Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Aa en Hunze

Ligplaatsenregeling Grevelingskanaal

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAa en Hunze
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingLigplaatsenregeling Grevelingskanaal
CiteertitelLigplaatsenregeling Grevelingskanaal
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Scheepvaartverkeerswet, art. 3 
  2. Scheepvaartverkeerswet, art. 5 
  3. Scheepvaartverkeerswet, art. 8 
  4. Binnenvaartpolitiereglement, art. 5.01 
  5. Binnenvaartpolitiereglement, art. 7.01 
  6. Binnenvaartpolitiereglement, art. 7.02 
  7. Binnenvaartpolitiereglement, art. 7.04 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-2008nieuwe regeling

22-04-2008

De Schakel, 29-04-2008

2008-17/14

Tekst van de regeling

Intitulé

Ligplaatsenregeling Grevelingskanaal

Besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Aa en Hunze, nummer 17/14, tot het aanwijzen van in de gemeente liggende vaarwegen, waarin het verboden is ligplaats te nemen (ankeren en meren).

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Aa en Hunze

Overwegende:

dat op de vaarweg Grevelingskanaal, welke behoort tot de vaarroute ‘Van Turfvaart naar Toervaart’;

  • 1.

    in verband met de orde, het verzekeren van de veiligheid en het vlotte verloop van het scheepvaartverkeer;

  • 2.

    het in stand houden van de scheepvaartweg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan en

  • 3.

    het voorkomen of beperken van schade door het scheepvaartverkeer aan de waterhuishouding, oevers en waterkeringen, of werken gelegen in of over scheepvaartwegen, het gewenst is op daartoe aangewezen gemeentelijke en waterschapsvaarwegen het innemen van ligplaats (ankeren en meren) te reguleren;

Gelet op de bepalingen van de Scheepvaartverkeerswet, van het Binnenvaartpolitiereglement, van het  Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer en van de Algemene wet bestuursrecht;

besluiten:

 

Ingevolge het bepaalde in artikel 3, artikel 8 jo artikel 5 van de Scheepvaartverkeerswet en de artikelen 5.01 leden 1, 2 en 3, 5.02, 7.01 leden 1, 2 en 3, 7.02 lid 1 sub a en 7.04 lid 1 sub a van het Binnenvaartpolitiereglement, het innemen van ligplaats (ankeren en meren) te verbieden op het Grevelingskanaal, deel uitmakend van de vaarroute ‘Van Turfvaart naar Toervaart’;

Van dit verbod uit te zonderen:

  • 1.

    die gedeelten van het Grevelingskanaal, waar, door middel van borden overeenkomstig de daartoe bestemde modellen van het BPR, is aangegeven dat:

  • voor een bepaalde categorie scheepvaart,

  • en/of voor een beperkte duur,

  • of anderszins,

  •  

    het innemen van ligplaatsen is toegestaan;

  • 2.

    voor het meren: wachtplaatsen bij sluizen en bruggen en verzamelplaatsen voor de konvooivaart uitsluitend voor schepen die wachten op gelegenheid tot schutten of doorlaten, voor maximaal de periode waarin niet wordt bediend;

  • 3.

    jachthavens/-kaden voor de recreatievaart;

  • 4.

    de als zodanig aangegeven passantenligplaatsen voor de op het onderbord aangegeven maximale verblijfsduur;

  • 5.

    schepen, waaronder drijvende werktuigen en drijvende inrichtingen, uitsluitend voor zover zij zich met toestemming van of namens het college op de hierboven vermelde vaarwegen moeten begeven voor de uitvoering van werkzaamheden aan de vaarweg of bijbehorende waterstaatswerken, handhavingstaken of hulpverlening.

  • 6.

    voor kleine open boten van maximaal 4,0 meter lengte en 1,5 meter breedte evenals kano’s aan de wegzijde van het Grevelingskanaal in de periode van 1 mei tot 1 oktober. Hierbij gelden de voorwaarden, dat het innemen van een ligplaats uitsluitend achter elkaar is toegestaan en deze ieder afzonderlijk aan voor- en achterzijde deugdelijk zijn vastgelegd aan de wal en geen hinder of gevaar veroorzaken voor het overige scheepvaartverkeer of het onderhoud aan de oever.

Gieten, 22 april 2008

Burgemeester en wethouders van Aa en Hunze,

Drs. H.F. van Oosterhout Mr. F. Snoep

burgemeester secretaris

Toelichting

  • Uitgangspunt van het besluit is dat er op de voornoemde watergangen nergens ligplaats mag worden ingenomen, behalve op de uitdrukkelijk uitgezonderde plaatsen. Voor passanten worden de openbare ligplaatsen en de wachtplaatsen met borden aangegeven.

  • Rondom de bruggen en sluizen is een veiligheidszone van toepassing. Aan weerszijden van de bruggen en sluizen mag binnen een afstand van 48m (4x maatgevende lengte schip) geen ligplaats worden ingenomen (praktische vertaling van de Richtlijnen Vaarwegen 2005). Dit verbod geldt ook wanneer steigers deel uitmaken van de constructie van de brug (bij sommige draaibruggen). Dit verbod geldt ook voor vissteigers.

  • Gezien de profielbreedte van de vaarwegen kunnen er in het Grevelingskanaal in principe geen steigers worden gebouwd.

  • Voor de passantenligplaatsen kan liggeld worden geheven. Dit mede ook om het langdurig (meer dan drie dagen) innemen van een ligplaats te voorkomen en de handhaafbaarheid hier van te waarborgen/af te dwingen.

  • Toegestane openbare passantenligplaatsen worden aangegeven met het BPR-bord E.5.1 met op het onderbord de tekst ‘max. 3 dagen’.

  • Tevens zijn diverse overige steigers aan weerszijden van de sluizen alleen bestemd als overzetplaats voor kano’s.

  • De richtinggevende maximale afmetingen op het vaartraject zijn onder voorbehoud van de definitieve vaststelling door de nautisch beheerder:

    • o

      Grevelingskanaal: lengte 15 m., breedte 4,60 m. en diepgang 1,20.

    • o

      Westerdiepsterdalkanaal: lengte 15 m., breedte 4,60 m. en diepgang 1,10 m.

    • o

      Leinewijk, Kieldiep en Molenwijk: lengte 15 m. breedte 4,60 m. en diepgang 1,20 m.

  • De nautisch beheerder (zorg vlotte en veilige afwikkeling van scheepvaartverkeer op vaarwegen), thans nog niet aangewezen stelt de definitieve maximale afmetingen vast.

  • De brugbedienaren regelen de konvooivaart, bedienen de bruggen en sluizen en zien ook toe op de scheepvaart met betrekking tot het innemen van ligplaatsen. Zij kunnen/zullen aan de schepen aanwijzingen geven en moeten daarom ook risico-inschattingen maken, zowel t.a.v. het varen als het (legaal) ligplaats nemen.

  • Wanneer vaartuigen aanwijzingen van brugbedienaren niet willen opvolgen, zal een Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA) en/of de politie worden ingeschakeld.

  • De handhaving is gericht op het handhaven van orde en verkeersveiligheid.