Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 3, eerste en tweede lid, van de Landsverordening houdende voorschriften in het belang van de volksgezondheid met betrekking tot bestrijdingsmiddelen van schadelijke dieren en planten |
Citeertitel | Regeling verpakking en etikettering van bestrijdingsmiddelen |
Vastgesteld door | Minister van Volksgezondheid_x002C_ Sociale Ontwikkeling en Arbeid |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | volksgezondheid |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 21 juli 1989, gepubliceerd in P.B. 1989, no. 44, en in werking getreden op 5 augustus 1989.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Landsverordening houdende voorschriften in het belang van de volksgezondheid met betrekking tot bestrijdingsmiddelen van schadelijke dieren en planten, artikel 3
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | geconsolideerde tekst (GT) | 03-05-2013 AB 2013, GT no. 611 | n.v.t. |
Indien de verpakking zo klein is dat redelijkerwijs niet alle voorgeschreven aanduidingen en vermeldingen daarop kunnen worden gesteld, bepaalt de inspecteur op welke wijze aan het in het eerste lid van artikel 4 gestelde zal worden voldaan.
BIJLAGE I behorende bij de Regeling verpakking en etikettering van bestrijdingsmiddelen
Gelet op artikel 3, onder a, en artikel 3, tweede lid, wordt door de inspecteur bepaald welke van de volgende gevaarsymbolen en de daarbij behorende aanduidingen op de verpakking van een bestrijdingsmiddel moeten worden aangebracht:
Bijgevoegde illustratie geeft een beeld van de gevaarsymbolen.
BIJLAGE II behorende bij de Regeling verpakking en etikettering van bestrijdingsmiddelen
AANDUIDING BIJZONDERE GEVAREN.
De in artikel 3, eerste lid, sub b, bedoelde aanduidingen van de bijzondere gevaren zijn een of meer van de volgende: