Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Baarle-Nassau

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBaarle-Nassau
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2006
CiteertitelLegesverordening 2006
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Hoofdstuk 5 van de Tarieventabel wordt, met uitzondering van artikel 5.10, ingetrokken. De Wabo-tarieventabel wordt als bijlage aan de Legesverordening 2006 toegevoegd.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-10-201001-10-201025-12-2010bijlage tarieventabel

14-10-2010

Ons Weekblad, 19-10-2010

20-10-2010
19-12-200920-10-2010bijlage tarieventabel

10-12-2009

Ons Weekblad, 18-12-2009

19-12-2009
10-10-200904-04-200919-12-2009artikel 8

22-01-2009

Ons Weekblad, 09-10-2009

04-04-2009
07-02-200910-10-2009bijlage tarieventabel

22-01-2009

Ons Weekblad, 06-02-2009

07-02-2009
20-12-2008bijlage tarieventabel

11-12-2008

Ons Weekblad, 19-12-2008

20-12-2008
12-07-200801-07-2008art. 8, bijlage tarieventabel

01-07-2008

Ons Weekblad, 11-07-2008

12-07-2008
22-12-2007bijlage tarieventabel

13-12-2007

Ons Weekblad, 21-12-2007

22-12-2007
23-12-2006bijlage tarieventabel

14-12-2006

Ons Weekblad, 22-12-2006

23-12-2006
07-10-200601-10-2006bijlage tarieventabel

21-09-2006

Ons Weekblad, 06-10-2006

07-10-2006
01-06-2006bijlage tarieventabel

23-05-2006

Onbekend

01-06-2006
24-12-2005nieuwe regeling

15-12-2005

Ons Weekblad, 23-12-2005

24-12-2005

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2006

De raad van de gemeente Baarle-Nassau;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 8 november 2005;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2006

(Legesverordening 2006)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a.

dag:

de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

b.

week:

een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c.

maand:

het tijdvak dat loop van nde dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)de dag in de volgende kalendermaand;

d.

jaar:

het tijdvak dat loop van de nde dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)de dag in het volgende kalenderjaar;

e.

kalenderjaar:

de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven terzake van het door de gemeente verlenen van diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 3.

    De in rekening te brengen tarieven worden naar boven afgerond op een veelvoud van € 0,05.

Artikel 5 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 6 Tijdstip van betaling

De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5:

  • a.

    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b.

    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen veertien dagen na dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 7 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet (Stb. 1994, 762) en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 8 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in onderdeel 14.1.12 en 14.1.13 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, alsmede een vergunning als bedoeld in onderdeel 5.8.1 en 5.9 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien de vergunning wordt aangevraagd ten behoeve van:

  • 1.

    volledig niet-commerciële kleinschalige buurtactiviteiten;

  • 2.

    volledig niet-commerciële activiteiten, die gratis toegankelijk zijn en die voor en door particulieren worden georganiseerd;

  • 3.

    een evenement, welke zonder winstoogmerk bestemd is voor inwoners van deze gemeente, en zelfstandig georganiseerd en uitgevoerd wordt door een vereniging of instelling gevestigd in deze gemeente, die zich, blijkens haar statuten, de uitoefening van activiteiten van algemeen maatschappelijke en/of sociaal-culturele aard ten doel stelt en waarvan – eventuele - baten volledig ten goede komen aan die doeleinden waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van leges.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Legesverordening 2003’ van 12 december 2002, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 7 juli 2005, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2006.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Legesverordening 2006’.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2005.

DE RAAD VOORNOEMD

Griffier

de heer H.H.Dame

Voorzitter

de heer drs. J.P.M.M.Hendrikx

TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE LEGESVERORDENING 2006 (per 1-1-2009)

Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1

Het tarief bedraagt voor de afgifte van:

 

 

1.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

0,25

1.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

 

1.1.2.1

per pagina op papier van A-4 formaat

0,25

1.1.2.2

per pagina op papier van een ander formaat

0,35

1.1.2.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk:

 

 

1.

formaat A4

5,00

2.

formaat A3

5,00

3.

formaat A2

7,50

4.

formaat A1

10,00

5.

formaat > A1

12,00

11.3

een gunstige beschikking op een aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

27,20

11.4

stukken of uittreksel, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

4,65

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken

2.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

 

2.1.1

een exemplaar van de gemeentebegroting

33,45

2.1.2

een exemplaar van de gemeenterekening

33,45

2.2.1

Het tarief bedraagt voor het afsluiten van een abonnement op alle raadsagenda’s met de daarbij behorende stukken per kalenderjaar

36,40

2.2.1.1

Het tarief bedraagt voor het afsluiten van een abonnement op alle stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscommissie

36,40

2.2.1.2

Indien een abonnement wordt afgesloten in de loop van een kalenderjaar, bedragen de leges zoveel twaalfde gedeelten van het onder 2.2.1 of 2.2.1.1 genoemde tarief als er in dat jaar na ingang van het abonnement nog volle kalendermaanden overblijven.

