Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, houdende regels ter uitvoering van de Uitvoeringlandsverordening verdrag chemische wapens |
Citeertitel | Uitvoeringslandsbesluit verdrag chemische wapens |
Vastgesteld door | regering |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 21 april 1997, gepubliceerd in P.B. 1997, no. 141, en in werking getreden op 28 april 1997.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Uitvoeringslandsverordening verdrag chemische wapens, artikelen 4, 5, 6 en 8
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 19-04-2013 AB 2013, GT no. 533 | onbekend |
HOOFDSTUK 2 AANWIJZING VAN TE VERSTREKKEN GEGEVENS
1° de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2° de toegepaste methoden en geproduceerde hoeveelheden;
3° de benaming en de hoeveelheid van de precursoren, genoemd in Lijst 1, 2 of 3, die voor de productie van stoffen van Lijst 1 zijn gebruikt;
4° de hoeveelheid die in de inrichting is verbruikt en de doeleinden van het verbruik;
5° de hoeveelheid die is ontvangen van of overgebracht naar andere inrichtingen binnen Sint Maarten, waarbij voor elke zending de hoeveelheid, de ontvanger en de doeleinden afzonderlijk worden vermeld;
6° de grootste hoeveelheid die op enig tijdstip gedurende het jaar was opgeslagen;
7° de hoeveelheid die aan het einde van het jaar was opgeslagen;
Voorts verstrekt degene die een inrichting in bedrijf houdt waarop artikel 3, tweede of derde lid, van de landsverordening van toepassing is jaarlijks voor 1 september aan de minister de volgende gegevens over voorgenomen activiteiten en de verwachte productie in de inrichting in het komende kalenderjaar:
1° de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2° de hoeveelheid die naar verwachting zal worden geproduceerd en de doeleinden van de productie;
1° de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2° de geproduceerde hoeveelheid en, in geval van productie voor beschermingsdoeleinden, de toegepaste methoden;
3° de benaming en de hoeveelheid van de precursoren, genoemd in de lijsten 1, 2, en 3 die voor de productie van stoffen van Lijst 1 zijn gebruikt;
4° de hoeveelheid die in de inrichting is verbruikt en de doeleinden van het verbruik;
5° de hoeveelheid die is overgedragen aan andere inrichtingen binnen Sint Maarten, waarbij voor elke overdracht de hoeveelheid, de ontvanger en de doeleinden afzonderlijk worden vermeld;
6° de grootste hoeveelheid die op enig tijdstip gedurende het jaar was opgeslagen;
7° de hoeveelheid die aan het einde van het jaar was opgeslagen;
1° de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2° de hoeveelheid die naar verwachting zal worden geproduceerd, de tijdvakken waarin de productie naar verwachting zal plaatsvinden en de doeleinden van de productie;
Degene die een inrichting als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de landsverordening in bedrijf houdt waarin in een van de drie voorafgaande kalenderjaren of in het komende kalenderjaar naar verwachting meer wordt geproduceerd, verwerkt of verbruikt dan:
1 ton van een in Lijst 2, deel B, vermelde stof,verstrekt aan de minister met betrekking tot de desbetreffende activiteiten in het verleden jaarlijks voor 1 maart, respectievelijk met betrekking tot verwachte activiteiten jaarlijks voor 1 september de gegevens overeenkomstig het tweede lid. Elke activiteit die extra wordt verwacht na het verstrekken van de jaaropgave dient uiterlijk twee weken voordat die activiteit begint te worden opgegeven.
1° de naam van de fabriek en de naam van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die deze in bedrijf houdt;
2° de exacte ligging binnen het complex, onder vermelding van het eventuele nummer van het gebouw of bouwwerk;
3° de voornaamste activiteiten die daarin worden verricht;
4° gegevens waaruit blijkt of de fabriek de opgegeven stoffen van Lijst 2 produceert, verwerkt of verbruikt;
5° gegevens waaruit blijkt of de fabriek speciaal bedoeld is voor die activiteiten of voor verscheidene doeleinden geschikt is;
6° gegevens waaruit blijkt of de fabriek andere activiteiten verricht met betrekking tot de opgegeven stoffen van Lijst 2, en zo ja, welke;
7° de productiecapaciteit van de betrokken fabriek of fabrieken voor elke opgegeven stof van Lijst 2.
