Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Weststellingwerf

Mandaatbesluit gemeente Weststellingwerf 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWeststellingwerf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaatbesluit gemeente Weststellingwerf 2011
CiteertitelMandaatbesluit gemeente Weststellingwerf 2011
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, afdeling 10.1.1

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2011Nieuwe regeling

14-06-2011

Officiële bekendmakingen 2011, week 25

2011-5101 Intern

Tekst van de regeling

Intitulé

Nummer: 2011-5101/1 Intern

 

Burgemeester en wethouders en de Burgemeester van Weststellingwerf,

 

ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;

 

gelet op Afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht;

 

b e s l u i t e n:

 

vast te stellen het navolgende mandaatbesluit:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    secretaris: functionaris, eindverantwoordelijk voor de aansturing en de bedrijfsvoering van de gemeentelijke organisatie, als bedoeld bij artikel 103 Gemeentewet;

  • b.

    adjunct-secretaris: functionaris, aangewezen ter vervanging van de secretaris, als bedoeld bij artikel 106 Gemeentewet;

  • c.

    gemandateerde: degene aan wie mandaat werd verleend;

  • d.

    machtiging: overdracht van een bevoegdheid die noch als besluit noch als privaatrechtelijke handeling kan worden aangemerkt;

  • e.

    mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen;

  • f.

    mandaatgever: het bestuursorgaan dat mandaat verleent;

  • g.

    mandaatregister: een overzicht steunend op dit besluit, waarin alle geldige mandaten zijn vermeld;

  • h.

    ondermandaat: bevoegdheid die een gemandateerde verleent aan een ondergeschikte;

  • i.

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan privaatrechtelijke handelingen te verrichten;

Artikel 2 Algemene bepalingen

  • 1.

    De uitoefening van gemandateerde bevoegdheden en het gebruik van verleende (onder)volmachten of machtigingen geschiedt binnen de grenzen van de vastgestelde taken en met inachtneming van:

    • a.

      het geldend recht of toepasselijke beleid; en

    • b.

      de beleidsregels, richtlijnen of uitvoeringsinstructies.

  • 2.

    Het nemen van besluiten over, het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op aangelegenheden met (mogelijke) financiële gevolgen geschiedt:

    • a.

      in overeenstemming met het bepaalde in de desbetreffende financiële verordening als bedoeld in artikel 213 Gemeentewet; en

    • b.

      conform een vastgestelde begroting waarbij financiële middelen beschikbaar zijn gesteld.

  • 3.

    De (adjunct-) secretaris kan het afdelingshoofd en/of de individuele ambtenaar instructies of aanwijzingen geven met betrekking tot wijze van uitoefening van bevoegdheden in (onder)mandaat.

  • 4.

    Het mandaat omvat tevens de bevoegdheid tot ondertekening van besluiten namens de mandaatgever.

  • 5.

    De hoofden van de afdelingen kunnen ondermandaat verlenen aan (niet-ondergeschikte) medewerkers die op hun afdeling werkzaam zijn, onder goedkeuring van de (adjunct-) secretaris.

Artikel 3 Reikwijdte mandaat

  • 1.

    Beslissingen waarbij verschillende disciplines zijn betrokken, of die het werkgebied van één of meer afdelingen raken dienen:

    • a.

      op elkaar dienen te zijn afgestemd;

    • b.

      te zijn voorzien van de vakinhoudelijke deskundige inbreng;

    • c.

      te zijn gegrond op een eensluidend (integraal) advies.

  • 2.

    De uitoefening van (onder)mandaat heeft betrekking op routinematige beslissingen. Bij twijfel legt het hoofd van de primair verantwoordelijke afdeling het voorgenomen besluit voor aan de (adjunct-) secretaris.

  • 3.

    De gemandateerde is in het kader van een verleend (onder)mandaat tevens bevoegd tot het:

    • a.

      verrichten van alle benodigde voorbereidingshandelingen;

    • b.

      voeren van correspondentie;

    • c.

      verdagen van de beslissing;

    • d.

      ondertekenen van de betreffende stukken;

    • e.

      verstrekken van informatie;

    • f.

      doen van bekendmakingen (van aanvragen, ontwerpen, concepten e.d.);

    • g.

      verzorgen van alle overige handelingen die met de bevoegdheid samenhangen.

Artikel 4 Beperkingen mandaat

Het mandaat heeft geen betrekking op besluiten:

  • a.

    die bestemd zijn voor de gemeenteraad;

  • b.

    die leiden tot de vaststelling of wijziging van de hoofdlijnen van gemeentelijk beleid;

  • c.

    die het vaststellen van beleidsregels beogen;

  • d.

    tot het aangaan van convenanten;

  • e.

    tot het vaststellen van subsidieplafonds;

  • f.

    tot afdoening van een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij de gemandateerde als beklaagde is betrokken;

  • g.

    tot (het voordragen voor) benoeming van bestuurders in functies of commissies;

  • h.

    tot de aanwijzing van met opsporingstaken belaste en toezichthoudende personen;

  • i.

    tot het instellen van bezwaar of beroep en het voeren van rechtsgedingen;

  • j.

    tot het al dan niet honoreren van schadeclaims van derden of het afkopen van (mogelijke) geschillen, uitgezonderd schadeclaims die vallen onder de dekking van een door de gemeente afgesloten aansprakelijkheidsverzekering of onder de werking van een vastgestelde publiekrechtelijke regeling.

Artikel 5 Vervangend mandaat

Voor de toepassing van dit mandaatbesluit geldt de volgende vervangingsregeling:

  • 1.

    Bij afwezigheid of verhindering van de portefeuillehouder is diens plaatsvervanger bevoegd.

  • 2.