 

 

2.2.1.3

Indien een abonnement wordt beëindigd in de loop van een kalenderjaar, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het onder 2.2.1 of 2.2.1.1 genoemde tarief, als er in dat jaar na beëindiging van het abonnement nog volle kalendermaanden overblijven.

 

 

2.2.1.4

De leges als genoemd in 2.2.1 of 2.2.1.1 worden niet geheven indien een abonnement wordt afgesloten door:

 

 

a.

leden of plaatsvervangende leden van de raadscommissies;

 

 

b.

de korpsbeheerder van een regionaal politiekorps;

 

 

c.

de redactie en correspondenten van dag- en weekbladen;

 

 

d.

de lokale en regionale omroepen;

 

 

e.

de gemeentelijke bibliotheek;

 

 

f.

Stichting samenlevingsopbouw Baarle;

 

 

g.

andere gemeentebesturen;

 

 

h.

een raadsfractie voor het door het presidium te bepalen aantal abonnementen;

 

 

i.

Dorpshuis Ulicoten.

 

 

2.2.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een exemplaar van de algemene plaatselijke verordening (A.P.V.)

15,75

2.2.3

Het tarief voor het verstrekken van een afdruk van een compleet (ontwerp-)bestemmingsplan, beleidsvisie, streekplan of enig ander ruimtelijk plan bedraagt

10,00

vermeerderd met de vooraf aan de aanvrager medegedeelde externe productiekosten.

 

 

Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand

3.1.1

Voor het voltrekken van een huwelijk op een andere tijd of andere wijze dan ingevolge artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand (Stb. 1879, 72) voor kosteloze huwelijksvoltrekkingen is bepaald, bedraagt het tarief:

 

 

a.

op werkdagen tussen 8.30 uur en 12.30 uur alsmede tussen 13.30 uur en 17.30 uur

146,20

b.

op werkdagen buiten de onder 3.1.1., sub a, genoemde tijden

280,05

c.

op zaterdagochtenden

398,15

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje ofduplicaat-trouwboekje

19,00

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier, of gedeelte daarvan

8,45

3.2.2

Terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet burgelijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgelijke stand.

 

 

3.3.1

Voor het registreren van partnerschappen op een andere tijd of andere wijze dan voor kosteloze partnerregistraties is bepaald, bedraagt het tarief:

 

 

a.

op werkdagen tussen 8.30 uur en 12.30 uur alsmede tussen 13.30 uur en 17.30 uur

146,20

b.

op werkdagen buiten de onder 3.1.1., sub a, genoemde tijden

280,05

c.

op zaterdagochtenden

398,15

3.3.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een partnerschapsboekje of duplicaat-partnerschapsboekje

19,00

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van onderdelen 4.3 en 4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

 

4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

4.2.1

tot het verstrekken van gegevens:

 

 

 

per verstrekking

2,27

4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens

 

 

 

gedurende de periode van één jaar:

 

 

4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

177,00

4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

808,60

4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

1.617,70

4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

7.987,50

4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

13.308,50

4.2.3

tot het afsluiten van een abonnement op het tweewekelijks verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente, per kalenderjaar

467,95

4.3

Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens:

 

 

4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

4.4.1

tot het verstrekken van gegevens:

 

 

 

per verstrekking

2,27

4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

177,00

4.4.2.1

voor 500 verstrekkingen

808,60

4.4.2.2

voor 1.000 verstrekkingen

1.617,70

4.4.2.3

voor 5.000 verstrekkingen

7.987,50

4.4.2.4

voor 10.000 verstrekkingen

13.308,50

4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

2,27

4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

8,45

4.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een persoonslijst, per lijst

6,20

Hoofdstuk 5 Bouwvergunningen c.a.

