Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deventer

Verordening inzake de planadviesraad Monumenten en beschermd stadsgezicht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDeventer
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening inzake de planadviesraad Monumenten en beschermd stadsgezicht
Citeertitelverordening planadviesraad monumenten en beschermd stadsgezicht
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp7.3.1

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Oorspronkelijk raadsbesluit 25 februari 2002, bekendmaking 24 april 2002, inwerkingtreding 5 juni 2002. Historie mogelijk niet compleet.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-200301-04-2012Onbekend

23-06-2003

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

verordening inzake de planadviesraad Monumenten en beschermd stadsgezicht (art. 82 Gemeentewet)

 

 

Artikel 1.
  • 1.

    Er is een planadviesraad monumenten en beschermd stadsgezicht, in deze verordening “de adviesraad” genoemd.

  • 2.

    De adviesraad wordt aangewezen als de commissie, bedoeld in de artikel 1, lid 1 onder r van de Woningwet en artikel 15 van de Monumentenwet”

Artikel 2.

De adviesraad is werkzaam voor

  • a.

    het gebied dat krachtens artikel 35 van de Monumentenwet is aangewezen als beschermd stadsgezicht;

  • b.

    zeer omvangrijke het stadsgezicht bepalende plannen gelegen in gebieden die direct grenzen aan het beschermd stadsgezicht;

  • c.

    alle buiten het beschermd stadsgezicht gelegen panden welke zijn aangewezen als rijksmonument dan wel geplaatst zijn op de gemeentelijke monumentenlijst.

Artikel 3.

 

  • 1.

    De adviesraad bestaat uit 6 leden die, na voordracht van Het Oversticht, op voorstel van burge-meester en wethouders worden benoemd en ontslagen door de gemeenteraad, en wel”

    • a.

      een lid dat als voorzitter optreedt;

    • b.

      een lid als wisselend lid.

    • c.

      twee leden, die over specifieke deskundigheid op het gebied van de monumentenzorg beschikken of daarmee bijzondere affiniteit hebben. Het Oversticht wint over deze voordracht tevoren het advies van de adviesraad Monumenten in;

    • d.

      een lid dat over bijzondere deskundigheid op het gebeid van landschapsarchitectuur en groen beschikt;

    • e.

      een lid dat tevens de functie van secretaris vervult.

  • 2.

    Tot voorzitter of lid zijn niet benoembaar:

    • a.

      leden van een bestuursorgaan van de gemeente Deventer;

    • b.

      ambtenaren in dienst bij een bestuursorgaan van de gemeente Deventer of daarmede op grond van hun werkzaamheden gelijk te stellen personen in de uitoefening van hun functie.

  • 3

    De gemeenteraad ontslaat de voorzitter of een lid van de adviesraad:

    • a.

      op zijn verzoek;

    • b.

      wanneer hij uit hoofde van ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen;

    • c.

      bij de aanvaarding van een ambt of betrekking welke bij deze verordening onverenigbaar is verklaard met het lidmaatschap van de adviesraad;

    • d.

      wanneer hij bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel hem bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • e.

      wanneer hij ingevolge een onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surséance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 4.

    De voorzitter en de leden worden benoemd voor een periode van driejaar, ingaande 1 januari 2003. Zij kunnen eenmaal voor een periode van ten hoogste drie jaar worden herbenoemd, met uitzondering van de voorzitter en de leden die op 1 januari 2003 reeds drie jaar of meer zitting hebben in de adviesraad (commissie). Ten aanzien van deze laatst bedoelden vervalt het lidmaatschap van de raad op 1 januari 2006 van rechtswege”. De adviesraad stelt een rooster van aftreden vast

Artikel 4.

 

De adviesraad brengt advies uit:

  • a.

    over regulier vergunningplichtige bouwwerken als bedoeld in artikel 44, lid 1 onder d van de Woningwet

  • b.

    over lichtvergunningplichtige bouwwerken als bedoeld in artikel 44, lid 3 van de Woningwet indien en voor zover de adviesraad om advies wordt gevraagd

  • c.

    bij de voorbereiding van besluiten als bedoeld in artikel 19 van de Woningwet ten aanzien van de vraag of het uiterlijke van een (bestaand) bouwwerk of standplaats in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand.

