Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Beveland

subsidieverordening duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Beveland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingsubsidieverordening duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen
CiteertitelSubsidieverordening "Duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen"
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 147

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-04-2010Nieuwe regeling

29-04-2010

Noord-Bevelands Advertentie- en Informatieblad, 2012, 11

20100429/12

Tekst van de regeling

Intitulé

subsidieverordening duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen

 

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Paragraaf 1.1 Begripsbepalingen

Artikel 1  

  • a.

    Score: de score die kan worden behaald met de in bijlage 1 genoemde duurzaamheidsmaatregelen. Descore wordt door het college per project vastgesteld.

  • b.

    Project: nieuwbouw van een bedrijfspand op een nog te bebouwen kavel.

  • c.

    Budget: bedrag aan subsidies en leningen dat jaarlijks of voor een reeks van jaren door de gemeenteraad wordt vastgesteld.

  • d.

    Subsidieontvanger: een natuurlijk- of rechtspersoon die een aanvraag indient voor het verlenen van subsidie;

  • e.

    Subsidiecategorie: dat deel van het gereserveerde bedrag dat door de gemeenteraad beschikbaar is gesteld voor een categorie bedrijfspanden;

  • f.

    Gereedkomingsdatum: de dag waarop het bedrijfspand gereedkomt, dan wel in geval van het treffen van voorzieningen, de dag waarop de werkzaamheden zijn voltooid;

  • g.

    Gereedmelding: een verzoek van belanghebbende tot het definitief vaststellen van het subsidiebedrag door middel van het gereedmeldingsformulier.

  • i.

    College: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Noord-Bevelandj.

  • Gelijkwaardigheidsverklaring: Een verklaring dat de alternatieve maatregel van gelijke waarde is dan de maatregel zoals omschreven in de subsidiemaatregel.

  • k.

    Bedrijventerrein: Terrein binnen het bestemmingsplan “Bedrijventerrein Het Rip”, waarin enkel de uitbreiding valt, en het gehele “Bedrijventerrein Cruijckelcreke”.

Artikel 2  

Deze verordening heeft als doel het toepassen van maatregelen op het gebied van duurzaam bouwen voor bedrijfspanden te stimuleren door het beschikbaar stellen van subsidies en daardoor een bijdrage te leveren aan het beperken van energie- en materiaalgebruik en het gezond en veilig bouwen van bedrijfspanden. Met als economisch voordeel het besparen van energiekosten.

Artikel 3  

Voor de toepassing van deze verordening wordt mede verstaan onder:

  • a.

    Bedrijfspand: gebouw op het bedrijventerrein dat volgens het bestemmingsplan bestemd is om daarin een bedrijf uit te oefenen.

  • b.

    Bouwen: het plaatsen en geheel oprichten van een bedrijfspand..

Artikel 4  

Deze verordening is niet van toepassing op:

  • a.

    Bedrijfspanden die gerealiseerd zijn in strijd met de bestemming en/of bouwvergunning.

Paragraaf 1.2 Werkingssfeer en bepalingen

Artikel 5  

Op grond van deze verordening kan het college uitsluitend subsidie toekennen voor het bouwen van een bedrijfspand voor het voldoen aan:

  • a.

    De voor het project vastgestelde score op basis van de duurzaamheidsmaatregel Duurzaam bouwen in de Bevelanden onder bijlage 1.De vastgestelde score geeft recht op een vergoeding van het in bijlage 1 genoemde percentage van de omschreven investering.

  • b.

    De totale som aan subsidie kan nooit meer bedragen dan € 7,50 per vierkante meter bebouwd oppervlak,

  • c.

    De gemeente kan afwijken van ingediende factuurbedragen als blijkt dat deze bedragen aanzienlijk afwijken van de marktprijs.

Artikel 6  

Het college kan subsidie verlenen indien de uitkomst van de duurzaamheidsmaatregel” duurzaam bouwen in de Bevelanden” aangeeft dat het bedrijfspand voldoet aan de voor dat plan voorgeschreven score. De hoogte van de te verlenen subsidie wordt bepaald aan de hand van de in artikel 5 vermelde percentages en bedragen.

Artikel 7  

Een aanvraag voor subsidie kan alleen in behandeling worden genomen als de te nemen duurzaamheidsmaatregelen zoals omschreven in de duurzaamheidsmaatregel” duurzaam bouwen in de Bevelanden” specifiek worden benoemd. Voor het verkrijgen van subsidie dient aan de hand van controles te worden bepaald of de maatregelen ook daadwerkelijk zijn toegepast.

Artikel 8  

Het subsidiebedrag kan door het college worden aangepast indien hiervoor aanleiding is. Indien de (ver)bouw zelfstandig wordt gerealiseerd komen enkel de materiaalkosten in aanmerking voor subsidie. Per pand kan maar één maal subsidie aangevraagd worden.

Hoofdstuk 2 Aanvragen, verlenen en vaststellen van de subsidie

Paragraaf 2.1 Aanvraag om subsidie

Artikel 10  

De aanvrager vraagt subsidie aan bij het college op een daartoe vastgesteld formulier en levert daarbij de benodigde bescheiden aan die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn.

Paragraaf 2.2 Verlenen van subsidie

Artikel 11  

Het college verleent op aanvraag een subsidie indien wordt voldaan aan een score zoals vermeld in artikel 5.

