Organisatie | Gorinchem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement bij organisatieveranderingen |
Citeertitel | Reglement bij organisatieveranderingen gemeente Gorinchem |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-02-2017 | 01-01-2017 | art. aanpassing aan definities H3 CAR/UWO | 10-01-2017 Onbekend | Onbekend | |
02-04-2014 | 28-02-2017 | Onbekend | 07-04-2014 Onbekend | Geen | |
01-01-2012 | 02-04-2014 | Onbekend | 01-12-2011 Onbekend |
Reglement bij organisatieveranderingen
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In dit reglement wordt verstaan onder:
organisatiewijziging: een belangrijke inkrimping of wijziging van de werkzaamheden van de gemeente (of een onderdeel daarvan) of een belangrijke wijziging van de laatst vastgestelde organisatiestructuur van de gemeente (of een onderdeel daarvan), die niet van tijdelijke aard is en die personele gevolgen met zich meebrengt voor meer dan één medewerker;
salaristoelagen: de in paragraaf 3 van hoofdstuk 3 van de CAR/UWO genoemde toelagen te weten: de functioneringstoelage, de waarnemingstoelage, de toelage onregelmatige dienst, de buitendagvenstertoelage, de toelage beschikbaarheidsdienst, de inconveniententoelage, de arbeidsmarkttoelage, de garantietoelage en de afbouwtoelage, die aan de medewerker zijn toegekend. Deze werden tot 1 januari 2016 tot de bezoldiging gerekend;
passende functie: een functie waarin de ambtenaar gezien zijn persoon, opleiding, ervaring, omstandigheden en objectief vast te stellen vooruitzichten in redelijkheid kan worden geplaatst en waarbij geldt dat de functie niet meer dan twee salarisschalen lager is gewaardeerd dan de functie die hij laatstelijk vervulde;
Dit reglement is van toepassing op alle organisatiewijzigingen in de gemeentelijke organisatie, niet zijnde een organisatiewijziging als gevolg van een gemeentelijke herindeling. Uitgangspunt is om de ambtenaar wiens functie is vervallen c.q. de ambtenaar die boventallig wordt, te begeleiden van werk naar werk conform de bepalingen van hoofdstuk 10d van de Arbeidsvoorwaardenregeling. Daarbij wordt in ieder geval gehanteerd het principe van “mens volgt werk” in die gevallen waar dat van toepassing kan zijn.
Artikel 1:3 Bevoegdheid tot het nemen van het besluit tot organisatiewijziging
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het nemen van besluiten over de wijziging van de ambtelijke organisatie, met inachtneming van het geldende mandaatstatuut.
Artikel 1:4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het nemen van besluiten over wijziging van de aanstelling, overplaatsing en ontslag van ambtenaren, tenzij bij of krachtens wet anders is bepaald, met inachtneming van het geldende mandaatstatuut.
Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen
Artikel 2:1 Onderzoek naar organisatiewijziging
Als de werkgever voornemens is de mogelijkheid en wenselijkheid van een organisatiewijziging te onderzoeken, worden de Ondernemingsraad en de betrokken ambtenaren hier vooraf van in kennis gesteld.
Het tijdstip van kennisgeving is dusdanig, dat de Ondernemingsraad zijn advies over het onderzoek kan kenbaar maken, zodat dit nog van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
De ambtenaren en de Ondernemingsraad worden betrokken bij de uitvoering van het onderzoek. Bovendien worden zij tussentijds mondeling dan wel schriftelijk dan wel op beide manieren op de hoogte gehouden van de vorderingen van het onderzoek.
De schriftelijke eindrapportage van het onderzoek wordt ter kennisneming toegezonden aan de Ondernemingsraad en het Georganiseerd Overleg. Wanneer in deze eindrapportage van het onderzoek geconcludeerd wordt dat een organisatiewijziging gewenst is, dan wordt bij het toezenden van de eindrapportage tegelijkertijd gevraagd om advies van de Ondernemingsraad, zoals bedoeld in artikel 2:3, lid 1.
