorgingsartikelen, vakantiebenodigdheden, souvenirs en dergelijke. Het kopen van ‘iets nieuws’ niet zijnde dagelijkse artikelen geeft een prettig gevoel dat bijdraagt aan het plezier op vakantie.

De totale verblijfstoeristische bestedingen in de provincie Limburg bedroegen in 2009 in totaal 750 miljoen euro. Bijna 45% van de bestedingen, oftewel €322,5 miljoen, betreft directe spin-off (bestedingen van toeristen bij bakkers, tankstations, horeca, vervoerssector, detailhandel etc.). De indirecte spin-off (bestedingen van toeristisch-recreatieve bedrijven bij groothandels, onderhoudsbedrijven, dienstverleners en toeleveranciers) wordt geraamd op ruim €129 miljoen. De totale spin-off, exclusief afgeleide effecten, van het verblijfstoerisme komt hiermee uit op ruim €450 miljoen. Ofwel van elke euro die een verblijfstoerist in Limburg uitgeeft komt meer dan 60% terecht buiten de verblijfstoeristische sector.

Circa 50% van de bezoekers van een hotel of bungalowpark winkelt als activiteit minimaal een keer tijdens zijn/haar vakantie. Ruim 70% van de bezoekers van een hotel of bungalowpark brengt daarnaast minimal eenmaal een bezoek aan een restaurant of horecagelegenheid. De zondagopenstelling van winkels is derhalve ondersteunend aan het toerisme in de gemeente Brunssum.

Nu aan de toepassingsvoorwaarden van artikel 3, derde lid, onder a,Wtw is voldaan is de raad bevoegd van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3 lid 3 onder a gebruik te maken. In artikel 10 van de verordening maakt de raad van deze bevoegdheid gebruik .

3.Inventarisatie van de belangen

De raad mag deze bevoegdheid slechts toepassen na zorgvuldige afweging van de daarbij betrokken belangen (artikel 3 lid 6 WTW). De raad is verplicht in ieder geval de volgende belangen in de afweging te betrekken:

  • a.

    Werkgelegenheid en economische bedrijvigheid in de gemeente, waaronder mede wordt begrepen het belang van winkeliers met weinig of geen personeel en van winkelpersoneel;

  • b.

    De zondagsrust;

  • c.

    De leefbaarheid, de veiligheid en de openbare orde in de gemeente.

Ad a

Het instemmen met dit voorstel zal een positief effect gaan hebben op de lokale economische bedrijvigheid en werkgelegenheid. Winkeliers krijgen door een zondagopenstelling mogelijkheden om de benodigde omzet te behalen als de winkeliers hierin kansen zien. De zondagopenstelling zorgt ervoor dat de winkels die open zullen zijn ook zorgen voor (behoud van) arbeidsplaatsen. Daarom geeft een zondagopenstelling ook een stimulans aan de lokale werkgelegenheid.

In het bijzonder is een impuls te verwachten op de lokale horeca en recreatieve sector, die ondersteund door het winkelaanbod het aantal bezoekers zullen zien toenemen. Vandaar dat dit voorstel kan rekenen op de steun van de VVV Zuid-Limburg en de Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Brunssum. Ook de perifeer gelegen bouwmarkten zoals bijvoorbeeld op het bedrijventerrein Emma mogen naar believen gebruik maken van de zondagopenstelling. Een daarvan betreft een grote zaak in Outdoor, Camping & Recreatie artikelen met een bovenregionale functie.

Winkeliers met weinig of geen personeel zullen een kosten-baten afweging moeten maken, waaruit blijkt of het voor hun lucratief is om op zondag open te gaan. Kleine versspeciaalzaken zoals een keurslager, vishandel of bakker kunnen concurrentienadeel ondervinden van de verruiming, omdat consumenten die op zondag hun versprodukten bij de supermarkt kopen, dit niet meer op maandag bij de vershandelaar doen. Dit is het resultaat van “vrije marktwerking”, omdat de consument vrij is en blijft om te bepalen waar en wanneer hij zijn versprodukten koopt en de spelregels voor de ondernemers gelijk zijn (level playing field). In de gemeente Brunssum zullen ook kleine ondernemers zijn die wel graag op zondag hun zaak willen openen. In het recente verleden hebben verschillende ondernemers hierover geïnformeerd bij de gemeente.

