Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze Verordening wordt verstaan onder
- a.
- b.
commissie: de rekenkamercommissie;
- c.
voorzitter: voorzitter van de commissie;
- d.
college: college Burgemeester en Wethouders;
- e.
rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente
Midden-Drenthe;
Artikel 2 Commissie
- 1.
Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid
als rekenkamercommissie.
- 2.
De commissie bestaat uit drie leden, niet zijnde raadsleden.
Artikel 3 Benoeming leden
- 1.
De raad benoemt de leden van de rekenkamercommissie.
- 2.
De raad benoemt op voordracht van de rekenkamercommissie de
voorzitter.
- 3.
De leden van de rekenkamercommissie worden voor een periode van zes jaar
benoemd.
Artikel 4 Eed
Op de leden is artikel 81g van de wet van overeenkomstige toepassing.
Artikel 5 Ontslag en non-activiteit
- 1.
De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-actief.
- 2.
Het lidmaatschap van een lid eindigt:
- a.
- b.
bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het
lidmaatschap van de rekenkamercommissie;
- c.
wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een
uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot
gevolg heeft;
- d.
indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement
is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens
schulden is gegijzeld.
- 3.
De leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen
wanneer:
- a.
zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie
te vervullen;
- b.
op voordracht van de commissie indien deze van oordeel is dat
het lid niet langer geschikt is de functie van
rekenkamercommissielid te vervullen.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden van de
rekenkamercommissie
- 1.
De leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen
van de rekenkamercommissie. De vergoeding bedraagt voor leden 2 ½ maal
en voor de voorzitter 3 ½ maal het bedrag, vermeld in de bij AMvB
behorende tabel IV, zoals dat bedrag jaarlijks door de Minister van
Binnenlandse Zaken is of wordt vastgesteld voor een gemeente in klasse
3”.
- 2.
Ten aanzien van de vergoedingen alsmede de onkostenvergoedingen van de
leden is de verordening ex artikel 96 van de gemeentewet van
overeenkomstige toepassing.
- 3.
De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget
van de rekenkamercommissie.
Artikel 7 Ambtelijk secretaris
- 1.
De rekenkamercommissie wordt ondersteund door een ambtelijk
secretaris.
- 2.
De secretaris wordt in overleg met de rekenkamercommissie aangewezen
door de griffier.
- 3.
De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken
terzijde.
- 4.
De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de commissie over
de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.
- 5.
De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en
de vorming van de dossiers.
Artikel 8 Reglement van orde
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere
werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter
kennisneming naar de raad.
Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening
- 1.
De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid, doeltreffendheid en
de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Een
door de commissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het
door het gemeentebestuur gevoerde bestuur, bevat geen controle van de
jaarrekening als bedoeld in artikel 213 van de gemeentewet, tweede
lid.
- 2.
De rekenkamercommissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt,
formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.
- 3.
De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de
rekenkamercommissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.
- 4.
De raad kan de rekenkamercommissie een gemotiveerd verzoek doen tot het
instellen van een onderzoek. De rekenkamercommissie bericht de raad
binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de
rekenkamercommissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij
daarvoor goede gronden aanvoeren.
Artikel 10 Werkwijze
- 1.
De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de
uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door
haar vastgestelde onderzoeksopzet.
- 2.
De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad
tussentijds te informeren.
- 3.
De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur
en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te
winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De
leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn
verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de
rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.
- 4.
De rekenkamercommissie vergadert zoveel al zij nodig acht, ter
bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het
onderzoek.
- 5.
De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn
openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet
Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de
raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.
- 6.
De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen
beleggen.
- 7.
Voor de uitvoering van het onderzoek kan de rekenkamercommissie, met
inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus
inschakelen.
- 8.
De rekenkamercommissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen
een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt,
huns zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de
rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier
taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De
rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden
aangemerkt.
- 9.
Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport
en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijzen van
betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een
afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.
Artikel 11 Budget
- 1.
De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting
beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de
uitvoering van haar taken.
- 2.
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten
gebracht van:
- a.
de vergoedingen aan de externe leden;
- b.
externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie
zijn ingeschakeld;
- c.
interne onderzoekmedewerkers;
- d.
eventuele overige uitgaven die de rekenkamercommissie nodig acht
voor de uitoefening van haar taak.
- 3.
De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend
verantwoording verschuldigd aan de raad.
- 4.
Wanneer de commissie dit nodig acht kan zij aan de raad een gemotiveerd
verzoek doen om een aanvullend budget beschikbaar te stellen.
Artikel 12 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2012.
Op dat tijdstip vervalt de “Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie
Midden-Drenthe” vastgesteld bij raadsbesluit van 26 mei 2005.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening gemeentelijke
rekenkamercommissie Midden-Drenthe”.