Artikel 12  

Het college verleent subsidie onder de verplichting dat:

  • a.

    zonder schriftelijke toestemming van het college bij de werkzaamheden niet wordt afgeweken van het bouwplan en de maatregelen zoals door aanvrager zijn aangegeven;

  • b.

    de aanvrager alle informatie beschikbaar houdt aangaande de toegepaste maatregelen en materialen die voor een juist toezicht op de naleving van de in deze verordening gestelde verplichtingen noodzakelijk is;

  • c.

    er nog geen aanvang is gemaakt met de werkzaamheden.

Artikel 13  

Het college verleent de in art. 11 genoemde beschikking onder de verplichting dat aan de door het college aangewezen toezichthouders:

  • a.

    toegang wordt verleend tot het bedrijfspand;

  • b.

    inzage wordt verleend in de op de bouw betrekking hebbende bescheiden en tekeningen;

  • c.

    alle inlichtingen worden verstrekt die naar hun oordeel noodzakelijk zijn.

Artikel 14 Nieuw Artikel

  • 1

    De subsidieverlening kan in ieder geval worden geweigerd indien een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:

    • a.

      de activiteiten niet of niet geheel zullen plaatsvinden of reeds in uitvoering zijn;

    • b.

      de aanvrager niet zal voldoen aan de aan de subsidietoekenning verbonden verplichtingen;

    • c.

      de aanvrager niet op een behoorlijke wijze rekening en verantwoording zal afleggen omtrent de verrichtte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten, voor zover deze voor vaststelling van de subsidie van belang zijn.

  • 2

    De subsidieverlening kan voorts in ieder geval worden geweigerd indien de aanvrager:

    • a.

      in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zouden hebben geleid of

    • b.

      failliet is verklaard of aan hem surseance van betaling is verleend, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend.

Paragraaf 2.3 Gereedmelding

Artikel 15  

  • 1

    De subsidieontvanger meldt aan het college op een daartoe vastgesteld formulier dat de werkzaamheden zijn voltooid.

  • 2

    De gereedmelding is tevens een aanvraag om vaststelling van de subsidie.

  • 3

    De subsidieontvanger kan de gereedmelding als bedoeld in het eerste lid terstond na voltooiing van de werkzaamheden, doch uiterlijk 24 maanden na het verlenen van de voorlopige subsidie indienen.

Artikel 16  

De gereedmelding als bedoeld in artikel 15 gaat vergezeld van:

  • a.

    een verklaring van de subsidieontvanger dat bij de bouw respectievelijk het treffen van voorzieningen is voldaan aan alle in de duurzaamheidsmaatregel” duurzaam bouwen in de Bevelanden” vermelde maatregelen;

  • b.

    een opgave van de gereedmeldingsdatum;

  • c.

    de gespecificeerde originele rekening van de aangebrachte voorzieningen waarvoor subsidie is aangevraagd;

Paragraaf 2.6 Betaling

Artikel 17  

Het definitieve subsidiebedrag wordt binnen zes weken na de subsidievaststelling conform artikel 16 betaalbaar gesteld.

Paragraaf 2.7 Nadere bepalingen

Artikel 18  

  • 1

    het college kan op een daartoe strekkende en gemotiveerde aanvraag afwijken van de termijn genoemd in artikel 15, 3e lid. Een dergelijke aanvraag moet voor het verstrijken van de termijn ingediend zijn.

  • 2

    Indien het college een aanvraag als bedoeld in het eerste lid honoreert, geeft zij een nieuwe termijn aan.

Artikel 19  

Het college kan voor de uitvoering van deze bepalingen nadere regels vaststellen.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 20  

Aanvragen voor bedrijfspanden waarvoor de gronden reeds gekocht of in optie zijn genomen voordat deze verordening in werking is getreden worden niet in behandeling genomen.

Artikel 21  

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het gestelde in deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college daarvan gemotiveerd afwijken.

Artikel 22  

Deze verordening kan aangehaald worden als Subsidieverordening “Duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen”

Artikel 23  

Deze verordening treedt in werking daags na de bekendmaking.

 

Behorende bij de subsidieverordening duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen 1  

Bijlage 1 behorende bij de subsidieverordening duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen duurzaamheidsmaatregel vergoedingspercentage t.o.v.maximaal toe te kennen subsidiepercentage investeringEnergie Buitenverlichting op bewegingsmelders 15%Binnenverlichting op bewegingsmelders 15%Na 23.00 uur lichtreclame uitschakelen middels tijdklok 20%Gebruik van duurame verlichting zoals lichtstraten/kokers 25%Duurzame energietechnieken Warmtepomp 45%Zonnepanelen (bij een capaciteit van min. 2000 Wp) 45%Zonnecellen op het dak of aan de wand 45%WKK (warmtekrachtkoppeling) 40%Zonneboilers 45%Pelletkachel 20%Gebruik van restwarmte/ restenergie/restwater 35%Isolatie Dubbelglas HR ++ 30%Drielaagsglas 50%Gevel- dakisolatie vanaf de norm Rc = 2,50 m² 45%Vloerisolatie vanaf de norm Rc = 1,30m² 45%Installaties e.d. Laagtemperatuur verwarming (vloerverwarming) 35%CO2 gestuurde ventilatie 35%Passieve koeling (bijv. zonwerend glas of zonnewering) 45%Water Urinoirs 20%Toiletten met maximaal 6 liter reservoir en spoelonderbreker 20%Grijswatercircuit ondergronds/bovengronds t.b.v. toilet, wasstraat e.d. 35%Ruimte In planvorming en situering van het gebouw wordt rekening gehouden met mogelijke uitbreiding(en) in de toekomst. 30%Clustering van bedrijven verschillende initiatiefnemers die tegen elkaar aanbouwen 35%Materialen Portlandvliegascement en/of hoogovencement gebruiken waar dit functioneel en productietechnisch mogelijk is 35%gebruik van 20% betongranulaat als grindvervanger in betonconstructies 35%Gebruik cementvervanger met CO2 reductie 40%FSC of vergelijkbaar 40%Gebruik/overig Perscontainer aanwezig 20%Groen/vegetatie dak 45%Totaal aantal toe te kennen subsidie 29 maatregelen. Hardheidsclausule Andere voorzieningen met een hoog milieu/duurzaamheidsrendement ter beoordeling van betreffende gemeente Aandachtspunten: 1. Toetsing: Maatregelen die achteraf niet te toetsen zijn zoals bijv. storten betongranulaat moeten tijdens de realisatie gemeld worden door initiatiefnemer