    Bij afwezigheid of verhindering van de (adjunct-) secretaris vindt vervanging plaats door een door burgemeester en wethouders aangewezen plaatsvervanger.

  • 3.

    Bij afwezigheid of verhindering van het afdelingshoofd wordt deze vervangen door de functionaris die met de waarneming is belast.

  • 4.

    Bij afwezigheid of verhindering van een medewerker kan deze worden vervangen door iedere andere medewerker werkzaam binnen de betreffende afdeling aan wie in ondermandaat dezelfde bevoegdheid is verleend.

  • 5.

    Bij afwezigheid of verhindering van een plaatsvervanger als bedoeld onder 4 vindt vervanging plaats door het afdelingshoofd van de betreffende afdeling.

Artikel 6 Vertegenwoordiging in rechte

  • 1.

    Aan de individuele leden van het college van burgemeester en wethouders en de (adjunct-) secretaris wordt machtiging verleend tot het in rechte vertegenwoordigen van de gemeente namens de mandaatgever.

  • 2.

    De (adjunct-) secretaris kan - aan de hand van de door de mandaatgever vastgestelde criteria - functionarissen voordragen aan wie machtiging wordt verleend tot het in rechte vertegenwoordigen van de gemeente namens de mandaatgever.

  • 3.

    De namen van de functionarissen bedoeld in het vorige lid worden opgenomen in het Mandaatregister.

  • 4.

    De (adjunct-) secretaris is bevoegd om spoedshalve en in bijzondere gevallen - buiten toepassing van het bepaalde in het tweede en derde lid - schriftelijk machtiging aan een ondergeschikte te verlenen om de gemeente namens de mandaatgever in rechte te vertegenwoordigen.

  • 5.

    De (adjunct-) secretaris kan het hoofd van een afdeling schriftelijk machtiging verlenen tot het in rechte vertegenwoordigen van de gemeente namens de mandaatgever en daarbij voorzien in de mogelijkheid tot afgifte van een schriftelijke ondervolmacht aan medewerkers die op zijn afdeling werkzaam zijn.

  • 6.

    In incidentele gevallen kunnen de hoofden van de afdelingen - onder goedkeuring van de (adjunct-) secretaris - schriftelijk ondervolmacht of machtiging verlenen aan een niet-ondergeschikte.

  • 7.

    Het verlenen van ondervolmacht of machtiging geschiedt onder het stellen van voorwaarden en beperkingen, doch blijft achterwege voor zover de aard van de volmacht of machtiging zich daartegen verzet.

Artikel 7 Controle en verantwoording

  • 1.

    De gemandateerde stelt de mandaatgever in kennis van in (onder)mandaat genomen besluiten en/of bij (onder)volmacht of machtiging verrichte handelingen, waarvan redelijkerwijs aannemelijk is dat kennisneming door de mandaatgever van belang is.

  • 2.

    De mandaatgever kan zich door de gemandateerde functionaris laten informeren over alle in (onder)mandaat genomen besluiten en/of alle bij (onder)volmacht of machtiging verrichte handelingen.

Artikel 8 Mandaatregister

  • 1.

    Alle verleende mandaten worden opgenomen in een bij dit besluit behorend Mandaatregister.

  • 2.

    De afdelingshoofden zijn verantwoordelijk voor de actualiteit en de inhoud van verleende mandaten.

  • 3.

    De actuele versie van het Mandaatbesluit en het register worden op de gebruikelijke manier bekendgemaakt en tevens geplaatst op de gemeentelijke website.

Artikel 9 Uniforme ondertekening

  • 1.

    Wanneer een besluit wordt genomen en ondertekend door de (adjunct-) secretaris is de navolgende ondertekening voorgeschreven:

     

    Burgemeester en wethouders van Weststellingwerf/de Burgemeester van Weststellingwerf,

    namens deze(n),

     

    de (adjunct-) secretaris van Weststellingwerf,

    (handtekening van deze functionaris)

     

     

    naam van de (adjunct-) secretaris

  • 2.

    Wanneer een besluit wordt genomen en ondertekend door het hoofd van een afdeling is de navolgende ondertekening voorgeschreven:

     

    Burgemeester en wethouders van Weststellingwerf/de Burgemeester van Weststellingwerf,

    namens deze(n)

     

    het hoofd van de afdeling (naam van de afdeling)

    (handtekening van deze functionaris)

     

    naam van het afdelingshoofd

  • 3.

    Wanneer een besluit wordt genomen en ondertekend in (onder)mandaat door een afdelingsmedewerker is de navolgende ondertekening voorgeschreven:

     

    Burgemeester en wethouders van Weststellingwerf/ de Burgemeester van Weststellingwerf,

    namens deze(n)

     

    De medewerker van de afdeling (naam van de afdeling)

    (handtekening van deze functionaris)

     

    naam van de medewerker

Artikel 10 Slotbepaling

  • 1.

    In overeenstemming met artikel 10:10 Algemene wet bestuursrecht vermeldt elk in mandaat genomen besluit de navolgende tekst:

    • a.

      “Dit besluit is genomen met inachtneming van het Mandaatbesluit”; of

    • b.

      “Deze brief is opgesteld en ondertekend namens Burgemeester en Wethouders/de Burgemeester met inachtneming van het Mandaatbesluit”.

  • 2.

    Dit besluit treedt in de plaats van het “Mandaatbesluit gemeente Weststellingwerf 2007.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2011.

Artikel 12 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: “Mandaatbesluit gemeente Weststellingwerf 2011”.

 

Aldus vastgesteld door Burgemeester en Wethouders op 14 juni 2011.

 

Burgemeester en Wethouders van Weststellingwerf,

de burgemeester, de secretaris,

 

De Burgemeester van Weststellingwerf,

G.van Klaveren.