Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSVERORDENING, houdende regels inzake de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water |
Citeertitel | Landsverordening drinkwater |
Vastgesteld door | regering en Staten gezamenlijk |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | volksgezondheid |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 7 april 2006, gepubliceerd in P.B. 2006, no. 37, en in werking getreden op 15 september 2006
Het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling is vastgesteld bij landsbesluit van 12-9-2006 (P.B. 2006, no. 73).
De Raad voor het drinkwater functioneert in de praktijk nog niet.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010
Onbekend
Landbesluit kwaliteit drinkwater
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-05-2015 | wijziging artikelen 40 en 41 | 17-04-2015 AB 2015, no.9 | onbekend | ||
10-10-2010 | 30-05-2015 | geconsolideerde tekst (GT) | 19-04-2013 A.B. 2013, GT no. 803 | onbekend |
In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Deze landsverordening is van toepassing op drinkwater ongeacht de herkomst ervan en ongeacht of het water wordt geleverd via een openbaar of intern leidingnet dan wel afkomstig is van een afzonderlijke watervoorziening, uit een tankschip of uit een tankauto.
Deze landsverordening is niet van toepassing op drinkwater dat is verpakt in flessen of andersoortig klein verpakkingsmateriaal.
Voor zover het eerste lid toepassing heeft gevonden, stelt de minister ter zake regels ter waarborging dat de volksgezondheid wordt beschermd tegen de schadelijke gevolgen van verontreiniging van drinkwater. Deze regels zijn zoveel mogelijk in overeenstemming met deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen.
Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, kunnen, gehoord de Inspecteur-Generaal, deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen mede geheel of gedeeltelijk van toepassing worden verklaard op eigenaren of beheerders van gebouwen waar logies wordt geboden aan derden.
De minister is belast met de zorg voor het tot stand brengen en instandhouden van een deugdelijke en duurzame voorziening van drinkwater voor alle inwoners dat voldoet aan de bij of krachtens deze landsverordening gestelde regels.
HOOFDSTUK 2 Productie en distributie
De producent of distributeur van drinkwater draagt zorg voor de productie respectievelijk de distributie van drinkwater dat in overeenstemming is met de in artikel 12, eerste lid, gestelde eis en de in artikel 12, tweede lid, bedoelde kwaliteitseisen in zodanige hoeveelheid en onder zodanige druk als het belang van de volksgezondheid vereist.
Drinkwater voldoet aan bij of krachtens landsbesluit, houdende algemene maatregelen, gestelde minimum kwaliteitseisen. Deze eisen kunnen ook betrekking hebben op de door de producenten en distributeurs van drinkwater bij de winning, bereiding, behandeling, opslag, transport en distributie van zodanig water te gebruiken infrastructuur, materialen en chemicaliën.
In het geval dat ingevolge de in het tweede, derde of vierde lid, bedoelde landsbesluiten, houdende algemene maatregelen, nog niet in de aanpak van een bepaald probleem kan worden voorzien, kunnen, indien gevaar voor de volksgezondheid direct ingrijpen vereist, de regels, bedoeld in het tweede, derde en vierde lid, in afwachting van de totstandkoming van een in die leden bedoeld landsbesluit, houdende algemene maatregelen, tijdelijk bij ministeriële regeling worden vastgesteld.
Een ministeriële regeling als bedoeld in het vijfde lid, vervalt na verloop van een termijn van zes maanden nadat zij in werking is getreden, dan wel, indien binnen die termijn een landsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter vervanging van die beschikking in werking getreden is, met ingang van het tijdstip waarop een zodanig landsbesluit in werking getreden is.
