Organisatie | Alphen-Chaam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Alphen-Chaam |
Citeertitel | Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Alphen-Chaam |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-08-2009 | 07-05-2010 | nieuwe regeling | 28-11-2006 Ons Weekblad 21-08-2009 |
BESLUIT VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING
Het college van de gemeente Alphen-Chaam.
Gelet op artikel 15 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Alphen-Chaam,
Het Besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Alphen-Chaam.
Hoofdstuk 1 Bijzondere regels rond verstrekking en verantwoording van het persoonsgebonden budget
Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van de aanvrager.
Hoofdstuk 2 Eigen bijdragen en eigen aandeel en besparingsbijdrage
Artikel 5 Omvang van de eigen bijdragen en eigen aandeel
Het maximale bedrag dat ongehuwde personen jonger dan 65 jaar dienen te betalen bedraagt € 16,60 per vier weken, met dien verstande dat indien het inkomen meer bedraagt dan € 16.137,00 het bedrag van € 16,60 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen het inkomen en € 16.137,00.
Het maximale bedrag dat ongehuwde personen van 65 jaar of ouder dienen te betalen bedraagt € 16,60 per vier weken, met dien verstande dat indien het inkomen meer bedraagt dan € 14.162,00 het bedrag van € 16,60 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen het inkomen en € 14.162,00.
Het maximale bedrag per vier weken dat gehuwde personen indien een van beiden jonger is dan 65 jaar dienen te betalen bedraagt € 23,80 per vier weken, met dien verstande dat indien het inkomen meer bedraagt dan € 20.810,00 het bedrag van € 23,80 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen het inkomen en € 20.810,00.
Het maximale bedrag per vier weken dat gehuwde personen die beiden 65 jaar of ouder zijn dienen te betalen bedraagt € 23,80 per vier weken, met dien verstande dat indien het inkomen meer bedraagt dan € 19.837,00 het bedrag van € 23,80 wordt verhoogd met een dertiende deel van 15% van het verschil tussen het inkomen en € 19.837,00.
Artikel 6. Periode eigen bijdrage
Indien een voorziening bestaat uit een roerende zaak die in eigendom wordt verstrekt of uit een bouwkundige of woontechnische aanpassing van een woning die eigendom is van de aanvrager, wordt gedurende een periode van maximaal 39 maal vier weken een eigen bijdrage in rekening gebracht dan wel bij de vaststelling van de hoogte van een financiële tegemoetkoming gedurende die periode een met toepassing van artikel 5 en 14 vastgestelde bedrag in mindering gebracht.
Het bedrag dat als besparingsbijdrage gevraagd wordt bij verstrekking van een driewielfiets, een fiets in bijzondere uitvoering of een scootermobiel bedraagt € 250,00.
Artikel 8 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget hulp bij het huishouden en eigen bijdrage
1. De vaststelling van een persoonsgebonden budget ten aanzien van hulp bij het huishouden wordt berekend als een bedrag per uur welk bedrag 75% bedraagt van de maximale uurtarieven zoals vastgesteld in de aanbesteding:
Artikel 9 Verhuis- en inrichtingskosten
De vergoeding zoals bedoeld in artikel 15 onder a van de Verordening bedraagt € 2.155,00.
Artikel 10 Onderhoud, keuring en reparatie
In de bovengenoemde bedragen zijn opgenomen de kosten van keuring door het Liftinstituut (50%) en de kosten van de noodzakelijks assistentie door de onderhoudsfirma (eveneens 50%) |
Tabel onderhoud van diverse soorten liften in woningen en trappenhuizen
Artikel 11 Tijdelijke huisvesting
De vergoeding bedoeld in artikel 15 onder f van de verordening wordt toegekend tot maximaal het bedrag van de maximale subsidiabele huur op grond van de Wet op de huurtoeslag.
In geval van huurbeëindiging van een aangepaste woonruimte, die voor meer dan € 6.807,00 is aangepast, kan het college een financiële tegemoetkoming verlenen aan de eigenaar van de woning in verband met derving van huurinkomsten voor de duur van maximaal zes maanden na de eerste maand huurderving die niet voor een financiële tegemoetkoming in aanmerking komt.
Artikel 13 Antispeculatiebeding
De eigenaar-bewoner, die krachtens de Verordening een financiële tegemoetkoming in de kosten van het treffen van een woonvoorziening heeft ontvangen en die binnen een periode van vijf jaren na de datum van gereedmelding van de werkzaamheden de woning verkoopt, is gehouden binnen een week na het passeren van de akte, het college hiervan schriftelijk op de hoogte te stellen. De meerwaarde die door het treffen van de voorziening is ontstaan dient gedeeltelijk aan de gemeente te worden terugbetaald tot maximaal het door de gemeente gesubsidieerde bedrag voor de in de woning getroffen voorzieningen.
Artikel 14 Eigen bijdragen woonvoorzieningen
De hoogte van de eigen bijdrage zoals bedoeld in artikel 7 van de Verordening wordt als volgt samengesteld, waarbij de in dit artikel genoemde percentages in de plaats komen van de percentages zoals genoemd in artikel 5:
Tabel eigen bijdrage woonvoorzieningen
Artikel 15 Eigen bijdragen woonvoorzieningen
Bij woonvoorzieningen tot een bedrag van € 750,00 is de aanvrager geen eigen bijdrage zoals bedoeld in artikel 7 van de verordening en artikel 5 en 14 van dit Besluit verschuldigd.
Artikel 16 Vaststelling financiële tegemoetkoming of persoongebonden budget woonvoorzieningen
De financiële tegemoetkoming minus het eigen aandeel of het persoonsgebonden budget minus de eigen bijdrage voor woonvoorzieningen wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in een door de gemeente geaccepteerde offerte.
Hoofdstuk 5 Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel
Indien beide echtgenoten in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming in de kosten van vervoersvoorzieningen als bedoeld in artikel 25 van de verordening bedraagt de hoogte van de financiële tegemoetkoming per persoon maximaal 75% van het normbedrag als bedoeld in artikel 19. Het normbedrag bij jongeren wordt als volgt afgestemd op de leeftijd:
Het artikel 24 onder b van de Verordening bedoelde collectief systeem van aanvullend al dan niet openbaar vervoer bestaat uit het zogenaamde Deeltaxi-systeem volgens de hierna volgende opzet:
een aanvrager kan zich door één begeleider laten vergezellen. Voor de begeleider is een basistarief verschuldigd van € 0,45 (2006) vermeerderd met een strip van € 0,45 (2006) per zone, tenzij de begeleiding naar het oordeel van het college medisch noodzakelijk is. In dat geval is het vervoer van de begeleider gratis.