 

Begrippenlijst 2  

Begrippenlijst duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen

Inhoudsopgave

1. Duurzame energietechnieken 31.1. Warmtepompboiler 41.2. Warmtepomp voor ruimteverwarming en eventueel warm water 51.3. Zonnepanelen 51.4. Warmte Kracht Koppeling 61.5. Zonneboiler 71.6. Pelletkachel 82. Isolerende maatregelen 92.1 Dubbelglas 92.2. Gevelisolatie 102.3. Dak- of vlieringisolatie 102.4. Vloerisolatie 113. Installaties e.d. 113.1. Lage Temperatuur CV 113.2. Vloer- of wandverwarming aangesloten op LTV (Lage Temperatuur Verwarming) 123.3. CO2-gestuurde ventilatie 134. Water 144.1. Passieve koeling (groene daken) 144.2. Passieve koeling (zonwerend glas) 154.3. Grijswatercircuit 165. Materialen 165.1. Portlandvliegascement en hoogovencement 165.2. Betongranulaat als grindvervanger 17

1. Energiegebruik1.1. Verlichting op bewegingsmeldersHoe werkt het? Met een bewegingsmelder zorg je ervoor dat de verlichting buiten of binnen alleen inschakelt wanneer er beweging wordt gesignaleerd. Een bewegingsmelder registreert bewegingen en reageert daarop door de verlichting in te schakelen. Na een, soms instelbare, tijd zal de verlichting bij geen bewegingen automatisch uitschakelen. Wat bespaart het? De besparing van de bewegingsmelder is sterk afhankelijk van het normale gebruik en het vermogen van de verlichting. Per lamp zal de besparing in 4% zijn. Bij een gemiddeld huishouden zou dit op een besparing van 4 euro per jaar, per lamp uitkomen.1.2. Lichtstraten en kokersHoe werkt het? Een lichtstraat is een systeem van lichtdoorlatende vensters in een framewerk in het dak, vaak in een serre of uitbouw, vrijwel altijd in een plat dak. Door de lichtstraat valt meer zonlicht het gebouw in en lijkt vaak de ruimte groter. Lichtstraten kunnen voorzien worden van te openen vensters waardoor ventilatie mogelijk is. Tegen te veel zonlicht kan zonwering worden aangebracht of zonwerend glas worden toegepast. Voor moeilijk bereikbare lichtstraten of gewoon voor het gemak zijn er elektrisch bediende vensters en zonweringen bij lichtstraten. Het Lichtkokersysteem bestaat in essentie uit drie hoofd-elementen: de lichtkoepel op het dak, de lichtverdeler in de ruimte binnen en de lichtkokers daartussen. Deze lichtkokers noemen we zelf ook wel lichtbuizen, maar lichtkoker is ook een prima omschrijving. De techniek in deze lichtkoker is allesbepalend voor de effectiviteit van het hele systeem. Via deze kokers (of buizen) wordt het licht van het dak over soms wel tientallen meters naar een ruimte verderop getransporteerd. Het is uiteraard de bedoeling dat zoveel mogelijk licht ook werkelijk wordt getransporteerd.

Wat bespaart het? Lichtstraten en kokers geven een besparing op de kosten van licht en bij gebruik van bijvoorbeeld isolerend veiligheidsglas door het extra binnentredende zonlicht ook een bezuiniging op de kosten van warmte. Lichtstraten en kokers komen zowel voor bij utiliteitsbouw als bij woningbouw; door het zonlicht is het een prettiger en gezonder binnenklimaat om in te werken en te wonen. Een lichtstraat kan een uiting van kunst zijn, door het toepassen van verschillende kleuren en vormen.

2. Duurzame energietechnieken1.1. WarmtepompboilerHoe werkt het? Een warmtepomp-boiler is een type warmtepomp die gebruikt wordt voor de verwarming van tapwater. Het is een energiezuinig alternatief voor de elektrische boiler. Een warmtepompboiler onttrekt warmte aan de ventilatielucht van een woning, bodem, grondwater of de buitenlucht en verhoogt de temperatuur ervan met behulp van een compressor. De warmte wordt gebruikt om water in een voorraadvat op te warmen. Het warme water kan gebruikt worden om te douchen of voor bijvoorbeeld de afwas. Praktische tips zijn te vinden op de website van Milieu Centraal: http://www.milieucentraal.nl.

Wat bespaart het? Een warmtepompboiler bespaart 940 tot 1130 kWh en 526 tot 633 kg CO2 per jaar ten opzichte van een elektrische boiler. En 160 m3 gas per jaar ten opzichte van een gasgestookte combiketel.

