Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Helmond

BELEIDSREGEL BEKOSTIGING GYMNASTIEKRUIMTE VOOR BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHelmond
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBELEIDSREGEL BEKOSTIGING GYMNASTIEKRUIMTE VOOR BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS
CiteertitelBELEIDSREGEL BEKOSTIGING GYMNASTIEKRUIMTE VOOR BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op het primair onderwijs, art. 117
  2. Wet op het primair onderwijs, art. 134
  3. Wet op het primair onderwijs, art. 136
  4. Wet op de expertisecentra, art. 115
  5. Wet op de expertisecentra, art. 128
  6. Wet op de expertisecentra, art. 130
  7. Gemeentewet, art. 5

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-04-2012nieuwe regeling

03-04-2012

Gemeenteblad, 2012, 23

Collegebesluit, 2012, 1201881

Tekst van de regeling

Intitulé

BELEIDSREGEL BEKOSTIGING GYMNASTIEKRUIMTE VOOR BASISONDERWIJS EN (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond;

gelet op artikel 117, 134 en 136 van de Wet op het primair onderwijs en artikel 115, 128, 130 van de Wet op de expertisecentra;

gelet op artikel 5 van de Gemeentewet;

gezien het gevoerde op overeenstemming gericht overleg met vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen van de niet door gemeente in stand gehouden scholen in de gemeente;

 

besluit vast te stellen de volgende:

Beleidsregel bekostiging gymnastiekruimte voor basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs

Artikel 1 Omvang en bekostiging gebruik

  • 1.

    De omvang van het door de gemeente bekostigde gebruik van een gymnastiekruimte door een school voor basisonderwijs en een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs is gebaseerd op het aantal

    klokuren per week waarin volgens het activiteitenplan door de school de gymnastiekruimte wordt gebruikt.

    • a.

      Voor een basisschool wordt het maximaal aantal klokuren dat voor bekostiging in aanmerking komt vastgesteld op basis van het aantal groepen volgens het bepaalde in artikel 14 van het Besluit

      Bekostiging WPO en de splitsingstabel. Het aantal klokuren bedraagt ten hoogste 1,5 klokuur per week per groep leerlingen van 6 jaar en

      ouder.

    • b.

      Voor een speciaal school voor basisonderwijs en een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs wordt het maximaal aantal klokuren dat voor bekostiging in aanmerking komt vastgesteld op basis

      van het bepaalde in het vierde lid aantal groepen volgens respectievelijk het vierde lid van artikel 136 WPO en artikel 14 van het Besluit bekostiging WEC. Het aantal klokuren bedraagt ten hoogste 3.75 klokuur per week per groep leerlingen jonger dan zes jaar indien de school niet de beschikking heeft over een speellokaal en ten hoogte 2.25 klokuur per groep leerlingen van zes jaar en ouder.

  • 2.

    Het bevoegd gezag van een niet door de gemeente in stand gehouden school voor basisonderwijs of school voor voortgezet) speciaal onderwijs dat eigenaar is van een gymnastiekruimte ontvangt jaarlijks

    bekostiging. De hoogte van de bekostiging wordt vastgesteld volgens het bepaalde in de bijlage bij deze regeling, op basis van de door het betreffende bevoegd gezag ingevolge artikel 38, eerste lid van de

    verordening voorzieningen huisvesting onderwijs verstrekte gegevens. Het maximaal aantal voor bekostiging in aanmerking komende klokuren wordt op grond van het eerste lid vastgesteld. Wanneer er sprake is van medegebruik van de gymnastiekruimte door een of meer andere scholen voor basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs wordt voor de bepaling van de hoogte van de vergoeding het aantal klokuren getotaliseerd.

  • 3.

    Het college keert de jaarlijkse vergoeding aan het begin van de tweede kwartaal uit aan het bevoegd gezag.

Artikel 2 Beslissing college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen, de uitvoering van deze regeling betreffende, waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 3 Indexering

Het college stelt jaarlijks de in het kader van deze regeling gehanteerde normbedragen voor de klokuurvergoeding bij op basis van de in bijlage IV , deel A van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs opgenomen prijsindexen en systematiek van prijsbijstelling.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 3 april 2012.

