| Organisatie | Drenthe |
|---|---|
| Organisatietype | Provincie |
| Officiële naam regeling | Uitvoeringsbesluit subsidie Culturele en Museale Agenda 2012 |
| Citeertitel | Uitvoeringsbesluit subsidie Culturele en Museale Agenda 2012 |
| Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-07-2012 | 31-12-2012 | nieuwe regeling | 20-03-2012 Provinciaal blad, 2012, 11 | 2012001973 |
Dit besluit geeft voor activiteiten die plaatsvinden in het tweede halfjaar van 2012 richting aan het verstrekken van subsidies uit het beschikbare budget voor de uitvoering van de Culturele en Museale Agenda 2009-2012.
In dit besluit zijn de meer formele bepalingen opgenomen die gelden voor alle subsidieaanvragen. De bijlage geeft per onderdeel van beleid (cultuurdrager) een meer inhoudelijke invulling van het subsidiebeleid op het gebied van cultuur en musea.
In dit besluit wordt verstaan onder:
a. ASV: de Algemene subsidieverordening Drenthe;
b. specifieke regels: regels per cultuurdrager, zoals opgenomen in de bijlage bij dit besluit;
c. cultuurdrager: beleidsveld als aangeduid in de Culturele en Museale Agenda 2009-2012.
Artikel 2, Subsidiabele activiteiten
Gedeputeerde staten kunnen subsidie verlenen tot een bedrag van € 125.000.-- aan aanvragers die rechtspersoonlijkheid bezitten, voor activiteiten die bijdragen aan realisering van de doelstellingen van de provinciale Culturele en Museale Agenda 2009-2012
De aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2 moet voldoen aan de algemene en de specifieke inhoudelijke en financiële criteria die zijn vastgelegd in de bijlage bij dit besluit.
1. Subsidies tot € 25.000,--, worden op grond van artikel 20, eerste lid, sub a, van de ASV direct vastgesteld in de vorm van een vast bedrag dat door gedeputeerde staten wordt bepaald op basis van de bij de aanvraag ingediende gegevens.
2. Subsidies vanaf € 25.000,-- worden op grond van de artikelen 21 en 23 van de ASV vastgesteld na een daartoe strekkende aanvraag.
Artikel 5, Subsidiabele kosten
Als subsidiabele kosten worden aangemerkt de voor de activiteiten noodzakelijke kosten die aantoonbaar rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de door de aanvrager te leveren prestatie(s).
1. Aanvragen worden ingediend vóór 1 februari 2012 op een daartoe vastgesteld formulier.
2. Een onvolledige subsidieaanvraag kan na sluitingsdatum alleen volledig worden gemaakt voor zover het geen inhoudelijke aanvulling c.q. wijziging van de aanvraag betreft.
Artikel 7, Algemene weigeringsgronden
1. Subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:
a. de voorgenomen activiteiten tot het/de reguliere werk/taken van de aanvrager of andere, al dan niet door de provincie gesubsidieerde, instellingen behoren;
b. de activiteiten uitsluitend of in overwegende mate een commercieel doel hebben;
c. de activiteiten uitsluitend of in overwegende mate ontspanning of viering tot doel hebben;
d. de te verwachten resultaten van de activiteiten naar het oordeel van gedeputeerde staten te gering zijn.
2. Subsidie wordt voorts niet verstrekt op grond van dit besluit indien voor de activiteiten of projecten waarvoor subsidie wordt gevraagd specifieke budgetten beschikbaar zijn.
Artikel 8, Adviescommissie Cultuur
1. Alvorens een besluit te nemen op de aanvraag kunnen gedeputeerde staten de aanvraag voor advies voorleggen aan de door hen ingestelde Adviescommissie Cultuur of andere door hen aan te wijzen deskundigen.
2. Dit besluit is voor de Adviescommissie Cultuur richtinggevend voor haar advisering over aanvragen om subsidie.
Aanvragen worden na de in artikel 6 genoemde datum tegen elkaar afgewogen. Aanvragen komen meer voor subsidiëring in aanmerking naarmate ze aan meer van de in de bijlage bij dit besluit genoemde criteria voldoen.
Artikel 10, Inwerkingtreding, horizonbepaling en citeertitel
Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2012 en vervalt op 31 december 2012.
BIJ HET UITVOERINGSBESLUIT SUBSIDIE CULTURELE EN MUSEALE AGENDA 2012: SPECIFIEKE BEPALINGEN
Deze bijlage is op onderdelen van beleid een nadere uitwerking van het uitvoeringsbesluit en geeft op deze onderdelen inzicht in de criteria waaraan aanvragen om subsidie getoetst zullen worden.