Wat levert het u op? Een warmtepompboiler bespaart 940-1130 kilowattuur (kWh) per jaar ten opzichte van een elektrische boiler. Bij een elektriciteitsprijs van 0,22 euro per kWh bespaart dat 200 tot 250 euro per jaar. Een warmtepompboiler bespaart 160 m3 per jaar ten opzichte van een gasgestookte combiketel. Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart dat 105 euro per jaar.1.2. Warmtepomp voor ruimteverwarming en eventueel warm waterHoe werkt het? Een warmtepomp is een energiezuinig alternatief voor de gasgestookte of elektrische verwarming. Een warmtepomp onttrekt warmte aan de bodem, het grondwater of de buitenlucht en verhoogt de temperatuur ervan met behulp van een elektrische of gasgestookte compressor. De warmte wordt gebruikt om water in een voorraadvat op te warmen. Het warme water wordt rondgepompt en verwarmt het pand met behulp van Lage Temperatuur radiatoren, vloer- of wandverwarming. De warmtepomp kan eventueel ook zorgen voor warm tapwater voor douchen, wassen en dergelijke.Praktische tips zijn te vinden op de website ( www.duurzame-energie.nl ) van Milieu Centraal, onder 'zelf doen' en dan 'warmtepompen'.

Wat bespaart het? De energiebesparing en daarmee de besparing in CO2 kan bij warmtepompen sterk fluctueren, afhankelijk van de specifieke toepassing en de technologie. Het vermogen van een warmtepomp wordt uitgedrukt in Watt-thermisch (Wth). De energiebesparing van een warmtepomp is gemiddeld 85,2 m3 aardgas per kWth per jaar. Dit levert een CO2 besparing op van 169 kg. Een warmtepomp heeft een thermisch vermogen van ongeveer 5-6 kWth.

Wat levert het u op? Een warmtepomp voor ruimteverwarming levert per jaar 55 euro per kWth vermogen op bij een gasprijs van 0,67 euro.1.3. ZonnepanelenHoe werkt het? Een PV-systeem zet zonne-energie om in elektriciteit. PV staat voor photovoltaic, de Engelse vertaling van fotovoltaïsch. De omzetting van zonlicht in elektriciteit in een zonnecel heet fotovoltaïsche omzetting. Een PV-systeem bestaat uit zonnepanelen, bedrading en eventueel een adapter om de elektriciteit om te zetten naar netspanning. PV-systemen kunnen zelfstandig worden gebruikt of aan het elektriciteitsnet worden gekoppeld (netgekoppelde PV-systemen). Het vermogen van een zonnepaneel wordt uitgedrukt in Watt-piek (Wpiek) per m2. Het Watt-piekvermogen is de hoeveelheid elektriciteit dat het systeem onder internationaal afgesproken standaard testcondities levert. In Nederland komt dit redelijk overeen met de praktijk. Het Watt-piekvermogen van 1 m2 zonnepaneel is ongeveer 120 Wpiek. Netgekoppelde zonnepanelen hebben, als ze op het zuiden gericht staan, een opbrengst van ongeveer 108 kWh per 120 Wpiek geïnstalleerd vermogen per jaar. Wat bespaart het aan CO2? Een PV-systeem bespaart per Wpiek 0,5 kg CO2 per jaar.Wat levert het u op? Bij een elektriciteitsprijs van 0,22 euro bespaart een netgekoppeld PV-systeem 24 euro per jaar per m2.1.4. Warmte Kracht KoppelingHoe werkt het? Met warmtekrachtkoppeling (WKK) worden warm te en elektriciteit gelijktijdig in één installatie geproduceerd. Deze installatie staat in of bij het bedrijf. Er is minder brandstof (aardgas) nodig om zowel elektriciteit als warmte te produceren dan bij de energieproductie in een afzonderlijke elektriciteitscentrale en CV-ketel (dat heet gescheiden opwek).

Wat bespaart het? Het rendement van een WKK is groot, doordat er warmte en elektriciteit tegelijkertijd wordt gemaakt en nuttig gebruikt. Dat betekent dat de brandstof die in een WKK wordt gestookt vollediger wordt benut dan bij gescheiden opwek. Een WKK verbruikt daardoor netto minder energie, waardoor minder CO2 wordt uitgestoten. En dat is beter voor het milieu. Een WKK levert in ieder geval een positieve bijdrage aan de vermindering van het broeikaseffect.

Wat levert het u op? Een WKK zorgt voor lagere totale energiekosten. De transportkosten van gas worden lager naarmate uw bedrijf meer verbruikt in relatie tot de transportcapaciteit. In specifieke situaties en onder bepaalde voorwaarden kunnen gebruikers van een WKK voor een gedeelte kiezen voor directe elektriciteitslevering. In dat geval wordt een gedeelte van de stroom uit een WKK rechtstreeks gebruikt binnen uw bedrijf. U hoeft dan geen volledig gebruik te maken van het openbare elektriciteitsnet. 1.5. ZonneboilerHoe werkt het? Zonneboilers gebruiken de energie van de zon om water te verwarmen voor tapwater en eventueel ruimteverwarming. Een zonneboiler bestaat uit een zonnecollector en een voorraadvat. De zonnecollector wordt op of in het dak geplaatst en vangt zonlicht op. De vloeistof (bijvoorbeeld water) die door het buizenstelsel in de collector stroomt wordt verwarmd door het zonlicht, zelfs in de winter. Het verwarmde water wordt bewaard in een voorraadvat of in de collector zelf. Als het water niet warm genoeg is, dan wordt het naverwarmd door bijvoorbeeld de CV-ketel, de geiser of een warmtepomp. De energieopbrengst van een zonneboiler wordt uitgedrukt in GigaJoule (GJ). Een GigaJoule is gelijk aan een miljard Joules, wat overeenkomt met de warmte die vrijkomt bij de verbranding van 31 m³ aardgas, genoeg voor een gemiddeld huishouden om vijf maanden op te koken. Er zijn zonneboilers met een energieopbrengst van meer dan 3 GJ. Praktische tips zijn te vinden op de website van Milieu Centraal: http://www.milieucentraal.nl.

