Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sint Maarten

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9a, sub b, van de Landsverordening regelende de praktijk als vroedvrouw

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSint Maarten
OrganisatietypeKoninkrijksdeel
Officiële naam regelingMINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9a, sub b, van de Landsverordening regelende de praktijk als vroedvrouw
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorMinister van Volksgezondheid_x002C_ Sociale Ontwikkeling en Arbeid
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 25 oktober 1955, gepubliceerd in P.B. 1955, no. 121, en in werking getreden op 1 november 1955.

Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Landsverordening regelende de praktijk als vroedvrouw, artikel 9a

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010geconsolideerde tekst (GT)

15-03-2013

AB 2013, GT no. 248

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9a, sub b, van de Landsverordening regelende de praktijk als vroedvrouw.

 

 

Artikel 1

De vroedvrouw, op wie het bepaalde in artikel 9a van de Landsverordening regelende de praktijk als vroedvrouw, zoals gewijzigd, van toepassing is, is bevoegd tot het zelfstandig hechten van eenvoudige onvolledige inscheuringen van de bilnaad. Hieronder worden verstaan inscheuringen, die ten hoogste bestaan uit een onvertakte verwonding in het slijmvlies van de achterwand van de schede en in de huid van de bilnaad en daaronder liggende weefsels. Deze bevoegdheid geldt niet voor inscheuringen, die reiken tot in de kringspier van de endeldarm of tot in de endeldarm zelf, noch voor verwondingen, die bij het slijmvlies van de schede een vertakte of dubbele of kringvormige inscheuring vertonen, noch voor verwondingen, die reiken tot in de kleine of grote schaamlippen of zich bevinden in de zij- of voorwand van de schede. Deze bevoegdheid geldt uitsluitend voor verwondingen, die onopzettelijk zijn ontstaan, en niet voor verwondingen, die kunstmatig zijn toegebracht door inknippen van de bekkenbodem.

Artikel 2

[regelt de inwerkingtreding]