Indien de werkgever voornemens is om over de wenselijkheid van de organisatiewijziging extern advies te vragen, wordt de Ondernemingsraad om advies gevraagd over het verstrekken en formuleren van de adviesopdracht, conform artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden.
Artikel 2:3 Advies Ondernemingsraad over organisatiewijziging
Voordat een definitief besluit wordt genomen ten aanzien van de organisatiewijziging, wordt de Ondernemingsraad schriftelijk om advies gevraagd, conform artikel 25 van de Wet op de ondernemingsraden, met inachtneming van het politieke primaat.
De adviesaanvraag bevat een heldere omschrijving van het voorgenomen besluit, de beweegredenen van het besluit, de personele gevolgen van het besluit en de naar aanleiding daarvan te nemen personele maatregelen.
Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het nog van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
Artikel 2:4 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen
Voordat een definitief besluit wordt genomen ten aanzien van de organisatiewijziging, met inachtneming van het politieke primaat, wordt overleg gevoerd in het Georganiseerd Overleg over de personele gevolgen van het besluit en de naar aanleiding daarvan te nemen maatregelen.
Als het Georganiseerd Overleg van mening is dat de organisatiewijziging zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Over dit sociaal plan moet in het Georganiseerd Overleg overeenstemming worden bereikt voordat het besluit ten uitvoer wordt gebracht.
De leden van het Georganiseerd Overleg kunnen tussentijds bijeen worden geroepen dan wel schriftelijk worden geraadpleegd. Een en ander laat onverlet dat de leden altijd overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk 12 van de Arbeidsvoorwaardenregeling, de voorzitter kunnen verzoeken een vergadering te beleggen.
Artikel 2:5 Taakverdeling tussen Ondernemingsraad en Georganiseerd Overleg
Ten aanzien van de medezeggenschap van ambtenaren en vakcentrales geldt het algemene uitgangspunt dat onderwerpen die gedurende het proces van organisatiewijziging aan bod komen, worden behandeld door het orgaan dat daartoe bevoegd is.
Artikel 2:6 Kennisgeving en uitvoering besluit
Als er een definitief besluit is genomen tot wijziging van de organisatie, wordt dit besluit binnen 14 dagen meegedeeld aan het Georganiseerd Overleg, de Ondernemingsraad en de betrokken ambtenaren. Daarbij wordt tevens ingegaan op de personele gevolgen van het besluit.
Als in het besluit wordt afgeweken van het advies van de Ondernemingsraad, zal deze afwijking duidelijk worden gemotiveerd. De uitvoering van het besluit tot organisatiewijziging wordt in dit geval uitgesteld tot op zijn vroegst een maand nadat de Ondernemingsraad van het besluit in kennis is gesteld, tenzij de Ondernemingsraad - conform artikel 25, zesde lid, van de Wet op de ondernemingsraden - aangeeft in te stemmen met het besluit c.q. aangeeft geen beroep te zullen aantekenen bij de ondernemingskamer.
Hoofdstuk 3 Algemene uitgangspunten voor sociaal beleid bij interne organisatiewijziging
Artikel 3:1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op interne organisatiewijzigingen, niet zijnde privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Artikel 3:2 Werkgelegenheid bij interne organisatiewijziging
De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om door middel van begeleiding van- werk- naar- werk, binnen of buiten de organisatie, gedwongen werkloosheid te voorkomen. Een en ander conform de bepalingen van hoofdstuk 10d van de Arbeidsvoorwaardenregeling en zoals verder is bepaald in artikel 1:2 voor wat betreft “mens volgt werk”.
