Organisatie | Aa en Hunze |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening inzake de behandeling van bezwaarschriften personele aangelegenheden 2001 |
Citeertitel | Verordening inzake de behandeling van bezwaarschriften personele aangelegenheden 2001 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-02-2001 | nieuwe regeling | 27-02-2001 De Schakel, 07-03-2001 | 2001/17 |
De raad van de gemeente AA en Hunze;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 februari 2001, nummer 2001/17;
gelet op de bepalingen in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;
Verordening inzake de behandeling van bezwaarschriften personele aangelegenheden.
In deze verordening wordt verstaan onder:
bezwaarschrift een bezwaarschrift zoals bedoeld in artikel 6:4 eerste lid van de wet;
beschikking een beschikking zoals bedoeld in artikel 1:3 tweede lid van de wet;
belanghebbende degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken (artikel 1:2 eerste lid van de wet);
personele aangelegenheden alle, op het materieel recht gebaseerde, arbeidsvoorwaardelijke/rechtspositionele aangelegenheden zoals deze voor de betreffende gemeente formeel (in CAR/UWO en/of eigen regelingen) zijn vastgelegd (zie ook art. 125 Ambtenarenwet).
HOOFDSTUK 2 BEHANDELING VAN DE BEZWAARSCHRIFTEN
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op gemaakte bezwaren als bedoeld in artikel 1:5, eerste lid van de wet op het terrein van personele aangelegenheden.
Artikel 3 Samenstelling van de commissie
De commissie wordt als volgt samengesteld: a. een lid, aan te wijzen door burgemeester en wethouders; b. een lid, aan te wijzen door de vertegenwoordiging vanuit de organisaties in de commissie voor Georganiseerd Overleg; c. een lid, tevens voorzitter, aan te wijzen in overleg tussen de leden genoemd onder a. en b. 3. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan.
Artikel 5 Ingediend bezwaarschrift
In de ontvangstbevestiging, als bedoeld in artikel 6:14 van de wet, wordt vermeld dat het horen geschiedt door de commissie en dat de commissie het college van burgemeester en wethouders zal adviseren over het bezwaar.
Artikel 6 Overdracht bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de artikelen
6:6, voor wat betreft het de indiener in de gelegenheid stellen van een termijn waarbinnen het verzuim in de zin van het niet voldoen aan het gestelde in artikel 6:5, of aan enig ander bij de wet gesteld vereiste, kan worden hersteld;
6:17, voor zover het betreft de verzending van stukken tijdens de behandeling door de commissie;
van de wet worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.
De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist. Indien burgemeester en wethouders voornemens zijn deze machtiging niet te verlenen, wordt dit voorgelegd aan de eerstvolgende vergadering van de Commissie Algemeen Bestuurlijke en Economische Zaken.
De voorzitter beslist op de toepassing van artikel 7:3 van de wet.
Artikel 10 Nietdeelnemingaandebehandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.
Artikel 11 Openbaarheid zitting
De zitting van de commissie is niet openbaar.
Artikel 12 Schriftelijke verslaglegging
Het verslag als bedoeld in de artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.
De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.
. Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 12 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaar- of beroepsschrift dient te beslissen.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, of artikel 7:24, tweede lid, van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan tijdig de beslissing te verdagen.