Bijzonder punt van aandacht is nog het volgende aspect, dat de gemeenteraad in haar besluitvorming heeft meegewogen. In het kernwinkelcentrum van Brunssum zijn twee supermarkten gelegen. Een van deze supermarkten heeft momenteel een ontheffing voor zondagavondopenstelling. Ten gevolge hiervan gaat deze supermarkt op koopzondagen pas om 16.00 uur open. De gemeente streeft naar een situatie waarbij op koopzondagen supermarkten als winkels gelijktijdig geopend zijn. Dit vergroot de aantrekkingskracht van het winkelcentrum en zal zorgen voor toevloeiing van bestedingen van bezoekers van de supermarkt aan omliggende winkels. Onderhavige maatregel houdt op dit aspect dus een positief neveneffect in voor de kleine zelfstandigen.

Ervan uit gaan dat een meerderheid van de winkeliers tegen een verruiming van de zondagopenstelling is, heeft dit niet ertoe geleid dat wij hierdoor afzien van een algemene vrijstelling. Immers, wij zijn ons er als raad terdege van bewust dat er meerdere belangen in het spel zijn. In dit verband wijzen wij er nog op dat de raad in haar motie “Toerismebepaling”aan het College heeft gevraagd om uiterlijk een jaar na aanvang een evaluatie toe te passen, zodat wij de ontwikkelingen kunnen monitoren.

Veel ondernemers kiezen ervoor om wel of niet open te gaan, net als op reguliere koopzondagen of koopavonden. Deze vrijheid blijven zij ook in de nieuwe situatie behouden. Vanwege een ‘level playing field’ is het aan iedere ondernemer om zelf een afweging te maken tussen omzet, zondagsrust en concurrentie.

Door het bieden van winkelmogelijkheden aan burgers uit het verzorgingsgebied, kan de gemeente Brunssum concurreren met omliggende gemeenten. Het risico bestaat namelijk dat anders de consumenten uit Brunssum buiten de gemeente hun boodschappen gaan doen. Dit is niet in het belang van de lokale winkeliers en supermarkten.

Het argument dat alleen grote ondernemingen of supermarkten profiteren van de zondagopenstelling gaat niet op. Onderzoeksbureau Droogh, Trommelen en Partners (DTNP) heeft een grootschalig onderzoek4 uitgevoerd naar de mate waarin supermarktklanten hun supermarktbezoek combineren met bezoek aan andere winkels in het winkelgebied. Het blijkt dat twee op de drie supermarktklanten tijdens hetzelfde bezoek één of meer andere winkels binnenlopen. Supermarkten zijn daardoor van groot belang voor dagelijkse speciaalzaken.

De belangen van de lokale winkeliers zijn meegewogen, echter hebben in dit geval niet geleid tot een ander oordeel over de situatie (lokale beleidsvrijheid inzake belangenafweging). De laatste jaren zijn overigens diverse projecten5 door de gemeente gefaciliteerd die nadrukkelijk wel in het belang van de mkb-ondernemers zijn geweest.

Tot slot is de wetgever reeds in de wetsgeschiedenis uitgebreid ingegaan op de belangen van winkeliers met weinig of geen personeel, sociale consequenties rakende, welke belangen tijdens de behandeling in de raad eveneens uitvoerig aan de orde zijn geweest.

Die mogelijke consequenties zijn door de wetgever onder ogen gezien maar dat heeft haar er niet van weerhouden een normatief kader te presenteren waarin de gemeenteraad alle betrokken belangen zo mag afwegen dat die van de winkeliers met weinig of geen personeel hierin het onderspit delven.