Artikel 3:3 Voorkeursvolgorde bij herplaatsing
De werkgever hanteert, bij het nemen van besluiten ten aanzien van de ambtenaren die betrokken zijn bij de organisatiewijziging, de volgende voorkeursvolgorde:
Voordat herplaatsingbesluiten als bedoeld in het voorgaande lid, onder b en c, worden genomen, wordt de betrokken ambtenaar in de gelegenheid gesteld zijn voorkeur voor functies kenbaar te maken.
Indien er meer beschikbare ambtenaren zijn dan beschikbare functies wordt bij de plaatsing rekening gehouden met het afspiegelingsbeginsel. Op basis van de verhouding van het aantal beschikbare kandidaten per leeftijdsgroep wordt per leeftijdsgroep geplaatst op basis van het aantal dienstjaren bij de gemeente Gorinchem. De volgende leeftijdsgroepen zijn van toepassing:
Artikel 3:4 Herplaatsingscommissie
De werkgever stelt een herplaatsingscommissie in als er besluiten nodig zijn als bedoeld in het voorgaande artikel onder lid 1, b en c, die als taak heeft om de benodigde gegevens te verzamelen en om de werkgever te adviseren over de te nemen herplaatsingbesluiten.
De commissie is als volgt samengesteld:
Het hoofd Personeel & organisatie of een door deze aan te wijzen vervanger fungeert als secretaris, maar heeft geen stemrecht.
Artikel 3:5 Procedure herplaatsing
De herplaatsingcommissie verzamelt alle volgens haar benodigde gegevens en adviseert het college van burgemeester en wethouders over de herplaatsing van de betrokken ambtenaren op basis van deze gegevens binnen zes weken vanaf het moment dat alle gegevens beschikbaar zijn. Indien de herplaatsingscommissie niet tot een eensluidend advies kan komen, worden het meerderheidsstandpunt en het minderheidsstandpunt ter kennis gebracht aan het college van burgemeester en wethouders.
De ambtenaar kan mondeling dan wel schriftelijk verzoeken door de commissie te worden gehoord voordat de commissie advies uitbrengt.
Wanneer der commissie dit met het oog op het uitbrengen van haar advies noodzakelijk acht, kan zij ambtenaren uitnodigen voor een gesprek. Desgewenst kan de ambtenaar zich laten bijstaan door een raadsman/vrouw.
De werkgever neemt, rekening houdend met het advies van de herplaatsingscommissie, vervolgens binnen twee weken een besluit ten aanzien van de herplaatsing en informeert binnen een week na het nemen van het besluit de betrokken ambtena(a)r(en). Dit kan betekenen dat de ambtenaar wordt herplaatst dan wel dat hem vooralsnog geen passende of geschikte functie kan worden aangeboden.
Artikel 3:6 Bedenkingen tegen voorstel herplaatsing
De ambtenaar die bedenkingen heeft tegen het besluit als bedoeld artikel 3:5, lid 4, kan binnen vier weken nadat het besluit aan hem kenbaar is gemaakt, schriftelijk zijn gemotiveerde bedenkingen indienen bij de werkgever.
De ambtenaar kan daarbij verzoeken om mondeling te worden gehoord door (een vertegenwoordiging van) de werkgever. De ambtenaar die hiertoe een verzoek indient, zal binnen twee weken worden gehoord. Desgewenst kan de ambtenaar zich laten bijstaan door een raadsman/vrouw. Van de hoorzitting wordt schriftelijk verslag opgemaakt.
Indien er geen bedenkingen worden ingediend worden de besluiten als bedoeld in artikel 3:5, lid 4 binnen een week na afloop van de bedenkingentermijn definitief door de werkgever vastgesteld.
Indien er wel bedenkingen zijn ingediend neemt de werkgever, eventueel nadat de ambtenaar is gehoord, binnen vier weken een definitief besluit. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op de bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.
De ambtenaar kan bezwaar en beroep aantekenen tegen de besluiten zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, conform de Algemene wet bestuursrecht, bij de werkgever, die het bezwaar vervolgens in handen stellen van de bezwarencommissie inzake personeelsaangelegenheden. Daarna is eventueel beroep mogelijk bij de Bestuursrechter.