Bouwkosten

 

 

5.1

vervallen

 

 

Bouwvergunningen

 

 

5.2

vervallen

 

 

Teruggaaf

 

 

5.3

vervallen

 

 

Verhogingen

 

 

5.4

vervallen

 

 

Aanlegvergunningen

 

 

5.5

vervallen

 

 

5.6

vervallen

 

 

Sloopvergunningen

 

 

5.7

vervallen

 

 

Brandveilig gebruik bouwwerken en inrichting. Bouwverordening

 

 

5.8

vervallen

 

 

Brandveilig gebruik inrichting niet zijnde gebouw (brandbeveiligingsverordening)

 

 

5.9

vervallen

 

 

5.10

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een persoonsgebonden beschikking bedraagt

215,00

Hoofdstuk 6 vervallen

Hoofdstuk 7 Gemeentearchief

7.2

Voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, door de archivaris of archiefpersoneel in registers, akten of andere bescheiden, berustende in de gemeentelijke archiefbewaarplaats, voor elk kwartier, of gedeelte daaraan besteed, bedraagt het tarief

8,45

7.2

Indien een afschrift of uittreksel wordt verlangd van een in het gemeentearchief berustend stuk per pagina afschrift

0,25

Hoofdstuk 8 vervallen

Hoofdstuk 9 Kadaster

9.1

Het tarief bedraagt:

 

 

 

Voor raadpleging van de leggers en plans van het kadaster en het daarbij van gemeentewege behulpzaam zijn, per kwartier of gedeelte daarvan

15,40

9.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van lichtdrukken of fotokopieën van de GBKN-B, per lichtdruk of fotokopie, afhankelijk van de inhoud van de kaart, tot het:

 

 

1.

formaat A4

7,50

2.

formaat A3

15,00

3.

formaat A2

30,00

4.

formaat A1

57,50

5.

formaat > dan A1, per dm2

1,20

Hoofdstuk 10 Reisdocumenten

10.1

Het tarief bedraagt terzake het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

10.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

50,90

10.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 10.1.1 (zakenpaspoort)

56,90

10.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

50,90

10.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 10.1.1, 10.1.2 en 10.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument

8,97

10.1.5

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 10.1.1, 10.1.2 en 10.1.3

20,93

10.1.6

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK)

42,85

10.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart voor personen t/m 13 jaar (jeugdtarief NIK

8,97

10.2.1

De tarieven als genoemd in de onderdelen 10.1.1 tot en met 10.1.3 alsmede In 10.1.6 en 10.1.7 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

41,00

10.2.2

Het tarief als genoemd in 10.2.1 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 10.1.1, 10.1.2 en 10.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 10.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend.

 

 

10.2.3

Het tarief als genoemd in onderdeel 10.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van

19,50

Hoofdstuk 11 Rijbewijzen

11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

11.1.1

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

36,75

11.1.2

tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

3,32

11.1.3

tot wijziging van een rijbewijs

3,32

11.1.4

het tarief genoemd in onderdeel 11.1.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

33,25

Hoofdstuk 12 Wet op de kansspelen

12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

12.1.1

een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de Kansspelen (Stb. 1964, 483) (loterijvergunning)

27,20

12.1.2

een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de Kansspelen (Stb.1964, 483) (speelautomaten) per kalenderjaar:

 

 

a.

voor één speelautomaat

61,05

b.

indien de vergunning voor twee of meer speelautomaten geldt

24,45

 

vermeerderd met het aantal speelautomaten waarvoor de vergunning geldt maal

36,60

12.1.3

Indien een aanwezigheidsvergunning geldt voor een tijdvak korter van een kalenderjaar, bedragen de leges zoveel twaalfden gedeelten van de voor dat kalenderjaar verschuldigde leges als het aantal maanden waarvoor de vergunning geldt. Gedeelten van een maand worden als een volle maand gerekend.

 

 

Hoofdstuk 13 Drank- en Horecawet

13.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Drank- en Horecawet (Stb. 1964, 386)

50,30

13.1.2

In afwijking van het bepaalde in 13.1.1 bedraagt het tarief, wanneer door de aanvrager met recht een beroep wordt gedaan op artikel 27, tweede of derde lid, of op artikel 75, eerste lid, van de Drank- en Horecawet

13,10

13.1.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing of een verklaring als bedoeld in de artikelen 35 tot en met 44 en 74 van de Drank- en Horecawet geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Algemeen uitvoeringsbesluit Drank- en Horecawet (Besluit van 13 juli 1967, Stb. 404) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

 

 

Hoofdstuk 14 Algemene Plaatselijke Verordening

14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

14.1.1

tot het verkrijgen van een vergunning om in de gemeente te mogen venten, geldig voor:

 

 

a.

één dag

27,20

b.

ten hoogste één week

42,00

c.

ten hoogste één maand

88,10

d.