Uit navraag bij enkele supermarkten is gebleken dat de zondag als werkdag bij het winkelpersoneel in trek is. Op deze dag dient namelijk op grond van de sector-CAO’s (Levensmiddelen e.a.) 200% van het normale uurloon te worden uitgekeerd. Veel werknemers die op zaterdag hun sport of hobby willen beoefenen, kunnen deze ruilen voor de zondag. Er wordt bovendien rekening gehouden met deze groep werknemers door rekening te houden met de begintijd van de zondagopenstelling.

Het is de ondernemer niet toegestaan om medewerkers te verplichten om op zondag te werken. Het uitgangspunt is namelijk dat winkelmedewerkers op zondag niet hoeven te werken. Dit is vastgelegd in artikel 5.4 van de Arbeidstijdenwet.

In de verordening is expliciet als voorwaarde en/of beperking opgenomen dat winkels die van de vrijstelling gebruik maken de sector-CAO’s en de Arbeidstijdenwet dienen te respecteren.

Er zijn 108 bedrijven in de sector Toerisme & Recreatie in Brunssum. Er zijn 106 bedrijven in de branche “Welness” in Brunssum. Er zijn 30 cafe’s, 18 restaurants en 33 cafetaria’s en ijssalons waar in totaal bijna 400 personen werkzaam zijn. De Gemeente Brunssum telt per 1 juli 2011 in totaal 88 horecabedrijven. Dit is 6,7% van het totaal aantal vestigingen in deze gemeente. In de Provincie Limburg is dit 5,3% en landelijk 3,6%. Als we kijken naar de arbeidsmarkt dan zien we dat van alle werkzame personen in de Gemeente Brunssum in 2010 6,1% werkzaam is in de horeca. Vergeleken met de Provincie Limburg is dit bovengemiddeld.

Er zijn 216 bedrijven in detailhandel, goed voor 1177 arbeidsplaatsen (een na grootste arbeidsmarkt sector na Gezondheid&Welzijnszorg). De meeste van deze werknemers zijn werkzaam in de branches voedings- en genotsmiddelen en vrije tijd en educatie.

Het aantal vestigingen in de sector Cultuur, Sport en Recreatie is het afgelopen jaar met 17,9% toegenomen.

Bij deze groei dient er rekening te worden gehouden met het feit dat er in 2008-2010 sprake was van een economische recessie en bankencrisis die slechts een kort herstel heeft gekend. In de loop van 2011 is het consumentenvertrouwen ten gevolg van de eurocrisis wederom afgenomen en is Nederland opnieuw in december in een recessie beland.

Bron: Vestigingenregister Parkstad Limburg, Brunssum aan het Werk 2010

Ad b

Uit een evaluatie van de Winkeltijdenwet die in 20061 plaatsvond blijkt dat 7% van de Nederlandse consument de stelling ‘Ik vind het vervelend wanneer winkels op zondag open zijn, omdat het in strijd is met mijn geloof’ deelt. Bron: Ministerie van Economische Zaken; Evaluatie Winkeltijdenwet 2006

Uit een poll in Limburg d.d. oktober 2010 bleek dat meer dan 2/3e van de deelnemers van mening is dat de standaard koopzondag een goede ontwikkeling is.

De zondagopenstelling leidt niet tot een verplichting om te winkelen. Mensen die de zondag graag willen wijden aan familie- of kerkbezoek, sport, cultuur of hobby behouden uiteraard deze vrijheid zonder dat deze in poersoonlijk opzicht wordt aangetast.

Landelijk is reeds jaren een tendens waarneembaar van de ontwikkeling naar een ‘24 uurs economie’. Ook de behoefte aan recreatief winkelen op zondag groeit, in veel gemeenten gaat dit ten koste van de collectieve winkelopenstelling op maandag, maar ook bijvoorbeeld de koopavond.

Uit de ervaringen in Brunssum blijkt, zoals eerder aangehaald, dat er sprake is van topdrukte tijdens de zondagavondopenstelling van supermarkten, dit toont de consumentenbehoefte aan.