Wat bespaart het? Een zonneboiler bespaart 50 tot 65 m3 gas per m2 collectoroppervlak. Dit komt overeen met een gemiddelde besparing vanvan 100 kg CO2 per jaar.

Wat levert het u op? Een zonneboiler van 3 m2 levert per jaar 100 euro op bij een gasprijs van 0,67 euro.1.6. PelletkachelHoe werkt een het? Een pelletkachel is een houtkachel waarin pellets (houtkorrels) gestookt worden ipv houtblokken. pelletkachels zijn volledig regelbaar en automatisch. Pelletkachels kunnen vooraf ingesteld worden zodat hij zichzelf in - en uitschakeld. Sinds een 10 tal jaren wordt er in Europa meer een meer gebruik gemaakt van Pellets, om woningen te verwarmen. Overgebleven hout kan verwerkt worden tot pellets. De pelletkachels zijn eenvoudig te plaatsen en kan aangesloten worden op een bestaande schoorsteen of gewoon via een geboorde geveldoorvoer naar buiten.

Wat bespaart het? Het verbranden van pelletkorrels levert rookgassen op. Deze rookgassen bevatten CO2. Echter in verhouding met aardgas komt er minder CO2 vrij. Bovendien zal er een vergelijkbare hoeveelheid CO2 vrijkomen als men hout laat verrotten. Bij het verrotten komt zelfs methaangas vrij dat schadelijker is voor het milieu. Bij verbranding is dit veel minder. Een ander voordeel bij een pelletkachel is het hoge rendement, waardoor het hout optimaal verbrand wordt.

Wat levert het u op? Het rendement wat we behalen met een pelletkachel is dankzij de teruggevallen olieprijs teruggevallen van 60% tot op ongeveer 40%. Als hierbij de prijs voor het onderhoud van de kachel wordt meegerekend dan is het rendement 30 à 35 % bij volledig gebruik.2. Isolerende maatregelen2.1 DubbelglasHoe werkt het? Er zijn verschillende soorten dubbel glas op de markt met verschillende isolatiewaarden. U heeft de keus uit gewoon dubbel glas, HR glas, HR+ glas en HR++ glas. HR betekent Hoog Rendement. Hoe meer plusjes achter HR, hoe beter het glas isoleert en hoe minder warmte uw woning verliest. HR++ glas heeft de sterkst isolerende werking en levert de hoogste energiebesparing op. Dubbele beglazing verhoogt bovendien het comfort en werkt inbraakwerend.

Wat bespaart het? HR++-glas bespaart gemiddeld 30 m3 gas per m2 per jaar. Daardoor wordt ongeveer 53,4 kg CO2 minder per jaar uitgestoten dan bij het gebruik van enkel glas. De werkelijke besparing hangt onder andere af van is de locatie van het glas (in verwarmde of onverwarmde ruimtes, op het noorden of zuiden), de grootte van de ramen, de warmtebehoefte van de bewoners. De U-waarde geeft de warmtegeleiding van het glas aan. Hoe lager de U-waarde, hoe beter het glas isoleert en hoe minder warmte verloren gaat.

Wat levert het u op? Ervan uitgaande dat een gemiddelde pand ongeveer 40 m2 glas heeft, zal het gebruik van HR++-glas ongeveer 1200 m3 gas per jaar besparen in vergelijking met enkel glas. Dat is natuurlijk wel afhankelijk van het stookgedrag en het glasoppervlak. Dit is 400 m3 per jaar meer dan bij gewoon dubbel glas. Bij een gasprijs van 0,67 euro per m3, bespaart HR++-glas 800 euro per jaar in vergelijking met enkel glas.2.2. GevelisolatieHoe werkt het? De gevel is een muur of wand die grenst aan de buitenlucht of aan een onverwarmde ruimte. Bij gevelisolatie wordt aan de binnen- of buitenzijde isolatie aangebracht. Bij spouwmuren kan het isolatiemateriaal van buitenaf in de spouw worden aangebracht. Daardoor verliest het pand minder warmte.Op het isolatiemateriaal (voor binnen- of buitenkant) staat een getal dat de isolatiewaarde aangeeft, bijvoorbeeld R=2,50m² K/W. R staat voor de isolatiewaarde. Hoe hoger de waarde van R, hoe beter het materiaal isoleert.

Wat bespaart het? Gevelisolatie bespaart per m² gemiddeld ongeveer 9,7 m3 gas per jaar als isolatiemateriaal met de veelvoorkomende warmteweerstand van 1,3 m² K/W wordt gebruikt . Daardoor wordt 17,3 kg CO2 per jaar minder uitgestoten.

Wat levert het u op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart elke m2 gevelisolatie ongeveer 6.5 euro per jaar.2.3. Dak- of vlieringisolatieHoe werkt het? Een pand verliest warmte via de gevel, het dak en de vloer op de begane grond. Via het dak gaat ongeveer 30% van de warmte verloren. Om het warmteverlies van een zolder te verminderen, kunt u aan de binnen- of buitenzijde van het dakbeschot van een pannendak isolatiemateriaal aan laten brengen. Een vliering of zolder waar niet wordt gestookt, kan ook worden geïsoleerd. Het isolatiemateriaal kan dan het beste aan de bovenzijde van de zoldervloer aangebracht worden, of in het plafond onder de zoldervloer. Een plat dak kan het beste aan de buitenkant worden geïsoleerd. Isolatie aan de binnenkant wordt sterk afgeraden omdat dit vochtproblemen kan geven. Op isolatiemateriaal staat een getal dat de isolatiewaarde aangeeft, bijvoorbeeld R=2,50 m² K/W. R staat voor de isolatiewaarde. Hoe hoger de waarde van R, hoe beter het materiaal isoleert. Praktische tips staan op de website van Milieu Centraal: http://www.milieucentraal.nl.