één jaar of gedeelte daarvan, doch langer dan één maand

224,20

14.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

14.1.3

een vergunning tot het maken van muziek door middel van muziek- instrumenten alsmede langs mechanische weg, tot het houden of doen houden van vertoningen, vergaderingen of toespraken op of aan een openbare weg, in een café of in andere voor het publiek toegankelijke inrichtingen, lokalen en samenkomsten geldig voor:

 

 

a.

één dag of gedeelte daarvan

27,20

b.

één week of gedeelte daarvan, doch langer dan één dag

44,85

c.

één maand of gedeelte daarvan, doch langer dan een week

65,00

d.

één kwartaal of gedeelte daarvan, doch langer dan een maand

90,00

e.

één half jaar of gedeelte daarvan, doch langer dan een kwartaal

175,00

f.

één kalenderjaar of gedeelte daarvan, doch langer dan één week

350,00

14.1.4

een vergunning voor het uitoefenen van een beroep op of aan de openbare weg, voor elke dag of gedeelte daarvan waarvoor de vergunning geldt

27,20

14.1.5

een vergunning tot het houden van tentoonstellingen in gebouwen of besloten plaatsen, per dag of gedeelte daarvan

27,20

14.1.6

een vergunning tot het houden van toneel- of cabaretuitvoeringen, waarbij het verwacht aantal bezoekers meer bedraagt dan 50 personen, per voorstelling

27,20

14.1.7

een vergunning tot het houden van toneel- of cabaretuitvoeringen, waarbij het verwacht aantal bezoekers maximaal dan 50 personen bedraagt, per voorstelling

13,60

14.1.8

een vergunning tot het houden van een bioscoop of filmvoorstelling per voorstelling

27,20

14.1.9

een vergunning tot het geven van muziek- of zanguitvoeringen in gebouwen of besloten plaatsen, voor zover niet hiervoor is genoemd per voorstelling

27,20

14.1.10

0een vergunning tot het gelegenheid geven tot dansen, geldig voor:

 

 

a.

één dag of gedeelte daarvan

27,20

b.

één week of gedeelte daarvan, doch langer dan één dag

81,60

c.

één kalenderjaar of gedeelte daarvan, doch langer dan één week

489,20

14.1.11

een vergunning voor het geven van gelegenheid tot dansles of danscursussen per jaar of gedeelte daarvan waarvoor de vergunning geldt

44,10

14.1.12

een vergunning voor een evenement (art. 2.2.2 APV), geldig voor één dag voor:

 

 

a.

0 – 500 bezoekers

150,00

b.

501 – 750 bezoekers

250,00

c.

751 – 1000 bezoekers

375,00

d.

meer dan 1000 bezoekers

500,00

14.1.13

een vergunning voor evenement (art. 2.2.2 APV), geldig voor meerdere dagen voor:

 

 

a.

0 – 500 bezoekers

300,00

b.

501 – 750 bezoekers

500,00

c.

751 – 1000 bezoekers

750,00

d.

meer dan 1000 bezoekers

1.000,00

14.1.14

een vergunning voor het houden van een jaarmarkt (art. 5.2.4 APV)

150,00

14.1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing van het verbod tot het geopend houden van cafés en andere voor het publiek toegankelijke inrichtingen geldig:

 

 

a.

voor het eerste uur of gedeelte daarvan

27,20

b.

voor elk daaropvolgend uur of gedeelte daarvan

16,30

14.1.16

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een reclamevergunning als bedoeld in artikel 4.7.2 lid 1 tot en met 4 van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt

58,25

14.2

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een ontheffing voor het verbod tot het kappen van houtopstanden

90,00

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

15.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

15.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459) voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

31,00

15.1.2

verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459) anders dan bedoeld in onderdeel 15.1.1

31,00

15.1.3

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigenreglement (Stb. 1994, 450)

31,00

15.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

 

 

a.

voor het inwinnen van medisch advies bij de GGD

70,00

b.

bij afgifte van de gehandicaptenparkeerkaart

12,50

15.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

15.3.1

tot het verkrijgen van een werkmap als bedoeld in artikel 13 van de Beschikking werkmap (Stcrt. 1978, nr. 63)

12,45

15.3.2

tot het verlengen van de geldigheidsduur van een werkmap als bedoeld in artikel 13 van de Beschikking werkmap

12,45

Hoofdstuk 16 Kabels en Leidingen

16.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 4 eerste lid van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuur (AVOI), per locatie voor een ononderbroken tracé met een

 

 

 

lengte van:

 

 

a.

25 tot 100 meter

223,35

b.

100 tot 500 meter

346,60

c.

