Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT ter uitvoering van de Landsverordening houdende regeling van het gebruik van stoomketels |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | regering |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 5 december 1925, gepubliceerd in P.B. 1925, no. 75, en in werking getreden op 30 november 1925.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
De technische details en tekens van art. 2 zijn hierin niet opgenomen.
De oorspronkelijke regeling trad in werking tegelijk met de Landsverordening tot wijziging de Landsverordening houdende regeling van het gebruik van stoomketels, die in werking trad op een door de Gouverneur te bepalen tijdstip.
Landsverordening houdende regeling van het gebruik van stoomketels, artikelen 3, 7 en 11
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 21-07-2010 AB 2013, GT no. 435 | onbekend |
Het model van het verzoekschrift, bedoeld in artikel 3, onder 2, van de voormelde landsverordening, wordt als volgt vastgesteld:
...............................20...........
Ingevolge artikel 1 van de Landsverordening, houdende regeling van het gebruik van stoomketels, verzoekt de ondergetekende ................................ (naam, voorletters en hoedanigheid..........................vergunning tot het gebruik van ............................. stoomketel(s) waarvan de tekening (en) hierbij wordt/worden overgelegd.
Ingevolge artikel 3 van voornoemde verordening wordt vermeld dat:
a.de ketel is vervaardigd te ..................................................door..............
.......................(naam van de fabrikant);
b.de ketel zal worden gebruikt om ............................................
(doel waartoe de ketel wordt gebruikt);
c.het verwarmend oppervlak bedraagt....................................m²;
het rooster oppervlak bedraagt.............................................m²
d.de grootste werkelijke stoomdruk zal bedragen .....................................
e. de ketel(s) is/zijn vervaardigd van.................................(welijzer, vloeiijzer, koper);
f. er aanwezig zijn .......................................................
veiligheidskleppen, welke een middellijn hebben van ......................mm
en belast worden door middel van ...........................................................
directe /indirecte gewichtsbelasting .............................
Van de in artikel 8 van genoemde verordening voorgeschreven inrichtingen verder aanwezig zijn:
g.de ketel zich thans bevindt te...............................
en aldaar voor de beproeving gereed zal zijn de....................
h.de ketel het fabrieksnummer....................................draagt en van de andere ketels zal worden onderscheiden
door {het merk................
De Minister van Volksgezondheid, Sociale Ontwikkeling en Arbeid