Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van de artikelen 2 en 4 van de Landsverordening op het Testamentenregister |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | regering |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 21 mei 1919, gepubliceerd in P.B. 1919, no. 35, en in werking getreden op 1 januari 1920.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Deze regeling is in werking getreden tegelijk met de Landsverordening op het Testamentenregister. Het tijdstip van inwerkingtreding van die verordening is vastgesteld bij landsbesluit van 18-7-1919 (P.B. 1919, no. 57).
Landsverordening op het Testamentenregister, artikel 2 en 4
Ministeriele regeling houdende vaststelling van de lijsten bedoeld in de artikelen 1, 2, en 3 en van de aanvraag bedoeld in artikel 4 van het Landsbesluit van 21mei 1919, alsmede houdende bepaling van het tijdstip van inwerkingtreding van deLandsverordening op het Testamentenregister
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 19-04-2013 AB 2013 GT no. 492 | n.v.t. |
De ontvangers zenden bij de aanvang van de maanden januari, april, juli en oktober zo spoedig mogelijk aan de inspecteureen lijst, aanwijzende:
de opgemaakte akten, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Landsverordening op het Testamentenregister, alsmede de akten, waarbij uiterste wilsbeschikkingen worden herroepen of holografische testamenten worden teruggenomen, alle deze akten voor zover zij gedurende het afgelopen kwartaal bij hun kantoor zijn geregistreerd of waarvan in dat kwartaal de verschuldigde rechten zijn betaald of onverhaalbaar zijn gebleken;
Die lijst vermeldt de voornamen, de naam en de woonplaats van de persoon, die de beschikkingen maakte, het jaar, de maand en de dag van overlijden of van de verklaringen van vermoedelijk overlijden, de naam en de standplaats van de notaris, te wiens overstaan de akte is verleden en de dagtekening van de akte.
Indien bij de akte vroegere beschikkingen zijn herroepen, wordt hiervan melding gemaakt.
Zijn gedurende een kwartaal geen akten op de lijst gebracht, dan wordt dit aan de inspecteur medegedeeld.
Op de lijsten, bedoeld in de artikelen 6 en 7 van de Landsverordening op het Testamentenregister, vermeldt de ontvanger achter de namen van de personen, van wie dit ten kantore bekend is, dat zij zijn overleden of vermoedelijk overleden verklaard, met aanduiding tevens van het jaar, de maand en de dag, waarop dit heeft plaats gehad.
In elke aanvraag wordt melding gemaakt van de voornamen en de naam van de erflater of vermoedelijk overleden verklaarde, van zijn beroep of maatschappelijke betrekking, van zijn laatste woonplaats, alsmede van de plaats, het jaar, de maand en de dag van zijn geboorte. Ook vroegere woonplaatsen, voor zover bekend, worden vermeld.
Bij het indienen van de aanvraag wordt ten kantore van de Ontvanger een bedrag van NAf 25,- betaald, als vergoeding voor het verstrekken van de inlichtingen.
De Ontvanger overtuigt zich, dat de persoon, omtrent wiens beschikkingen inlichtingen worden gevraagd, is overleden of vermoedelijk overleden verklaard. Indien een en ander niet blijkt uit de gegevens, te zijnen kantore voorhanden, vraagt hij overlegging van de nodige bewijzen.
Hij zendt daarna de aanvraag, voorzien van de vermelding van de ontvangst van de betaalde vergoeding, zo spoedig mogelijk aan de Inspecteur der belastingen.
De gevraagde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk verstrekt door tussenkomst van de Ontvanger.