> 500 meter, extra per 100 meter

25,70

16.1.1

Het in 16.1 genoemde tarief wordt:

 

 

a.

indien met betrekking tot een instemming voor een tracé langer dan 500 meter onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Daarin zal worden meegenomen de kosten van bijzondere verrichtingen, zoals het maken van proefsleuven of de kosten voor het inschakelen van een extern adviesbureau.

 

 

b.

Indien een begroting als bedoeld in 16.1.1 onderdeel a is uitgebracht, wordt een instemmingsaanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor de vijfde werkdag is ingetrokken.

 

 

c.

Indien met betrekking tot een instemming overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, worden de in artikel 16.1. en 16.1.1 genoemde tarieven verhoogd met het tarief van € 51,35 per overleg, per stuk.

 

 

Hoofdstuk 17 Prostitutiebeleid

17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf

25,65

17.1.1

Indien voor de vergunning zoals genoemd in artikel 17.1 een hygiëneverklaring van de G.G.D. vereist is wordt het tarief verhoogd met

384,80

Hoofdstuk 18 Diversen

18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een landelijk paspoort voor bejaarden (Pas 65)

5,55

18.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

18.2.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag van een persoon, een verklaring omtrent de nationaliteit of ingezetenschap, of elke andere verklaring, welke in het bijzonder belang van de betrokken persoon wordt opgemaakt

4,65

18.2.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

4,65

18.2.3

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

30,05

18.2.4

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

2,55

18.2.5

voor het ter legalisatie verzenden van een stuk (kosten van legalisatie inbegrepen)

4,10

18.3

Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van water en outillage voor het reinigen en ontsmetten van een veevervoerwagen per wagen

7,40

18.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in de artikelen 29 en 32 van Wet per-soonsregistraties (Stb. 1988, 655)

4,70

18.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om inlichtingen uit een persoonsregistratie, die worden verstrekt ten aanzien van niet met naam en adres aangeduide personen ten behoeve van welke ver-strekking het persoonsregister geheel of gedeeltelijk dient te worden doorlopen, teneinde de verlangde gegevens op te sporen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

8,45

18.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

18.5.1

een uittreksel uit het register bedoelt in artikel 46 van de Wet Kinderopvang, per uittreksel

8,70

18.5.2

inlichtingen over gegevens, die zijn opgenomen in het register bedoeld in artikel 46 van de wet kinderopvang, per verstrekking

8,45

18.6

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van milieu-informatie ter uitvoering van het Verdrag van Aarhus

8,45

 

per kwartier (of gedeelte hiervan) besteed aan het afhandelen van een verzoek, verhoogd met € 0,25 per gemaakte kopie.

 

 

Behorende bij het raadsbesluit van 11 december 2008.

DE RAAD VOORNOEMD

H.H. Dame Drs. J.P.M.M. Hendrikx

Griffier Voorzitter

 

Bijlage I Wabo tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2006. Indeling Wabo tarieventabel

 

 

Titel 2              Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1       Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2       Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3       Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4       Vermindering

Hoofdstuk 5       Teruggaaf

Hoofdstuk 6       Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7       Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8       Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 9       Hogere waarde procedure

Hoofdstuk 10     Schriftelijke informatievoorziening bestemmingsplan

Hoofdstuk 11     In deze titel niet benoemde beschikking

Hoofdstuk 12     Werkzaamheden en advisering voor VROM defensieinrichtingen

 Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunningHoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

rubriek

omschrijving

2010

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, inclusief de omzetbelasting.  Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, inclusief omzetbelasting, op basis van de door het College van Burgemeester en Wethouders vast te stellen normen terzake (Overzicht bouwkosten t.b.v. de berekening voor de bouwleges-toets). Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

sloopkosten:

 

 

de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, inclusief de omzetbelasting. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

 

 Hoofdstuk 2 Vooroverleg (informatief gesprek) /beoordeling conceptaanvraag

rubriek

omschrijving

2010

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

om vooroverleg (informatie gesprek) in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

 

€ 0,00

2.2.2

 

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning (mits geen sprake van activiteit bouwen)

0%

2.2.3

 

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning activiteit bouwen;

 

 

van de leges over de bouwkosten zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project voor de activiteit bouwen zouden worden vastgesteld, waarbij deze leges worden verrekend indien de beoordeling van de conceptaanvraag leidt tot een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning:

 

 

25% met een minimum van € 50,00

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

rubriek

omschrijving

2010

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief indien de bouwkosten:

 

2.3.1.1.1

minder bedragen dan € 15.000,01: van de bouwkosten

met een minimum van

2,5%,

€ 100,-

2.3.1.1.2

meer bedragen dan € 15.000,00 maar minder bedragen

dan € 500.000, 01 van de bouwkosten;

 

2,25%,

2.3.1.1.3

meer bedragen dan € 500.000,00: van de bouwkosten;

2%,

 

 

 

 

 

 

 

Welstandstoets

 

2.3.1.2

Niet van toepassing.

