Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSVERORDENING ter uitvoering van het op 13 januari 1993 te Parijs tot stand gekomen Verdrag tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, met bijlagen (Trb. 1993, 162) |
Citeertitel | Uitvoeringslandsverordening verdrag chemische wapens |
Vastgesteld door | regering en Staten gezamenlijk |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 21 april 1997, gepubliceerd in P.B. 1997, no. 122, en in werking getreden op 28 april 1997.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Het verdrag is bij Rijkswet van 8 juni 1995 (Stb. 316) (zie P.B. 1995, no. 185) goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk. Het verdrag is op 1 mei 1997 in werking getreden.
Het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling is vastgesteld bij landsbesluit van 25-4-1997 (P.B. 1997, no. 138).
Onbekend
Uitvoeringslandsbesluit verdrag chemische wapens
Landsbesluit van 25 april 1997, no. 2, ter uitvoering van artikel 12
Landsbesluit van de 25 april 1997, no. 3, ter uitvoering van artikel 12
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-05-2015 | Artikelen 9 en 10 | 17-04-2015 AB 2015, no. 9 | onbekend | ||
10-10-2010 | 30-05-2015 | Geconsolideerde tekst (GT) | 21-02-2013 AB 2013, GT no. 432 | onbekend |
HOOFDSTUK 1 Begripsomschrijving
In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
HOOFDSTUK 2 Chemische wapens en stoffen en inrichtingen voor de productie daarvan
De minister kan een ontheffing verlenen van het verbod in het eerste lid voor:
het overdragen van de stoffen ten behoeve van de onder a genoemde doeleinden naar een inrichting als bedoeld in het derde lid en vierde lid onder a, of naar een staat die partij is bij het verdrag, tenzij de stoffen zijn bestemd voor doorvoer naar een andere staat die geen partij is bij het verdrag.
Degene die een inrichting als bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, in bedrijf houdt, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling VI (D), onder 13 tot en met 16, van het verdrag. De eerste volzin is niet van toepassing indien de inrichting een ziekenhuis betreft.
Degene aan wie een ontheffing als bedoeld in artikel 3, vierde lid, onderdeel a, is verleend, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling VI (D), onder 17 tot en met 20, van het verdrag.
Degene aan wie een ontheffing als bedoeld in artikel 3, vierde lid, onder b, is verleend, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken, die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling VI (B), onder 5 en 6, van het verdrag.
Degene die een inrichting in bedrijf houdt waar de stoffen, bedoeld in artikel VI, vierde en vijfde lid, van het verdrag worden geproduceerd, verwerkt of verbruikt, in hoeveelheden, aangegeven bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken, die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling VII (A), onder 6 tot en met 8, onderscheidenlijk Afdeling VIII (A), onder 6 tot en met 8, van het verdrag.
Degene die een inrichting in bedrijf houdt of heeft gehouden waar de in het eerste lid bedoelde stoffen zijn geproduceerd in de periode van 1 januari 1946 tot en met de inwerkingtreding van deze landsverordening, met het doel chemische wapens te ontwikkelen, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken, die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling VII (A), onder 10, onderscheidenlijk Afdeling VIII (A), onder 10, van het verdrag.
Degene die een inrichting als bedoeld in artikel VI, zesde lid, van het verdrag in bedrijf houdt waar stoffen als bedoeld in Afdeling I, onder 4, van de Verificatiebijlage van het Verdrag worden geproduceerd, in hoeveelheden, aangegeven bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, is verplicht aan de minister de gegevens te verstrekken, die zijn aangewezen bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Tot de aan te wijzen gegevens behoren de gegevens, bedoeld in de Verificatiebijlage, Afdeling IX, onder 4 tot en met 6, van het verdrag.
HOOFDSTUK 3 Straf- en toezichtsbepalingen
Handelen in strijd met de bij of krachtens de artikelen 4 tot en met 8, 14, eerste lid, of 15, derde lid, gestelde voorschriften is een overtreding en wordt gestraft met, hetzij hechtenis van ten hoogste zes maanden en een geldboete van de vijfde categorie, hetzij met een van beide straffen.
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde zijn belast de daartoe bij landsbesluit aangewezen ambtenaren en andere personen.
Zij zijn bevoegd, met medeneming van de benodigde apparatuur, alle plaatsen, met uitzondering van woningen zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, te betreden, vergezeld van door hen aangewezen personen. Wordt hun de toegang geweigerd, dan verschaffen zij zich die desnoods met behulp van de sterke arm.
Is de in het tweede lid bedoelde plaats een woning, tevens een woning of alleen door een woning toegankelijk, dan treden zij deze zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner niet binnen dan op algemene of bijzondere schriftelijke last van de officier van justitie, of op een bijzondere schriftelijke last van een hulpofficier van justitie. Van dit binnentreden wordt door hen proces-verbaal opgemaakt, dat binnen twee maal 24 uur aan degene, wiens woning is binnengetreden, in afschrift wordt toegezonden.
Zij zijn bevoegd inzage te verlangen van zakelijke gegevens en bescheiden, met inbegrip van informatiedragers. Zij zijn bevoegd daarvan kopieën te maken. Indien het maken van kopieën niet ter plaatste kan geschieden, zijn zij bevoegd de gegevens en bescheiden voor dat doel korte tijd mee te nemen tegen een door hen af te geven schriftelijk bewijs.
Zij zijn bevoegd zaken te onderzoeken, aan opneming te onderwerpen en daarvan monsters te nemen. Zij zijn bevoegd daartoe verpakkingen te openen. Indien het onderzoek, de opneming of de monsterneming niet ter plaatse kan geschieden, zijn zij bevoegd de zaken voor dat doel voor korte tijd mee te nemen tegen een door hen af te geven schriftelijk bewijs. Zij zijn bevoegd de meegenomen monsters elders buiten Sint Maarten nader te doen onderzoeken. De genomen monsters worden, voor zover mogelijk, teruggegeven.
HOOFDSTUK 4 Internationale routine- en uitdagingsinspecties
Het internationale inspectieteam is bevoegd om, vergezeld door het begeleidingsteam en met medeneming van de benodigde apparatuur, bij het verrichten van een internationale routine-inspectie fabriekscomplexen, fabrieken en eenheden te betreden, voor zover het dat voor de uitvoering van die inspectie nodig acht. Het hoofd van het begeleidingsteam kan daartoe zo nodig de hulp van de sterke arm inroepen.
Het internationale inspectieteam is bevoegd om, vergezeld door het begeleidingsteam en met medeneming van de benodigde apparatuur, bij het verrichten van een internationale uitdagingsinspectie elke plaats te betreden, voor zover het dat voor de uitvoering van die inspectie nodig acht. Het hoofd van het begeleidingsteam kan daartoe zo nodig de hulp van de sterke arm inroepen.
Het internationale inspectieteam is, vergezeld door het begeleidingsteam, bevoegd om zonder last een woning zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner binnen te treden. Het hoofd van het begeleidingsteam maakt van dit binnentreden proces-verbaal op dat binnen twee maal 24 uur aan degene, wiens woning is binnengetreden, in afschrift wordt toegezonden. In dit proces-verbaal vermeldt hij tevens de namen en de hoedanigheden van de leden van het begeleidingsteam en van de inspecteurs.