Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sint Maarten

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, houdende regelen inzake het toezicht op Landsvaartuigen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSint Maarten
OrganisatietypeKoninkrijksdeel
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, houdende regelen inzake het toezicht op Landsvaartuigen
CiteertitelBesluit toezicht landsvaartuigen
Vastgesteld doorregering
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 9 mei 1988, gepubliceerd in P.B. 1988, no. 49, en in werking getreden op 2 juli 1988.

Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010Geconsolideerde tekst (GT)

27-03-2013

AB 2013, GT no. 371

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, houdende regelen inzake het toezicht op Landsvaartuigen

 

 

Artikel 1

Voor de toepassing van het bij of krachtens dit besluit bepaalde wordt verstaan onder:

Landsvaartuig: een vaartuig dat eigendom is van Sint Maarten of dat bestemd is om ten dienste van Sint Maarten te worden gebruikt.

beheerder: degene die door of namens de betrokken minister met het beheer over het Landsvaartuig is belast.

minister: de Minister van Toerisme, Economische Zaken, Verkeer en Telecommunicatie.

Artikel 2

De minister is gehouden er zorg voor te dragen dat:

  • a.

    toezicht wordt gehouden op en aanwijzingen worden gegeven inzake de behandeling en het onderhoud van de Landsvaartuigen en hun uitrusting mede met het oog op de veiligheid van deze vaartuigen en de opvarenden;

  • b.

    toezicht wordt gehouden op en aanwijzingen worden gegeven inzake het economisch doelmatig beheer en gebruik van deze vaartuigen tezamen en afzonderlijk;

  • c.

    toezicht wordt gehouden op de wijze van uitvoering van onderhouds-, herstel- en verbouwingswerkzaamheden;

  • d.

    controle wordt uitgeoefend op hetgeen voor de onder c genoemde werkzaamheden in rekening wordt gebracht.

Artikel 3

Onder de bevelen van de minister worden het toezicht, het geven van aanwijzingen en het verstrekken van adviezen, bedoeld in artikel 2, verricht door de Scheepsvaartinspectie met inachtneming van het bepaalde bij en krachtens de hiernavolgende artikelen.

Artikel 4

Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie doet de beheerder mededeling van de hem gebleken gebreken en tekortkomingen met betrekking tot de behandeling en de staat van onderhoud van het Landsvaartuig en zijn uitrusting. Hij geeft de beheerder aanwijzingen dienaangaande.

Artikel 5
  • 1.

    De beheerder doet het Hoofd van de Scheepvaartinspectie tijdig de plannen toekomen voor het jaarlijks onderhoud van en belangrijke tussentijdse herstelwerkzaamheden aan het Landsvaartuig en zijn uitrusting.

  • 2.

    Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie oefent, in samenwerking met de beheerder, toezicht uit op de wijze van uitvoering van de in het eerste lid bedoelde onderhouds- en herstelwerkzaamheden. Hij oefent controle uit op hetgeen daarvoor in rekening wordt gebracht.

Artikel 6
  • 1.

    De beheerder verleent het Hoofd van de Scheepvaartinspectie en de overige ambtenaren van de Scheepvaartinspectiealle medewerking en bijstand bij de uitoefening van de hun bij en krachtens dit besluit opgedragen taak.

  • 2.

    Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie en de experts en de scheepsmeter van deze instantie hebben te allen tijde toegang tot de Landsvaartuigen.

Artikel 7

De minister kan nadere regels stellen en voorschriften geven ter uitvoering van hetgeen in de voorgaande artikelen 3 tot en met 6 is bepaald.

Artikel 8

Dit Landsbesluit kan worden aangehaald als: "Besluit toezicht Landsvaartuigen".

Artikel 9

[regelt de inwerkingtreding]