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt recht op het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem golden in de oude functie.
Artikel 3:8 Functiegebonden toelagen
Voor de ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie vervallen de functiegebonden toelagen.
Aan de ambtenaar, wiens salaristoelagen als gevolg van het vervallen van de functiegebonden toelagen een blijvende verlaging ondergaan, wordt – in afwijking van artikel 3:16 van de CAR/UWO - een aflopende compensatie toegekend indien de ambtenaar deze toelagen gedurende ten minste twee jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.
Deze compensatie kent het volgende verloop:
Artikel 3:9 Persoonsgebonden toelagen
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt recht op zijn persoonsgebonden toelagen.
Artikel 3:10 Studiefaciliteiten
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie, behoudt de rechten die hem op grond van studiefaciliteiten zijn toegekend (Persoonlijk Ontwikkelingsplan), indien hij de studie voortzet.
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie en die in overleg met zijn nieuwe leidinggevende besluit te stoppen met zijn studie, wordt ontheven van terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit de toegekende studiefaciliteiten.
Artikel 3:11 Aanvullende scholing
De werkgever onderzoekt of het nodig is de ambtenaar, die is overgeplaatst naar een functie binnen de gemeentelijke organisatie, bij of om te scholen voor het vervullen van zijn nieuwe functie. Hierover vindt overleg plaats met de ambtenaar. De conclusies van dit overleg worden schriftelijk vastgelegd. De kosten van de scholing zijn voor rekening van de gemeente.
Hoofdstuk 4 Van Werk naar Werk
Artikel 4:1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op interne organisatiewijzigingen, niet zijnde privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Artikel 4:2 Voor wie geldt het van werk naar werktraject
De ambtenaar die niet direct is herplaatst en daardoor boventallig is verklaard, volgt vanaf de datum van de boventalligverklaring het “van werk naar werktraject” volgens hoofdstuk 10d van de Arbeidsvoorwaardenregeling. Dit geldt voor:
Artikel 4:3 Voorrang bij vacatures
De ambtenaar wiens betrekking wordt opgeheven en boventallig wordt verklaard geniet voorrang bij vervulling van interne vacatures, onder voorbehoud dat betrokkene aan gestelde functie-eisen voldoet of kan gaan voldoen na de benodigde scholing.
Artikel 4:4 Maatregelen ter voorkoming/vermindering van boventalligheid
Remplacantenregeling: Ambtenaren die geplaatst zijn - of zullen gaan worden - in de formatie van de nieuwe organisatie, kunnen die plaats opgeven en zich beschikbaar stellen voor de status van boventallig verklaarde ambtenaar. Het gevolg daarvan is dat in diens plaats een boventallig verklaarde ambtenaar in de nieuwe organisatie kan worden geplaatst. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, wordt een dergelijk aanbod gehonoreerd.
Reductie aanstellingsomvang: Ambtenaren kunnen zowel individueel als in groepsverband een verzoek indienen om hun aanstellingsomvang terug te brengen, om zodoende formatie beschikbaar te stellen voor het plaatsen van boventallig verklaarde collega’s. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, worden dergelijke verzoeken gehonoreerd.
Artikel 4:5 Paritaire commissie
De werkgever stelt conform artikel 10d:24 van de Arbeidsvoorwaardenregeling een paritair samengestelde commissie in die erop toeziet dat ambtenaren waar mogelijk van werk naar werk worden begeleid.
De samenstelling is als volgt:
Voor de bevoegdheden van deze commissie wordt verwezen naar hoofdstuk 10d van de Arbeidsvoorwaardenregeling.
Artikel 4:6 Functie buiten de gemeentelijke organisatie
Indien de ambtenaar, waarvoor geen passende of geschikte functie is gevonden, een functie accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, wordt hem eervol ontslag verleend.