Indien drinkwater niet voldoet aan de bij artikel 12, eerste lid, of krachtens artikel 12, tweede lid, gestelde eisen:
stelt de producent respectievelijk de distributeur onmiddellijk de Inspecteur-Generaal in kennis van het feit dat het water niet langer voldoet aan de bij artikel 12, eerste lid of krachtens artikel 12, tweede lid, gestelde eisen alsmede van de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan het in de onderdelen a en c bepaalde;
De minister draagt zorg dat, indien er herstelmaatregelen worden genomen die de volksgezondheid raken, de producent of distributeur de gebruikers hiervan zo spoedig mogelijk in kennis stelt. Bij die gelegenheid worden de gebruikers tevens voorgelicht over door hen te nemen maatregelen om eventuele nadelige gevolgen voor de gezondheid te voorkomen.
Indien wordt vastgesteld dat het niet voldoen aan de bij artikel 12, eerste lid, of krachtens artikel 12, tweede lid, gestelde eisen, is te wijten aan het desbetreffende interne leidingnet of het onderhoud daarvan, zijn het eerste en tweede lid niet van toepassing. In een dergelijk geval is de producent of de distributeur van het desbetreffende drinkwater gehouden de eigenaar of gebruiker van het interne leidingnet hiervan op de hoogte te stellen en deze te adviseren over mogelijk te treffen herstelmaatregelen.
Het onderzoek naar de kwaliteit van het drinkwater, bedoeld in artikel 12, eerste en tweede lid, geschiedt met behulp van laboratoriumtesten. Zodanige testen geschieden uitsluitend door of op verzoek van een laboratorium dat door de minister daartoe is aangewezen met in achtneming van bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, te stellen regels.
Indien het belang van de volksgezondheid zich daar niet tegen verzet, kan de Inspecteur-Generaal op verzoek van de producent of distributeur van drinkwater toestemming geven de productie of distributie in strijd met de bij of krachtens artikel 12 gegeven voorschriften gedurende een beperkte tijd voort te zetten in afwachting van de behandeling van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 17, eerste lid.
Indien het belang van de volksgezondheid zich daar niet tegen verzet, kan de minister op verzoek van de producent of distributeur van drinkwater, gehoord de Inspecteur-Generaal, tijdelijk overeenkomstig bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, te stellen regels ontheffing verlenen van de naleving van een of meer van de krachtens artikel 12, tweede, derde en vierde lid, gegeven voorschriften.
HOOFDSTUK 3 Raad voor het drinkwater
De Raad kan in het belang van de volksgezondheid advies inwinnen van externe deskundigen. Indien hieraan kosten verbonden zijn, is voorafgaande instemming van de minister vereist, tenzij de kosten niet op de begroting van het Ministerie van Volksgezondheid, Sociale Ontwikkeling en Arbeid zullen drukken.
Jaarlijks dient de Raad vóór 1 april bij de minister een begroting in ter zake van de geraamde uitgaven in het daarop volgende jaar. Na afloop van het kalenderjaar legt de Raad binnen vier maanden schriftelijk verantwoording af aan de minister over de verrichte werkzaamheden. Daartoe behoort mede een overzicht van het financieel beheer.
De Raad is voorts bevoegd voor zover zulks strekt ten behoeve van zijn werkzaamheden stukken die berusten onder producenten en distributeurs van drinkwater, deskundigen, maatschappelijke organisaties en andere betrokkenen, op te vragen of daarvan ter plekke inzage te nemen met uitzondering van stukken die betrekking hebben op of te herleiden zijn tot individuele personen, tenzij deze geanonimiseerd zijn.
Het minister is bevoegd tot het doen wegnemen, ontruimen, beletten, in de vorige toestand herstellen of verrichten van hetgeen in strijd met de in deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen is of wordt gedaan, gehouden of nagelaten.
De kosten verbonden aan de toepassing van bestuursdwang zijn bevoorrecht op de zaak ten aanzien waarvan zij zijn besteed en worden na de kosten, bedoeld in Boek 3, artikel 284, van het Burgerlijk Wetboek, uit de opbrengst van de zaak betaald.
Tot de bevoegdheid tot toepassing van bestuursdwang behoort het verzegelen van gebouwen, terreinen en hetgeen zich daarin of daarop bevindt.
