Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sint Maarten

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9C, vijfde lid, onderdeel b, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting en van artikel 6C, vierde lid, van de Landsverordening op de loonbelasting

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSint Maarten
OrganisatietypeKoninkrijksdeel
Officiële naam regelingMINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9C, vijfde lid, onderdeel b, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting en van artikel 6C, vierde lid, van de Landsverordening op de loonbelasting
CiteertitelMinisteriële regeling werkkleding
Vastgesteld doorMinister van Financiën
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbelastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 25 maart 2003, gepubliceerd in P.B. 2003, no. 47, en in werking getreden op 19 april 2003.

Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Landsverordening op de inkomstenbelasting, artikel 9C
  2. Landsverordening op de loonbelasting, artikel 6C

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010geconsolideerde tekst (GT)

28-02-2013

AB 2013, GT no. 421

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

MINISTERIËLE REGELING ter uitvoering van artikel 9C, vijfde lid, onderdeel b, van de Landsverordening op de inkomstenbelasting en van artikel 6C, vierde lid, van de Landsverordening op de loonbelasting

 

 

Artikel 1
  • 1.

    In deze ministeriële regeling wordt verstaan onder werkkleding:

    • a.

      kleding, met inbegrip van schoeisel, die gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan, moet worden gedragen en die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend daarvoor geschikt is; of

    • b.

      kleding, met inbegrip van schoeisel, waarvan het gebruik gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan, zodanig is dat privégebruik daarna geheel of nagenoeg geheel niet mogelijk is.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, wordt kleding die niet uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is om gedurende het uitoefenen van de dienstbetrekking of gedurende bepaalde perioden daarvan te dragen, als werkkleding aangemerkt indien:

    • a.

      de kleding is voorzien van een of meer duidelijk zichtbare, aan de inhoudingsplichtige gebonden beeldmerken met een oppervlakte van tezamen ten minste 70 vierkante centimeter en

    • b.

      deze beeldmerken onlosmakelijk aan de kleding zijn aangebracht.

  • 3.

    Voor de toepassing van dit artikel wordt een kledingsstuk, dat een onlosmakelijk onderdeel is van de werkkleding, als werkkleding aangemerkt. Het is daarbij niet relevant of vorengenoemd onderdeel van de werkkleding in het privéleven gedragen zou kunnen worden.

Artikel 2

De Inspecteur kan, op verzoek van de belastingplichtige dan wel de inhoudingsplichtige, vaststellen of de kleding als werkkleding kan worden aangemerkt.

Artikel 3

De waarde van de door de werkgever verstrekte of ter beschikking gestelde werkkleding wordt op nihil gesteld.

Artikel 4

[vervallen]

Artikel 5

[regelt de inwerkingtreding]

Artikel 6

Deze ministeriele regeling kan worden aangehaald als: Ministeriële regeling werkkleding.