Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | MINISTERIËLE REGELING houdende een regeling voor de vergoeding bij dienstreizen en verplaatsingen van militairen, behorend tot de Landmacht |
Citeertitel | Regeling vergoeding bij verplaatsingen Landmacht |
Vastgesteld door | Minister van Algemene Zaken |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 19 juni 1950, gepubliceerd in P.B. 1950, no. 87, en in werking getreden op 1 januari 1950.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 03-05-2012 AB 2013, GT no. 628 | onbekend |
Vast te stellen de navolgende regeling voor de vergoeding bij dienstreizen en verplaatsingen van militairen, behorende tot de Landmacht:
Het middel van vervoer wordt door of namens de Commandant Landmacht Sint Maarten — hierna te noemen C.L.S.M. — bepaald. Indien militairen met toestemming van de C.L.S.M. van een ander vervoermiddel wensen gebruik te maken, zijn de eventueel daaraan verbonden meerdere kosten voor rekening van de betrokken militair.
Militairen, die een vrijwillige verbintenis hebben aangegaan bij de Landmacht, kortdienstverband daaronder begrepen, dan wel voor de tijd van ten minste drie jaren bij de troepen in Sint Maarten zijn gedetacheerd en bij het aangaan van hun vrijwillige verbintenis c.q. detacheringverbintenis gehuwd waren of op een later tijdstip met toestemming van hun Commandant in het huwelijk zijn getreden en wier gezin in Sint Maarten is gevestigd, genieten bij overplaatsingen in het belang van de dienst vervoer voor rijksrekening ten behoeve van hun gezin.
Bij verplaatsingen als in artikel 1, eerste lid, en artikel 2, tweede lid, bedoeld, zal voor het vervoer van de plaats waar de militair is gelegerd c.q. van zijn woning naar de plaats van vertrek alsmede van de plaats van aankomst naar de plaats van legering c.q. nieuwe woning bij voorkeur worden gebruik gemaakt van door de C.L.S.M. beschikbaar te stellen vervoermiddelen. Indien dit niet mogelijk is, dient van een particulier vervoermiddel te worden gebruik gemaakt en kunnen de daaraan verbonden kosten tot een door de C.L.S.M. te bepalen bedrag worden terugbetaald.
in de eerste klasse: opper- en hoofdofficieren alsmede subalterne officieren met de rang van kapitein;
in de tweede klasse: subalterne officieren beneden de rang van kapitein;
in de derde klasse: militairen beneden de rang van tweede luitenant.
Bij dienstreizen naar een eiland waar geen onderdeel van de Landmacht is gelegerd, wordt, indien vóór de aanvang van de reis bekend is, dat deze langer dan 10 dagen zal duren alsmede in de gevallen waarin deze tijdsduur niet vóór de aanvang der reis bekend was na 10 dagen, een vergoeding genoten waarvan het bedrag voor ieder geval afzonderlijk door de C.L.S.M. zal worden vastgesteld.
Door de C.L.S.M. kunnen regels worden vastgesteld, waarbij militairen beneden de rang van tweede luitenant bij tijdelijk verblijf op een ander eiland dan Sint Maarten, verplicht zijn aan een militaire menage deel te nemen en gebruik te maken van de gelegenheid tot huisvesting in een militair kamp of kazerne dan wel van een ander van rijkswege beschikbaar gesteld gebouw.
Militairen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, die zijn gedetacheerd of overgeplaatst zonder dat een woning beschikbaar is, genieten, voor zover de belangen van de dienst zich daartegen niet verzetten, nadat zij twee maanden onafgebroken niet in Sint Maarten zijn geweest, een bewegingsvrijheid van vier dagen, de reis niet inbegrepen, met vervoer voor rijksrekening naar Sint Maarten, teneinde hun gezin te kunnen bezoeken.
Bij alle verplaatsingen van militairen kan persoonlijke bagage tot een door de C.L.S.M. te bepalen hoeveelheid of gewicht voor rijksrekening worden vervoerd.
Vorenstaande vergoedingen kunnen slechts worden toegekend indien door of vanwege de C.L.S.M. hierin niet op andere wijze kan worden voorzien en de betrokken militair machtiging heeft gekregen een en ander door particulieren te doen uitvoeren.
Als vergoeding van de in het vorige artikel bedoelde kosten wordt toegekend het bedrag van de werkelijk gedane uitgaven volgens over te leggen bewijsstukken. De vergoeding wordt bij beschikking van de C.L.S.M. toegekend.
Wenst betrokkene zijn gezin tijdelijk in de oude standplaats achter te laten en op een latere datum te doen volgen, dan worden de kosten uit beide verhuizingen voortvloeiende vergoed, mits het gezin binnen een jaar volgt. Het totaal van de kosten mag niet meer bedragen dan bij een normale verhuizing op grond van artikel 8 kan worden vergoed.