Burgemeester en wethouders van Helmond

De burgemeester,

Drs. A.A.M. Jacobs

De secretaris,

Dhr. A.A.M. Marneffe RA

Bekend gemaakt op:

4 april 2012

De gemeentesecretaris,

Dhr. A.A.M. Marneffe RA

TOELICHTING behorende bij Beleidsregel bekostiging gymnastiekruimte voor basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs

In deze beleidsregel is de vergoeding voor gymnastiekruimten voor het primair onderwijs nader geregeld. De verlegging per 1 januari 1997 van de geldstroom 'materiële instandhouding gymnastiek' voor het primair onderwijs naar de gemeenten via het Gemeentefonds leidt tot de opdracht aan het college om na overleg met de schoolbesturen voor het onderwijs in lichamelijke opvoeding het aantal klokuren vast te stellen dat ten hoogste per groep leerlingen voor vergoeding in aanmerking komt (artikel 117 en artikel 136 WPO, artikel 115 en artikel 130 WEC). Deze wettelijke opdracht is nader uitgewerkt in deze beleidsregel.

 

Artikel 1 Omvang en bekostiging gebruik

Lid 1

De capaciteit en het gebruik van gymnastiekaccommodaties wordt uitgedrukt in een aantal klokuren onderwijsgebruik.

1.1.a Hiertoe is in het eerste lid bepaald dat het college voor het basisonderwijs ten hoogste 1,5 klokuur gymnastiek per bovenbouwgroep bekostigt;

1.1.b Voor het (voortgezet) speciaal onderwijs De formulering 'ten hoogste' betekent dat het college ook minder klokuren kan bekostigen wanneer op basis van het activiteitenplan van de school het gebruik van de gymnastiekruimte onder dit niveau ligt. De formulering sluit tevens uit dat het gebruik boven

deze norm voor bekostiging van gemeentewege in aanmerking komt;

  • -

    De wijze waarop het (voortgezet) speciaal onderwijs) aantal groepen, waarvan de omvang van het gebruik wordt afgeleid, vastgesteld wordt, is voor wat betreft het reguliere basisonderwijs neergelegd in artikel 14 van het WPO. De capaciteit en het gebruik van gymnastiekaccommodaties wordt uitgedrukt in een aantal klokuren onderwijsgebruik.

  • -

    Hiertoe is bepaald dat het college voor het (voortgezet) speciaal onderwijs):

  • -

    Per groep met leerlingen jonger dan 6 jaar maximaal 3.75 klokuur gymnastiek per week vergoed indien de school of nevenvestiging niet de beschikking heeft over een speellokaal.

  • -

    Per groep met leerlingen van zes jaar en ouder wordt maximaal 2.25 klokuur gymnastiek per week vergoed. Bij de bepaling van het aantal groepen wordt uitgegaan van het bepaalde in artikel 14 van het Besluit bekostiging WEC. Dit vloeit voort uit het 3e lid artikel 130 WEC.

  • -

    Vergoeding per klokuur; Ingevolge artikel 117 en 136 van de Wet op het primaire onderwijs en artikel 115 en 130 van de Wet op de Expertisecentra worden de volgende vergoedingsbijdragen voor het

    gebruik van gymnastiekzaal vastgesteld. De bedragen bevatten een vergoeding voor onderhoud aan de binnenzijde van het gebouw, de materiële instandhouding alsmede een vergoeding van aanpassing

    van onderwijsleerpakket en meubilair .De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van het stichtingjaar van de gymnastiekaccommodatie en de oppervlakte van de oefenzaal.

     

Lid 2 en 3 Hier wordt de hoogte en wijze van vergoeding geregeld voor het gebruik door het primair onderwijs van gymnastiekruimten die in eigendom zijn van een schoolbestuur van een niet door de gemeente in stand gehouden school. Anders dan voor de gymnastiekruimten die door of vanwege de gemeente beschikbaar zijn voor het onderwijsgebruik, dient in dit geval een vergoeding aan het schoolbestuur te worden verstrekt. Een school voor primair onderwijs welke een gemeentelijke accommodatie gebruikt als gymnastiekruimte krijgt hiervoor geen vergoeding. De gemeente bekostigt immers tot aan het genoemde maximum in lid 1 zelf de exploitatie van dit gebruik. Wanneer een schoolbestuur, niet zijnde de gemeente, eigenaar is van de accommodatie dan dient dit wel een vergoeding te ontvangen teneinde de kosten van het onderwijsgebruik te kunnen dekken.

Artikelen 2 t/m 4

Deze spreken voor zich en behoeven geen toelichting.