Wat bespaart het? Dak- of vlieringisolatie boven een verwarmde ruimte bespaart 10,2 m3 gas per m2 per jaar. Daardoor wordt per m2, 18 kg CO2 per jaar minder uitgestoten indien isolatiemateriaal met een warmteweerstand van 1,3 m² K/W wordt gebruikt.

Wat levert het u op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart elke m2 dakisolatie zo'n 7.5 euro per jaar.2.4. VloerisolatieHoe werkt het? Een pand verliest warmte via gevel, dak en vloer. Meer dan de helft van de warmte gaat verloren via de gevel en de ramen. Dat komt omdat de gevel direct in contact staat met de buitenlucht. Toch ontsnapt nog zo'n 15% van de warmte via de vloer op de begane grond. Goede vloerisolatie bespaart energien. Als onder het pand een kruipruimte zit, kan het isolatiemateriaal tegen de onderkant van de vloer worden aangebracht. De kruipruimte moet dan wel een werkruimte hoogte van meer dan 35 cm hebben. Een vloer boven een onverwarmde ruimte, bijvoorbeeld een opslagruimte, kan ook geïsoleerd worden. Op isolatiemateriaal of -verpakking staat een getal dat de isolatiewaarde aangeeft, bijvoorbeeld R=1,30 m² K/W. R staat voor de isolatiewaarde. Hoe hoger de waarde van R, hoe beter het materiaal isoleert. Praktische tips en informatie over kosten zijn te vinden op de website van Milieu Centraal: http://www.milieucentraal.nl

Wat bespaart het? U bespaart 3,4 m3 gas per jaar op elke vierkante meter geïsoleerde vloer vergeleken met een pand zonder geïsoleerde vloer of bodem indien isolatiemateriaal met de een warmteweerstand van 1,3 m² K/W wordt gebruikt. Daardoor wordt per m² 6,1 kg CO2 per jaar minder uitgestoten.

Wat levert het op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart elke m² vloerisolatie 2 euro per jaar.3. Installaties e.d.3.1. Lage Temperatuur CVHoe werkt Lage Temperatuur Verwarming/CV-installatie Een lage temperatuur cv-installatie bestaat uit een warmtebron (bijvoorbeeld een cv-ketel of een warmtepomp) die water van hooguit 55 graden Celsius levert aan lage temperatuur radiatoren, vloer- en/of wandverwarming voor de warmteafgifte. Normaal is die temperatuur 70 tot 90 graden. Als warmtebron kan een HR ketel of andere warmtebron gebruikt worden, mits deze door de installateur zo ingesteld kan worden dat de warmtebron water van maximaal 55 graden levert. Er wordt energie bespaard doordat de meeste warmtebronnen een hoger rendement hebben bij 55 graden (dan bij 70-90 graden) en doordat meer stralingswarmte (aangename warmte met minder kans op tocht) afgegeven wordt, zodat de luchttemperatuur lager ingesteld kan worden bij hetzelfde comfort. Als de luchttemperatuur lager is, gaat minder warmte verloren door ventilatie en ontstaat er betere een luchtkwaliteit door minder zwevend stof en stofschroei.

Wat bespaart het aan CO2? Het rendement verbetert met 4-6%. Daardoor wordt 150 m3 gas bespaard, ofwel 267 kg CO2 per jaar.

Wat levert het u op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart Lage Temperatuur Verwarming/CV 100 euro per jaar.3.2. Vloer- of wandverwarming aangesloten op LTV (Lage Temperatuur Verwarming)Hoe werkt vloer- of wandverwarming? Vloeren of wanden worden verwarmd met behulp van warm water dat circuleert in leidingen die zijn weggewerkt in de vloer of muur. De leidingen liggen aan één zijde tegen isolatiemateriaal aan, de andere zijde geeft warmte af aan de vloer- of wandafwerking. Een thermosstatische regeling zorgt dat de vloeren en wanden niet te warm worden; maximaal 2 9 tot 35 graden Celsius. De voordelen van vloerverwarming en warmtewanden zijn hetzelfde: energiebesparing, aangename stralingswarmte, een lagere, gelijkmatiger luchttemperatuur en betere luchtkwaliteit door minder zwevend stof en stofschroei.

Wat bespaart het aan CO2? Het rendement verbetert met 2,5% mits het pand zeer goed geïsoleerd is. De jaarlijkse besparing is dan 50,0 m3 aardgas per jaar en 66,8 kg CO2 per jaar.

