Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dongen

Verordening Minimafonds gemeente Dongen 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDongen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Minimafonds gemeente Dongen 2012
CiteertitelVerordening Minimafonds gemeente Dongen 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De participatieregeling voor kinderen: het Minimafonds en de schoolkostenregeling zijn tengevolge van de wetwijziging Wwb met ingang van 1 januari opgegaan in de Verordening maatschappelijke participatie Wwb 2012 gemeente Dongen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-03-201201-01-201226-04-2013Onbekend

09-02-2012

Gemeentelijke informatiekrant, d.d. 01-03-2012

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Minimafonds gemeente Dongen 2012

De raad van de gemeente Dongen,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 januari 2012,

 

BESLUIT

vast te stellen de hierna volgende:

 

Verordening Minimafonds gemeente Dongen 2012.

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (Wwb) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a)

      rechthebbende: de inwoner van Dongen van 18 jaar en ouder, niet zijnde een student, die een (gezins)inkomen heeft dat gelijk is aan of minder dan 110 % van de voor hem geldende bijstandsnorm;

    • b)

      aanvrager: degene, die in aanmerking wenst te komen voor een financiële bijdrage ingevolge deze verordening voor deelname aan maatschappelijke activiteiten;

    • c)

      partner: degene, met wie de aanvrager gehuwd of anderszins een gezamenlijke huishouding voert als bedoeld in artikel 3 van de Wwb;

    • d)

      gezin: alle personen als bedoeld in artikel 4 lid 1 onder c Wwb;

    • e)

      Burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders.

    • f)

      student: studerende van 18 jaar en ouder die recht heeft op studiefinanciering op grond van de WSF en de Wtos;

Artikel 2 Doelstelling

Deze verordening beoogt, door middel van het toekennen van een financiële tegemoetkoming, te voorkomen of te doorbreken dat personen van 18 jaar en ouder vanwege hun financiële positie in een situatie van maatschappelijk isolement dreigen te geraken. De financiële bijdrage wordt verleend in de

kosten van sociaal-culturele en sportieve activiteiten.

Hoofdstuk 2. Voorzieningen

Artikel 3 Vergoedingen

  • 1.

    Voor een financiële tegemoetkoming komen in aanmerking de op naam gestelde kosten die door rechthebbende worden gemaakt voor:

    • -

      de kosten die voortvloeien uit het lidmaatschap van sport- en ontspanningsverenigingen, ouderenorganisatie en dergelijke;

    • -

      de kosten van dagtrips (b.v. bioscoop, concert, schouwburg, musea en pretpark);

    • -

      de kosten die voortvloeien uit deelname aan cursussen in groeps- of klassenverband, die niet behoren tot het van rijkswege op grond van wettelijke regelingen bekostigde (reguliere) onderwijs;

    • -

      de kosten verbonden aan het abonnement van de openbare bibliotheek en zwembad;

    • -

      de kosten van abonnement op krant, tijdschrift en internet;

    • -

      de kosten van aanschaf van een NS-kortingskaart, museumjaarkaart, cultureel jongerenpaspoort.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders verstrekken geen financiële tegemoetkoming indien de aanvrager op een andere wijze in de kosten van de gevraagde voorziening kan of is voorzien.

Artikel 4 Criteria

  • 1.

    Om voor een financiële tegemoetkoming maatschappelijke participatie in aanmerking te komenmoet men op de datum aanvraag achtereenvolgens:

    • -

      In de leeftijd 18 jaar of ouder zijn;

    • -

      volgens de Gemeentelijke Basisadministratie inwoner van Dongen zijn en rechtmatig in Nederland verblijven;

    • -

      een (netto) gezinsinkomen ontvangen dat niet hoger is dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm exclusief vakantietoeslag;

    • -

      als gezin niet over een vermogen beschikken dat hoger is dan de voor hen van toepassing zijnde vermogensgrens als bedoeld in artikel 34 lid 3 van de Wwb.

  • 2.

    Niet tot het inkomen worden gerekend:

    de middelen als bedoeld in artikel 31 lid 2 Wwb

  • 3.

    De aanvrager kan een financiële tegemoetkoming voor maatschappelijke participatie aanvragen ten behoeve van activiteiten van zichzelf, zijn / haar partner en overige meerderjarige gezinsleden die hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben.

Artikel 5 Uitsluitingen

Geen recht op een financiële tegemoetkoming voor maatschappelijke participatie heeft degene die

weliswaar tot de doelgroep behoort maar die:

  • -

    studeert en een toelage ontvangt op grond van de Wet op de studiefinanciering / Wet tegemoetkoming studiekosten (WSF 2000 / WTS) of daarop aanspraak kan maken;

  • -

    een uitkering ontvangt op grond van de Regeling verstrekkingen Asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen (RvA 2005).

Artikel 6 Aanvraag

  • 1.

    Het recht op een financiële tegemoetkoming uit het Minimafonds wordt op aanvraag toegekend.

  • 2.

    Een aanvraag kan gedurende het gehele kalenderjaar worden ingediend.

Artikel 7 Bedrag

De financiële tegemoetkoming in het kader van het Minimafonds wordt vastgesteld op € 175,00 per persoon per 12 maanden.

Artikel 8 Periode van toekenning

De bijdrage wordt eenmaal per jaar voor de periode van twaalf maanden op aanvraag toegekend tot maximaal het bedrag als genoemd in artikel 7.

Artikel 9 Vaststelling, betaalbaarstelling en verificatie

  • 1.

    Op de aanvraag wordt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag een beslissing genomen.

  • 2.

    De betaalbaarstelling vindt dan plaats binnen vier weken na de beslissing op een daartoe door aanvrager op te geven bank- of girorekening.

  • 3.

    De maximale bijdrage per persoon wordt vooraf, voor een periode van 12 maanden, betaalbaar gesteld.

  • 4.

    Bij de aanvraag behoeven geen betaalbewijzen te worden overgelegd.

  • 5.

    de aanvrager dient desgevraagd achteraf de besteding van de toegekende bijdrage aan het college te verantwoorden middels het overleggen van betaalbewijzen.

  • 6.

    de aanvrager dient betaalbewijzen minimaal 12 maanden na het indienen van de aanvraag te bewaren.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 10 herziening / terugvordering / verrekening / wijziging

  • 1.

    Als een bijdrage ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend, kan het college hetbesluit tot toekenning herzien en de ten onrechte verleende bijdrage van de aanvragerterugvorderen.

  • 2.

    Indien de aanvrager de besteding van de bijdrage achteraf niet (geheel) kan verantwoorden wordt de te veel verstrekte bijdrage teruggevorderd dan wel verrekenend met een bijdrage over de aansluitende 12 maanden.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ten gunste van de rechthebbendeafwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 12 Beleid

Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen

Artikel 13 Indexering

Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks de hoogte van de bijdrage opnieuw vaststellen.

Artikel 14 Onvoorziene situaties

In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de Verordening Minimafonds 2012.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.