Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sint Maarten

LANDSBESLUIT houdende het verbod voor zeilvaartuigen van vreemde nationaliteit om zich, zonder schriftelijke vergunning, in de baaien en territoriale wateren van Sint Maarten op te houden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSint Maarten
OrganisatietypeKoninkrijksdeel
Officiële naam regelingLANDSBESLUIT houdende het verbod voor zeilvaartuigen van vreemde nationaliteit om zich, zonder schriftelijke vergunning, in de baaien en territoriale wateren van Sint Maarten op te houden
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorregering
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpverkeer en vervoer

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Dit besluit van de Gouverneur is bekrachtigd bij landsverordening die is geplaats in P.B. 1940, no. 19, en in werking getreden met ingang van 15 maart 1940.

Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010Geconsolideerde tekst (GT)

15-03-2013

AB 2013, GT no. 158

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

LANDSBESLUIT houdende het verbod voor zeilvaartuigen van vreemde nationaliteit om zich, zonder schriftelijke vergunning, in de baaien en territoriale wateren van Sint Maarten op te houden

 

 

Artikel 1

Het is aan zeilvaartuigen van vreemde nationaliteit verboden zonder schriftelijke vergunning van de Minister van Justitie, in de baaien en territoriale wateren van het land zich op te houden, tenzij dit geschiedt voor doorvaart of het in- of uitlopen van een van de geregelde havens, zomede in geval van averij en andere overmacht.

Artikel 2

Bij constatering van een overtreding van artikel 1 van deze regeling, is de Kustwacht of een van de ambtenaren met het opsporen van overtredingen van deze regeling belast, bevoegd, het vaartuig naar de haven of baai, van waaruit het vaartuig is uitgevaren, of anders naar de dichtsbijzijnde haven of baai op te brengen.

Artikel 3

Bij overtreding van het verbod, in artikel 1 bedoeld, wordt de schipper en ieder van de opvarenden, tenzij ten aanzien van de laatsten blijkt, dat het feit buiten hun toedoen is begaan, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste drieduizend gulden.

Het bij dit artikel strafbaar gesteld feit wordt beschouwd als misdrijf.

Artikel 4

Met het opsporen van de feiten, bij deze regeling strafbaar gesteld, zijn, behalve de ingevolge artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering daartoe bevoegde personen, belast de officieren van de Kustwacht, de Havenmeester, de loodsen, hulploodsen en ambtenaren der Douane.

Artikel 5

[regelt de inwerkingtreding]