De ambtenaar die overeenkomstig het eerste lid ontslag wordt verleend, wordt ontheven van eventuele terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit toegekende studiefaciliteiten, de verhuiskostenregeling en de regeling betaald ouderschapsverlof.
Indien de ambtenaar als bedoeld in het eerste lid een functie van tenminste gelijke omvang buiten de gemeentelijke organisatie accepteert, vult de werkgever het brutosalaris gedurende twee jaar aan tot aan het niveau van het brutosalaris dat de ambtenaar genoot direct voorafgaand aan het ontslag. De ambtenaar die een functie accepteert met een kleinere betrekkingsomvang ontvangt gedurende één jaar een aanvulling van zijn brutosalaris naar rato.
Artikel 4:7 Mobiliteit bevorderende maatregelen
Naast de voorzieningen die worden genoemd in artikel 10d:16 van de Arbeidsvoorwaardenregeling stelt de werkgever op grond van artikel 17:7 van die regeling een pakket van maatregelen en faciliteiten ter beschikking die de werking en het realiseren van de doelstelling van dit reglement bij organisatieverandering ondersteunen.
Onderdeel van dit pakket van maatregelen kunnen zijn:
een bruto vertrekpremie voor een ambtenaar die vrijwillig ontslag neemt, gelijk aan zoveel maanden bruto salaris plus salaristoelagen als de ambtenaar in jaren in dienst is bij de gemeente Gorinchem, tot een maximum van 12 maanden. Onder salaris plus salaristoelagen wordt in dit verband verstaan het salaris en de salaristoelagen die de ambtenaar geniet op de dag voorafgaande aan de ontslagdatum, inclusief vakantietoelage en eindejaarsuitkering (2016) of inclusief diens IKB (vanaf 2017);
De kosten van bijscholing, omscholing en outplacementbegeleiding zijn voor rekening van de werkgever tot een maximum van € 7.500,00.
Voorzieningen en faciliteiten worden in de vorm van een individuele maatwerkregeling aan de medewerker toegekend en vastgelegd in een “van werk naar werkcontract”.
Om vrijwillige mobiliteit te stimuleren kunnen de in de leden 1 en 2 genoemde voorzieningen en faciliteiten ook al in de periode voorafgaande aan de reorganisatie aan ambtenaren beschikbaar worden gesteld, zonder dat zij op het moment boventallig zijn verklaard.
Hoofdstuk 5 Algemene uitgangspunten voor sociaal beleid bij privatisering en taakoverheveling
Artikel 5:1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om ervoor te zorgen dat de werkgelegenheid van de bij de privatisering of overheveling van taken betrokken ambtenaren behouden blijft.
De werkgever treedt met de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie in overleg over de overname van de ambtenaren van het desbetreffende organisatieonderdeel. Gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd.
Voordat de werkgever een besluit neemt over de overgang van een ambtenaar naar de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke instantie, biedt hij de betrokkene de gelegenheid om zijn belangstelling kenbaar te maken voor functies die op dat moment vacant zijn of op korte termijn vacant worden in de gemeentelijke organisatie. De ambtenaar zal als interne kandidaat in de selectieprocedure worden betrokken.
De werkgever stelt conform artikel 10d:24 van de Arbeidsvoorwaardenregeling een paritair samengestelde commissie in die erop toeziet dat medewerkers waar mogelijk van werk naar werk worden begeleid.
Voor de bevoegdheden van deze commissie wordt verwezen naar hoofdstuk 10d van de Arbeidsvoorwaardenregeling en voor de samenstelling van deze commissie naar artikel 4:5, lid 2, van deze leidraad.
Als het Georganiseerd Overleg van mening is dat de privatisering of taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Dit plan regelt de overplaatsingsprocedure (inclusief de ontslag- en aanstellingsprocedure van het over te plaatsen personeel) en bevat rechtspositionele bepalingen. Over dit sociaal plan moet overeenstemming worden bereikt in het Georganiseerd Overleg.
