NR.
|
OMSCHRIJVING
|
|
|
|
ALGEM E E N
|
|
|
1
|
Het toezenden van stukken in het kader van een rechtszaak aan de betrokken instanties/personen.
|
2
|
Het stellen van bezwaarschriften in handen van de adviescommissie voor de bezwaarschriften.
|
3
|
Het beslissen over verlengingen van de beslistermijn van een beschikking op grond van artikel 4:14 AWB.
|
4
|
Het bevestigen van de ontvangst van een bezwaarschrift op grond van art. 6:14 AWB.
|
5
|
Het doorzenden van een bezwaar- of beroepschrift aan het bevoegde orgaan alsmede het doen van mededelingen aan de indiener van het bezwaar- of beroepschrift inzake die doorzending op grond van art. 6:15 lid 1 en 2 AWB.
|
6
|
Het doen van mededelingen aan de indiener van een bezwaarschrift en andere belanghebbenden inzake het horen op grond van art. 7:2 lid 2 en 7:16 lid 2 AWB.
|
7
|
Het doen van mededelingen inzake de verdaging van de beslissing op een bezwaar- of beroepschrift op grond van art. 7:10 lid 3 en 7:24 lid 4 AWB.
|
8
|
Het vragen van uitstel voor het indienen van een verweerschrift.
|
9
|
Het indienen van een verweerschrift.
|
10
|
Het intrekken en herzien van het primaire besluit op grond van artikel 6:18 van de Algemene wet bestuursrecht
|
11
|
Het beantwoorden / afhandelen van acquisitiebrieven (algemene en projectgerichte).
|
12
|
De toezending van afschriften van besluiten van bestuursorganen aan derden (ter kennisneming).
|
13
|
Het doen van mededeling van de goedkeuring van raadsbesluiten door gedeputeerde staten aan derden.
|
14
|
Het toezenden van officiële en andere publicaties aan dag / weekbladen en de Nederlandse Staatscourant.
|
15
|
Hetzij het vragen van inlichtingen, hetzij desgevraagd of eigener beweging verstrekken van inlichtingen van informatieve aard inzake aangelegenheden de afdeling betreffende.
|
16
|
Het nemen van besluiten in het kader van de Wet Dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (par.4.1.3.1 en 4.1.3.2 Awb) voor zover deze beslissingen betrekking hebben op de onderliggende aanvragen/bezwaren voor zover het het takenpakket van de ISDBW betreft
|
17
|
Het beslissen om verbeurde dwangsommen in te vorderen op basis van de Invorderingsbeschikking en artikel 5:37 Awb
|
18
|
Het beslissen op het invorderen van de kosten bestuursdwang op grond van de kostenbeschikking en artikel 5:25 lid 6 Awb
|
19
|
Het beslissen op het doen van een betaling in verband met een bestuurlijke geldschuld op grond van artikel 4:86 Awb
|
|
|
|
SPECIFIEK DOMEIN SOCIALE ZAKEN
|
1
|
Het nemen van besluiten ingevolge de Wet werk en bijstand alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering van die wet en de daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
|
2
|
Het nemen van uitvoeringsbesluiten ingevolge de Wet Sociale Werkvoorziening.
|
3
|
Afdoening van vorderingen op grond van de Wet Werkloosheidsvoorziening.
|
4
|
Het nemen van besluiten ingevolge de Wet Inkomensvoorziening Oudere en Gedeeltelijke Arbeidsongeschikte Werkloze Werknemers alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering van deze wet en daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
|
5
|
Het nemen van besluiten op aanvragen tot dienstverlening door de GKB;
|
6
|
Het nemen van besluiten ingevolge de Wet Inkomensvoorziening Oudere en Gedeeltelijke Arbeidsongeschikte Gewezen Zelfstandigen alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering van deze wet en daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
|
7
|
Het nemen van besluiten ingevolge de Verordening Wet inburgering, in het kader van de Wet Inburgering nieuwkomers en Wet Inburgering alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering deze wet en daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
|
8
|
Het nemen van besluiten ter uitvoering van het gemeentelijk minimabeleid alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering dit beleid en daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
|
9
|
Het beslissen op bezwaarschriften tegen bij mandaat genomen besluiten die onder dit besluit vallen, indien en voor zover het advies van de adviescommissie voor de bezwaarschriften wordt gevolgd en niet gehandeld wordt in strijd met het bepaalde in artikel 10:3, lid 3, van de Algemene wet bestuursrecht.