  • d.

    ten aanzien van verzoeken ingevolge aanvragen om vergunning voor reclame en opschriften als bedoeld in art. 4.72. van de Algemene Plaatselijke Verordening;

  • e.

    e ten aanzien van alle aanvragen om vergunning als bedoeld in artikel 11, lid 2 en artikel 37 van de Monumentenwet alsmede aanvragen om vergunning als bedoeld in de gemeentelijke monu-mentenverordening

  • f.

    ten aanzien van andere aangelegenheden, waarin burgemeester en wethouders dit wenselijk achten, zoals ten aanzien van de openbare ruimte.

Artikel 5.

 

  • 1.

    De adviezen worden schriftelijk uitgebracht. Afwijzende adviezen zijn met redenen omkleed;

  • 2

    De uit te brengen adviezen worden gericht aan het college van burgemeester en wethouders, doch toegezonden aan het hoofd van de afdeling bouw- en woningtoezicht danwel – ingeval advies is gevraagd in het kader van een bezwaarschriftprocedure –aan de secretaris van de Algemene Bezwaar- schriften com- missie”.

  • 3

    De adviesraad ontvangt na de definitieve besluitvorming schriftelijk bericht over het door burgemeester en wethouders/gemeenteraad genomen besluit, inclusief de overwegingen indien van het advies wordt afgeweken.

Artikel 6.
  • c.

    De adviesraad is bevoegd deskundigen uit te nodigen en te horen.

Artikel 7.

 

De adviesraad is bevoegd het uitbrengen van advies ten aanzien van de in artikel 4 genoemde onderwerpen te mandateren aan de secretaris van deze raad, mits:

  • a.

    het gaat om plannen die behoren tot de categorie waarover de mening van de adviesraad als bekend mag worden verondersteld, waartoe in ieder geval behoren de plannen, waarop een beeldkwaliteitsplan of anderszins een beleidsregel inzake welstand van toepassing is, alsmede in gevallen waarvoor een lichte bouwvergunning als bedoeld in artikel 44, lid 3 van de Woningwet is vereist”

  • b.

    het niet gaat om uit esthetisch oogpunt ingrijpende plannen;

  • c.

    het niet gaat om de advisering in bezwaarschriftprocedures, waarbij welstandsaspecten in het geding zijn, ten aanzien waarvan de secretaris krachtens mandaat in eerste aanleg heeft geadviseerd.

Artikel 8.

 

  • 1.

    De adviesraad komt bijeen:

  • *

    na schriftelijke oproep door de voorzitter, tenminste 2 maal per jaar;

  • *

    op verzoek van het college van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De adviesraad beraadslaagt en besluit niet indien niet minimaal 3 van de leden, de voorzitter daaronder begrepen, aanwezig is.

  • 3.

    De adviesraad besluit bij meerderheid van stemmen. De minderheid kan vorderen dat uit het advies haar afwijkende mening blijkt. Bij staking van stemmen beslist de voorzitter.

  • 4.

    In spoedeisende gevallen kan van het bepaalde in het tweede en derde lid worden afgeweken, waarvan mededeling moet worden gedaan in het uit te brengen advies.

  • 5.

    De vergaderingen van de adviesraad zijn openbaar.

De openbaarheid geldt zowel voor de beraad-slagingen, de beoordeling als de adviezen. Een vergadering of een gedeelte daarvan zijn niet openbaar in gevallen als bedoeld in artikel 10, eerste lid van de Wet Openbaarheid van Bestuur en in gevallen waarin het belang van de openbaarheid van bestuur niet opweegt tegen de in artikel 10, tweede lid van die wet genoemde belangen”. Indien burgemeester en wethouders - al dan niet op verzoek van de aanvrager – of de voorzitter een verzoek doen tot niet openbare behandeling dienen zij daaraan klemmende redenen op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur ten grondslag te leggen.

Artikel 9.

 

  • 1.

    De secretaris van de adviesraad draagt er zorg voor dat van het verhandelde in een vergadering een verslag wordt opgesteld.

  • 2.

    De secretaris draagt verder zorg voor de opstelling van een (jaar)verslag van de door de adviesraad verrichte werkzaamheden, waarin tenminste wordt uiteengezet op welke wijze zij toepassing heeft gegeven aan de criteria als bedoeld in artikel 12a, lid 1 onderdeel a van de Woningwet. Dit verslag wordt jaarlijks voor 1 april van het daarop volgende jaar aan burgemeester en wethouders aangeboden.

Artikel 10.

 

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 11.

 

Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2003, met dien verstande dat de benoeming van de leden van de adviesraad met terugwerkende kracht ingaat per 1 januari 2003.

Artikel 12.

 

Deze verordening kan worden aangehaald als de “verordening planadviesraad monumenten en beschermd stadsgezicht”.