Organisatie | Teylingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Treasurystatuut Gemeente Teylingen 2012 |
Citeertitel | Treasurystatuut Gemeente Teylingen 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Treasuryprocessen ad bijlage 1 |
Regeling vervangt Treasurystatuut Teylingen 2009.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-04-2012 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 22-03-2012 De Teylinger, 28-03-2012 | zaaknummer 10146 |
Voorstelnummer 2012/xxx, registratienummer xxx
De raad der gemeente Teylingen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van xxxxxxxxx 2012;
Gelet op de Financiële beheersverordening gemeente Teylingen 2010;
Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden;
In dit statuut wordt verstaan onder:
Financiële onderneming: een onderneming die in een lidstaat het bedrijf van kredietinstelling mag uitoefenen, beleggingsdiensten mag verlenen, beleggingsinstellingen mag beheren, rechten van deelneming in een beleggingsmaatschappij mag aanbieden, of het bedrijf van verzekeraar mag uitoefenen. Deze term komt in de plaats van het begrip ‘Bank’.
Kasgeldlimiet: Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar;
Treasuryfunctie: De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer;
Wet fido: Wet financiering decentrale overheden
Artikel 2. Doelstellingen van de treasuryfunctie
Doelstellingen van de treasuryfunctie zijn:
Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van dit statuut.
Artikel 3. Uitgangspunten risicobeheer
Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:
De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uit-zettingen wordt gewaarborgd door de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut.
Artikel 6. Kredietrisicobeheer
Bij het uitzetten van middelen gelden de volgende uitgangspunten:
Uitzettingen vinden uitsluitend plaats bij:
Financiële ondernemingen binnen de eurozone waarvan de rating boven de wettelijke ondergrens, vastgelegd in de Wet fido (Ruddo) ligt;
Artikel 7. Intern liquiditeitsrisicobeheer
De gemeente beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (looptijd tot één jaar), evenals een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van minimaal 4 jaar.
Verstrekken, aangaan of garanderen van leningen geschiedt uitsluitend in euro.
Eventuele valutarisico’s die voortvloeien uit operationele transacties worden door de gemeente zonodig direct ingedekt.
Bij het aantrekken van financieringen (één jaar en langer) gelden de volgende uitgangspunten:
Artikel 10. Langlopende uitzettingen
Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:
De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:
Artikel 13. Saldo- en liquiditeitenbeheer
Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer (maximaal één jaar) gelden de volgende specifieke richtlijnen:
Artikel 14. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle
In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle:
Aldus besloten in de openbare vergadering van ………..…2012.
De raad voornoemd,
De griffier, de voorzitter,
R. van Dijk drs. S.W.J.G. Schelberg
Afschriften van dit besluit naar:
In Art 8 van de financiële beheersverordening 2010 is de beslisbevoegdheid niet bij het college gelegd. Daarom is de Raad bevoegd orgaan.
In het statuut zelf mag geregeld worden dat een deel (in dit voorstel de procesgang) door het college vastgesteld mag worden.
Het treasurystatuut dient aangepast te worden op grond van aanpassing van de ratingmethode.
In de Wet Fido (Ruddo) worden nationale regels gesteld die grenzen stellen aan de vrijheid van gemeenten voor wat betreft het zaken doen met financiële ondernemingen met een te lage rating. Wij sluiten daarbij aan omdat wij dit verantwoord achten. Ook wordt zo complexe regelgeving voorkomen (deregulering).
De keus voor alleen Nederlandse Financiële ondernemingen is niet meer van deze tijd.
Artikel 5. Koersrisicobeheer, lid 5
De vorm van de offerte is niet belangrijk, de vastlegging ervan wel.
Artikel 6. Kredietrisicobeheer
Bij duurzaamheid beoordelen wij financiële instellingen op hun beleid. Investeren zij onze middelen niet in bedrijven die betrokken zijn bij kinderarbeid, oorlogsindustrie, verspilling, onverantwoorde houtkap en andere niet duurzame activiteiten? Indien (veelal via de pers) blijkt dat een bank een op zich goed beleid niet in de praktijk brengt, kan dit betekenen dar de relatie verbroken wordt. Bij het aangaan van nieuwe relaties, selecteren we een financiële instelling (mede) op hun duurzaam investeringsbeleid.
Artikel 14. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle
Deze zijn ter inzage voor de raad; zie ook de beschrijving van de procesgang per januari 2012 (bijlage 1). In deze beschrijving is de bevoegde actor / het bevoegd orgaan expliciet aangegeven. De bevoegdheden zijn gebaseerd op de verantwoordelijkheden, die in bijlage 2 zijn weergegeven.
Artikel 15. Informatievoorziening gemeenteraad
Structureel zal dit gebeuren in de vorm van het vermelden van afwijkingen of bijzonderheden in de voortgangsrapportages.
Procesgang inclusief bevoegdheden treasury per januari 2012
De normale bedrijfsvoeringprocessen vormen de basis voor alle besluitvorming in de organisatie.
Zo worden raadsbesluiten meest voorbereid door beleidsmedewerkers, maar vervolgens via de teamcoördinator, het afdelingshoofd en de portefeuillehouder naar B&W geleid. B&W stelt dan het raadsvoorstel vast.
Voor besluiten die aan een ander organisatorisch niveau zijn gemandateerd, geldt de reeks tot aan het bevoegde niveau.
Aanvullend geldt het volgende voor de treasuryprocessen:
Bijlage 2 Overzicht verantwoordelijkheden treasury