Deze bepaling geldt
niet
voor
de behandeling van bezwaar-
en beroepschriften
van burgers
die hun
woon- c.q. verblijfplaats hebben in Woensdrecht of Steenbergen.De bevoegdheid tot beslissing op bezwaarschriften blijft voorbehouden aan
de colleges van evengenoemde
gemeenten.
|
10
|
Aanvragen en afrekenen rijksbijdragen.
|
11
|
Het nemen van besluiten inzake vergoedingen ingevolge de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen alsmede de afdoening en ondertekening van aangelegenheden verband houdende met de uitvoering van die wet en de daarop betrekking hebbende verordeningsbepalingen.
Deze bepaling geldt
niet
voor de uitvoering
van de Wet
kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
van de gemeente
Steenbergen.
|
12
|
Met betrekking tot de Wet op de lijkbezorging het beslissen over de feitelijke lijkbezorging en de daarmee
verband houdende kostenafwikkeling.
Deze bepaling geldt
niet
voor de uitvoering
van de wet
op Lijkbezorging
van de
gemeenten
Woensdrecht en Steenbergen.
|
|
BUDGETHOUDERSCHAP
|
1
2
3
4
|
Het uitoefenen van alle privaatrechtelijke handelingen binnen de productenraming zoals opgenomen in de begroting van de deelnemende gemeenten, met inachtneming van de volgende bepalingen:
-Het college en de burgemeester verlenen het hoofd van de uitvoeringsorganisatie ISDBW (hierna genoemd ‘budgethouder’) alle bevoegdheden tot het verrichten van privaatrechtelijke en feitelijke handelingen waaronder het aangaan en ondertekenen van alle overeenkomsten in de ruimste zin van het woord die voor het realiseren van zijn producten noodzakelijk zijn, tot een maximum bedrag van € 500.000 per overeenkomst.
-De budgethouder kan besluiten om voor de verschillende werkvelden/projecten binnen de ISDBW één of meer teammanagers, medewerkers of projectleiders aan te wijzen die -onder de blijvende verantwoordelijkheid van de afdelingsmanager- het budgethouderschap uitvoeren. Bij afwezigheid van de aangewezen ‘subbudgethouder’ treedt het hoofd van de uitvoeringsorganisatie in zijn plaats.
-Bij de besteding van het budget neemt de budgethouder de volgende spelregels in acht:
a.de bevoegdheid tot het aangaan van verplichtingen geldt voor zover een toereikend budget aanwezig is;
b.de regels die zijn vastgelegd in het gemeentelijk inkoop- en aanbestedingsreglement van de gemeente Bergen op Zoom
c.er mogen alleen contractuele verplichtingen aan worden gegaan die een begrotingsjaar overschrijden, waarvan de uitvoering of levering dat begrotingsjaar overschrijdt en de uitvoerings- of leveringsduur nadrukkelijk intern is overeengekomen;
-Ongeacht de periodieke rapportages is de budgethouder gehouden om in gevallen die daartoe aanleiding geven, het bestuur van de ISDBW en de eventuele functionarissen welke in de dienstverleningsovereenkomsten zijn aangewezen, onmiddellijk te informeren. Bij de signalering van budgetafwijkingen lopende het jaar doet de budgethouder in overleg met de financiële adviseur(s) voorstellen voor compensatie op die afwijking.
|
|
|