De zondagsrust is tijdens de reguliere koopzondagen nimmer onderwerp van protest of bezwaren geweest. Er hebben zich geen partijen mondeling of schriftelijk gemeld bij het klachtenmeldpunt van de gemeente en/of het College van Burgemeester en Wethouders die omwille van de zondagsrust problemen hadden met de zondagopenstelling van winkels.

In de verordening worden de zondagsrust en de belangen van werknemers gerespecteerd door een limitering van de openingstijden.

Ad c

Het instellen van zondagsopenstelling in de gemeente Brunssum zal naar verwachting niet lijden tot aantasting van de leefbaarheid. De gemeente Brunssum blijft bijzonder geschikt om in te leven, wonen, werken en recreëren. De leefbaarheid kan juist vergroot worden doordat de voorzieningen 7 dagen per week bereikbaar zijn en door de sociale contacten op zondag. Ook zal er een optimale spreiding zijn van bezoekers- en verkeerstromen over de gemeente, waardoor de overlast en onveiligheidsgevoelens worden beperkt tot een minimum. Dit zou ons inziens anders zijn, indien er slechts een supermarkt een ontheffing zou krijgen. Wij baseren ons hierbij op waarnemingen in de praktijk. Er is kortom geen aantasting, maar een bijdrage aan de veiligheid, leefbaarheid en openbare orde te verwachten als het gaat om zondagopenstelling.

De leefbaarheid in de gemeente Brunssum zal worden vergroot doordat de sociale controle groter is.

Uit de ervaring van de afgelopen jaren blijkt dat een verdeling van consumenten- en verkeersstromen over de gemeente wenselijk is door de relatief grote bezoekersaantallen van supermarkten op zondag.

Het doel van de Wtw is onder meer het borgen van de zondagsrust door zondagopenstelling van winkels te verbieden. Dit is de hoofdregel. Dit belang heeft de raad betrokken en gewogen. Echter, dit belang is van onvoldoende gewicht gebleken, na afweging van andere betrokken belangen en door het stellen van voorwaarden en beperkingen.

Uiteraard is het zaak om al deze aspecten, die de wetgever nadrukkelijk van importantie heeft geacht, te blijven monitoren door tussentijdse monitoring (gesprekken, meldingen, eigen waarnemingen en evaluatie met belanghebbenden). Dit vloeit ons inziens ook voort uit het beginsel van behoorlijk bestuur.

Naast de door de wetgever geëxpliciteerde belangen heeft de raad de navolgende belangen en/of kaders in haar afweging betrokken:

  • -

    Economische, toeristische en culturele beleidskaders gemeente Brunssum en Parkstad Limburg

  • -

    Trendrapportage Toerisme & Recreatie, provincie Limburg 2010-2011

  • -

    Visie Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Brunssum

  • -

    Visie VVV Zuid-Limburg

  • -

    Visie Supermarkten

  • -

    Visie stichting Ondernemend Centrum Brunssum

  • -

    Behoefte van Consumenten

  • -

    Jurisprudentie inzake Winkeltijdenwet/Toerismebepaling

  • -

    Deregulering (minder bureaucratie, algemenisering van regels, dienstverlening aan ondernemers)

  • -

    Ontwikkelingen in omliggende gemeenten (verruiming in Heerlen, Kerkrade, Simpelveld, Nuth en Landgraaf)

  • -

    Onderzoek DTNP: Supermarkt, redder van de speciaalzaak

  • -

    Evaluatie uiterlijk 1 jaar na vaststelling verordening (pilot)

Gemeente Brunssum

Januari 2012


1

Zie o.a.: structuurvisie gemeente Brunssum

2

Economic Impact Studies, E’til (2007)

3

Schatting ontleend aan meting van 650.000 bezoekers circa tien jaar voorafgaand aan heden, en gerelateerd aan het aantal geregistreerde bezoekers van het bezoekerscentrum

4

DTNP: “Supermarkt, Redder van de Speciaalzaak” (2010)

5

Bijvoorbeeld: gevelrenovatie subsidie, bomenplan, collectief ondernemersfonds, centrummanagement, bannieren/vlaggen, hanging baskets, kunst in leegstande panden etc.