Subsidies worden alleen verleend aan duidelijk bovengemeentelijke en provinciale projecten en activiteiten.
Bij de beoordeling van alle aanvragen wordt gekeken naar:
- de uitvoerbaarheid van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd;
- de resultaatgerichtheid en de meetbaarheid van de resultaten die de aanvrager met de activiteiten wil bereiken;
- de vraag of de begroting voor het project/de activiteiten transparant en gezond is;
- de vraag of er bij subsidiëring van het project/de activiteiten dubbelaanbod ontstaat.
Alle aanvragen worden vervolgens getoetst aan de volgende criteria.
2, CULTUURDRAGER HET GROTE PUBLIEK
De provincie verleent subsidies voor:
a. bovengemeentelijke en provinciale projecten op het gebied van cultuureducatie en amateurkunst;
b. bovengemeentelijke en provinciale programmering en ontwikkeling van professionele podiumkunsten;
c. culturele festivals en evenementen met een (boven)provinciale uitstraling of een (boven)provinciaal bereik.
De subsidie bedraagt voor projecten genoemd onder a ten hoogste 50% en voor projecten onder b en c ten hoogste 25% van de subsidiabele kosten.
Aanvragen binnen de cultuurdrager Het grote publiek worden naast genoemde algemene criteria getoetst aan de volgende criteria.
- Aanvullend op bestaand aanbod
3, CULTUURDRAGER DRENTHE IN BEELD
De provincie verleent subsidies aan:
a. initiatieven van bovengemeentelijk belang die de eigentijdse of actuele ontwikkelingen in de beeldende kunst in Drenthe zichtbaar maken in combinatie met de Drentse kernkwaliteiten cultuurhistorie, landschap en erfgoed;
b. (ontwerp)opdrachten en projecten op bovengemeentelijke schaal die de beeldkwaliteit van de openbare ruimte positief beïnvloeden en ‘verrommeling' tegengaan.
Aanvragen binnen de cultuurdrager Drenthe in beeld worden naast genoemde algemene criteria getoetst aan de volgende criteria.
4, CULTUURDRAGER ONVOLTOOID VERLEDEN TIJD
De provincie verleent subsidies aan:
A. kortlopende projecten gericht op het uitdragen van "het verhaal van Drenthe"
B. projecten op het gebied van (immaterieel en materieel) erfgoed van provinciale schaal of betekenis die:
- de unieke streekgeschiedenis van Drenthe (het verhaal van Drenthe) overbrengen op een groot publiek
- gericht zijn op de ontsluiting van cultuurhistorie en archeologie voor het grote publiek
- fysiek cultureel erfgoed zichtbaar maken en houden (Ontwikkelingsprogramma cultuurhistorie en archeologie)
- het (her)gebruik van monumentale panden, in het bijzonder boerderijen en kerken, bevorderen
- de belevingswaarde van cultuurhistorie en archeologie in het landschap versterken
Aanvragen binnen de cultuurdrager Onvoltooid verleden tijd worden naast genoemde algemene criteria getoetst aan de volgende criteria.
Immaterieel erfgoed en streekgeschiedenis
- Interdisciplinaire samenwerking
5, CULTUURDRAGER INFORMATIEKANALEN & TALIGHEDEN
De provincie verleent subsidies voor:
- projecten die het Drents in de markt zetten
- projecten die zich richten op het gebruik van het Drents voor en door jongere doelgroepen
- projecten die de ‘collectie Drenthe' veilig stellen en archieven zichtbaar maken voor een breed publiek
- brede initiatieven voor het behoud van cruciale digitale informatie of digitalisering van veelgebruikt bronmateriaal
- voor streektaalprojecten ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten en
- voor projecten op het gebied van archieven ten hoogste 25% van de subsidiabele kosten.
Aanvragen binnen de cultuurdrager Informatiekanalen & Taligheden worden naast genoemde algemene criteria getoetst aan de volgende criteria.
- Intergemeentelijke samenwerking
De provincie verleent subsidies voor activiteiten die leiden tot een wezenlijke vernieuwing en/of duurzame verbetering van de collectie en/of publiekgerichte taken.
a. Uitwisselen, uitlenen van collecties, om bijzondere tentoonstellingen mogelijk te maken
b. Activiteiten die leiden tot Museumregistratie en/of een structureel verbeterde collectiepresentatie (herinrichtingsplannen)
c. Activiteiten die leiden tot grotere toegankelijkheid van collecties (in het belang van het publieksbereik en/of in het kader van de zorg voor de collecties)