Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogeveen

Verlofregeling

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoogeveen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerlofregeling
CiteertitelVerlofregeling
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerppersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Dit betreft de inhoud van de regeling van 1997 zoals die geldt sinds wijziging in 2004.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 160
  2. Uitwerkingsovereenkomst, artikel 6:2:1
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-09-2004Nieuwe regeling

18-05-2004

Intranet Voorpagina 2-9-2004

2004-8945

Tekst van de regeling

Intitulé

Het college van Burgemeester en Wethouders van Hoogeveen,

gelet op artikel 6:2:1 van de Uitwerkingsovereenkomst (UWO);

gehoord de commissie voor het georganiseerd overleg;

 

b e s l u i t :

 

de volgende regeling van de duur van het jaarlijks vakantieverlof voor het personeel der gemeente vast te stellen.

Artikel 1 - Definitie

Voor de toepassing van dit besluit wordt onder ambtenaar verstaan: de ambtenaar in de zin van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR).

Artikel 2 - Duur

De duur van de vakantie van de ambtenaar met een volledige betrekking bedraagt 165,6 uur per kalenderjaar.

De duur van de vakantie van de ambtenaar met een volledige betrekking, die gekozen heeft voor model 1 of 2 van de regeling flexibele arbeidstijden, bedraagt 184 uur per kalenderjaar.

De ambtenaar met een part-time betrekking ontvangt bovengenoemd verlof naar evenredigheid.

Artikel 3 - Leeftijdsverlof

  • 1.

    1 Het in artikel 2 bedoelde vakantieverlof wordt voor de ambtenaar met een volledige betrekking, die in dienst getreden is vóór 1 januari 1997, van de hierna genoemde leeftijd als volgt verhoogd:

    a leeftijd 30 t/m 39 jaar: met 7,2 uur

    b leeftijd 40 t/m 44 jaar: met 14.4

    c leeftijd 45 t/m 49 jaar: met 21,6 uur

    d leeftijd 50 t/m 54 jaar: met 28,8 uur

    e leeftijd 55 t/m 59 jaar: met 36 uur

    f leeftijd 60 en ouder: met 43,2 uur

  • 2.

    Het in artikel 2 bedoelde vakantieverlof wordt voor de ambtenaar met een volledige betrekking, die in dienst is getreden op of na 1 januari 1997, van de hierna genoemde leeftijd als volgt verhoogd:

    a leeftijd 40 t/m 44 jaar: met 7,2 uur

    b leeftijd 45 t/m 49 jaar: met 14,4 uur

    c leeftijd 50 t/m 54 jaar: met 21,6 uur

    d leeftijd 55 jaar en ouder: met 28,8 uur

  • 3.

    Deze vermeerdering wordt voor het eerst genoten in het kalenderjaar, waarin de onder a, b, c, d, e en f bedoelde leeftijd wordt bereikt.

  • 4.

    Voor de ambtenaar met een volledige betrekking, die gekozen heeft voor model 1 of 2 van de regeling flexibele arbeidstijden, wordt het leeftijdsverlof, bedoeld in lid 1 en 2, per leeftijdsgroep verhoogd met 0,8 uur.

Artikel 4 – Leeftijdsverlof jongeren

  • 1.

    Voor de jeugdige ambtenaar, wordt het hem toekomende vakantieverlof vermeerderd met:

    a 21,6 uur in het kalenderjaar, waarin hij de leeftijd van 18 jaar of jonger heeft bereikt;

    b 14,4 uur in het kalenderjaar, waarin hij de leeftijd van 19 jaar heeft bereikt;

    c 7,2 uur in het kalenderjaar, waarin hij de leeftijd van 20 jaar heeft bereikt.

  • 2.

    Voor de jeugdige ambtenaar met een volledige betrekking, die gekozen heeft voor model 1 of 2 van de regeling flexibele arbeidstijden, wordt het leeftijdsverlof, bedoeld in lid 1, per leeftijdsgroep met 0,8 uur verhoogd.

Artikel 5 – Maximum mee te nemen verlof- en plusuren

Indien aan het eind van het kalenderjaar het totaal aantal verlof- en plusuren (zie regeling flexibele arbeidstijden) samen niet meer bedraagt dan 90 uur, kan een verzoek tot overboeking naar het volgende kalenderjaar achterwege blijven. Het verlofrestant zal dan automatisch worden overgeboekt naar het volgende jaar.

Indien het aantal verlof- en plusuren samen, aan het eind van het kalenderjaar meer bedragen dan 90 uur dan dient een verzoek tot overboeking van het verlofrestant te worden ingediend. Daarbij kan bepaald worden dat het restantverlof voor een bepaalde datum moet worden opgenomen.

Het maximum van 90 uur geldt voor fulltimers; voor parttimers geldt de regeling naar rato omvang dienstbetrekking.

Artikel 6 – Verplichte verlofdagen

Ieder jaar kan het college één of meer dagen aanwijzen, waarop de gemeentelijke diensten gesloten zullen zijn, zulks onverminderd het bepaalde in de artikelen 2, 3 en 4. Deze aanwijzing geschiedt als regel voor 1 april van het betreffende jaar.

Artikel 7 – Uitbetaling leeftijdverlof

Op verzoek van de ambtenaar kunnen per kalenderjaar maximaal 21,6 uren leeftijdsverlof worden uitbetaald. Het college kan een verzoek van de ambtenaar alleen afwijzen indien vanuit financieel en/of organisatorisch oogpunt daartegen bezwaren bestaan.

Artikel 8  

  • 1.

    Deze regeling, die kan worden aangehaald als verlofregeling, wordt geacht met ingang van 1 januari 1997 in werking te treden.

  • 2.

    Met ingang van die datum vervalt de vakantie- en verlofregeling, vastgesteld bij besluit van 23 november 1971.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders d.d. 7 januari 1997.

Burgemeester en Wethouders van Hoogeveen,

de secretaris, de burgemeester,