Organisatie | Rucphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening beheer gemeentelijke begraafplaatsen Rucphen en St. Willebrord |
Citeertitel | Verordening beheer gemeentelijke begraafplaatsen Rucphen en St. Willebrord |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeente wet art 147
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-12-2007 | 01-01-2012 | Nieuwe Regeling | 13-12-2007 Onbekend | Geen |
Verordening beheer gemeentelijke begraafplaatsen Rucphen en St. Willebrord
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Onder "rechthebbende" wordt verstaan de persoon aan wie het uitsluitend recht verleend is om voor 20 jaren gebruik te maken van een bepaalde grafruimte, bestemd voor één of twee lijken, urnenkelder, bestemd voor één of twee urnen, of nisruimte in de urnenmuur om daarin hoogstens twee urnen te plaatsen.
Het eigendom, beheer en bestuur van de begraafplaats aan de Kerkstraat in Rucphen en de
begraafplaats aan de Kaaistraat in St. Willebrord berusten bij de raad van de gemeente
Rucphen, voor zover deze zijn bevoegdheden niet krachtens deze verordening attribueer-
de, of bij apart besluit delegeerde, aan burgemeester en wethouders.
Burgemeester en wethouders geven aan hen, die door de rechthebbende zijn belast met het onderhoud van de gedenktekens en/of grafbeplantingen gelegenheid om hun werkzaamheden te verrichten op tijden dat de begraafplaats daarvoor geopend is. Zij volgen hierbij de aanwijzingen van burgemeester en wethouders.
De voor een begraving of plaatsing van een urnnoodzakelijke bescheiden, zoals het verlof tot begraven, de grafakte en de kwitantie van betaling van de verschuldigde rechten en de eventuele autorisatie van de rechthebbende moeten vóór de begraving of plaatsingaan burgemeester en wethouders worden overgelegd.
Artikel 6 Vestiging en overdracht van rechten
Burgemeester en wethouders kunnen aan één persoon het uitsluitend recht verlenen om voor 20 jaren gebruik te maken van een bepaalde grafruimte, bestemd voor één of twee lijken, een urnenkelderof een bepaalde nis bestemd voor de plaatsing van ten hoogste twee urnen. Dit recht wordt verleend onder de voorwaarden, in deze verordening gesteld of door burgemeester en wethouders vast te stellen, met name op voorwaarde dat betaling ex. art 10 van dit reglement is geschied en op voorwaarde dat bij de rechtsverkrijging schriftelijk wordt ingestemd met het ruimen van het graf, de urnenkelder of urnennis (art.12) wanneer dit recht, door welke oorzaak dan ook, beëindigd is.
De grafruimte, waarop de grafrechten rusten, wordt aangeduid als "eigen graf", respectievelijk "kindergraf"; de urnenkelder waarop rechten rusten, wordt aangeduid als "eigen urnenkelder", de urnennis waarop rechten rusten, wordt aangeduid als "eigen urnennis". Er bestaat geen verschil in diepte tussen een enkel en een dubbel graf,noch tussen een urnenkelder bestemd voor één of twee urnen, noch tussen een nis bestemd voor één of twee urnen
Na overlijden van een rechthebbende moeten de rechtverkrijgenden één persoon aanwijzen, die als rechthebbende zal optreden. Deze persoon moet met vermelding van zijn adres aan burgemeester en wethouders schriftelijk worden bekend gemaakt, binnen één jaar na bedoeld overlijden. Wanneer na bedoeld overlijden geen aanwijzing, zoals hierboven omschreven heeft plaats gevonden en aan burgemeester en wethouders gemeld, vervalt de mogelijkheid tot verlenging van de grafrechten c.q. rechten op een urnenkelder of urnennis.
Burgemeester en wethouders behouden zich het recht voor om, ook nadat grafrechten of rechten op een urnenkelder of urnenniszijn verleend, wegens hun moverende redenen, begraving van een overledene en met name de bijzetting in een graf, urnenkelder of nisruimtete weigeren, of alleen de begraving op een bepaald gedeelte van de begraafplaats toe te staan.
Burgemeester en wethouders verlenen de rechten op graven, urnenkelders of urnennissenop de begraafplaats uitdrukkelijk voor de tijd van 20 jaren vanaf de eerste begraving cq plaatsing en gedurende de tijd welke het terreingedeelte, waarin zich de graven, urnenkelders en urnenmuurbevinden, tot de begraafplaats blijft behoren, en voor de tijd dat de begraafplaats in exploitatie blijft en niet gesloten is (of gesloten verklaard).
Aan verleende grafrechten c.q. rechten op een urnenkelder of urnenniskan geen titel ontleend worden zich te verzetten tegen de bestemmingsverandering van (een gedeelte van) de begraafplaats of tegen de voorgenomen sluiting of gesloten verklaring van de begraafplaats.
h.Voor graven, van de begraafplaats aan de St. Martinusstraat naar de Kerkstraat, en van de Past. Bastiaansensingel naar de Kaaistraat gebracht, gelden na verloop van de op de voormalige begraafplaats verkregen rechten dezelfde bepalingen betreffende grafrechten, als genoemd in de artikelen 6,7 en 8.
Artikel 7 Verlenging van rechten
Burgemeester en wethouders zullen uiterlijk twee jaar voor het verstrijken van een termijn, waarvoor grafrechtenof rechten op een urnenkelder of urnennis zijn verleend, die kunnen worden verlengd, de rechthebbenden, waarvan de adressen bij burgemeester en wethouders bekend zijn, schriftelijk attenderen op het termineren van de grafrechten en de voorwaarden bekend maken waaronder deze grafrechten c.q. rechten op een urnenkelder of urnennis kunnen worden verlengd.
