Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, houdende regels met betrekking tot de vergoeding ter zake van extra beslaglegging voor dienstplichtigen van Sint Maarten |
Citeertitel | Landsbesluit extra beslaglegging dienstplichtigen |
Vastgesteld door | regering |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 22 augustus 1995, gepubliceerd in P.B. 1995, no. 147, en in werking getreden op 16 september 1995.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Dienstplichtverordening, artikel 66
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 03-05-2013 AB 2013, GT no. 658 | n.v.t. |
HOOFDSTUK 2 Vergoeding voor overwerk voor de dienstplichtige
Aanspraak op een vergoeding in tijd ter zake van (wacht)diensten heeft de dienstplichtige die in verband met het verrichten van die (wacht)diensten aanwezig moet zijn op een door de commandant aan te wijzen plaats niet zijnde de woning van de dienstplichtige, waaronder mede begrepen de plaats waar hij gewoonlijk de nacht doorbrengt.
De dienstplichtige aan wie met het oog op eventuele dienstverrichting de verplichting wordt opgelegd zich op een zon-, feest- of gedenkdag op een bepaalde plaats beschikbaar of bereikbaar te houden dan wel binnen een bepaald gebied te verblijven of zich op bepaalde tijdstippen te melden, heeft aanspraak op een vergoeding in tijd.
De plaats, bedoeld in het eerste lid, is een eenheid der zeemacht, het gebouw waar de dienstplichtige is tewerkgesteld of elke andere in dit verband door de Commandant van de Zeemacht van het Caribisch Gebied aan te wijzen plaats niet zijnde de woning van de dienstplichtige, daaronder begrepen de plaats waar hij tijdens zon-, feest- of gedenkdagen gewoonlijk de nacht doorbrengt.
HOOFDSTUK 4 Vergoeding voor overwerk voor vrijwillig nadienende dienstplichtigen
De vrijwillig nadienende dienstplichtige die aanspraak heeft op een vergoeding voor overwerk als gevolg van één van de in artikel 2, eerste lid, genoemde activiteiten heeft nimmer tegelijkertijd aanspraak op een vergoeding voor overwerk als gevolg van één van de overige in dat lid genoemde activiteiten.
Indien de taakuitvoering van de eenheid zich verzet tegen verwerking in het rooster van een toegekende vergoeding in tijd, worden aan het einde van de meetperiode de niet in het rooster verwerkte uren met inachtneming van de bepalingen van dit hoofdstuk vervangen door een toelage van NAf 15,- per uur.
Indien de vergoeding in tijd, bedoeld in het eerste lid, voor zover het betreft oefenen op een zon-, feest- of gedenkdag, wegens de taakuitvoering van de eenheid niet kan worden verwerkt in het rooster, wordt voor ten hoogste de helft van de vergoeding een toelage als bedoeld in artikel 10, tweede lid, toegekend.
Indien de vergoeding in tijd, bedoeld in het eerste lid, voor zover het betreft het verrichten van wachtdiensten op een zon-, feest- of gedenkdag, wegens de taakuitvoering van de eenheid niet kan worden verwerkt in het rooster, wordt voor ten hoogste de helft van de vergoeding een toelage als bedoeld in artikel 10, tweede lid, toegekend.
De vrijwillig nadienende dienstplichtige aan wie de verplichting is opgelegd zich op een zon-, feest- of gedenkdag op een bepaalde beschikbaar of bereikbaar te houden dan wel binnen een bepaald gebied te verblijven of zich op bepaalde tijdstippen te melden, heeft aanspraak op een vergoeding in tijd overeenkomstig artikel 8.