Artikel 1 Begripsbepaling
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
belanghebbende: hij die ophoud wethouder te zijn en in het genot is van een uitkering op grond van de bepalingen van de Uitkerings- en pensioenverordening wethouders;
- b.
outplacementbureau: bureau of organisatie bij voorkeur aangesloten bij de Nederlandse organisatie voor outplacement en loopbaanbegeleiding.
Artikel 2 Toekenning outplacementfaciliteiten
- 1.
Burgemeester en wethouders besluiten op aanvragen omtrent de toekenning van outplacementfaciliteiten.
- 2.
De kosten van de outplacementfaciliteiten komen voor rekening van de gemeente. Burgemeester en wethouders sluiten daartoe een schriftelijke overeenkomst met het outplacementbureau.
- 3.
Eventuele reis-, verblijf- en verwervingskosten komen voor rekening van belanghebbende.
- 4.
De aanvraag als bedoeld in het eerste lid moet gedaan zijn binnen twee jaar na de datum van aftreden van belanghebbende.
Artikel 3 Maximale toekenningsduur
De outplacementfaciliteiten worden toegekend voor de periode van ten hoogste één jaar.
Artikel 4 Uitleg regeling
In de gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet zijn burgemeester en wethouders bevoegd een voorziening te treffen.
Artikel 5 Slotbepalingen
Deze regeling kan worden aangehaald als: "Regeling outplacement gewezen wethouders", en treedt in werking met ingang van 1 oktober 1995.