Organisatie | Schouwen-Duiveland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten Schouwen-Duiveland 2012 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten Schouwen-Duiveland 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 229 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 31-12-2012 | Nieuwe regeling | 10-11-2011 Wereldregio, 30 december 2011 | 20-11-2011/06 |
De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 oktober 2011;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
gelet op de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Schouwen-Duiveland 2011;
Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten Schouwen-Duiveland 2012
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
De rechten worden niet geheven voor:
a het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;
b het begraven van doodgeboren kinderen of zuigelingen die met de overleden moeder in één kist worden begraven;
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
1 Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
2 Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 6.4 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.
1 De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 6.2, 6.3 en 6.4 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
2 Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 6.2, 6.3 en 6.4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 6.2, 6.3 en 6.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 6.2 en 6.3 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in 6.2 en 6.3 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 25,00.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 6.2, 6.3 en 6.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 10 Termijnen van betaling
1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen dertig dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.
2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.
De “Verordening lijkbezorgingsrechten Schouwen-Duiveland 2011-II” van 31 maart 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Vastgesteld door de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland in zijn openbare vergadering van 10 november 2011
T. van Oostenbrugge G.C.G.M. Rabelink
griffier voorzitter