 

 

 

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische adviescommissie bouwaanvragen nodig is en wordt beoordeeld:

 

 

 

€ 595,00

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 

 

 

50%

 

 

 

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.1.5

Niet van toepassing.

 

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

€ 350,00

2.3.2.1.1

Voor het beoordelen van de onder 2.3.2.1 bedoelde aanvraag kan een ecologisch onderzoeksrapport noodzakelijk zijn. Indien dit het geval is, worden, naast de kosten genoemd in 2.3.2.1,  de kosten van het advies dat gevraagd wordt aan een extern adviesbureau doorberekend. Het tarief bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a,van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

 

€ 600,00

 

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

 

 

€ 600,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

 

€ 5.000,00

2.3.3.3.1

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse ontheffing) en hiervoor extern advies moet worden gevraagd:

Het bedrag vermeld in 2.3.3.3 vermeerderd met de kosten van extern advies. Het tarief hiervoor bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

 

€ 1.000,00

2.3.3.5

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b van de Wabo wordt toegepast (afwijking van AMvB of provinciale verordening):

 

€ 600,00

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouw- of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

 

€ 600,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

 

€ 600,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

 

€ 5.000,00

2.3.4.3.1

Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3o, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse ontheffing) en hiervoor extern advies moet worden gevraagd:

Het bedrag vermeld in 2.3.4.3 vermeerderd met de kosten van extern advies. Het tarief hiervoor bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

 

€ 1.000,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van AMvB of provinciale verordening):

 

€ 600,00

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

2.3.5.2

voor het verlenen of vernieuwen van een vergunning tot het in gebruik hebben of houden van een bouwwerk, als bedoeld in artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken

 

 

€ 115,00

2.3.5.3

voor het intrekken van de voorwaarden waaronder de vergunning als bedoeld in artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken is verleend

 

 

€ 115,00

2.3.5.4

voor het aanbrengen van een wijziging in de vergunning als bedoeld in artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken bestaande uit:

. een wijziging van de tenaamstelling en/of

. een wijziging van de naam van het bouwwerk waarop de vergunning

  betrekking heeft

 

 

 

 

 

€  115,00

2.3.5.5

voor het verlenen of vernieuwen van een vergunning tot het in gebruik hebben of houden van een inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening, niet zijnde een vergunning als bedoeld onder 2.3.5.6.a en 2.3.5.6.b.

 

 

 

€  615,00

2.3.5.6.a

voor het verlenen van een vergunning tot het in gebruik hebben of houden van een tijdelijke inrichting met een maximale looptijd van 21 aaneengesloten dagen, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening, zoals een tent en dergelijke, bedragen de leges:met een gebruiksoppervlakte van minder dan 200 m2met een gebruiksoppervlakte  van 200 m2 en meer

 

 

 

 

 

€ 175,00

€ 275,00

2.3.5.6.b

voor het verlenen van een tijdelijke vergunning voor activiteiten van verenigingen en dergelijke voor eigen leden, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening met een maximale looptijd van 21 aaneengesloten dagen, zoals buurtfeesten of festiviteiten van verenigingen

 

 

 

 

€ 115,00

2.3.5.7

De overeenkomstig de in 2.3.5.2, 2.3.5.5 of 2.3.5.11 genoemde tarieven van geheven leges worden vermeerderd met de bedragen genoemd in 2.3.5.8 indien en voor zover deze op het bouwwerk of de inrichting, waarop de te verlenen vergunning betrekking heeft, van toepassing zijn

 

2.3.5.8

 

Categorie I:

a. Bouwwerken of inrichtingen waarin aan meer dan tien personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft;

b. bouwwerken of inrichtingen waarin aan bejaarden in het kader van de Wet op de bejaardenoorden huisvesting zal worden verschaft;

c. bouwwerken of inrichtingen waarin aan meer dan tien kinderen jonger dan twaalf jaar of aan meer dan tien lichamelijke en/of geestelijk gehandicapten dagverblijf zal worden verschaft;

d. bouwwerken of inrichtingen waarin meer dan vijftig personen tegelijk aanwezig kunnen zijn, niet zijnde:

      . woongebouwen;

      . bouwwerken of inrichtingen voor (weg)verkeer;

      . sporthallen, zwembaden, sportscholen, maneges en

        clubgebouwen van sport en vrijetijdsverenigingen;

      . info- en exporuimten, tentoonstellingsruimten, musea en

        kunstgalerijen.