De verlengingen van grafrechten c.q. rechten op een urnenkelder of urnennisworden slechts verleend wanneer de voorwerpen, welke zich op het graf of urnenkelder c.q. voor de nis bevinden, overeenkomstig de geldende voorschriften zijn aangebracht en naar het oordeel van burgemeester en wethouders in goede staat van onderhoud zijn en op de voorwaarden geldend op het tijdstip waarop de verlenging ingaat ( en volgens de alsdan geldende tarieven).
Artikel 9 Gedenktekens en grafbeplantingen
Op de graven en urnenkelders mogen slechts uniforme gedenktekens worden geplaatst, die voldoen aan de door burgemeester en wethouders vastgestelde
vorm-, maat- en materiaaleisen. Burgemeester en wethouders bepalen de soorten en aantallen van bloempotten, foto's e.d. welke op het graf of urnenkelder worden ge plaatst.
Burgemeester en wethouders dragen geen zorg voor de aankoop en plaatsing van de
* Voor de nissen mogen slechts afdekplaten worden geplaatst;
* Deze afdekplaten mogen vrij worden aangeschaft:
* Burgemeester en wethouders bepalen het aantal bloempotten en de grootte daarvan, welke uitsluitend voor de nis, waarvoor rechten gelden, mogen worden geplaatst. Vast aan de nissenmuur mogen geen gedenktekens worden bevestigd.
De gedenktekens zijn eigendom van de rechthebbende. Het gemeentebestuur aanvaardt deze gedenktekens niet in beheer en stelt zich niet verantwoordelijk voor de gedenktekens, de beplanting op het gedenkteken en de voorwerpen, welke zich op de graven, urenkeldersen voor de nissen bevinden. Schade hieraan, door welke oorzaak ook, alsmede vermissingen, worden door het gemeentebestuur niet vergoed.
Op het gedenkteken voor een graf, urnenkelder dan wel een urnennis worden de naam, de eerste voornaam of roepnaam voluit, de eventueel overige voorletters, de geboorte- en sterfdatum van de overledene vermeld, alsmede in voorkomende gevallen de naam van diens huwelijkspartner. Bij een tweede begraving c.q. bijzetting van een urnworden deze gegevens van de beide overledenen vermeld.
Het opschrift op een afdekplaat voor een urnennis dient te voldoen aan door burgemeester en wethouders opgestelde vormvoorschriften voor wat betreft grootte, type en plaats van de tekst.
Wanneer naar het oordeel van burgemeester en wethouders het onderhoud wordt verwaarloosd maken zij dit aan de rechthebbende bekend. Wordt niet in het onderhoud voorzien, dan vervalt het recht op het graf of urnenkelder in ieder geval na 30 jaar nadat de laatste begraving of bijzetting heeft plaatsgevonden.
Wordt binnen een door burgemeester en wethouders te stellen termijn niet in het onderhoud voorzien dan zijn zij daarnaast gerechtigd dit op kosten van de rechthebbende te doen ofwel het gedenkteken en/of de beplanting op kosten van de rechthebbende te doen verwijderen.
* Het verwijderen van een gedenkteken op een graf of urnenkelder,
alsmede de herplaatsing daarvan dient te geschieden in overleg en op aanwijzing van de gemeente;
* Verwijdering en herplaatsing van een dekplaat voor een urnennis, ten behoeve van een bijzetting, geschiedt eveneens in overleg en op aanwijzing van de gemeente; een en ander geschiedt in ieder geval in bijzijn van een door burgemeester en wethouders aangewezen persoon.
Na verloop van 1 jaar na het eindigen van de grafrechten of rechten op een urnenkelder of urnenniswordt de rechthebbende geacht afstand te hebben gedaan van zijn eigendomsrechten op het gedenkteken en/of beplanting en zijn burgemeester en wethouders gerechtigd het gedenkteken en/of de beplanting te doen verwijderen en te doen vernietigen.
ruiming over te gaan na het vervallen van de grafrechten of rechten op urnenkelders of urnennissenwordt dit aan de nabestaanden bekendgemaakt.
Rechthebbenden zijn verplicht aan het bestuur de diensten, grafrechten en rechten op
een urnenkelder of urnenniste betalen, alsmede bij te dragen in het onderhoud van de begraafplaats.
Burgemeester en wethouders voeren de administratie van de begraafplaats.
Alle grafrechten en rechten op een urnenkelder of urnennis worden geacht te zijn verleend per de dag van de begraving respectievelijk plaatsing van de urn.
Artikel 13 Sluiting begraafplaats
De gemeenteraad behoudt zich het recht voor te besluiten tot gehele of gedeeltelijk
sluiting van de begraafplaats voor begravingen of plaatsing van urnenof deze
Artikel 14 Overgangsbepalingen
De gemeenteraad herroept met de vaststelling van deze verordening de bepalingen en voorschriften van eerder reglementen, de begraafplaats betreffende, met uitzondering van eerder verkregen grafrechten. Voor grafrechten die voor 1 januari 2004 worden afgesloten zal de periode van 25 jaar gelden. Voor grafrechten die vanaf 1 januari 2004 worden afgesloten zal de periode van 20 jaar van toepassing zijn.
Overtreding van artikel 4 van dit reglement kan worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.
Artikel 16 Intrekken oude regeling
De “Verordening beheer gemeentelijke begraafplaatsen Rucphen en St. Willebrord” laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 12 oktober 2005 wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.
Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die waarop zij is bekendmaakt.
Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening beheer begraafplaatsen Rucphen en St. Willebrord”.