Organisatie | Zaanstad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van Binnenhaven- en Kadegeld 2010 |
Citeertitel | Verordening Binnenhaven- en Kadegeld 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2011 | Onbekend | 12-11-2009 Onbekend | Onbekend |
Binnenhavengeld wordt niet geheven terzake van het gebruik van de haven:
het gebruik niet langer duurt dan een aaneengesloten periode van maximaal twee maanden per kalenderjaar;
de belastingplichtige bij de aangifte, als bedoeld in artikel 10, eerste lid, aangeeft gebruik te willen maken van de hierboven genoemde vrijstelling; de aangifte dient vergezeld te gaan van een door de scheepswerf afgegeven schriftelijke verklaring waaruit de inhoud van de voorgenomen handelingen of werkzaamheden blijkt;
belastingplichtige een aanslagbiljet uit.
Bij voortgezet verblijf in de haven, na afloop van de termijn waarover binnenhavengeld is betaald, begint een nieuwe termijn en neemt met betrekking tot de laatstbedoelde termijn het gebruik van de haven opnieuw een aanvang; Alsdan moet opnieuw aangifte en betaling overeenkomstig het eerste, tweede en derde lid plaatsvinden.
1 dag, contant worden betaald aan de ontvanger bij aanvang van het gebruik van de gemeentewateren, werken of inrichtingen.
9. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het derde, vijfde, zevende of achtste lid gestelde termijn.
Van het binnenhavengeld dat wordt betaald voor de vrachtschepen en overige vaartuigen naar een termijn van een jaar, wordt, indien het gebruik van de haven is geëindigd voor het verstrijken van de termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige, restitutie verleend voor zoveel vierden van het bedrag als er in dat jaar na de beëindiging van het gebruik van de haven nog volle kwartalen overblijven en waarbij het jaarbedrag eerst wordt herleid tot vier maal het kwartaaltarief;
Van het kadegeld dat wordt betaald voor vaartuigen naar een termijn van een jaar, wordt, indien het gebruik van de kade, steiger of glooiing is geëindigd voor het verstrijken van de termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige, restitutie verleend voor zoveel vierden van het bedrag als er in dat jaar na de beëindiging van het gebruik van de kade, steiger of glooiing nog volle kwartalen overblijven en waarbij het jaarbedrag eerst wordt herleid tot vier maal het kwartaaltarief;.
Inwerkingtreding en citeertitel
De Verordening Binnenhaven- en Kadegeld 2009, vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 november 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;
TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN KADEGELD 2010
2. Het tarief voor industriële ondernemingen of handelsondernemingen of andere ondernemingen van bedrijfsmatige binnenvaart, op wiens verzoek door het college onder nader door hem vast te stellen voorwaarden een vaste aanleg-, los-, en laadplaats op of aan de kade, steiger of glooiing is toegewezen, bedraagt voor elke in gebruik genomen meter lengte van de kade, steiger of glooiing: a. € 32,92 per maand b. € 62,78 per kwartaal c. € 197,36 per jaar