 

Categorie II

a. bouwwerken waarin bedrijfsmatig de in artikel 6.2.2 van de Bouwverordening  bedoelde stoffen zullen worden opgeslagen;

b. Inrichtingen waarin bedrijfsmatig de in artikel 2.2.2 van de Brandbeveiligingsverordening bedoelde stoffen zullen worden opgeslagen;

c. bouwwerken of inrichtingen voor (weg)verkeer en zover het gaat om bouwwerken of inrichtingen waarin meer dan vijftig personen aanwezig kunnen zijn;

d. sporthallen, zwembaden, sportscholen, maneges en clubgebouwen van sport en vrijetijdsverenigingen;

e. info- en exporuimten, tentoonstellingsruimten, musea en

kunstgalerijen.

 

De vermeerderingen zijn:

bruto-vloeroppervlakte minder dan 100 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   100         tot            500 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   500         tot          1000 m²

 

bruto-vloeroppervlakte 1000         tot           1500 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   500         tot          2000 m²

vermeerderd met

voor elke 500 m² of een gedeelte daarvan boven de 2000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 5000 m² of meer, doch minder dan 10000 m²

vermeerderd met

voor elke 1000 m² of een gedeelte daarvan boven de 5000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 10000 m² of meer, doch minder dan 20000 m²

vermeerderd met

voor elke 2000 m² of een gedeelte daarvan boven de 10000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 20000 m² of meer

 

Indien de aanvraag is ingediend in verband met een wijziging van een bouwwerk, voor die wijziging:

 

De vermeerderingen zijn:

bruto-vloeroppervlakte minder dan 100 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   100         tot            500 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   500         tot          1000 m²

 

bruto-vloeroppervlakte 1000         tot           1500 m²

 

bruto-vloeroppervlakte   500         tot          2000 m²

vermeerderd met

voor elke 500 m² of een gedeelte daarvan boven de 2000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 5000 m² of meer, doch minder dan 10000 m²

vermeerderd met

voor elke 1000 m² of een gedeelte daarvan boven de 5000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 10000 m² of meer, doch minder dan 20000 m²

vermeerderd met

voor elke 2000 m² of een gedeelte daarvan boven de 10000 m²

 

bruto vloeroppervlak van 20000 m² of meer

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

€      615,00

 

€   1.000,00

 

€   1.350,00

 

€   1.520,00

 

€  1.750,00

€ 145,00

 

 

€ 2.750,00

€ 145,00

 

 

€ 3.500,00

€ 145,00

 

 

€ 5.120,00

 

 

 

 

 

€      615,00

 

€   1.000,00

 

€   1.350,00

 

€   1.520,00

 

€  1.750,00

€ 145,00

 

 

€ 2.750,00

€ 145,00

 

 

€ 3.500,00

€ 145,00

 

 

€ 5.120,00

2.3.5.9

Indien de aanvraag om een gebruiksvergunning als bedoeld onder de 2.3.5.2, 2.3.5.5, 2.3.5.9 of 2.3.5.11 wordt ingetrokken, voordat hierop een beslissing is genomen, wordt op verzoek voor 50% van de geheven leges ontheffing verleend.

 

 

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke Monumentenverordening 2005 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

 

 

€  100,00

2.3.6.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking o.b.v. de Monumentenverordening 2005 en de Monumentenwet 1988;

 

 

 

€  100,00

 

 

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

- bij een hoeveelheid sloopafval tot en met 50 m3

- bij een hoeveelheid sloopafval van 51 tot en met 100 m3

- bij een hoeveelheid sloopafval van meer dan 100 m3     

 

 

€  100,00

€  200,00

€  350,00

2.3.7.1.1

het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in artikel 8.1.1 van de bouwverordening en in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

 

 

 

€  35,00

2.3.7.1.2

Indien bij de aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 8.1.1 van de bouwverordeningeen sloopveiligheidsplan ingediend moet worden, wordt het in 2.3.7.1.1 genoemde bedrag verhoogd met;

 

 

 

€ 75,00

 

 

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

 

2.3.8.1

brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

€ 250,00

 

 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 

2.3.9.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een uitweg/inrit of verandering van een uitweg/inrit bedraagt het tarief

 

 

€  100,00

 

 

 

2.3.10

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

€  90,00

            

 

 

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

2.3.11.1

reserveren

 

 

 

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

 

2.3.12.1.1

-indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag een externe toetsing is geweest:

 

€ 166,24

2.3.12.1.2

-indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag géén externe toetsing is geweest: het bedrag vermeld in artikel 2.3.12.1.1 vermeerderd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

 

2.3.12.2.1

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag een externe toetsing is geweest:

 

€ 166,24

2.3.12.2.2

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag géén externe toetsing is geweest: het bedrag vermeld in artikel 2.3.12.2.1 vermeerderd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

2.3.13.

