Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Provincie Noord-Holland

Regeling afleggen eed of belofte werknemer Noord-Holland 2004

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieProvincie Noord-Holland
Officiële naam regelingRegeling afleggen eed of belofte werknemer Noord-Holland 2004
CiteertitelRegeling afleggen eed of belofte werknemer Noord-Holland 2004
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerpeed, belofte

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-200426-07-2013nieuwe regeling

07-12-2004

Provinciaal blad, 2005, 2

2004-55179

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling afleggen eed of belofte werknemer Noord-Holland 2004

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

besluiten vast te stellen:

I. Regeling afleggen eed of belofte werknemerNoord-Holland 2004

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. werknemer: een ambtenaar als bedoeld in artikel A.1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies of een werknemer of oproepkrachtals bedoeld in artikel H.1, eerste lid van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

  • b. eed of belofte: eed of belofte als bedoeld in artikel F.1, zevende lid van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies.

Doelgroep

Artikel 2

De werknemer bij de provincie Noord-Holland legt de eed of belofte af.

Afleggen van de eed of belofte

Artikel 3
  • 1. De eed of belofte wordt zo spoedig mogelijk na de aanstelling afgelegd. De werknemer ontvangt daartoe een oproep.

  • 2. Bij het indiensttredinggesprek wordt de werknemer in de gelegenheid gesteld de voorkeur aan te geven voor de eed of de belofte.

Artikel 4

De eed of de belofte wordt afgelegd tegenover de commissaris van de Koningin en in aanwezigheid van de provinciesecretaris.

Artikel 5

Voor het afleggen van de eed of de belofte wordt hetvolgende formulier gebruikt:

FORMULIER EED/BELOFTE WERKNEMERS PROVINCIE NOORD-HOLLAND

  • .

    Ik zweer/beloof dat ik de Grondwet en alle overige wetten van ons land zal eerbiedigen.

  • .

    Ik zweer/verklaar dat ik noch direct, noch indirect in welke vorm dan ook valse informatie heb verstrekt in verband met het verkrijgen van mijn aanstelling bij de provincie Noord-Holland.

  • .

    Ik zweer/verklaar dat ik tot het verkrijgen van mijn aanstelling aan niemand iets heb geschonken of beloofd en dat ik dat ook niet zal gaan doen.

  • .

    Ik zweer/verklaar dat ik tot het verkrijgen van mijn aanstelling van niemand giften heb aanvaard en aan niemand beloften heb gedaan en dat ik dit ook niet zal gaan doen.

  • .

    Ik zweer/beloof dat ik plichtsgetrouw en nauwgezet de mij opgedragen taken zal vervullen en zaken die mij uit hoofde van mijn functie vertrouwelijk ter kennis komen of waarvan ik het vertrouwelijke karakter moet inzien, geheim zal houden voor anderen dan die personen aan wie ik ambtshalve tot mededeling verplicht ben.

  • .

    Ik zweer/beloof dat ik mij als een goede werknemer zal gedragen, dat ik de regels van de provincie Noord-Holland over integer gedrag onverkort zal naleven, dat ik zorgvuldig, onkreukbaar en betrouwbaar zal zijn en dat ik niets zal doen dat het aanzien van het ambt en het aanzien van de provincie Noord-Holland kan schaden.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!/Dat verklaar en beloof ik!

Op … (datum), werd te Haarlem, tegenover de commissaris van de Koningin en in aanwezigheid van de provinciesecretaris door … (naam en functie ambtenaar) de eed/belofte volgens bovenvermelde tekst afgelegd.

De ambtenaar:

De commissaris van de Koningin:

De provinciesecretaris:

Artikel 6
  • 1. Het afleggen van de eed geschiedt door voorlezing van de tekst van het formulier door degene tegenover wie de eed wordt afgelegd, waarna de werknemer woordelijk uitspreekt: “Zo waarlijk helpe mij God Almachtig”.

  • 2. Het afleggen van de belofte geschiedt door voorlezing van de tekst van het formulier door degene tegenover wie de belofte wordt afgelegd, waarna de werknemer woordelijk uitspreekt: Dat verklaar en beloof ik”.

  • 3. De eed wordt staande afgelegd waarbij de werknemer de wijs- en middelvinger van de rechterhand opsteekt.

  • 4. De belofte wordt staande afgelegd, zonder handopsteken.

  • 5. Het formulier, bedoeld in artikel 5, in tweevoud opgemaakt, wordt door de werknemer, de commissaris van de Koningin en de provinciesecretaris ondertekend. De werknemer ontvangt een exemplaar; het andere exemplaar wordt in het persoonsdossier van de werknemer opgeborgen.

Slotartikelen

Artikel 7

Deze regeling treedt in werking op 1 juni 2004.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling afleggeneed of belofte werknemer Noord-Holland 2004.

II dat de algemeen directeur opgedragen wordt om een inhaalslag te regelen voor het afleggen van de eed of belofte door het zittend personeel;

III dat de algemeen directeur opgedragen wordt om ervoor te zorgen dat een soortgelijke tekst als van de belofte in uitzend- en detacheringovereenkomsten wordt opgenomen en wordt getekend door de uitzendkracht of gedetacheerde medewerker.

Ondertekening

Haarlem, 7 december 2004

Gedeputeerde Staten voornoemd,

J.J. Schipper, voorzitter.

H.W.M. Oppenhuis de Jong, provinciesecretaris.