Gedurende drie jaren na het tijdstip van verkoop heeft degene die op dat tijdstip rechthebbende was, recht op de opbrengst van het goed onder aftrek van de aan de toepassing van bestuursdwang verbonden kosten en de kosten van de verkoop. Indien de rechthebbende niet tevens de overtreder is, worden van de opbrengst de kosten van bestuursdwang niet in mindering gebracht.
De minister stelt de dwangsom vast hetzij op een bedrag ineens hetzij op een bedrag per tijdseenheid waarin de last niet is uitgevoerd of op een bedrag per overtreding van de last. De minister stelt tevens een bedrag vast waarboven geen dwangsom meer wordt verbeurd. Het vastgestelde bedrag van de dwangsom dient in redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsomoplegging.
Met de opsporing van de bij artikel 40 strafbaar gestelde feiten zijn, naast de in artikel 184 van het Wetboek van Strafvordering en de krachtens artikel 39, eerste lid, van de Landsverordening Inspectie voor de Volksgezondheid bedoelde personen, belast de daartoe door de minister aangewezen personen.
Degene die verontreiniging van drinkwater veroorzaakt, zodanig dat door de betrokken producent of distributeur niet meer wordt voldaan aan artikel 12, eerste lid, of de krachtens artikel 12, tweede lid, bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, gestelde regels ter zake van de kwaliteit van het drinkwater, wordt gestraft:
HOOFDSTUK 6 Overige bepalingen
§ 1 Beleidsplanning en rapportage
Jaarlijks vóór 1 september brengt de minister verslag uit over de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van het in artikel 42 bedoelde beleidsplan aan de Staten. Het verslag bevat voorts alle relevante informatie over van belang zijnde gebeurtenissen ter zake van drinkwater gedurende de verslagperiode, maar bevat in ieder geval:
De minister zendt een exemplaar van het verslag tevens aan de Inspecteur-Generaal.
Voor een concessie, vergunning of overeenkomst als bedoeld in artikel 9, eerste lid, is een bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, vast te stellen vergoeding verschuldigd welke vergoeding strekt ter dekking van de kosten van de bemoeiingen met betrekking tot het verlenen van de concessie, vergunning of het aangaan van de overeenkomst.
Bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, worden regels gesteld betreffende een jaarlijkse bijdrage die is verschuldigd door een producent of distributeur van drinkwater ter dekking van de kosten die voor de overheid voortvloeien uit de toepassing van het bij of krachtens deze landsverordening ter zake van de kwaliteit van het drinkwater bepaalde, in het bijzonder waar het betreft kosten die verband houden met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze landsverordening gegeven regels, voorschriften en beperkingen.
Indien de vergoeding en de bijdrage, bedoeld in respectievelijk het eerste en tweede lid, verschuldigd zijn door een privaatrechtelijke rechtspersoon, is iedere bestuurder van die rechtspersoon, behoudens voor zover deze kan aantonen dat hem ter zake geen verwijt treft, hoofdelijk aansprakelijk voor het afdragen van die vergoeding en bijdrage.
Een ieder die is betrokken bij de uitvoering van het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.
HOOFDSTUK 7 Overgangs- en slotbepalingen
Concessies, vergunningen of overeenkomsten, afgegeven,respectievelijk aangegaan vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening blijven, behoudens eerdere intrekking of beëindiging, in stand voor de resterende tijd van die concessie, vergunning of overeenkomst, met dien verstande dat bepalingen in die concessies, vergunningen of overeenkomsten die in strijd zijn met deze landsverordening of de daarop berustende bepalingen na drie maanden na inwerkingtreding van deze landsverordening komen te vervallen tenzij zij binnen die periode zijn vervangen door bepalingen die in overeenstemming zijn met het bij of krachtens deze landsverordening bepaalde.
Deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen zijn niet van toepassing op leidingen, fittingen en toestellen, die op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze landsverordening in gebruik zijn in bestaande gebouwen, openbare, interne en afzonderlijke watervoorzieningen en openbare en interne leidingnetten.