Er worden geen definitieve besluiten genomen ten aanzien van ambtenaren voordat er overeenstemming is over het sociaal plan.
Artikel 5:4 Rechtspositievergelijking
Indien de betrokken ambtenaren overgaan naar een privaatrechtelijke of een andere publiek-rechtelijke werkgever waarvoor een afwijkende rechtspositieregeling of CAO geldt, maakt de werkgever een vergelijking tussen de arbeidsvoorwaardenpakketten die van toepassing zijn op de gemeentelijke werkgever en de nieuwe werkgever.
Indien uit de vergelijking blijkt dat het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden (bestaande uit in ieder geval salaris, uitkeringen en toelagen, (pre)pensioen, vakantie, ziektekostenregeling en werkloosheidsuitkering) bij de nieuwe werkgever minder is dan het totaalpakket bij de gemeentelijke werkgever, worden in het sociaal plan nadere afspraken gemaakt over afbouw, behoud of compensatie van aanspraken.
Het sociaal plan bevat in ieder geval de volgende garanties:
Artikel 5:5 Minder functies dan beschikbare ambtenaren
Indien er bij de nieuwe werkgever, ondanks alle inspanningen zoals genoemd in artikel 4:2, minder functies beschikbaar zijn dan het aantal beschikbare ambtenaren, dan is artikel 3:3, lid 3, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 5:6 Mobiliteit bevorderende maatregelen
Naast de voorzieningen die worden genoemd in artikel 10d:16 van de Arbeidsvoorwaardenregeling stelt de werkgever op grond van artikel 17:7 van die regeling een pakket van maatregelen en faciliteiten ter beschikking die de werking en het realiseren van de doelstelling van dit reglement bij organisatieverandering ondersteunen.
Onderdeel van dit pakket van maatregelen kunnen zijn:
een bruto vertrekpremie voor een ambtenaar die vrijwillig ontslag neemt, gelijk aan zoveel maanden bruto salaris plus salaristoelagen als de ambtenaar in jaren in dienst is bij de gemeente Gorinchem, tot een maximum van 12 maanden. Onder salaris en salaristoelagen wordt in dit verband verstaan het salaris en de salaristoelagen die de ambtenaar geniet op de dag voorafgaande aan de ontslagdatum, inclusief vakantietoelage en eindejaarsuitkering (2016) of inclusief diens IKB (vanaf 2017);
De kosten van bijscholing, omscholing en outplacementbegeleiding zijn voor rekening van de werkgever tot een maximum van € 7.500,00.
Voorzieningen en faciliteiten worden in de vorm van een individuele maatwerkregeling aan de medewerker toegekend en vastgelegd in een “van werk naar werkcontract”.
Om vrijwillige mobiliteit te stimuleren kunnen de in de leden 1 en 2 genoemde voorzieningen en faciliteiten ook al in de periode voorafgaande aan de reorganisatie aan ambtenaren beschikbaar worden gesteld, zonder dat zij op het moment boventallig zijn verklaard.
Artikel 5:7 Terugbetalingsverplichtingen
De ambtenaar die ontslag wordt verleend in verband met privatisering of taakoverheveling, wordt ontheven van eventuele terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit toegekende studiefaciliteiten, verhuiskostenregeling en de regeling betaald ouderschapsverlof.
In gevallen waarin toepassing van dit reglement zou leiden tot een onbillijke situatie voor een ambtenaar, kan het college van burgemeester en wethouders van het reglement afwijken in een voor de ambtenaar gunstige zin.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.
Deze regeling wordt aangehaald als “Reglement bij organisatieveranderingen gemeente Gorinchem”.
Dit reglement treedt in werking met ingang van 12 december 2016.
De “leidraad bij organisatieveranderingen” d.d. 2 april 2014 vervalt met ingang van 12 december 2016.