Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening handhaving inkomensvoorzieningen (WWB, IOAW, IOAZ, WWIK) 2012 |
Citeertitel | Verordening handhaving inkomensvoorzieningen (WWB, IOAW, IOAZ, WWIK) 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | inkomensvoorziening |
met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2012
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-02-2012 | 01-01-2012 | 21-03-2018 | nieuwe verordening | 13-02-2012 WeesperNieuws, 29 februari 2012 | Z.17901/D.11607 |
De raad van de gemeente Weesp,
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 januari 2012;
gelet op de artikel 8a van de Wet werk en bijstand, artikel 35 lid 1, sub c van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, artikel 35 lid 1 sub c van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, artikel 22 lid 3 Wet werk en inkomen kunstenaars en artikel 147 lid 1 van de Gemeentewet;
overwegende dat de gemeenteraad op grond van het bepaalde in genoemde wetten verplicht is bij verordening regels te stellen voor de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van deze wetten, alsmede bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand en overige inkomensvoorzieningen;
Verordening handhaving inkomensvoorzieningen (WWB, IOAW, IOAZ, WWIK) 2012
en deze toe te voegen aan normenkader ten behoeve van de rechtmatigheidcontrole.
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) en de Algemene wet bestuursrecht.(AwB)
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 13 februari 2012,
De griffier, de voorzitter,
mw. M. Walrave B. Horseling
Op grond van artikel 8a WWB (Wet Werk en Bijstand) is de gemeente verplicht om bij verordening regels te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand én het tegengaan van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. Dezelfde verplichting geldt op basis van artikel 35b van de IOAW en IOAZ en artikel 22 van de WWIK. Aangezien handhavingbeleid en -uitvoering van de handhaving in één plan worden uitgewerkt is gekozen voor één verordening voor al deze wetten.,Deze verordening is beperkt van opzet en geeft enkel het kader aan. Het Handhavingplan zorgt voor de nadere uitwerking.
Onder handhaving worden alle activiteiten van de gemeente verstaan die erop gericht zijn dat regels worden nageleefd. Handhaving stond vaak gelijk aan fraudebestrijding. Fraudebestrijding sec appelleert echter te eenzijdig aan repressie en genoegdoening, terwijl handhaving meer uitgaat van het bevorderen van de spontane naleving van de wet- en regelgeving in het besef dat deze wet- en regelgeving producten zijn van ons solidair sociaal zekerheidssysteem, waarin een balans tussen enerzijds rechten en anderzijds plichten cruciaal is. Fraude verstoort deze balans en is derhalve maatschappelijk onaanvaardbaar. Fraude ondermijnt het draagvlak voor de sociale zekerheid.
Fraude moet dus zeker ook bestreden worden (frauderepressie). Maar beter nog is om fraude daar waar mogelijk te voorkomen (fraudepreventie). Naast frauderepressie is fraudepreventie in onze visie dan ook onontbeerlijk. Wanneer deze twee activiteiten in een goede onderlinge samenhang worden ingezet in alle fasen van het uitkeringsproces leidt dat tot hoogwaardige handhaving.
Het uiteindelijke doel van hoogwaardig handhaven is dat (potentiële) klanten van Sociale Zaken de wet- en regelgeving uit zichzelf naleven. De kans dat mensen zich spontaan wet en regels houden, wordt groter als zij:1. Goed en tijdig geïnformeerd zijn over hun rechten en plichten;2. De regels, en de controlepraktijk die daaruit voortvloeit, accepteren;3. De pakkans bij overtreding als hoog ervaren;4. Voldoende worden afgeschrikt door opgelegde én uitgevoerde straffen.
Vertaald naar de uitvoeringspraktijk betekent dit dat de afdeling Sociale Zaken klanten en burgers adequaat en vroegtijdig voorlicht, de dienstverlening optimaliseert, fraude snel en gericht detecteert en overtredingen metterdaad sanctioneert. De kunst van hoogwaardig handhaven is dus om deze preventieve en repressieve elementen in samenhang uit te voeren, zodat ze elkaar wederzijds versterken.
Artikel 1: BegripsomschrijvingDe gehanteerde begrippen die niet nader zijn omschreven zijn identiek aan die in de WWB, IOAW, IOAZ, WWIK en Awb. Daarnaast is een aantal begrippen nader omschreven.
Artikel 2: Het Handhavingplan voor beleid en uitvoering.Het Handhavingplan zorgt voor de concretisering van beleid en uitvoering, waarbij het vooral om de uitvoering zal gaan. De visie wordt organisatorisch vertaald door middel van aandachtsvelden, die zich richten op preventie en repressie.
Preventieve handhaving richt zich met name op vroegtijdige informatieverstrekking en het optimaliseren van de dienstverlening. Repressieve handhaving richt zich met name op vroegtijdige detectie door controle op maat en door daadwerkelijk te reageren op getoond (frauduleus) gedrag. Samen bevorderen deze vier elementen de naleving. Het is de bedoeling de handhaving, aandacht voor de rechtmatigheid, op een hoger niveau te brengen door het inzetten van concrete instrumenten in de vier genoemde aandachtsvelden. Waar mogelijk worden concrete doelstellingen geformuleerd.
Artikel 3: InwerkingtredingDeze bepaling spreekt voor zich. Vanwege het sanctiekarakter van deze regelgeving is geen terugwerkende kracht mogelijk indien dat nadelig is voor belanghebbende. Indien het dus een gedraging betreft die ligt vóór de achtste dag na publicatie vindt in dat laatste geval deze regeling geen toepassing (maar wel de vorige regeling). Als het een begunstigende bepaling betreft kan de regeling wel met terugwerkende kracht worden toegepast.