Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kampen

Regeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKampen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen
CiteertitelRegeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerppersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Van rechtswege vervallen op 1-1-2020 vanwege inwerkingtreding artikel 17 Ambtenarenwet (invoering Wnra).

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Lokale Arbeidsvoorwaardenregeling Regeling Kampen (LAR) art. 4:2:1, lid 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-07-200101-01-200101-01-2020nieuwe regeling

03-07-2001

Onbekend

01/4609

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen

 

Burgemeester en wethouders van Kampen,

 

gelet op artikel 4:2:1, vierde lid van de Lokale Arbeidsvoorwaardenregeling Regeling Kampen;

 

gelet op de verkregen overeenstemming met het Bijzonder Georganiseerd Overleg;

 

Besluiten vast te stellen de volgende:

Regeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen.

Artikel 1  

De vijfde mei en Goede Vrijdag worden aangewezen als dagen waarop de openbare dienst van de gemeente Kampen collectief is gesloten, voor zover de aard van het werk zich daartegen niet verzet.

Artikel 2  

Het bepaalde in artikel 4:2:1 derde lid van de Lokale arbeidsvoorwaardenregeling is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 3  

Deze regeling treedt in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2001.

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. 3 juli 2001,

de secretaris, l.s.,                                                  de burgemeester,

 

 

 

mr. ing. H.G.A.M. Verheyen                                    mr. ing. J. Oosterhof

Toelichting Regeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen  

Naar aanleiding van de inventarisatie van de overeenkomsten en verschillen van de arbeidsvoorwaarden/ rechtspositionele regelingen van de oude gemeenten IJsselmuiden en Kampen zijn voorstel­len gedaan over de arbeidsvoorwaarden en rechtspo­sitie welke in de nieuw te vormen gemeente zullen gelden, alsmede de wijze waarop de harmonisatie van arbeids­voorwaar­den en rechtspositie zal plaats­vinden en op welke wijze eventuele gevolgen voor individu­ele ambtenaren zullen worden opgevangen (artikel 4.2 van het sociaal statuut).

Onder verwijzing naar uw besluit van 3 april 2001, nr. A-18 tot formalisering van onder meer de voorstellen toepassing rechtspositie voor de nieuwe gemeente Kampen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2001, heeft dit geleid tot de regeling aanwijzing bijzondere feest- of gedenkdagen.

 

Over de voorstellen aanwijzing 5 mei en Goede Vrijdag als bijzondere feest- of gedendagen (nr. 34) is overeenstemming met het Bijzonder Georganiseerd Overleg bereikt op 12 december 2000 en de Commissie 2 is hierover gehoord in zijn vergadering van 15 februari 2001. 

 

Artikel 2

Wat het recht op overwerkvergoeding op dergelijke feestdagen betreft geldt hetzelfde als in de toelichting bij het derde lid van artikel 4:2:1 van de LAR is aangegeven.

Het verrichten van arbeid op de genoemde feestdagen wordt voor dit artikel gelijkgesteld aan het verrichten van arbeid op zondag.

Voor de bepaling van de hoogte van de overwerkvergoeding voor gewerkte tijd op deze dagen geldt dat ‑ op grond van artikel 3:2:1, vijfde lid, onder b, van de LAR ‑ deze feestdag gelijk wordt gesteld aan een zondag

 

Artikel 4:2:1 LAR                     

 

  • 1.

    Bij de regeling van de werktijd en haar toepassing wordt zoveel mogelijk gezorgd, dat de ambtenaar op zondag en de voor hem geldende kerkelijke feestdagen zijn kerk kan bezoeken en dat hij in zijn zondagsrust zo weinig moge­lijk wordt beperkt.

  • 2.

    Een afwijking van de regeling van de werktijd, bedoeld in artikel 4:2, tweede lid, onder a, is voor wat betreft de zondag slechts mogelijk voor ten hoogste 26 zondagen per jaar.

  • 3.

    Hetgeen in dit artikel ten aanzien van het verrichten van arbeid op zondag is bepaald, geldt mede voor het verrich­ten van arbeid op de nieuwjaarsdag, de tweede paasdag, de Hemel­vaartsdag, de tweede pinksterdag, de beide kerstda­gen en de dag waarop de verjaardag van de koningin wordt gevierd.

  • 4.

    Voor zover het dienstbelang niet anders vereist wordt aan de ambte­naar eveneens verlof met behoud van bezoldi­ging verleend op kerkelij­ke of nationale, landelijke, regio­naal of plaatselijk erkende feest‑ of gedenkdagen, die door burgemeester en wethouders zijn aangewezen als dagen, waarop de openbare dienst van de gemeente is gesloten.

  • 5.

    Het bepaalde in dit artikel vindt voor hem die tot een kerkgenoot­schap behoort dat de wekelijkse rustdag op de sabbat of de zevende dag viert, overeenkomstige toepas­sing indien hij een daartoe strek­kend verzoek heeft ingediend.

  • 6.

    Onder roostervrije tijd wordt verstaan de in het kader van de regeling van de werktijd door burgemeester en wethouders aangegeven werkdagen of delen daarvan waarop door de ambtenaar in beginsel geen arbeid behoeft te worden verricht.

 

Artikel 3:2:1, lid 5, onderdeel b LAR

 

  • b.

    Voor overwerk op een feestdag, als bedoeld in arti­kel 4:2:1, derde lid, en op de dag volgende op die feest­dag tussen 0 en 6 uur, geldt het percenta­ge ingevol­ge het voor­gaan­de, onderschei­denlijk voor een zondag en voor een maandag tussen 0 en 6 uur, be­paald.