Wat levert het u op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart een wand- of vloerverwarmingsinstallatie 25 euro per jaar.3.3. CO2-gestuurde ventilatieHoe werkt CO2-gestuurde ventilatie? CO2-gestuurde ventilatie combineert natuurlijke luchttoevoer via de ventilatieroosters met mechanische luchtafvoer via de afvoerventilator. De luchtkwaliteit wordt gemeten aan de hand van de ruimtetemperatuur en CO2. Op basis hiervan wordt bepaald hoeveel lucht er moet worden aan- en/of afgevoerd. Door de aan- en afvoer van een minimale luchthoeveelheid wordt er geen energie verspild aan het verwarmen van overtollige lucht. Bovendien hoeft de ventilator minder lucht te verplaatsen, waardoor nog meer energie wordt bespaard. Voordelen:• Constante optimale luchtkwaliteit binnenshuis• Comfort verhogend en gezond binnenklimaat• Permanente aanwezigheid van veel zuurstof• Past zich automatisch aan het gebruik/bezetting van de woning aan• Grote energiebesparing• Geluidsarm• Maakt ‘luchten’ overbodig • Gebruiksvriendelijk• Eenvoudig in onderhoud

Wat bespaart het aan CO2? Toepassing van een CO2 gestuurde ventilatie levert een gemiddelde EPC-reductie op van 0,10. De uitstoot van CO2 wordt verminderd met circa 8%. Wat het u in financiële zin oplevert is niet bekend.

4. Water4.1. Passieve koeling (groene daken)Hoe werkt het? "Groene daken" is een verzamelnaam voor platte- en hellende daken met begroeiing. Die begroeiing kan bestaan uit vetplantjes (sedum), kruiden, mos en/of gras. Maar ook struiken en bomen zijn te gebruiken. Meer groen in de stad zorgt voor een beter leefmilieu. Daarnaast zorgt het groene dak voor een waterbuffer: groendaken nemen een deel van het regenwater op wat mee kan werken om overbelasting- en overstort van het riool te voorkomen. Daken met begroeiing zijn in de zomer koeler en in de winter warmer en kunnen zodoende bijdragen aan een beter binnenklimaat Het effect van bovengenoemde voordelen is wel sterk afhankelijk van het soort groen dak. De effecten zijn het grootst bij een 'zwaar' dak, zoals een grasdak met dikke substraatlaag of een daktuin. Wat bespaart het? 1. Een groendak houdt water vast waardoor het minder massaal en gefaseerd in het riool terecht komt. Hoe langer het regenwater op het dak blijft, waar een deel ook nog eens verdampt, des te beter. Een groen dak vermindert de druk op het riool met 62%. 2. Bovendien produceert een groendak van 25 vierkante meter genoeg zuurstof voor 1 persoon. De planten nemen daarnaast CO2 uit de lucht op en zetten deze om in zuurstof. Zo leveren groendaken een substantiële bijdrage (40%) aan de verbetering van de luchtkwaliteit. 3. Een groendak filtert regenwater van zware metalen en vermindert de fijnstof. Eén vierkante meter groen dak verwijdert al 0,2 kg vervuilde stoffen per jaar uit de lucht. 4. Tenslotte scheelt het natuurlijk ook in de gasrekening door de isolerende werking. Maar de effecten van de isolerende werking zijn in de zomer groter dan in de winter. In de zomer kan de temperatuur van een gewoon plat dak oplopen tot zo’n 80 graden. Een groendak wordt nooit warmer dan 30 graden. Zie ook: www.ecodaken.nl Wat levert het u op? Bij een gasprijs van 0,67 euro bespaart elke m2 groendak in combinatie met dakisolatie zo'n 10 euro per jaar.4.2. Passieve koeling (zonwerend glas)Hoe werkt het? De koelbehoefte van een gebouw wordt bepaald door de interne (computers, verlichting, mensen) en externe (zon) warmtelast. Een groot glasoppervlak van blank glas kan resulteren tot een extreme externe warmtelast en daardoor tot een niet te beheersen binnenklimaat. Om de zontoetreding te beperken worden voornamelijk twee alternatieven overwogen:· Blank glas met buitenzonwering (bijvoorbeeld een screen); · Glas dat slechts een beperkt deel van de zonnewarmte toelaat (zonwerend glas). Om de invloed van de zon op het binnenklimaat in de zomerperiode te beperken is een gebruikelijke ZTA (zontoetredingsfactor) 30% of wordt helder glas toegepast met buitenzonwering. Hierbij is uitgegaan van een gevel met 30 tot 40% glas. Het gebruik van zonwering als lichtwering is niet gewenst. In de winterperiode (laagstaande zon) is bijvoorbeeld de warmte van de zon wel gunstig, maar kan de zon hinderlijke reflecties opleveren. Tevens is het psychologisch niet prettig als de zonweringinstallatie als lichtwering wordt gebruikt.Wat bespaart het? Zonwerend glas is goedkoper dan het alternatief blank glas in combinatie met buitenzonwering. Het nadeel is echter dat bij zonwerend glas de zonnewarmte altijd wordt geweerd, ook als deze juist gewenst is (bijvoorbeeld in de winter). Berekende negatieve effecten van zonwerend glas ten opzichte van blank glas met buitenzonwering:· EPC: het effect op de EPC is gering (afhankelijk van de situatie). · Het aardgasverbruik wordt circa 0,15 m³ hoger per m² b.v.o. · Door de hogere zontoetreding in de zomer neemt de koelbehoefte toe met circa 3,6 kWh per m² b.v.o. (uitgaande van volledige klimatisering). · In totaal een CO2-toename van circa 0,4 kg per m² b.v.o. Een voordeel is dat zonwerend glas goedkoper is en minder onderhoud vraagt dan blank glas met buitenzonwering.4.3. GrijswatercircuitHoe werkt het? Regenwater is niet geschikt om te drinken, maar het is wel schoon genoeg om er andere dingen mee te doen. Het kan uitstekend gebruikt worden om planten te begieten, de stoep schoon te maken of bijvoorbeeld auto`s mee te wassen. Eigenlijk zouden we twee soorten leidingwater moeten hebben. We gebruiken nu drinkwater voor een aantal zaken die ook prima met water van mindere kwaliteit zouden kunnen. Voor het toilet, de buitenkraan en misschien ook wel machines kan ook ander water worden gebruikt. Het regenwater wordt in een grijswatercircuit onder de grond of bovengronds opgeslagen. Toiletten, buitenkranen en bijvoorbeeld waterverbruikende machines worden hierop aangesloten en gebruiken het grijswater voordat het in het riool verloren gaat. Wat bespaart het? Dagelijks wordt er 34 liter water persoon voor het toilet verbruikt. Bij een waterprijs van € 2.50 per m3 levert dit een besparing van € 70,- per persoon, per jaar. 5. Materialen5.1. Portlandvliegascement en hoogovencement Wat is het? Bij de productie van beton wordt momenteel voornamelijk portlandcement gebruikt. Hierin worden steeds meer slakken en vliegas verwerkt. Portlandcement bestaat hoofdzakelijk uit vermalen cementklinker (een mengsel van kalksteen, hoogovenslak, klei en vliegas-poederkool) en gips. De belangrijkste milieubelastende factor is aantasting van het landschap tijdens de winning van grondstoffen. Het afval dat bij de productie vrijkomt wordt voor een groot deel hergebruikt. Bij portlandvliegascement wordt circa eenvierde deel van de klinker vervangen door vliegas, een afvalproduct van steenkoolcentrales. Bij hoogovencement bestaat tweederde deel van de grondstoffen uit hoogovenslakken, een afvalproduct uit de staalindustrie. Daardoor is de milieubelasting aanzienlijk minder dan bij portlandcement. 5.2. Betongranulaat als grindvervangerWat is het? Zand, grind, beton- of menggranulaat zijn toeslagmaterialen voor beton. Bij de winning van grind wordt het landschap sterk aangetast. Daarom wordt een deel van het grind zo mogelijk vervangen door granulaat. Betongranulaat bestaat uit 100% beton. Dit kan tot elke fijnheid worden vermalen en is zodoende als grof en fijn toeslagmateriaal te gebruiken. In verhouding tot de jaarlijkse productie is er weinig bruikbaar betongranulaat voorhanden. Betonafval dat tijdens de productie vrijkomt wordt als betongranulaat hergebruikt, maar vanuit de sloop komt bijna geen schoon betongranulaat (wordt wel gebruikt onder wegen). Menggranulaat bestaat uit 50% baksteen en 50% beton. De hoeveelheid menggranulaat wordt bepaald door de beperkte hoeveelheid betongranulaat die voorhanden is.Voor een fundering kan tot 100% granulaat in het beton worden gebruikt. Voor schoonbeton is granulaat niet echt geschikt, omdat kleur- of structuurverschillen erin kunnen voorkomen ten gevolge van restjes wapening, tegels en andere vervuiling. Menggranulaatbeton hecht minder, waardoor het minder geschikt is voor slanke constructies zoals bijvoorbeeld voorgespannen betonvloeren.

