Artikel 1 Begripsomschrijving
In deze verordening wordt verstaan onder een burgerinitiatiefvoorstel:
een voorstel van een initiatiefgerechtigde om een onderwerp op de agenda
van de vergadering van de raad te plaatsen.
Artikel 2 Werkwijze
- 1.
De raad plaatst een burgerinitiatiefvoorstel op de agenda van zijn
vergadering indien daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig
verzoek is ingediend.
- 2.
Een verzoek is niet geldig als het:
- a.
niet door ten minste 15 initiatiefgerechtigden wordt
ondersteund;
- b.
een onderwerp als bedoeld in artikel 4 bevat;
- c.
niet voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 5.
Artikel 3
Initiatiefgerechtigd zijn inwoners van Papendrecht van 16 jaar en
ouder.
Artikel 4
Een burgerinitiatiefvoorstel houdt niet in:
- a.
een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de
raad;
- b.
een vraag over het gemeentelijk beleid;
- c.
een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet
bestuursrecht over een gedraging van het gemeentebestuur;
- d.
een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet
bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur;
- e.
een onderwerp waarover korter dan 6 maanden voor indiening van
het initiatief door de raad een besluit is genomen;
- f.
specifieke financiële aangelegenheden zoals: de begroting,
salarissen gemeentepersoneel, gemeentelijke belastingen;
- g.
een uitsluitend individueel belang.
Artikel 5
- 1.
Het verzoek ter plaatsing van een burgerinitiatiefvoorstel op de
agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend
bij de burgemeester;
- 2.
Het verzoek bevat ten minste:
- a.
een nauwkeurige omschrijving van het
burgerinitiatiefvoorstel;
- b.
een toelichting op het burgerinitiatiefvoorstel;
- c.
de achternaam, de voornamen, het adres, de geboortedatum en
de handtekening van de verzoeker en zijn
plaatsvervanger;
- d.
een lijst met de voornamen, achternamen, adressen,
geboortedata en handtekeningen van de initiatiefgerechtigden
die het verzoek ondersteunen.
Artikel 6
- 1.
De burgemeester beoordeelt uiterlijk 10 werkdagen voor de
volgende reguliere raadsvergadering de ontvangen
burgerinitiatieven.
- 2.
De burgemeester stelt een lijst op voor de gemeenteraad van alle
ontvangen initiatieven en deelt de ontvangen initiatieven op die
lijst als volgt in:
strijdig met artikel 3, 4 en/of 5;a.
die zaken die zich lenen om door het ambtelijk apparaat
direct te worden afgedaan;b.
initiatieven die aan de gemeenteraad dienen te worden
voorgelegd;c.
zaken die verduidelijking behoeven.d.
De indienerwordt hiervan schriftelijk op de
hoogte gebracht.
- 3.
De gemeenteraad kan de indeling wijzigen.
- 4.
Na goedkeuring van de indeling beslist de raad welke initiatieven zo
spoedig mogelijk op de agenda van de raad zullen worden
geplaatst.
- 5.
De burgemeester nodigt de verzoeker schriftelijk uit voor de
raadsvergadering waar het iniatief op hoofdlijnen zal worden
behandeld. Verzoeker of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze
vergadering de gelegenheid om zijn burgerinitatief zakelijk en
bondig toe te lichten.
- 6.
De gemeenteraad neemt daarop een toewijzend of afwijzend besluit of
houdt de zaak tot nader order aan.
- 7.
Alle ten aanzien van ingediende burgerinitiatieven door de
gemeenteraad genomen besluiten worden zo spoedig mogelijk
bekendgemaakt. De indiener wordt persoonlijk ingelicht.
Artikel 7
De burgemeester brengt over elk jaar een verslag uit over de werking van
het recht van burgerinitiatief in de praktijk.
Artikel 8
De verordening treedt met ingang van 1 april 2002 in werking.
Artikel 9
De verordening kan wroden aangehaald als "Verordening Burgeriniatief
2001".