1° bewerking, verwerking en verbruik ter plaatse, onder vermelding van de soorten produkten;
2° verkoop of overdracht binnen het grondgebied van Sint Maarten, onder vermelding of de stoffen of vervaardigde produkten bestemd zijn voor industrie, handel of anderszins en, indien mogelijk, onder vermelding van de soorten eindprodukten;
3° rechtstreekse uitvoer, onder vermelding van het betrokken land van uitvoer;
4° andere doeleinden, onder vermelding van deze andere doeleinden;
Degene die een inrichting als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de landsverordening in bedrijf houdt waarin in een van de drie voorafgaande kalenderjaren of in het komende kalenderjaar naar verwachting meer wordt geproduceerd dan 30 ton van een stof van Lijst 3, verstrekt aan de minister met betrekking tot de desbetreffende activiteiten in het verleden jaarlijks voor 1 maart, respectievelijk met betrekking tot verwachte activiteiten jaarlijks voor 1 september de gegevens overeenkomstig het tweede lid. Elke activiteit die extra wordt verwacht na het verstrekken van de jaaropgave dient uiterlijk twee weken voordat die activiteit begint te worden opgegeven.
1° de naam van de fabriek en van de natuurlijke of rechtspersoon die deze in bedrijf houdt;
2° de exacte ligging van de fabriek binnen het complex, onder vermelding van het eventuele nummer van het gebouw of bouwwerk;
3° de voornaamste activiteiten die daarin worden verricht.
Degene die een inrichting als bedoeld in het eerste lid in bedrijf houdt verschaft voorts voor elk fabriekscomplex met betrekking tot elke stof van Lijst 3 boven de in dat lid aangegeven hoeveelheid de volgende gegevens:
bij de jaarlijkse kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, betreffende activiteiten in het verleden: de hoeveelheid, bij benadering, van de productie van de stof van Lijst 3 in het voorafgaande kalenderjaar, of in geval van opgave van verwachte activiteiten, de verwachte productie voor het volgende kalenderjaar, uitgedrukt in de volgende waarden: 30 tot 200 ton, 200 tot 1.000 ton, 1.000 tot 10.000 ton, 10.000 tot 100.000 ton en 100.000 ton of meer;
1° de naam van het fabriekscomplex en de naam van de natuurlijke persoon of rechtspersoon die het fabriekscomplex in bedrijf houdt;
2° het adres en de kadastrale aanduiding van het fabriekscomplex;
3° de voornaamste activiteiten die daarin worden verricht;
4° het aantal, bij benadering, van de fabrieken binnen het fabriekscomplex, dat de stoffen, bedoeld in de onderdelen a en b, produceert;
5° in geval van een inrichting als bedoeld in onderdeel a: de totale hoeveelheid, bij benadering, van de productie in het voorafgaande kalenderjaar van niet opgegeven onderscheiden organische stoffen, uitgedrukt in de volgende waarden: tot 1.000 ton, 1.000 tot 10.000 ton en 10.000 ton of meer;
6° in geval van een inrichting als bedoeld in onderdeel b: het aantal fabrieken binnen het fabriekscomplex dat de onderscheiden organische stoffen heeft geproduceerd die de chemische elementen fosfor, zwavel of fluor bevatten, en de hoeveelheid, bij benadering, van deze stoffen die in het voorafgaande kalenderjaar in die fabrieken zijn geproduceerd, uitgedrukt in de volgende waarden: tot 200 ton, 200 tot 1.000 ton, 1.000 tot 10.000 ton en 10.000 ton of meer.