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

2.3.13.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

 

2.3.13.1.1

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag een externe toetsing is geweest:

 

€ 166,24

2.3.13.1.2

- indien er voor het in behandeling nemen van de aanvraag géén externe toetsing is geweest: het bedrag vermeld in artikel 2.3.13.1 vermeerder met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.14.1

 

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

€ 166,24

 

vermeerderd met: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.14.2

 

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning;

 

2.3.14.2.2

als het een provinciale verordening betreft:  

€ 166,24

vermeerderd met het bedrag zoals dit voor de activiteit is opgenomen in de op basis van artikel 8 van de Dienstverleningsovereenkomst (DVO)gebaseerde productencatalogus provincie Noord-Brabant 2010.

 

2.3.14.2.3

als het een waterschapsverordening betreft:

€ 166,24

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

 

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

 

Beoordeling bodemrapport

 

2.3.16

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.16.1

voor een onderzoeksrapport inzake de gesteldheid van de bodem, als bedoeld in artikel 2.1.5 van de bouwverordening

 

€ 75,00

2.3.16.2

 

 

Voor het beoordelen van de resultaten van een programma van eisen, plan van aanpak, een onderzoeksrapport e.d. in het kader van te nemen beslissingen bij archeologisch onderzoek, de kosten van het advies dat gevraagd wordt aan een extern adviesbureau. Het tarief bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

 

 

2.3.17

Advies

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.18.1.1

per verklaring van geen bedenkingen op basis van de artikelen 46 en 47 van de Natuurbeschermingswet 1998 en de artikelen 4.4.4, eerste lid en 7.0 van de provinciale Milieuverordening Noord-Brabant

€ 328,00

2.3.18.1.2

per verklaring van geen bedenkingen afgegeven door het ministerie van LNV op basis van artikel 75c van de Flora- en Faunawet:

 

0,00

Hoofdstuk 4 Vermindering

rubriek

omschrijving

2010

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de voor het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

rubriek

omschrijving

2010

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor  bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze al in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

50%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken op een later tijdstip dan in 2.5.1.1 bedoeld na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning doch voor het (in ontwerp) verlenen van de vergunning, waarbij deze aanvraag op aanvraag wordt ingetrokken

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

 

 

30%

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

 

 

25%

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit  bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

 

 

50%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij een rechterlijke uitspraak.

 

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

 

€   100,00

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.2.2., 2.3.12, 2.3.13, 2.3.16., 2.3.17. en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

rubriek

omschrijving

2010

 

2.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

 

 

 

€ 100,00

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 

 

€ 100,00

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

 

 

€ 5.000,00

2.8.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening en hiervoor extern advies moet worden gevraagd: het bedrag vermeld in 2.8.1 vermeerderd met de kosten van extern advies. Het tarief hiervoor bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening

 

 

€ 1.000,00

2.8.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening en hiervoor extern advies moet worden gevraagd: het bedrag vermeld in 2.8.2 vermeerderd met de kosten van extern advies. Het tarief hiervoor bedraagt het bedrag dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als de dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

Hoofdstuk 9 Hogere waarde procedure

2.9.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op een omgevingsvergunning waarvoor een hogere waardeprocedure moet worden doorlopen, wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3 berekende bedrag verhoogd met

 

 

€   550,00

Hoofdstuk 10 Schriftelijke informatievoorziening bestemmingsplan / archiefdossiers

2.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag of een verzoek tot het verkrijgen van schriftelijke informatie bestaande uit een samenvatting of een uittreksel van documenten uit een bestemmingsplan, per bestemmingsplan.

 

 

€   15,00

 

Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking

2.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€   100,00

 

 

Hoofdstuk 12 Werkzaamheden en advisering voor VROM defensieinrichtingen

2.12.1

Op de werkzaamheden en advisering voor VROM defensie inrichtingen

is de Productcatalogus Wabo Vrom defensie inrichtingen van toepassing met dien verstande dat op externe adviezen de tarieven conform de Wabo-tarieventabel van toepassing zijn.

 

 

Behorende bij het raadsbesluit van 14 oktober 2010.

 

DE RAAD VOORNOEMD

 

 

H.H. Dame                                              Drs. J.P.M.M. Hendrikx

Griffier                                                    Voorzitter