| Overheidsorganisatie | Gemeente Veldhoven |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Deelverordening bevordering ondernemerschap |
| Citeertitel | Deelverordening bevordering ondernemerschap |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
| Eigen onderwerp |
Geen
Algemene Subsidie Verordening Veldhoven, art. 2, art. 5, art. 8
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 05-04-2012 | 03-01-2013 | Nieuwe regeling | 27-03-2012 De Ahrenberger, 04-04-2012 | 12.022 |
In deze deelverordening wordt verstaan onder:
Algemene subsidieverordening: de Algemene Subsidie Verordening Veldhoven;
Subsidieverordening Welzijn: Subsidieverordening Welzijn Veldhoven 2012;
Gemeente: gemeente Veldhoven;
Professionele instellingen: de, voor hun instandhouding, in overwegende mate door de gemeente gesubsidieerde instellingen, met werknemers in vast dienstverband;
Tranche: een (derde) deel van enig jaar. Afhankelijk van het tijdvak waarin een aanvraag is ingediend, wordt deze aanvraag ingedeeld in een bepaalde tranche.
1. Een eenmalige subsidie op grond van deze deelverordening kan worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan:
de bevordering van deskundigheid en vaardigheden op het gebied van ondernemerschap bij door de gemeente gesubsidieerde instellingen; en/of
het efficiënter inrichten/optimaliseren van de primaire en ondersteunende processen van die instellingen; en/of
het genereren van inkomstenbronnen, anders dan een subsidie.
2. Om in aanmerking te komen voor een subsidie, dient de aanvrager ten tijde van de aanvraag reeds gedurende één of meer jaren een subsidie van de gemeente te ontvangen ten behoeve van de reguliere activiteiten van aanvrager.
Onverminderd het bepaalde in artikel 7 van de Subsidieverordening Welzijn dan wel de artikelen 9 en 10 van de Algemene subsidieverordening kan de subsidie worden geweigerd indien de activiteiten, naar het oordeel van het college, onvoldoende bijdragen aan de in artikel 2 lid 1 van deze deelverordening genoemde doelstelling.
1. Alle aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen voor 1 januari van enig jaar (en vanaf 1 september van het voorgaande jaar) worden ingedeeld in de eerste tranche van dat jaar.
2. Indien het in artikel 7 lid 1 bedoelde subsidieplafond, na honorering van alle in de eerste tranche ingediende aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, nog niet is bereikt worden alle aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen vanaf 1 januari tot 1 april van enig jaar ingedeeld in de tweede tranche van dat jaar.
3. Indien het in artikel 7 lid 1 bedoelde subsidieplafond, na honorering van alle in de eerste en tweede tranche ingediende aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, nog niet is bereikt worden alle aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen vanaf 1 april tot 1 september van enig jaar ingedeeld in de derde tranche van dat jaar.
4. In afwijking van het bepaalde in de leden 2, 3 en 4 zijn de tranches in 2012 als volgt:
Eerste tranche: aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen vanaf de datum van inwerkingtreding van deze deelverordening tot 1 juli 2012;
Tweede tranche: aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen vanaf 1 juli 2012 tot 1 oktober 2012;
Derde tranche: aanvragen die door de gemeente zijn ontvangen vanaf 1 oktober 2012 tot 1 januari 2013.
5. Het college beslist binnen 13 weken na de einddatum van een tranche op alle in deze tranche ingedeelde aanvragen.
De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn om de activiteit(en) als bedoeld in artikel 2 lid 1 van deze deelverordening uit te voeren.
1. De eenmalige subsidie per aanvrager bedraagt maximaal 70% van de kosten in verband met de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd tot een maximum van € 30.000.
2. Het college is bevoegd om, in afwijking van het in lid 1 genoemde bedrag, een subsidiebedrag hoger dan € 30.000 toe te kennen aan (een) aanvrager(s), indien na honorering van alle aanvragen binnen de betreffende tranche, die voor subsidie in aanmerking komen, het subsidieplafond nog niet is bereikt.
1. De gemeenteraad stelt jaarlijks het subsidieplafond vast in het kader van deze deelverordening.
2. Van het beschikbare budget binnen het vastgestelde subsidieplafond is ¼ deel in eerste instantie niet bestemd voor aanvragen van de professionele instellingen. Slechts indien er na honorering van de aanvragen van de niet in artikel 1 sub d bedoelde instellingen die voor subsidie in aanmerking komen nog middelen resteren binnen dit deel van het beschikbare budget, kan vanuit die resterende middelen subsidie worden verstrekt aan professionele instellingen.
3. Indien honorering van alle aanvragen binnen een betreffende tranche, die voor subsidie in aanmerking komen, zou leiden tot een overschrijding van het subsidieplafond, rangschikt het college de aanvragen binnen deze betreffende tranche op een prioriteitenlijst.
4. Het college rangschikt alle aanvragen binnen de betreffende tranche, die voor subsidie in aanmerking komen, zodanig dat een activiteit hoger gerangschikt wordt naarmate de activiteit naar het oordeel van het college:
meer bijdraagt aan het bevorderen van deskundigheid en vaardigheden op het gebied van ondernemerschap (max. 5 punten);
meer bijdraagt aan het structureel efficiënter inrichten van de primaire en ondersteunende processen / verlagen van de overheadkosten (max. 4 punten);
meer bijdraagt aan het genereren van inkomstenbronnen anders dan een subsidie (max. 3 punten);
qua kosten beter in verhouding staat tot de te verwachten opbrengsten (zoals omschreven in de leden a t/m c) en tot de omvang van de subsidie die de gemeente voor de reguliere activiteiten van de aanvrager verstrekt (max. 2 punten).
ofwel de reguliere activiteiten van de aanvrager naar het oordeel van het college in overwegende mate gericht zijn op jeugd (2 punten).
ofwel de reguliere activiteiten van de aanvrager naar het oordeel van het college niet in overwegende mate gericht zijn op jeugd, op hobby en vrije tijd, op eigen ontplooiing en/of op bevordering van de kwaliteit van het eigen welzijn en de eigen leefomgeving (1 punt).
5. De aanvragen worden door het college gehonoreerd naar de volgorde op de prioriteitenlijst.
1. Deze regeling treedt in werking op de dag na publicatie.
2. De regeling wordt aangehaald als: Deelverordening bevordering ondernemerschap.