Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amersfoort

Verordening afvalstoffenheffing 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmersfoort
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening afvalstoffenheffing 2010
CiteertitelVerordening afvalstoffenheffing 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De Verordening afvalstoffenheffing 2009-1 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich hebben voorgedaan voor 1 januari 2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet milieubeheer art. 15:33

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1. Beleidsregels m.b.t. de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen 2008; 2. Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige 2009; 3. Regeling met betrekking tot de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen 2008

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-12-200901-01-2011nieuwe regeling

24-11-2009

Stadsberichten 2 december 2009

3214118

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening afvalstoffenheffing 2010

Reg.nr. 3214118

De raad van de gemeente Amersfoort;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 oktober 2009, sector DIA/BB

(nr. 3218381),

gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;

b e s l u i t:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening

Verordening afvalstoffenheffing 2010

Artikel 1 Aard van de belasting

  • 1.

    Onder de naam ‘afvalstoffenheffing’ wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer (Stb. 1994, 80).

  • 2.

    De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel 10.21 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk recht van het perceel feitelijk gebruik maakt;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De belasting bedraagt per perceel, indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar, of indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door:

    • a.

      één persoon € 195,00

    • b.

      meer dan één persoon € 260,16

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de belasting per perceel, indien dit op 1 januari van het belastingjaar wordt bewoond door 16 tot en met 19 personen vastgesteld op vier maal het in lid 1 onder b. genoemde belastingbedrag.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van de voorgaande leden wordt indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar wordt bewoond door meer dan 19 personen, de belasting als volgt berekend:

  • 3.1.

    voor elke 4 personen van de eerste honderd bewoners en inwonende personeelsleden één maal het tarief als bedoeld in lid 1 onder b.;

  • 3.2.

    voor elke 5 personen boven de eerste honderd tot en met 250 bewoners en inwonende personeelsleden 1 maal het tarief als bedoeld in lid 1 onder b.;

  • 3.3.

    voor elke 8 personen boven de 250 bewoners en inwonende personeelsleden één maal het tarief als bedoeld in lid 1 onder b.;

  • 4.

    Voor de berekening van het belastingbedrag als bedoeld in lid 3 worden uitsluitend volle rekeneenheden in aanmerking genomen.

Artikel 4 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar

tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 7 Termijn van betaling

  • 1.

    Indien het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing of andere heffingen € 5.000,- of meer bedraagt, moet het verschuldigde bedrag worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand welke in de dagtekening is vermeld.

  • 2.

    Ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing of andere heffingen minder dan € 5.000,- bedraagt, moet het verschuldigde bedrag worden betaald in vier gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het voorafgaande lid, geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen afvalstoffenheffing of andere heffingen minder dan € 5.000,- bedraagt en zolang het verschuldigde bedrag door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening is vermeld. Eventuele afrondingsverschillen moeten in de laatste termijn worden betaald.

Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffen.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening afvalstoffenheffing 2009-1’ van 10 februari 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening afvalstoffenheffing 2010'.

 

 

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 24 november 2009

 

 

de griffier, de voorzitter,

 

 

PUBLICATIEDATUM: 2 december 2009