LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van artikel 55, vierde lid, van de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren

In dit landsbesluit wordt onder rechthebbende verstaan: degene die recht heeft op een pensioen ingevolge de Pensioenlandsverordening overheidsdienaren.

Het bestuur draagt zorg dat de eerste betaling van een pensioen geschiedt binnen een maand na de toekenning.

• 1.

  Het bestuur doet van iedere toekenning van een pensioen mededeling aan de Minister van Algemene Zaken, hierna te noemen: de minister, onder vermelding van het registratienummer en zoveel mogelijk van het volledige adres.

• 2.

  De minister neemt van de pensionering ten laste van het Algemeen Pensioenfonds van Sint Maarten een aantekening op in de basisadministratie persoonsgegevens.

• 3.

  Onder vermelding van het registratienummer van het pensioen doet de minister terstond mededeling aan het bestuur:

  • a.

    van het overlijden of de adreswijziging van een gepensioneerde overheidsdienaar of diens nabestaande;

  • b.

    van het hertrouwen van een nabestaande of van het huwelijk van een wees;

  • c.

    van alle andere omstandigheden, die te zijner kennis komen en die naar zijn inzicht de betaalbaarheid van het pensioen of de hoogte van het pensioenbedrag kunnen beïnvloeden.

• 4.

  Het bestuur zendt ten minste eenmaal per jaar aan de minister een staat met vermelding van hun namen, alsmede verdere gegevens die voor de uitbetaling van de pensioenen van belang zijn. Tevens bevat de staat een aanduiding van de datum vóór welke hij aan het bestuur teruggezonden dient te worden. De datum wordt zo bepaald, dat de minister een redelijke termijn wordt gegeven om het in het vijfde lid bedoelde onderzoek uit te voeren.

• 5.

  Onmiddellijk na ontvangst van de in het vierde lid bedoelde staat doet de minister onderzoeken of volgens het bevolkingsregister:

  • a.

    de in de staat vermelde personen op de eerste dag van de lopende kalendermaand in leven waren;

  • b.

    de in de staat vermelde nabestaanden en wezen niet zijn hertrouwd, respectievelijk getrouwd;

  • c.

    de aangegeven burgerlijke staat, de tenaamstelling en het adres juist zijn vermeld.

• 6.

  De minister ondertekent een op de staat te stellen verklaring, waarin de uitslag van het gehouden onderzoek is vervat en zendt de staat, in de daartoe aanleiding gevende gevallen voorzien van verdere of gecorrigeerde gegevens als bedoeld in het vierde lid, vóór de op de staat vermelde datum terug aan het bestuur.

• 7.

  Het bestuur en de minister kunnen besluiten vorenbedoelde informatie-uitwisseling te doen plaatsvinden door middel van elektronische informatiedragers.

• 1.

  De betaling van het pensioen in Sint Maarten geschiedt door bijschrijving hetzij op de giro- of bankrekening van de rechthebbende, hetzij op de giro- of bankrekening van een door hem aangewezen bank, kredietinstelling, overheidsinstelling of stichting, hetzij op de giro- of bankrekening van een natuurlijke persoon als gemachtigde.

• 2.

  Het verzoek tot bijschrijving op de giro- of bankrekening van een natuurlijke persoon als gemachtigde wordt gedaan door middel van een door het bestuur vastgesteld formulier, dat eigenhandig door de rechthebbende wordt ondertekend. De handtekening wordt ten genoege van het bestuur gewaarmerkt. Het formulier wordt mede ondertekend door de gemachtigde.

• 1.

  Betaling van het pensioen aan een rechthebbende die buiten Sint Maarten woonachtig is, geschiedt:

  • a.

    middels een door de rechthebbende aangewezen, in Sint Maarten woonachtige gemachtigde;

  • b.

    door betaalbaarstelling bij de ING in Nederland; of

  • c.

    door bemiddeling van de Nederlandse diplomatieke of consulaire ambtenaar, binnen wiens ambtsressort de rechthebbende woonachtig is.

• 2.

  De in Nederland woonachtige rechthebbende die geen gemachtigde in Sint Maarten heeft aangewezen, is verplicht een rekening te openen en aan te houden bij de ING in Nederland.

De rechthebbende die buiten Sint Maarten woonachtig is, is gehouden ieder jaar, in de maanden juni en december, een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita) in te zenden, afgegeven door een daartoe bevoegde instantie.

De rechthebbende doet van iedere wijziging van zijn adres en van zijn burgerlijke staat terstond mededeling aan het bestuur. Bovendien verstrekt hij desgevraagd aan het bestuur zo spoedig mogelijk alle verder noodzakelijk geachte gegevens.

Het niet voldoen aan het bepaalde in de artikelen 6 en 7 kan staking van uitbetaling van het pensioen tot gevolg hebben.

[regelt de inwerkingtreding]

Dit landsbesluit wordt aangehaald als: Landsbesluit regels betaling pensioenen overheidsdienaren.