LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN ter uitvoering van artikel 446 van het Wetboek van Koophandel

Voor de toepassing van dit landsbesluit wordt onder een schip verstaan een schip groter dan 20 m3 bruto inhoud, varende met een zeebrief van Sint Maarten.

• 1.

  Als dagboek (logboek), aan boord van schepen mag alleen worden gebezigd een stevig ingebonden boek, hetwelk de ambtenaar te wiens overstaan in Sint Maarten de monstering geschiedt, of in Nederland, Aruba of Curaçao het bevoegde gezag, of buiten het Koninkrijk een Nederlandse consulaire ambtenaar, blad voor blad heeft genummerd en gewaarmerkt.

• 2.

  Op de eerste bladzijde van het dagboek wordt door de in het vorige lid bedoelde ambtenaar een gedagtekende verklaring gesteld, houdende dat het dagboek blad voor blad is genummerd en gewaarmerkt door de ondertekenaar van de verklaring; daarbij worden tevens het aantal bladzijden van het dagboek en de ambtelijke hoedanigheid van de ondertekenaar vermeld.

Door de in het vorige artikel vermelde ambtenaar te wiens overstaan in Sint Maarten de monstering geschiedt, wordt ten bate van de Landskas wegens de werkzaamheden, ten aanzien van elk dagboek, NAƒ 5,- in rekening gebracht.

• 1.

  De dagboeken voor schepen moeten zijn ingericht overeenkomstig de modellen, welke als bijlagen bij dit landsbesluit zijn gevoegd, voor zover bij de volgende artikelen afwijking niet is toegestaan.

• 2.

  Voor het scheepsdagboek van een door mechanische kracht voortbewogen schip geldt model bijlage I.

Voor het scheepsdagboek van een zeilschip geldt model bijlage II.

Voor het machinedagboek van een schip, dat door mechanische kracht wordt voortbewogen, geldt model bijlage III.

Voorbeelden van bladzijden van voorgeschreven modellen voor de dagboeken worden door de Inspecteur voor de Scheepvaart op verzoek van de reder van de kapitein tegen kostprijs verstrekt.

• 1.

  In het scheepsdagboek voor een schip moet op de daarvoor volgens het model bestemde plaats worden opgenomen een afschrift van het certificaat van minimum uitwatering. Daarbij wordt tevens opgegeven de gemiddelde diepgang van het schip bij aflading tot het middelpunt van het uitwateringsmerk.

• 2.

  Het in het vorige lid bepaalde geldt tevens voor een schip, waarvoor een certificaat voor de houtvaart is uitgereikt.

De in de modellen opgenomen bladwijzer mag met andere dan de in het model vermelde onderwerpen worden aangevuld.

• 1.

  In het scheepsdagboek voor schepen mogen afwijkingen van het vastgestelde model worden aangebracht mits dientengevolge de aard van het dagboek naar het oordeel van de Inspecteur voor de Scheepsvaart niet te veel verandert.

• 2.

  Op schepen waarvan de reizen niet langer duren dan 48 uur en op schepen, uitsluitend gebruikt voor de lokale vaart, mag, mits de inhoud van de bladzijden 1 tot en met 6 van het model bijlage I wordt opgenomen, een dagboek van eenvoudiger inrichting worden gebezigd; een en ander in overleg met de Inspecteur voor de Scheepvaart.

Het machinedagboek kan naar behoefte worden ingericht, mits de bladzijden 1 tot en met 3 van het model en tevens de in het model aangegeven kolommen, voor zover toepasselijk, daarin worden opgenomen; een en ander in overleg met de Inspecteur voor de Scheepvaart.

[regelt de inwerkingtreding]