Spaarloonregeling gemeente Leudal 2008

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

• 1.

  Ambtenaar

  • a.

    de ambtenaar in de zin van de CAR;

  • b.

    de werknemer als bedoeld in artikel 2:5 van de CAR.

• 2.

  Spaarloon

  Ieder, overeenkomstig de bepalingen van deze regeling op het bij de gemeente Leudal genoten bruto salaris, ingehouden en op de spaarloonrekening van de ambtenaar gestorte bedrag.

• 3.

  Spaarloonrekening

  De bij de spaarinstelling ten name van de ambtenaar geopende rekening, waarop het spaarloonbedrag wordt gestort.

• 4.

  Vrije rekening

  De door de ambtenaar aangewezen rekening.

• 5.

  Spaarinstelling

  De instelling die zonder verdere administratieve verplichtingen van de werkgever:

  • -

    spaartegoeden van de medewerker administreert;

  • -

    verzoeken om deblokkering beoordeelt op grond van de geldende wettelijke bepalingen;

  • -

    de belastbare opnames van spaartegoeden ten behoeve van belastinginhouding overschrijft naar de werkgever, voor zover niet op andere wijze tot belastingafdracht wordt overgegaan.

Artikel 2 Deelname

• 1. Vrijwillige deelname aan deze regeling staat open voor ambtenaren van de gemeente Leudal, die overeenkomstig de bepalingen van de Collectieve Arbeidsvoorwaarden Regeling en Uitwerkingsovereenkomst in vaste of tijdelijke dienst zijn aangesteld.

• 2. Deelname aan deze regeling kan alleen per 1 januari van enig jaar ingaan en enkel indien bij de gemeente Leudal de heffingskorting wordt toegepast.

• 3. Gelijktijdige deelname aan spaarloonregeling en levensloopregeling is niet mogelijk.

Artikel 3 Procedure

• 1. Bij aanmelding voor de spaarloonregeling geeft de ambtenaar een vast spaarbedrag op met inachtneming van het wettelijk vastgesteld maximum.

• 2. Wijziging van het spaarbedrag is alleen mogelijk per de eerste van de maand nadat hiertoe schriftelijk is verzocht. Het spaarbedrag wordt zonder aftrek van loonheffing en andere wettelijke inhoudingen op het maandsalaris ingehouden en overgemaakt naar de spaarrekening van de ambtenaar.

• 3. Storting van het spaarbedrag kan in 12 maandelijkse termijnen plaatsvinden of eenmaal per jaar.

• 4. Bij uitdiensttreding in de loop van het jaar kan de ambtenaar verzoeken het restant spaarbedrag in één keer te storten.

Artikel 4 Spaarinstelling

• 1. De ambtenaar kan kiezen uit de volgende spaarinstellingen:

  • -

    Centraal Beheer, juncto de AVCB Bank NV te Apeldoorn;

  • -

    Rabobank Leudal;

  • -

    SNS Bank.

• 2. De ambtenaar opent een spaarloonrekening bij de spaarinstelling van zijn of haar keuze (identificatieplicht).

• 3. De ambtenaar ontvangt rechtstreeks van de spaarinstelling periodieke berichten van bij- of afschrijving.

Artikel 5 Blokkering

• 1. Op het spaartegoed wordt na afloop van het spaarjaar een blokkeringsperiode toegepast van vier kalenderjaren. Na afloop van deze periode wordt het spaartegoed over het spaarjaar volgens de geldende wettelijke bepalingen netto uitgekeerd op een door de ambtenaar aangegeven rekening.

• 2. De rente over het spaartegoed wordt na afloop van het spaarjaar op een door de ambtenaar opgegeven rekening geboekt.

Artikel 6 Erkende bestedingsdoelen

• 1. In afwijking van artikel 5, lid 1 kunnen de tegoeden, die korter dan vier volle kalenderjaren op de spaarloonrekening hebben uitgestaan, met goedkeuring van de spaarinstelling geheel of gedeeltelijk vrij worden opgenomen, indien de opname wordt aangewend voor verwerving van een eigen woning en/of aankoop van effecten, betaling premie levensverzekering, studiekosten, onbetaald verlof, starten van een eigen onderneming of kosten kinderopvang.

• 2. Netto-uitbetaling kan in deze gevallen alleen plaatsvinden indien de ambtenaar aan de spaarinstelling bewijsstukken overlegt (definitieve koopakte, aankoopbewijs effecten).

Artikel 7 Beëindiging van de deelneming

• 1. Beëindiging van de deelname aan deze regeling is alleen mogelijk per de eerste van de maand.

• 2. Beëindiging van de deelname vindt in ieder geval plaats ingeval en uiterlijk op het moment van uitdiensttreding.

• 3. De gemeente Leudal is bij beëindiging van het dienstverband gerechtigd het spaarsaldo naar haar rekening te laten overschrijven om op het saldo de wettelijk verplichte inhoudingen toe te passen en het restant op de salarisrekening van de medewerker over te maken.

• 4. Indien de ambtenaar bij aanvaarding van een andere betrekking daartoe verzoekt en de betreffende spaarinstelling daartoe de gelegenheid biedt, kan het spaarbedrag bij uitdiensttreding rechtstreeks worden overgeschreven op een spaarloonrekening geldend bij de nieuwe werkgever.

• 5. De ambtenaar heeft ook de gelegenheid bij beëindiging van het dienstverband te besluiten zijn spaarloonrekening geblokkeerd te laten voortbestaan totdat het saldo volledig naar zijn vrije rekening is overgemaakt.

• 6. Bij beëindiging van de deelname anders dan door uitdiensttreding kan de ambtenaar besluiten tot volledige opname van het saldo, waarbij de gemeente Leudal het spaarbedrag na aftrek van wettelijke inhoudingen op de salarisrekening van de medewerker zal overmaken. Voorts heeft de ambtenaar overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid de mogelijkheid zijn spaarsaldo te handhaven gedurende de blokkeringsperiode.

Artikel 8

De deelnemer verklaart zich door ondertekening van het spaarformulier van de spaarinstelling akkoord met de inhoud van deze regeling.

Artikel 9 Inwerkingtreding

• 1.

  Deze regeling kan worden aangehaald als Spaarloonregeling gemeente Leudal en treedt in werking met ingang van 11 november 2008.

• 2.

  Op de in het eerste lid genoemde datum vervalt de spaarloonregeling gemeente Leudal van 30 januari 2007.