 

Aanvraagformulier 3  

Aanvraagformulier

Bedrijfsnaam:………………………………………………..Contactpersoon: …………………………………………….Adres:…………………………………………………………Postcode/Plaatsnaam:…………./………………………….Telefoonnummer: …………………………………………..Rekeningnummer:…………………………………………..

Verklaart de volgende toepassingen uit de subsidieregeling ‘duurzaam en energiezuinig bouwen op bedrijventerreinen’ in zijn/haar bedrijfspand toe te passen. Omschrijving Investeringð Buitenverlichting op bewegingsmelders € …………..ð Binnenverlichting op bewegingsmelders € …………..ð Na 23.00 uur lichtreclame uitschakelen met tijdsklok € …………..ð Gebruik van duurzame verlichting zoals lichtstraten/kokers € …………..ð Warmtepomp € …………..ð Zonnepanelen (capaciteit min. 2000 Wp) € …………..ð Zonnecellen op het dak of aan de wand € …………..ð Warmte Kracht Koppeling (WKK) € …………..ð Zonneboilers € …………..ð Pelletkachel € …………..ð Gebruik van rest- warmte, energie en/of water € …………..ð Dubbelglas HR ++ € …………..ð Drielaagsglas € …………..ð Gevel- dakisolatie € …………..ð Vloerisolatie € …………..ð Laagtemperatuurverwarming (vloerverwarming) € …………..ð CO2 gestuurde ventilatie € …………..ð Passieve koeling (zonwerend glas) € …………..ð Urinoirs € …………..ð Toiletten met max. 6 liter reservoir en spoelonderbreker € …………..ð Grijswatercircuit (ondergronds/bovengronds) € …………..ð Bij situering rekening houden met toekomstige uitbreiding € …………..ð Clustering van bedrijven € …………..ð Gebruik portlandvliegascement/hoogovencement € …………..ð Gebruik 20% betongranulaat € …………..ð Gebruik cementvervanger met CO2 reductie € …………..ð Gebruik FSC hout € …………..ð Gebruik perscontainer € …………..ð Groen/vegetatie dak € …………..

Wij vragen u deze aanvraag bij de bouwaanvraag, of indien niet van toepassing apart, in te dienen en om offertes en/of facturen van bovenstaande toepassingen mee te zenden. Daarnaast vragen wij u om bovenstaande toepassingen duidelijk in de bouwaanvraag terug te laten komen. Dit kan door middel van plattegronden, productspecificaties e.d. Toekenning van de subsidie zal in principe na verlening van de bouwvergunning plaatsvinden. U zult hier schriftelijk over worden geïnformeerd.

Voor mogelijke vragen kunt u contact opnemen met de afdeling Bouwen en Wonen, tel: 0113-377377 of info@noord-beveland.nl.