Organisatie | Ede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Maatschappelijke Participatie Schoolgaande Kinderen gemeente Ede 2012 |
Citeertitel | Verordening Maatschappelijke Participatie Schoolgaande Kinderen gemeente Ede 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
De participatieverordening is een nieuw soort verordening vanwege de wettelijke plicht deze op te stellen. De verordening is bedoeld voor het (geoormerkt) inzetten van categoriale bijstand ter bevordering van participatie van kinderen van ouder(s) met een laag inkomen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2015 | nieuw | 09-02-2012 Ede Stad 22-2-2012 | 691683 |
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20-12-2011, kenmerk 690942;
gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, artikel 8, eerste lid, onder g en artikel 35, vijfde lid van de Wet werk en bijstand,
besluit vast te stellen de volgende verordening
Verordening Maatschappelijke Participatie Schoolgaande Kinderen gemeente Ede 2012
De belanghebbende heeft, voor zover hij aan de overige voorwaarden voldoet, recht op een vergoeding op grond van deze verordening indien zijn inkomen niet meer bedraagt dan 110% van de op hem van toepassing zijnde bijstandsnorm zoals bedoeld in artikel 5, onder c, van de wet en zijn vermogen niet hoger is dan de toepasselijke vermogensgrens, genoemd in artikel 34, derde lid, van de wet.
Artikel 3 Vergoeding kosten maatschappelijke participatie
De belanghebbende die behoort tot de doelgroep heeft recht op een tegemoetkoming in de kosten in verband met maatschappelijke participatie van zijn ten laste komende kinderen, in de leeftijd van 6 tot en met 17 jaar op de peildatum, die onderwijs of een beroepsopleiding volgen, van € 150,00 per kalenderjaar per kind.
Desgevraagd verstrekt de belanghebbende aan het college bewijs van het maken van kosten in verband met maatschappelijk participatie van zijn kinderen, alvorens het college tot toekenning overgaat.
Artikel 4 Besteding van de vergoedingen
Het college bevordert zoveel mogelijk dat de vergoeding bedoeld in artikel 3 daadwerkelijk ten goede komt aan de kinderen voor wie zij bedoeld is.
Het college kan beleidsregels vaststellen ter uitvoering van deze verordening, waaronder begrepen de manier en het tijdstip waarop een belanghebbende de aanvraag moet doen. Het college kan daarbij tevens nadere voorwaarden, betrekking hebbende op de besteding, stellen waaraan de belanghebbende moet voldoen om voor een vergoeding als bedoeld in artikel 3 in aanmerking te komen.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 9 februari 2012, V.R. 2011/117.
de griffier, w.g. HAGELSTEIN
de voorzitter, w.g. VAN DER KNAAP
De wijziging van de Wet werk en bijstand per 1 januari 2012 (het in werking treden van de “Wet tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van die wet met de Wet investeren in jongeren gericht op bevordering van deelname aan de arbeidsmarkt en vergroting van de eigen verantwoordelijkheid van uitkeringsgerechtigden”) legt aan gemeente de verplichting op om een extra verordening vast te stellen, waarin opgenomen moet worden hoe de gemeente de categoriale bijzondere bijstand ter bevordering van de participatie van kinderen heeft geregeld.
In deze verordening wordt de vergoeding geregeld die belanghebbenden voorheen via de sport- en cultuurpas konden ontvangen.
Deze verordening neemt niet weg, dat er in de vorm van meer individueel gerichte bijzondere bijstand nog andere verstrekkingen kunnen worden geregeld waar de participatie van kinderen mee gebaat is. Te denken valt, conform staand beleid, aan indirecte onderwijskosten en aan een computerregeling; als nieuw beleid kan de vergoeding voor zwemles (diplomazwemmen) voor kinderen worden genoemd.
Op grond van de hiervoor genoemde wetswijziging is het verlenen van categoriale bijzondere bijstand niet meer toegestaan indien het inkomen meer bedraagt dan 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm.
De tegemoetkoming van € 150,00 per jaar per kind komt in de plaats van de sport- en cultuurpas.
De tegemoetkomingen is een vorm van categoriale bijzondere bijstand. Het recht daarop volgt rechtstreeks voort uit de verordening, zij het dat het college regels opstelt ter uitvoering (wijze van aanvraag, moment van aanvraag, wijze van uitbetaling). Ook kan het college bewijs verlangen van het daadwerkelijk maken van kosten in verband met maatschappelijk participatie.
Op zich hoeft bij een categoriale verstrekking niet op grond van de wet te worden gecontroleerd of de kosten daadwerkelijk zijn of worden gemaakt. Het is echter van belang dat de vergoedingen en verstrekkingen daadwerkelijk ten goede komen van de kinderen voor wie zij zijn bedoeld. Het college kan daarvoor alle methodes aanwenden die dienstbaar worden geacht en die uitvoerbaar zijn.
Het college kan de nadere uitvoering van deze verordening verwerken in een beleidsregel.